Regeling bijzondere bijstand voor computers voor schoolgaande kinderen

Artikel 1

• 1.

  De kosten van aanschaf van een computer met toebehoren ten behoeve van een ten laste komend kind als bedoeld in artikel 4 sub e WWB dat onderwijs volgt, worden aangemerkt als bijzondere noodzakelijke kosten.

• 2.

  Bij een computer worden in de bijstand betrokken een standaard beeldscherm, een printer, een muis, een toetsenbord en standaardsoftware (office-pakket) dan wel een laptop met dergelijke benodigdheden.

• 3.

  Extra software wordt niet in de bijstand betrokken

• 4.

  De bijstand voor de kosten als bedoeld onder 1 en 2 wordt gemaximeerd op € 675,-. Per onderdeel gelden de maximale prijzen in de Nibud prijzenlijst voor zover deze daarin voorkomen.

• 5.

  De bijstand wordt verstrekt om niet

• 6.

  Aanvragen voor deze regeling moeten worden ingediend voordat de kosten zijn gemaakt.

• 7.

  In afwijking hiervan kunnen in het jaar 2009 nog aanvragen worden ingediend voor (onderdelen van ) computers die zijn aangeschaft in 2008, mits deze zijn aangeschaft ten behoeve van een kind dat in het schooljaar 2008-2009 al in het tweede leerjaar of hoger zat van het vervolgonderwijs en in het gezin niet ten behoeve van een ander kind gebruik is gemaakt van de bijzondere bijstand voor computers in 2008. Aanvragen kunnen worden ingediend met het aanvraagformulier voor bijzondere bijstand. Op het aanvraagformulier dient de aanvrager te vermelden of hij in het bezit is van een computer als bedoeld onder 2 en of deze ouder is dan 1 jaar. Kosten voor (onderdelen van) de computer als bedoeld onder 2 die jonger zijn dan 1 jaar worden vergoed, mits de aanvrager op het moment van aanschaf gelet op zijn draagkracht in aanmerking zou komen voor bijzondere bijstand.

• 8.

  Na het verstrijken van 3 jaar kan opnieuw een aanvraag voor deze regeling worden gedaan, wanneer een ander kind uit dit huishouden behoort tot de doelgroep van deze regeling;

• 9.

  Op basis van een aanvraag met offerte wordt door de gemeente een principebesluit genomen

• 10.

  Betaling vindt plaats aan de aanvrager na het overleggen van de nota of op verzoek van de aanvrager aan de leverancier na het overleggen van de offerte c.q. pro-forma nota

• 11.

  Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2009

Toelichting op de bijzondere voorwaarden

• 1.

  Een computer is nodig als kinderen het middelbaar onderwijs of een beroepsopleiding volgen. Voor de kosten van een computer met toebehoren bestaat geen voorliggende voorziening. Daarom kunnen deze kosten voor bijzondere bijstand in aanmerking worden gebracht.

• 2.

  Behalve een computer is andere hardware en software nodig. In dit artikel wordt aangegeven welke kosten onder de bijzondere bijstand kunnen worden gebracht. Er wordt uitgegaan van de aanschaf van nieuwe apparatuur. De computer moet de middelbare schooltijd meegaan. Gelet op de snelle veroudering in deze sector is het wenselijk om uit te gaan van nieuwe apparatuur. Tweedehandse artikelen komen daarom niet voor vergoeding in aanmerking.

• 3.

  In dit artikel staat omschreven dat andere software niet in de bijstand is begrepen. Meestal zijn dergelijke kosten niet in het eerste schooljaar noodzakelijk. De kosten moeten pas in latere leerjaren worden gemaakt. Ouders kunnen zich hierop voorbereiden en de kosten uit hun gewone inkomen bestrijden.

• 4.

  Er geldt een maximum bedrag voor de kosten. Dit bedrag is gebaseerd op vergelijking tussen enkele normaal gebruikelijke aanbieders. Wanneer men de artikelen aanschaft voor een goedkopere prijs, bijvoorbeeld via een aanbieding, geldt dat slechts de werkelijke kosten worden vergoed. Heeft men een computer aangeschaft tegen een hogere prijs dan het maximale bedrag, dan wordt het maximum bedrag betaald. In de Nibud prijzenlijst komt alleen de printer en de computer voor. Deze prijzen gelden als maximale richtprijzen voor de aanschaf.

• 5.

  Er is sprake van bijzondere bijstand. De gebruikelijke draagkrachtbepalingen zijn daarom van toepassing. Normaliter wordt bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksartikelen verstrekt als leenbijstand. In de Verzamelbrief van september 2007 staan de afspraken vermeld die het ministerie gemaakt heeft met de VNG namens de Nederlandse gemeenten over de extra middelen voor o.a. armoedebestrijding. Daarin staat vermeld dat het VNG de gemeenten stimuleert om erg terughoudend te zijn met het verstrekken van leenbijstand. Dit om te voorkomen dat mensen met lage inkomens schulden maken. Door toepassing van de draagkrachtrichtlijnen van onze gemeente wordt voldoende gewaarborgd dat alleen personen met een laag inkomen en lage vermogens in aanmerking komen voor de regeling. In deze specifieke situatie kan daarom bijstand om niet worden verstrekt.

• 6.

  Zoals gebruikelijk bij kosten van bijzondere bijstand moeten aanvragen worden ingediend voordat de kosten zijn gemaakt. Dit voorkomt teleurstelling en financiële problemen achteraf indien de aanvrager onverhoopt niet in aanmerking komt voor de regeling.

• 7.

  De doelgroep wordt vanaf 1 januari 2009 uitgebreid. Ook leerlingen die in 2008 al in een hoger leerjaar zaten van het middelbaar onderwijs komen voortaan in aanmerking. Onder punt 7 staat de overgangsbepaling beschreven. Heeft dit gezin een kind dat in een hoger leerjaar zat dan het eerste leerjaar, dan kan men alsnog in aanmerking komen voor bijzondere bijstand, ook als de computer vorig jaar is aangeschaft. In dat geval mag er in 2008 geen gebruik zijn gemaakt van de regeling voor bijzondere bijstand voor een computer omdat een ander kind uit dit gezin in 2008/2009 naar de brugklas is gegaan. De aanvrager dient op het aanvraagformulier aan te geven of hij al in bezit is van een computer met toebehoren (conform de lijst onder 2) en of die ouder is dan 1 jaar. Indien hij al in het bezit is van dergelijke artikelen en wanneer deze nog geen jaar oud zijn op het moment van de aanvraag komt hij mogelijk ook in aanmerking voor vergoeding van deze spullen. De bijzondere bijstand kan met terugwerkende kracht worden toegekend, mits de aanvrager op het moment van aanschaf gelet op zijn inkomen en vermogen aanspraak kon maken op bijzondere bijstand. De aanvrager kon immers niet eerder een aanvraag indienen omdat de gemeente in 2008 nog slechts een beperkte doelgroep kende. De bewijslast ligt in principe bij de klant. Hij zal voor de gedane aankoop dan ook een nota moeten overleggen.

• 8.

  Een aanvrager kan pas na 3 jaar opnieuw een aanvraag indienen wanneer een ander kind uit het gezin op het vervolgonderwijs zit. In principe kunnen meerdere kinderen uit het gezin om beurt de computer gebruiken. Omdat de apparatuur echter een beperkte levensduur heeft, moet ook voor volgende kinderen een voorziening mogelijk zijn. Aan het einde van de middelbare schoolperiode van het tweede kind zou immers de computer die voor het eerste kind is aangeschaft zo ver verouderd zijn dat dit geen adequate oplossing meer is. Is in het schooljaar 2008/2009 voor de eerste keer een aanvraag gehonoreerd, dan kan voor het eerst vanaf schooljaar 2011/2012 een volgende aanvraag worden toegekend.

• 9.

  en 10 De aanschaf van een computer zijn hoge kosten voor de klant. Niet voor iedereen is het mogelijk dit geld voor te schieten. Het kan daarom belangrijk zijn om vooraf duidelijk te weten of de gemeente de aanvraag zal honoreren, voordat de klant zich verplicht de kosten te maken. De gemeente kan al een besluit nemen op de aanvraag voordat de klant de artikelen besteld heeft. Als het nodig is kan de gemeente op verzoek van de klant de vergoeding rechtstreeks overmaken op rekening van de leverancier. De klant hoeft dan alleen zijn eventuele eigen aandeel te betalen aan de leverancier.