Regeling vervallen per 05-04-2013

Wegsleepverordening 2002

Geldend van 21-06-2002 t/m 04-04-2013

Intitulé

Wegsleepverordening 2002

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    RVV 1990: Het reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

  • b.

    wet: de Wegenverkeerswet 1994;

  • c.

    besluit: het Besluit wegslepen van voertuigen op grond van artikel 173 van de wet;

  • d.

    voertuig: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1, onder al RVV 1990;

  • e.

    motorrijtuig wat hieronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder c van de wet;

  • f.

    het college: het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2 Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten overeenkomstig artikel 170 Wvw

Als wegen en weggedeelten, bedoeld in artikel 170, eerste lid onder c van de Wet worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeenten aangewezen voor zover ze behoren tot een van de in artikel 2 van het besluit bedoelde soorten van wegen en weggedeelten.

Artikel 3 Plaats van bewaring van voertuigen en openingstijden

Als plaats van bewaring wordt aangewezen het opslagterrein gelegen aan de Ir. Lelyweg 10 te Haarlem. Dit terrein is voor het afhalen van voertuigen geopend van maandag tot en met vrijdag van 09.00 tot 17.00 uur.

Artikel 4 Kosten overbrengen en bewaren voertuigen

1.De kosten van het overbrengen van een voertuig naar de bewaarplaats bedragen:

Uitrijtarief

Uitvoeringstarief

Totaal

Maandag tot en met vrijdag (09:00-18:00)

€ 74,03

€ 88,07

€ 162,50

Maandag tot en met vrijdag (overige tijden)

€ 92,45

€ 109,39

€ 201,84

Zaterdag en zondag

€ 92,45

€ 109,39

€ 201,84

  • 2.

    De kosten van het bewaren van een voertuig bedragen:

    • a.

      € 51,85 voor het eerste etmaal of een gedeelte daarvan;

    • b.

      € 20,47 voor elk volgend etmaal of een gedeelte daarvan.

De tarieven worden jaarlijks geïndexeerd bij besluit van het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 5 Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat.

Wanneer gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid, zoals bedoeld in artikel 130, vierde lid, artikel 164, zevende lid, en artikel 174 eerste lid van de wet, zijn de artikelen 1, 3 en 4 van deze verordening van overeenkomstige toepassing.

Artikel 6 Inwerktreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt één dag na publicatie in werking, deze datum is ook de datum van ingang van de heffing.

  • 2. Deze verordening kan worden aangehaald als Wegsleepverordening 2002.

Algemene toelichting, behorende bij de Wegsleepverordening 2002

Op 1 januari 2002, is de Wet van 21 februari 1997, houdende de wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 (Wvw 1994), ook wel de wijziging van de Wegsleepregeling genoemd, en het bijbehorende Besluit wegslepen van voertuigen in werking getreden. De artikelen 170 tot en met 173 Wvw 1994 zijn geheel vervangen door nieuwe bepalingen. De wijzigingswet is bij de Invoeringswet van de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht, deel II, nog aangepast in verband met de overgang van de bepalingen over de uitvoering van de bestuursdwang uit de Gemeentewet naar de Algemene Wet Bestuursrecht.

Bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen

De oude Wegsleepregeling onder de bevoegdheid van de burgemeester vervalt en wordt vervangen door de nieuwe Wegsleepverordening, die onder de bevoegdheid van het College van burgemeester en wethouders valt. Het wegslepen van een voertuig moet worden gezien in een bijzondere vorm van bestuursdwang. In de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb) zijn algemene regels gesteld over de toepassing van bestuursdwang. Deze regels zijn voor een groot deel ook van toepassing op het wegslepen van voertuigen. Tegen wegslepen van voertuigen staat op grond van de Awb bezwaar en vervolgens beroep open.

Verordening

In artikel 170 e.v. Wvw 1994 is het kader aangegeven waarbinnen het college van burgemeester en wethouders gebruik kan maken van zijn bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen. Hoewel de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet is neergelegd, kan het college eerst pas goed van deze bevoegdheid gebruikmaken wanneer de Gemeenteraad in een verordening nadere regels heeft gesteld over de toepassing van deze bevoegdheid, zoals in artikel 173, tweede lid van Wvw wordt voorgeschreven.

Deze nadere regels dienen in iedergeval te betreffen:

  • 1.

    de aanwijzing van de plaats(en) waar de weggesleepte voertuigen worden bewaard;

  • 2.

    de berekening van de kosten die verbonden zijn aan de uitvoering van het wegslepen en bewaren van voertuigen;

  • 3.

    de eventuele aanwijziging van wegen en weggedeelten waar op grond van artikel 170, eerste lid, onder c Wvw 1994 voertuigen mogen worden weggesleept.

Uitgebreide werking

Op grond van de oude Wegsleepregeling mochten op de weg staande voertuigen alleen worden weggesleept in het belang van de veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer dan wel het vrijhouden van gehandicaptenparkeerplaatsen. Op grond van de herziene regeling in de Wvw 1994 is het laatstgenoemde criterium uitgebreid. Er zijn immers meer locaties denkbaar waar het foutief parkeren –buiten de twee eerstgenoemde criteria- als zeer hinderlijk wordt ervaren, zoals op autodateplaatsen. Het direct optreden tegen dergelijke foutief geparkeerde voertuigen kan in bepaalde gevallen zeer wenselijk zijn. Als wegen of weggedeeltes waar op grond van de nieuwe landelijke wegsleepregeling kan worden weggesleept, zijn thans aangewezen alle wegen of weggedeelten binnen de gemeente Haarlem voor zover die behoren tot één van de artikel 2 van het Besluit bedoelde soorten wegen en weggedeelten. In de artikelsgewijze toelichten zijn onder artikel 2 deze wegen en weggedeelten expliciet genoemd.

Artikelsgewijze toelichting

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze bepaling is een aantal begrippen omschreven dat diverse malen in deze verordening terugkomt. De omschrijving van deze begrippen spreekt voor zich. Veelal wordt verwezen naar definities uit bestaande wetgeving.

Ad d. Voertuig

Het begrip ‘voertuig’ zoals in artikel 1, onder al RVV 1990 is omschreven, is ruim. Hieronder vallen niet alleen motorvoertuigen, maar ook fietsen en bromfietsen, invalidenvoertuigen, trams en wagen. Al deze voertuigen vallen derhalve onder de werking van deze wegsleepverordening.

Ad e. Motorrijtuig

Het begrip ‘motorrijtuig’ is apart omschreven omdat artikel 5 van Wegsleepverordening 2002 alleen betrekking heeft op dit soort voertuigen.

Artikel 2 Aanwijziging van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten

Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van vrijhouden van wegen en weggedeelten kunnen op grond van artikel 170 lid 1 sub c en artikel 173 lid 2 sub c Wvw bij gemeentelijke Wegsleepverordening wegen en weggedeelten worden aangewezen.

In artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen is nader aangegeven om welke soorten wegen en weggedeelten het kan gaan.

Op grond van voornoemde artikelen kan in de gemeente Haarlem van de volgende soorten wegen en weggedeelten worden weggesleept:

  • -

    wegen en weggedeelten waar door middel van bord E1 van bijlage 1 bij het Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV 1990) of door middel van een gele onderbroken streep als bedoeld in artikel 24 , lid 1 sub e RVV 1990 wordt aangegeven dat verboden is te parkeren;

  • -

    wegen en weggedeelten waar door middel van bord E2 van bijalge 1 bij het RVV 1990 of door middel van een gele doorgetrokken streep als bedoeld in artikel 23, lid 1 sub g RVV 1990 wordt aangegeven dat het verboden is stil te staan;

  • -

    parkeergelegenheden, aangeduid door bord E4 van bijlage 1 bij het RVV 1990, waarbij ofwel op een onderbord wordt aangegeven:

    • 1.

      de voertuigcategorie of groep voertuigen waarvoor de parkeergelegenheid is bestemd; of

    • 2.

      de wijze waarop het parkeren dient te geschieden; of

    • 3.

      de dagen of uren waarop het parkeren is verboden; of

    • 4.

      de dagen of uren waarop een beperking als bedoeld in sub 1 en 2 geldt,

ofwel op het verkeersbord de aanduiding is aangebracht waarmee wordt aangegeven:

  • 1.

    de voertuigcategorie of groep voertuigen waarvoor de parkeergelegenheid is bestemd; of

  • 2.

    de wijze waarop het parkeren dient te geschieden;

    • -

      taxistandplaatsen, aangeduid door bord E5 van bijlage 1 bij het RVV 1990;

    • -

      parkeerplaatsen voor invaliden, aangeduid met bord E6 van bijlage 1 bij het RVV:

    • -

      gelegenheden voor het onmiddellijk laden en lossen van goederen, aangeduid door bord E7 van bijlage 1 bij het RVV 1990;

    • -

      parkeergelegenheden voor een categorie of groep voertuigen, aangeduid door bord E8 van bijlage 1 bij het RVV;

    • -

      parkeerplaatsen voor vergunninghouders, aangeduid door bord E9 van bijlage 1 bij het RVV1 1990;

    • -

      voetgangersgebieden, aangeduid door bord G7 of door bord C1 van bijlage 1 bij het RVV 1990.

Artikel 3 Plaats van bewaring voertuigen en openingstijden

De inhoud van de bepaling spreekt voor zich.

Artikel 4 Kosten overbrengen en bewaren voertuigen

In de artikelen 13 tot en met 15 van het Besluit wegslepen van voertuigen is geregeld welke soorten van kosten, verbonden aan het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, in rekening kunnen worden gebracht. Het gaat hierbij niet alleen om personele en materiele kosten die direct verband houden met het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, maar ook om kosten die verbonden zijn aan bekendmaking van beschikkingen, verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging van voertuigen, inclusief de taxatie van deze voertuigen, renteverlies, WA-verzekering en dergelijke.

De gemeente Haarlem heeft met Smits Kraanwagen en Sleepbedrijf BV een overeenkomst voor het wegslepen van voertuigen afgesloten. Op grond van artikel 12 lid 1 sub c komen in dit geval als directe kosten in aanmerking de aan de gemeente in rekening gebrachte kosten.

Artikel 5 Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijke zichtbare kentekenplaat

Naast de in artikel 170, eerste lid van de Wvw 1994 bedoelde gevallen zijn in deze wet nog twee gevallen genoemd, waarin het noodzakelijk kan zijn om een motorrijtuig te laten wegslepen en in bewaring te laten stellen. Achtereenvolgens wordt hier gedoeld op:

  • 1.

    het niet afgeven van zijn rijbewijs, indien dit is ingevorderd, omdat iemand zijn motorrijtuig heeft bestuurd terwijl hij onder invloed was van drogerende stoffen of alcohol en dergelijke (voorzover er geen andere bestuurder beschikbaar is): artikelen 130 en 146 Wvw);

  • 2.

    de situatie dat een motorrijtuig niet beschikt over een behoorlijk zichtbare kentekenplaat, terwijl de eigenaar of houder van dat motorrijtuig niet direct te achterhalen is (artikel 40 lid 1 jo artikel 174 Wvw). Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan voertuigwrakken die geen kenteken meer hebben of aan situaties dat er sprake kan zijn van het ‘knoeien’ met kentekens in geval van autodiefstal.

Wanneer in dit soort gevallen een voertuig moet worden weggesleept en in bewaring genomen, is er geen sprake van uitoefening van bestuursdwang. Artikel 170, eerste lid van de Wvw 1994, waarin de bestuursdwangbevoegdheid is geregeld, is dan ook niet van toepassing verklaard in de genoemde gevallen. In feite gaat het om een vorm van inbeslagname van goederen die ook in het strafrecht voorkomt.

Wel heeft de wetgever voor deze gevallen diverse bepalingen uit het hoofdstuk X. Bestuursdwang van de Wvw 1994 (artikelen 170 e.v.) van overeenkomstige toepassing verklaard. In de Wegsleepverordening zijn de artikelen over de bewaarplaats van voertuigen en openingstijden (artikel 3) en de kosten van overbrengen en bewaren van voertuigen (artikel 4) voor deze gevallen van overeenkomstige toepassing verklaard.

Artikel 6 Inwerktreding

Deze bepaling spreekt voor zich.

In trekking van een eventuele oude wegsleepregeling van de burgemeester is niet nodig, omdat deze van rechtswege is vervallen op het moment dat de wijziging van de Wvw 1994 in werking is getreden, in dit geval dus 1 januari 2002.

Artikel 7 Citeertitel

Deze bepaling spreekt voor zich.