Regeling vervallen per 01-01-2019

Treasurystatuut Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Geldend van 29-03-2011 t/m 31-12-2018

Intitulé

Treasurystatuut Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude;

gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en wethouders van 8 februari 2011;

Gehoord de commissie Raadsvoorbereiding d.d. 8 maart 2011;

gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en de Wet financiering decentrale overheden;

b e s l u i t :

  • -

    vast te stellen het “Treasurystatuut 2011”;

  • -

    in te trekken het “Treasurystatuut 2005.

Aldus besloten in de openbare vergadering van 29 maart 2011.

De griffier, De voorzitter,

VOORWOORD

Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft in de Handreiking Treasury van begin 2000 gewezen op de diverse ontwikkelingen die in dat kader van belang zijn. De Wet financiering decentrale overheden (FIDO), die met ingang van 1 januari 2001 in werking is getreden, maakt daar onderdeel van uit. Als gevolg hiervan hebben de Nederlandse gemeenten hun treasuryfunctie geprofessionaliseerd en zijn er treasurystatuten vastgesteld, die de taken en bevoegdheden van alle in het treasuryproces actieve gemeentelijke onderdelen en functionarissen vastleggen en borgen.

Ook de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude heeft een treasurystatuut. De huidig vigerende versie is in 2005 door de raad vastgesteld. Thans is een nieuwe actualisatie aan de orde op grond van enkele aanpassingen in de Wet Financiering Decentrale Overheden (Fido) en de Regeling Uitzettingen en Derivaten Decentrale Overheden (Ruddo). Deze aanpassingen vinden grondslag in de onrust op de financiële markten als gevolg van de financiële crisis die in de tweede helft van 2008 is ontstaan.

De wijzigingen in de Wet Fido en in Ruddo zijn door middel van een publicatie in de Staatscourant van 9 april 2009 per die datum van kracht geworden. Verder is aanpassing van het treasurystatuut noodzakelijk vanwege de aan de gemeenteraad voorgelegde nieuwe verordening ex artikel 212 Gemeentewet.

Doel van het treasurystatuut is en blijft om de raad met behulp van deze geactualiseerde versie en de

Treasuryparagrafen in de Planning- en Control documenten de mogelijkheid te bieden invulling te geven aan haar verordenende en controlerende bevoegdheid. Daarnaast blijft duidelijk naar voren komen wat de uitvoerende taken van het college van burgemeester en wethouders zijn en de daarbij passende verantwoording. Het resultaat is een duidelijke bestuurlijke verantwoordingsstructuur en een grote transparantie bij de uitvoering van de treasuryfunctie.

Het treasurystatuut versie 2011 beslaat een twintigtal artikelen. In die artikelen zijn een aantal "vaktechnische" termen gebruikt. In de bijlage zijn die termen in de vorm van een verklarende woordenlijst nader toegelicht.

INHOUDSOPGAVE

Inleiding 4

Doelstellingen, aandachtsgebieden en strategie 4

artikel 1, doelstelling

artikel 2, aandachtsgebieden

artikel 3, strategie

Treasury als bedrijfsproces 6

artikel 4, treasury als bedrijfsproces

Organisatiestructuur 7

artikel 5, verdeling van taken

Voorwaarden 7

artikel 6, renterisiconorm

artikel 7, kasgeldlimiet

artikel 8, transacties

Begrotings- en rapportagevereisten wet FIDO 8

artikel 9, rapportage renterisiconorm

artikel 10, rapportage kasgeldlimiet

Bevoegdheden 9

artikel 11, uitzettingen (1)

artikel 12, uitzettingen (2)

artikel 13, uitlenen van gelden aan instellingen

artikel 14, aantrekken van middelen

artikel 15, afdekken van financiële risico's d.m.v. derivaten

artikel 16, criteria voor het afsluiten van derivaten

artikel 17, rekening-courantovereenkomsten

artikel 18, afsluiten van contracten in uitsluitend de Euro

Overige bepalingen 11

artikel 19, het handboek treasury

artikel 20, buiten werking stellen van treasurystatuut 2005

Samenvatting verantwoordelijkheden, bevoegdheden en informatievoorziening 12

Bijlage 16

verklarende woordenlijst

INLEIDING

Het treasurystatuut gaat artikelsgewijs in op de doelstellingen en de randvoorwaarden van het financierings en beleggingsbeleid van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude. Elk artikel wordt gevolgd door een in cursief weergegeven toelichting. Deze toelichting maakt een integraal onderdeel uit van het artikel.

De formele werking van de bevoegdhedenregeling tussen raad en het college van B&W is in separate besluitvorming - te weten de Verordening ex artikel 212 Gemeentewet - vastgelegd.

In dit treasurystatuut wordt verwezen naar het handboek treasury. Het handboek treasury bevat een verdere uitwerking van wat in dit treasurystatuut formeel is vastgelegd. In het handboek zijn in ieder geval geregeld:

  • ·

    de wijze van control en verantwoording

  • ·

    de administratieve organisatie van de treasuryfunctie

  • ·

    de interne controle en de functiescheidingen binnen de treasury

Het handboek treasury wordt door het college van B&W vastgesteld.

DOELSTELLINGEN, AANDACHTSGEBIEDEN EN STRATEGIE

Artikel 1 Doelstelling

De doelstelling van de treasury van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude wordt als volgt gedefinieerd:

"Het via financiële activiteiten en de inzet van financiële instrumenten zodanig bijdragen aan de optimale financiële positie van de organisatie, dat:

  • a.

    steeds de voor de primaire processen benodigde liquiditeiten beschikbaar zijn;

  • b.

    renterisico's worden beheerst conform het renterisicobeleid van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude;

  • c.

    kosten van treasury-activiteiten worden geminimaliseerd en opbrengsten worden gemaximaliseerd;

  • d.

    de bepalingen in dit treasurystatuut in acht worden genomen".

Het streven naar een optimale financiële positie mag nimmer overschrijding van de voorwaarden zoals deze in de overige artikelen van dit treasurystatuut zijn vastgelegd, tot gevolg hebben. Hierbij wordt onderkend dat deze limitering in handelen dat een prudent treasurybeleid tot gevolg heeft, een tegenwerkend effect ten aanzien van een optimaal resultaat kan betekenen.

Artikel 2 Aandachtsgebieden

Bij het nastreven van de optimale financiële positie heeft de treasury vanuit haar professionele expertise te maken met diverse onderling samenhangende financiële vraagstukken, waarbij zij -afhankelijk van haar procuratie (bevoegdheden)- de rol van beslisser, adviseur of uitvoerder heeft. Betreffende vraagstukken kunnen als volgt worden gegroepeerd in een drietal aandachtsgebieden waarop de treasury van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude zich richt:

Aandachtsgebieden

Vraagstukken

Vermogensmanagement

(corporate finance)

- lange termijnfinanciering

- investor relations/toegang tot vermogensmarkten

- balansmanagement

Middelenmanagement

- financiering van tijdelijke tekorten/uitzetten van tijdelijke overschotten

- beheersing van renterisico's

Cashmanagement

- saldobeheer op dagbasis

- betalingsverkeer

- (bank-)rekeningenstructuur

Vermogensmanagement

Vermogensmanagement heeft betrekking op het, tegen zo laag mogelijke kosten, voorzien in de benodigde lange-termijn liquiditeiten voor de realisatie van voorgenomen investeringen en overige activiteiten. Het balansmanagement en de toegang tot de vermogensmarkt spelen hierin een belangrijke rol. Een financieel instrument dat de treasury hier ter beschikking staat is onder meer: het aantrekken van langlopende geldleningen.

Middelenmanagement

De algemene doelstelling van het middelenmanagement is het optimaliseren van de liquiditeitspositie door afstemming van de beschikbare liquiditeiten met de, uit hoofde van de bedrijfsactiviteiten, benodigde liquiditeiten. Door gebruik te maken van financiële instrumenten kunnen afwijkingen ten aanzien van omvang en tijd worden gecorrigeerd. Bovendien kan op deze wijze een rendementsverbetering dan wel een kostenverlaging worden gerealiseerd. Beschikbare financiële instrumenten zijn onder andere: deposito’s en kasgeldleningen met looptijden > 6 maanden, renteopties, renteswaps.

Cashmanagement

Cashmanagement heeft betrekking op het dagelijks kasbeheer. Algemene doelstelling is hier het actief beheren e n optimaal renderend maken van de dagelijkse geldvoorrade n die voortvloeien uit de dagelijkse betalingen en ontvangsten uit hoofde van enerzijds de bedrijfsactiviteiten en anderzijds (autonome) financiële activiteiten.

De belangrijkste financiële instrumenten bij het cashmanagement zijn: (ook weer) kasgeld en deposito’s met looptijden < 6 maanden, daggeld, afromingen van subrekeningen.

Artikel 3 Strategie

Ten aanzien van het te voeren treasurybeleid dient vast te staan welke strategie wordt gevolgd bij het beheersen van renterisico's. De gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude kiest op grond van de in onderstaande toelichting opgesloten motivatie voor de offensieve strategie.

Er kunnen in dit verband verschillende invalshoeken worden gekozen:

  • -

    defensief: het volledig afdekken van renteposities;

  • -

    offensief: het partieel afdekken van renteposities binnen gegeven limieten;

  • -

    agressief: het bewust creëren van renteposities.

De keuze voor het type strategie is afhankelijk van een analyse van:

  • ·

    de sterke en zwakke punten van de treasury van de organisatie (financiële informatiestromen naar treasury, automatiseringssystemen, deskundigheid van medewerkers)

  • ·

    de kansen en bedreigingen in de omgeving. Bijvoorbeeld de steun van de hoogste leiding, de mate van risicogeneigdheid of risicovermijding in beleid en cultuur van de organisatie

  • ·

    wettelijke beperkingen in relatie tot de wet Fido

Gegeven het door de wet Fido voorgeschreven prudente treasury-beleid aangevuld met de wetenschap dat in een complexe (politieke) organisatie als een gemeente de informatiestromen, zeker op middellange en lange termijn, een bepaalde mate van onnauwkeurigheid in zich hebben wordt voor de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude gekozen voor een offensieve strategie. Een defensieve strategie is toepasbaar bij een hoge mate van betrouwbaarheid van de informatiestromen terwijl een agressieve strategie in strijd is met het door de wet Fido voorgeschreven prudente treasurybeleid.

De verwachte omvang van de renteposities alsmede de in dit verband te hanteren financiële instrumenten en limieten worden in de formele ijkmomenten (begroting, rapportages, jaarrekening) binnen de Planning en Controlcyclus van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude ter vaststelling door de raad gepresenteerd.

TREASURY ALS BEDRIJFSPROCES

Artikel 4 Treasury als bedrijfsproces

Om het intern risicomanagement te kunnen uitvoeren moet de treasury als een bedrijfsproces worden gezien. Immers, management betreft het besturen en beheersen van bedrijfsprocessen, waarbij de risico’s vooral betrekking hebben op de effectiviteit van de treasury (de inzet van de juiste instrumenten), de kwaliteit van de treasury (het voorkomen van fouten) en de rechtmatigheid van de treasuryhandelingen (het tegengaan van fraude).

Het hoofdproces bestaat uit het management van de financiële activiteiten van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude, die de financiële positie van A (inputsituatie) naar B (outputsituatie) brengen. De input van dit proces bestaat uit begroting, rapportages in het kader van de Planning- en Controlcyclus, besluiten, het meerjareninvesteringsplan (M.I.P.) etc. alsmede uit de financiële informatie over de normale operationele processen en de informatie uit de financiële markten.

Op basis van deze input worden de treasuryparagrafen van begroting en rapportages in het kader van de Planning- en Controlcyclus voorbereid, vastgesteld door de raad en vervolgens op beheerste wijze uitgevoerd (treasury-management). De output van het proces is de uitvoering van dit alles en wordt gerapporteerd d.m.v. tussentijdse rapportages (zie art. 9 en art 10) en in de financieringsparagraaf van het jaarverslag, dat ook weer wordt vastgesteld door de raad.

Het totale proces heeft een cyclisch karakter doordat het oorspronkelijke beleidsplan zoals dat in de begroting is opgenomen periodiek updates ondergaat mede door wijziging van de inputvariabelen.

ORGANISATIESTRUCTUUR

Artikel 5 Verdeling van taken

De organisatiestructuur betreft de formele verdeling van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden over de diverse bestuurlijke lagen en over de personeelsorganisatorische functies. Deze verdeling wordt afgeleid uit het treasuryproces waarbij rekening wordt gehouden met functiescheiding.

In het treasurybeleidsproces van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude worden de volgende drie fases onderscheiden:

  • ·

    Voorbereiden van het treasurybeleid

  • ·

    Vaststellen van het treasurybeleid

  • ·

    Uitvoeren van het treasurybeleid

Voorbereiden van het treasurybeleid

Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor de voorbereiding van het in de treasuryparagrafen van begroting en rapportages in het kader van de Planning- en Controlcyclus op te nemen treasurybeleid alsmede de in dit verband te hanteren financiële instrumenten en limieten.

Vaststellen van het treasurybeleid

De formele vaststelling van het te voeren treasurybeleid is een verantwoordelijkheid van de raad op basis van

  • ·

    de beleidsuitgangspunten zoals deze in het treasurystatuut zijn vastgelegd

  • ·

    de formele ijkmomenten in de Planning en Controlcyclus van de gemeente: Begroting, rapportages in het kader van de Planning- en Controlcyclus en Jaarrekening.

Tussentijdse beleidsbijstellingen (binnen de kaders van het treasurystatuut) worden door middel van vaststelling van de genoemde Planning en Controldocumenten door de raad bekrachtigd (bevoegdheid).

Uitvoeren van het treasurybeleid

Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor de uitvoering van het door de raad vastgestelde treasurybeleid.

VOORWAARDEN

Artikel 6 Renterisiconorm

Het renterisico op de vaste schuld van deze gemeente dient te allen tijde te voldoen aan de

renterisiconorm zoals deze is vastgelegd in de wet Fido.

Onder "vaste schuld" wordt verstaan het saldo van leningen en uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer. Het effect van eventueel aanwezige derivaten op de rentetypische looptijd dient hierbij te worden meegenomen.

Het renterisico op vaste schuld is het gedeelte van de vaste schuld dat in het betreffende jaar een nieuwe rente zal kennen. Het renterisico bestaat derhalve uit twee componenten: de renteherziening en de verplichte aflossingen. Het renterisico mag niet meer dan een bepaald percentage van het begrotingstotaal van het betreffende jaar, de norm zoals vastgelegd in de wet Fido, bedragen. Momenteel is dit percentage 20 %.

Artikel 7 Kasgeldlimiet

De netto vlottende schuld dient te allen tijde te voldoen aan de kasgeldlimiet zoals deze is vastgelegd in de wet Fido.

Onder "netto vlottende schuld" wordt verstaan het saldo van leningen en uitzettingen met een rentetypische looptijd van korter dan één jaar. Rekening-courant en gelden in kas zijn hierbij inbegrepen. Het effect van eventueel aanwezige derivaten op de rentetypische looptijd dient hierbij te worden meegenomen. In een kwartaal dient het gemiddelde netto vlottende schuld -dit is het gemiddelde van de netto vlottende schuld op de eerste dag van iedere maand van het betreffende kwartaal- niet boven een bepaald percentage van het begrotingstotaal, de kasgeldlimiet zoals vastgelegd in de wet Fido, uit te komen. Onder begrotingstotaal wordt verstaan de totale geautoriseerde lasten van de begroting.

Artikel 8 Transacties

Transacties vallend binnen het bereik van dit treasurystatuut, dienen op voor de gemeente zo gunstig mogelijke condities te worden afgesloten.

Onder "condities" wordt hier nadrukkelijk niet alleen het rentepercentage bedoeld, maar ook de bijkomende zaken als provisies, zekerheden en alle andere soorten mogelijke kosten.

BEGROTINGS- EN RAPPORTAGEVEREISTEN WET FIDO

Artikel 9 Rapportage renterisiconorm

Het college van B&W draagt zorg voor het voldoen aan de rapportagevereisten met betrekking tot de renterisiconorm, zoals deze zijn vastgelegd in de wet Fido en het B.B.V. Tevens draagt het college van B&W zorg voor de begrotingsvereisten met betrekking tot de renterisiconorm, zoals deze zijn vastgelegd in de wet Fido en het B.B.V. De raad ziet er op toe dat aan genoemde vereisten wordt voldaan.

De gegevens over de renterisiconorm worden één maal per jaar achteraf gerapporteerd in de treasuryparagraaf van het jaarverslag. Daarnaast wordt ook jaarlijks in de programmabegroting een financieringsparagraaf opgenomen, waarin een prognose van de ontwikkeling van de renterisiconorm is gemaakt voor minimaal de komende vier jaar.

Artikel 10 Rapportage kasgeldlimiet

Het college van B&W draagt zorg voor het voldoen aan de rapportagevereisten met betrekking tot de

kasgeldlimiet, zoals deze zijn vastgelegd in de wet Fido en het B.B.V. Tevens draagt het college van B&W zorg voor de begrotingsvereisten met betrekking tot de kasgeldlimiet, zoals deze zijn vastgelegd in de wet Fido en het B.B.V. De raad ziet er op toe dat aan genoemde vereisten wordt voldaan.

De rapportage over de ontwikkeling van de kasgeldlimiet maakt deel uit van de treasuryparagraaf van het jaarverslag. Daarnaast maakt een prognose van de ontwikkeling van de kasgeldlimiet voor minimaal het komende jaar jaarlijks deel uit van de financieringsparagraaf van de programmabegroting.

BEVOEGDHEDEN

Artikel 11 Uitzettingen (1)

Het college van B&W is bevoegd om uitzettingen, zowel op lange als op korte termijn, te doen bij tegenpartijen die voldoen aan de kredietwaardigheideisen zoals die zijn vastgelegd in de wet Fido, in het bijzonder de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo). Indien de uitzetting een gevolg is van de aanwezigheid van tijdelijk overtollige middelen als gevolg van één of meerdere gesloten projectfinancieringen, dan vindt deze uitzetting plaats bij de financiële instelling waar de projectfinanciering mee is aangegaan.

Onder uitzettingen wordt in dit verband verstaan: "Het uitzetten van overtollige middelen die zijn ontstaan door het niet synchroon lopen van de uitgaven en de ontvangsten. Deze overtollige middelen worden tijdelijk buiten de publieke taak gehouden en in een latere fase voor de publieke taak aangewend".

Uitzettingen mogen worden gedaan bij kredietwaardige partijen. Onder "kredietwaardige partijen" wordt verstaan:

  • ·

    financiële instellingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) onder toezicht van De Nederlandse Bank met minimaal een AA-rating van tenminste twee gezaghebbende rating-agencies (Moody's, S&P of Fitch). Indien de gelden worden uitgezet voor een periode van drie maanden of korter dienen de financiële instellingen minimaal een A-rating van tenminste twee gezaghebbende rating-agencies te hebben.

  • ·

    instellingen aan wiens papier door een bancaire toezichthouder in een EURO-lidstaat de solvabiliteitsvrije status is toegekend. Deze status houdt in dat een bank voor desbetreffend papier geen reserves behoeft aan te houden. In de praktijk betekent dit dat de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude middelen kan uitzetten bij andere Nederlandse overheden/openbare lichamen.

Artikel 12 Uitzettingen (2)

Het college van B&W is bevoegd om uitsluitend uitzettingen te doen in de vorm van financiële producten die voldoen aan de vereisten zoals die zijn vastgelegd in de wet Fido, in het bijzonder in de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo). Indien de uitzetting een gevolg is van de aanwezigheid van tijdelijk overtollige middelen als gevolg van één of meerdere gesloten projectfinancieringen, dan vindt deze uitzetting plaats bij de financiële instelling waar de projectfinanciering mee is aangegaan.

Gelden kunnen uitsluitend worden uitgezet in:

  • ·

    producten waarvan de hoofdsom ten minste aan het einde van de looptijd intact is; uitgezet bij een partij die voldoet aan de criteria van artikel 11;

  • ·

    vastrentende waarden, uitgegeven door een instelling die voldoet aan de criteria van artikel 11.

Het uitzetten van gelden zal alleen plaatsvinden indien er geen mogelijkheden zijn om de kennelijk overtollige liquiditeiten aan te wenden ter vroegtijdige, rentetechnisch profijtelijke, aflossing van lopende leningen of ter investering in voor de gemeente binnen de publieke taak behorende zaken. Het op langere termijn beleggen van middelen is op zich geen taak voor de gemeente.

Conform artikel 8 wordt bij het uitzetten van gelden gestreefd naar de meest gunstige voorwaarden en condities, waarbij deze in ieder geval marktconform dienen te zijn.

Artikel 13 Uitlenen van gelden aan instellingen

Het college van B&W is bevoegd leningen te verstrekken tot een maximum van € 500.000, - aan instellingen met een maatschappelijke doelstelling onder de verplichting hiervan mededeling te doen in de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad.

De betreffende leningen kunnen uitsluitend worden verstrekt:

  • .

    voor zover de verstrekking van de lening direct verband houdt met de uitoefening van de publieke taak. In de financieringsparagraaf van de programmabegroting zullen hiervoor jaarlijks kaders en limieten worden vastgesteld

Noot: Het gestelde in artikel 11 en 12 heeft betrekking op overtollige middelen. Dit zijn de overschotten die ontstaan uit het niet synchroon lopen van de uitgaven en de ontvangsten; het gaat hier om de feitelijke treasuryfunctie.

Het verstrekken van leningen als bedoeld in artikel 13 gaat om een vorm van instrumentering die met de uitvoering van de treasuryfunctie niets te maken heeft, maar die verband houdt met een ander beleidsonderwerp en tegen deze achtergrond in het kader van de wet FIDO wèl is toegestaan. Het verstrekken van geldleningen aan partijen die niet voldoen aan het criterium “instelling met een maatschappelijke doelstelling” is te allen tijde een bevoegdheid van de raad.

Artikel 14 Aantrekken van gelden

Het college van B&W is bevoegd om gelden aan te trekken in de vorm van leningen, dan wel door het uitgeven van schuldbewijzen. Deze gelden, mogen alleen betrokken worden van partijen die voldoen aan de in artikel 11 gestelde eisen.

Conform artikel 9 wordt bij het aantrekken van gelden gestreefd naar de meest gunstige voorwaarden en condities, waarbij deze in ieder geval marktconform dienen te zijn.

Artikel 15 Afdekken van financiële risico's d.m.v. derivaten

Het gebruik van derivaten (rente – instrumenten) is slechts toegestaan voor het verminderen of (ten behoeve van gewenste spreiding van renterisico) verschuiven van een renterisico. Vóór het afsluiten van een derivatentransactie wordt het advies van een onafhankelijk externe adviseur ingewonnen.

Artikel 16 Criteria voor het afsluiten van derivaten

Financiële derivaten kunnen alleen worden afgesloten met een instelling die voldoet aan de criteria genoemd in artikel 11.

Conform artikel 9 wordt bij het afsluiten van dergelijke producten gestreefd naar de meest gunstige voorwaarden en condities, waarbij deze in ieder geval marktconform dienen te zijn.

Artikel 17 Rekening-courantovereenkomsten

Het college van B&W is bevoegd rekening-courantovereenkomsten aan te gaan met in Nederland gevestigde bancaire instellingen.

Onder in Nederland gevestigde bankinstellingen worden in dit statuut verstaan bankinstellingen met statutaire zetel in Nederland alsmede dochters/kantoren van banken met statutaire zetel in het buitenland. De bank dient onder toezicht te staan van De Nederlandse Bank NV als bedoeld in de Wet Toezicht Kredietwezen.

Indien er sprake zal zijn van uitzetting van gelden op de rekening-courant dan is het gestelde in artikel 11 onverkort van toepassing.

Artikel 18 Afsluiten van contracten in uitsluitend de Euro

Het college van B&W is bevoegd om alle in dit statuut genoemde contracten af te sluiten in uitsluitend de valuta Euro.

OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 19 Doormandatering

Het college van B&W zal in de praktijk een groot gedeelte van haar bevoegdheden doormandateren binnen de ambtelijke organisatie van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude.

Artikel 20 Buiten werking stellen van treasurystatuut 2005

Dit treasurystatuut vervangt de door de gemeenteraad van Haarlemmerliede en Spaarnwoude op 18 oktober 2005 vastgestelde versie die daarmede is komen te vervallen.

Wijzigingen in het door de raad vastgestelde treasurystatuut kunnen slechts worden aangebracht door de raad.

Samenvatting verantwoordelijkheden, bevoegdheden en informatievoorziening

I.Bevoegdheden

Functie

Verantwoordelijkheden

De Gemeenteraad

Het vaststellen van treasurydoelstellingen, het treasurybeleid, globale richtlijnen en limieten, middels de financiële verordening;

Vaststellen van de publieke taak

Het vaststellen van de treasuryparagraaf in begroting en jaarrekening;

Het houden van toezicht op het treasurybeleid en de uitvoering hiervan;

Het evalueren en als gevolg daarvan (eventueel) bijstellen van het treasurybeleid;

Commissie RVB

Het uitbrengen van advies over beleidsvoorstellen en rapportages op het gebied van treasury aan de Gemeenteraad.

Het college van B&W

Vaststellen van het treasurystatuut

Het uitvoeren van het treasurybeleid (formele en politieke verantwoordelijkheid);

Het achteraf bekrachtigen van de afgesloten transacties

Het rapporteren aan de Gemeenteraad over de uitvoering van het treasurybeleid.

Afdelingshoofden

Het fiatteren van betalingen en ontvangsten, ten laste c.q. ten gunste van hun budgetten.

Het zorgdragen voor het tijdig aanleveren van betrouwbare operationele informatie over toekomstige geldstromen aan de afdeling Middelen.

Het zorgdragen voor een goede kwaliteit van de informatie die hun afdeling aanlevert aan de afdeling Middelen met betrekking tot toekomstige uitgaven en ontvangsten.

Hoofd Middelen

Het ontvangen van de orderbevestiging van derden en het controleren of deze overeenkomst met de transactie-informatie zoals verstrekt door de medewerker belast met treasury;

Het bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen;

Het opstellen van de rentevisie;

Het controleren van de volledigheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening van de treasuryfunctie en hierover rapporteren aan het college van B&W;

Het voeren van de interne controle op de uitgevoerde treasurytransacties en hierover rapporteren aan het college van B&W;

Het opzetten van administratieve richtlijnen op het gebied van treasury;

Het adviseren van de afdelingen over de financiële gevolgen van hun activiteiten en projecten;

Het voorbereiden van beleidsvoorstellen op treasurygebied;

Comptabele

Het uitvoeren van de activiteiten met betrekking tot de volgende deelfuncties: het risicobeheer, gemeentefinanciering (financiering, uitzetting en relatiebeheer) en kasbeheer. Deze activiteiten moeten conform dit treasurystatuut en de treasuryparagraaf worden uitgevoerd en de transacties dienen geautoriseerd te zijn door het hoofd afdeling Middelen;

Het onderhouden van contacten met banken, geldmakelaars en overige financiële instellingen;

Het afsluiten van financiële contracten voortvloeiend uit bovenstaande deelfuncties;

Het beheren van geldstromen;

Het afleggen van verantwoording aan het college van B&W;

Het aantrekken en uitzetten van gelden in het kader van het saldo- en liquiditeitenbeheer;

Het uitvoeren van de aan hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten conform het treasurystatuut en de treasuryparagraaf;

Het zorgdragen voor juiste verantwoording van de uitvoering van de door hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten;

Het rapporteren aan B&W over de uitvoering van het treasurybeheer;

Het schriftelijk vastleggen van de treasurytransacties en het doorgeven hiervan aan de kassier;

Het aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens aan de gemeentelijke administratie;

Het afleggen van verantwoording aan het hoofd afdeling Middelen over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.

Kassier

Het juist en volledig administreren van de bezittingen, schulden, rechten, verplichtingen, inkomsten, uitgaven, ontvangsten en betalingen in de verplichtingen- en financiële administratie;

Het afhandelen van het contante en girale betalingsverkeer;

Het rapporteren aan het hoofd Middelen belast met controle over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten;

Het overboeken van saldi tussen bankrekeningen;

Het aanleveren van tijdige, volledige en juiste gegevens aan de gemeentelijke administratie.

Accountant

Het in het kader van haar reguliere controletaak adviseren en controleren omtrent de feitelijke naleving van het treasurystatuut.

II.Verantwoordelijkheden

Bevoegd functionaris

(eerste handtekening)

Autorisatie door

(tweede handtekening)

Saldo- , liquiditeiten- en geldstromenbeheer

1.Het uitzetten van geld via callgeld, deposito en spaarrekening

Kassier

Comptabele

2.Het aantrekken van geld via callgeld of kasgeld

Kassier

Comptabele

3.Betalingsopdrachten voorbereiden en versturen

Kassier

Comptabele

Bankrelatiebeheer

4.Bankrekeningen openen/sluiten/wijzigen

Comptabele

Hoofd Middelen

5.Bankcondities en tarieven afspreken

Comptabele

Hoofd Middelen

Risicobeheer

6.Het afsluiten van derivatentransacties

uitgesloten

uitgesloten

Financiering en uitzetting

7.Het afsluiten van kredietfaciliteiten

Comptabele

Hoofd Middelen

8.Het aantrekken van middelen via onderhandse leningen zoals vastgelegd in de treasuryparagraaf

Comptabele

Hoofd Middelen

9.Het uitzetten van middelen producten zoals vastgelegd in artikel 5, lid 1, van dit statuut (garantieproducten uitgezonderd) conform de treasuryparagraaf

Comptabele

Hoofd Middelen

10.Het beleggen in garantieproducten

Hoofd Middelen

College van B&W

11.Het verstrekken van leningen aan derden uit hoofde van de publieke taak

Hoofd Middelen

College van B&W

12.Het garanderen van middelen uit hoofd van de publieke taak

Hoofd Middelen

College van B&W

III.Informatievoorziening

Informatie

Frequentie

Informatie-verstrekker

Informatie-ontvanger

1.Gegevens m.b.t. toekomstige uitgaven en ontvangsten voor de liquiditeitenplanning

Kwartaal

Afdelingshoofden

Comptabele

2.Liquiditeitenplanning

Kwartaal

Comptabele

Hoofd Middelen

3.Beleidsplannen treasury in treasuryparagraaf van begroting

Jaarlijks

Comptabele

Gemeenteraad

4.Evaluatie treasury-activiteiten in treasuryparagraaf van jaarrekening

Jaarlijks

Comptabele

Gemeenteraad

5.Voortgang onderdelen treasuryparagraaf via voor- en najaarsrapportage

Halfjaarlijks

Hoofd Middelen

Gemeenteraad

6.Verantwoording n.a.v. treasuryparagraaf via jaarverslag

Jaarlijks

Comptabele

Gemeenteraad

7.Informatie aan derden (toezichthouder en CBS) zoals genoemd in art. 8 Wet fido

Kwartaal

Comptabele

Derden

8.Lenings- / uitzettings- / garantiebesluiten

binnen 14 dagen na besluit

College van B&W

Provincie

Bijlage Verklarende woordenlijst

B.B.V.

Afkorting van Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.

De Provinciewet en de Gemeentewet schrijven voor dat provincies respectievelijk gemeenten een begroting, meerjarenraming, jaarrekening en jaarverslag maken en geven enkele vereisten waaraan de genoemde documenten dienen te voldoen. In het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten zijn nadere eisen gesteld aan genoemde documenten met als doelstelling te waarborgen dat de door diverse partijen benodigde informatie wordt geleverd.

DEPOSITO

Niet-verhandelbare belegging bij een bank, waarbij een bedrag voor een vaste periode tegen een vast, vooraf afgesproken rentepercentage, wordt weggezet.

DERIVATEN

Derivaten zijn (afgeleide) financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde. Deze onderliggende waarden kunnen reële producten zijn zoals grondstoffen, of financiële producten zoals effecten. Derivaten kennen een breed toepassingsgebied en kunnen onder andere worden gebruikt om valuta- of renterisico's te sturen/beheersen en financieringskosten te minimaliseren.

KASGELDLENING

Een kasgeldlening is een overeenkomst tussen twee partijen om een bepaald bedrag tegen een bepaald tarief voor een vaste periode met elkaar uit te wisselen.

KASGELDLIMIET

Ten aanzien van de financiering op korte termijn dient de zogenaamde kasgeldlimiet leidend te zijn. Deze kasgeldlimiet wordt op grond van de Wet FIDO bepaald op grond van een ministerieel vastgesteld percentage van de jaarbegroting per 1 januari van enig jaar. Kort gezegd geeft de kasgeldlimiet de grens aan tot welk bedrag de gemeente "rood" mag staan bij de bank. Komen we structureel boven die grens, dan dienen financieringsmiddelen met een rentetypische looptijd van > 1 jaar te worden aangetrokken.

RATING-AGENCY

Rating-agencies verzamelen informatie over ondernemingen. Op basis van die informatie zijn zij in staat de kredietwaardigheid van die ondernemingen te analyseren en daar een kwalificatie aan te verbinden.

Deze kwalificaties worden gepubliceerd, o.a. via het Internet en zijn voor vermogensverschaffers feitelijk een onmisbaar instrument bij het afwegen van partijen in geval van het uitzetten van middelen.

RENTE-OPTIE

Het recht om een onderliggende waarde (in dit geval een hoofdsom) te kopen (calloptie), dan wel te verkopen (putoptie) tegen de in het optiecontract vermelde prijs (in dit geval het rentetarief) gedurende een bepaalde periode of op een bepaald moment.

RENTE-SWAP

Bij een renteswap wordt tussen twee partijen (waarvan er één een bank is) overeengekomen dat de

renteverplichtingen in de vorm van een vaste en een variabele rente met betrekking tot een afgesproken hoofdsom gedurende een bepaalde periode worden geruild.

Het nut van dit instrument kan bijvoorbeeld zijn dat een activum dat met lang vreemd vermogen is gefinancierd tegen de achtergrond van een verwachte daling van de korte rente, na afsluiting van de renteswap op goedkopere wijze is gefinancierd.

TRANSACTIE

In relatie tot dit treasurystatuut wordt onder een transactie verstaan “een overeenkomst tussen de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude en een andere partij op het gebied van de met name in het treasurystatuut vermelde producten”.

WET FIDO

Wet FIDO staat voor: Wet financiering decentrale overheden. De wet bevordert een solide financieringswijze bij openbare lichamen. Doel is het vermijden van grote fluctuaties in de rentelasten van openbare lichamen, die mogelijk consequenties hebben voor hun financiële positie. Tevens beoogt de wet een bijdrage te leveren aan de uitstekende kredietwaardigheid van openbare lichamen op de (inter-)nationale kapitaalmarkten en tevens de ook in internationaal perspectief wenselijke continuïteit in het wet- en regelgevend karakter te realiseren.