Verordening regelende de taak, samenstelling en werkwijze van de milieuraad

1. De milieuraad is daartoe belast met de volgende werkzaamheden:

• a.

  het verstrekken van adviezen - desgevraagd en uit eigen beweging - aan het college van burgemeester en wethouders over zaken, die in beleidsmatige zin het gemeentelijk milieubeheer betreffen

• b.

  het bevorderen van het overleg en de samenwerking tussen het college van burgemeester en wethouders en de personen en instellingen, die op het gebied van milieubeheer in de gemeente werkzaam zijn;

• c.

  het onderhouden van contacten c.q. zich laten adviseren door organen, instellingen, organisaties en personen die in en buiten de gemeente op het gebied van het milieubeheer werkzaam zijn.

2. Indien burgemeester en wethouders de milieuraad om advies vragen, wordt dit advies binnen uiterlijk twee maanden uitgebracht.

1. De milieuraad bestaat uit:

vijf tot negen leden, benoemd door de gemeenteraad op voorstel van burgemeester en wethouders, die op grond van hun belangstelling voor het milieu en/of hun deskundigheid op enig onderdeel daarvan voor benoeming in aanmerking komen.

2. De leden van de milieuraad dienen in de gemeente te wonen of te werken; bestuurders van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude en ambtenaren werkzaam bij die gemeente, zijn van het lidmaatschap uitgesloten.

3. De benoeming van de leden van de milieuraad geschiedt telkens voor een periode van zes jaar.

4. Onverminderd het bepaalde in lid 3, treden om de twee jaar -voor het eerst in 2000- drie leden af volgens een door de milieuraad in te stellen rooster.

5. Aftredende leden zijn terstond herbenoembaar; zij blijven hun functie waarnemen, totdat een nieuwe benoeming heeft plaatsgevonden.

6. De leden van de milieuraad kunnen te allen tijden hun ontslag nemen; zij dienen hun verzoek tot ontslag schriftelijk in bij burgemeester en wethouders.

7. Benoeming en herbenoeming van leden geschiedt zo mogelijk binnen twee maanden na het openvallen van de te vervullen plaatsen.

8. De gemeenteraad benoemt de voorzitter.

1. Een door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaar treedt op als secretaris van de milieuraad.

2. De secretaris is belast met de voorbereiding van de door de milieuraad te behandelen zaken en met de uitvoering van de besluiten van de milieuraad. Hij maakt van elke vergadering van de milieuraad een verslag.

3. De secretaris is geen lid van de milieuraad. Hij heeft een adviserende stem.

1. De milieuraad kan deskundigen raadplegen of tot bijwoning van zijn vergaderingen uitnodigen. Aan deze deskundigen kan binnen het beschikbare budget presentiegeld worden toegekend.

2. De milieuraad kan voor een bepaalde tijd werkgroepen instellen ter advisering op het gebied van bepaalde aspecten van de aan hem opgedragen taak.

1. De milieuraad vergadert als regel zesmaal per jaar en voorts zo dikwijls als de voorzitter of tenminste de helft van het aantal zitting hebbende leden dat nodig acht.

2. De voorzitter zorgt, spoedeisende gevallen uitgezonderd, dat elk lid tenminste tweemaal 24 uur vóór het houden van een vergadering schriftelijk wordt opgeroepen, zoveel mogelijk met vermelding der in die vergadering te behandelen onderwerpen.

3. Het bepaalde in artikel 19, tweede lid, van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing op de vergaderingen van de milieuraad; de voorzitter zorgt voor de uitvoering.

4. Van elke vergadering wordt een verslag opgemaakt.

1. De vergaderingen van de milieuraad worden in het openbaar gehouden, tenzij zaken aan de orde gesteld worden, die zich naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet of nog niet lenen voor een beraadslaging in een openbare vergadering;

burgemeester en wethouders stellen de milieuraad schriftelijk van die zaken in kennis.

Deze zaken worden in een besloten vergadering behandeld.

2. Bij vergaderingen die in het openbaar plaatsvinden, worden de deuren gesloten, wanneer de voorzitter dit nodig oordeelt, of het door twee leden wordt gevorderd.

De milieuraad beslist of met gesloten deuren beraadslaagd zal worden.

3. Van elke besloten vergadering wordt een afzonderlijk verslag opgemaakt.

1. De milieuraad kan alleen beraadslagen of besluiten, indien meer dan de helft van de leden tegenwoordig is.

2. Kan dientengevolge een vergadering niet doorgaan, dan wordt - met een tussentijd van tenminste 24 uur - een tweede vergadering belegd, waarin de aanwezige leden beraadslagen en besluiten over de in de oproep voor de eerste vergadering vermelde onderwerpen.

3. De besluiten worden bij volstrekte meerderheid van stemmen genomen; het gevoelen van de minderheid wordt, indien deze zulks wenst, in een voorstel, advies, rapport of verslag vermeld.

4. Bij staking van stemmen wordt het nemen van een besluit tot een volgende vergadering uitgesteld; is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in een volgende vergadering, dan wordt geen voorstel, advies, verslag of rapport opgemaakt, maar worden de verschillende meningen medegedeeld.

1. De voorzitter kan omtrent het in een vergadering behandelde en omtrent de inhoud van stukken welke aan de milieuraad worden overgelegd, geheimhouding opleggen.

2. Omtrent de zaken, waarvan burgemeester en wethouders overeenkomstig het bepaalde in artikel 7, lid 1, hebben bepaald dat deze zich nog niet of nog niet lenen voor een beraadslaging in een openbare vergadering, legt de voorzitter geheimhouding op.

3. De geheimhouding krachtens het eerste en tweede lid wordt zowel door hen die bij de behandeling tegenwoordig waren, als door hen die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennis nemen, in acht genomen totdat de voorzitter deze opheft.

1. De milieuraad verstrekt aan burgemeester en wethouders alle gewenste inlichtingen.

2. De verslagen van de vergaderingen worden toegezonden aan burgemeester en wethouders.

3. Jaarlijks brengt de milieuraad aan burgemeester en wethouders schriftelijk verslag uit over de verrichte werkzaamheden in het voorgaande kalenderjaar.

4. Burgemeester en wethouders brengen het jaarverslag ter kennis van de gemeenteraad.