Verordening winkeltijden Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2018

Geldend van 01-06-2018 t/m heden

Intitulé

Verordening winkeltijden Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2018

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a. de wet: de Winkeltijdenwet;

  • b. winkel: een winkel als bedoeld in artikel 1 van de wet;

  • c. feestdag: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag en tweede Kerstdag;

  • d. college: het college van burgemeester en wethouders

Artikel 2. Beslistermijn

  • 1. Het college beslist op een aanvraag om een ontheffing binnen 8 weken.

  • 2. Het college kan de beslissing voor ten hoogste 6 weken verdagen.

Artikel 3. Positieve fictieve beschikking

Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing op alle aanvragen voor vergunning of ontheffing ingevolge deze verordening​.

Artikel 4. Weigeringsgronden ontheffingen

Het college kan weigeren een ontheffing te verlenen indien de woonsituatie of de leefsituatie, de veiligheid of de openbare orde in de omgeving van de winkel/standplaats op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling.

Artikel 5. Voorwaarden of beperkingen

Het college kan nadere beperkingen stellen en voorschriften verbinden aan de vrijstelling of de ontheffing zoals genoemd in hoofdstuk 2 van deze verordening.

Artikel 6. Overdracht van de ontheffing

  • 1. Een ontheffing op grond van deze verordening is overdraagbaar na verkregen toestemming van het college.

  • 2. In geval van een voorgenomen overdracht doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.

Artikel 7. Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:

ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

veranderde omstandigheden of gewijzigde inzichten dit noodzakelijk maken in verband met het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen 3 maanden;

de houder dit aanvraagt.

Artikel 8. Nadere regels ter bevordering van de openbare orde, de veiligheid en het woon- en leefklimaat

Het college kan ter bevordering van de openbare orde, de veiligheid dan wel het woon- en leefklimaat nadere regels stellen met betrekking tot de winkels/standplaatsen.

Hoofdstuk 2 Vrijstellingen en ontheffingen

Artikel 9. Vrijstelling zon- en feestdagen

Van de verboden genoemd in artikel 2 lid 1 onder a en b en tweede lid van de wet wordt vrijstelling verleend op zon- en feestdagen tussen 06.00 en 22.00 uur.

Artikel 10. Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor bijzondere situaties

  • 1. Het college kan voor wat betreft zon- en feestdagen ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet genoemde verboden ten behoeve van:

    • a.

      bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen;

    • c.

      tentoonstellingen in kunstateliers en galeries

  • 2. De ontheffing kan worden verleend in geval van feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen of beurzen.

Artikel 11. Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

Het college kan op aanvraag ontheffing verlenen van de verboden, bedoeld in artikel 2, eerste lid onder c, en tweede lid van de wet.

Artikel 12. Aanvraag ontheffing

Een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 9 en 10 van deze verordening dient uiterlijk acht weken voor het tijdstip waarop de ontheffing ziet worden ingediend.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 13. Intrekking voorgaande regeling

De Verordening winkeltijden gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2015, d.d. 15 september 2015 wordt ingetrokken.

Artikel 14. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 juni 2018.

Artikel 15. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening winkeltijden gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2018.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 29 mei 2018

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1. Begripsbepalingen

Voor de definitie van winkel wordt verwezen naar artikel 1 van de Winkeltijdenwet. Daarin is een winkel gedefinieerd als: een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte, waarin goederen aan particulieren plegen te worden verkocht.

Voor de omschrijving van het begrip feestdag is aansluiting gezocht bij artikel 2, eerste lid onder b van de Winkeltijdenwet. In de wet is geen definitie opgenomen van feestdag, maar worden de volgende dagen genoemd als dagen waarop de winkels gesloten moeten zijn (naast de zondag): Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste en tweede Kerstdag. Deze dagen zijn in artikel 1 van de modelverordening gedefinieerd als feestdag. Daarnaast noemt artikel 2, eerste lid onder b van de Winkeltijdenwet nog drie dagen waarop de winkels gesloten moeten zijn vanaf 19.00 uur: Goede Vrijdag, 4 mei en 24 december. Deze dagen vallen dus niet onder het begrip feestdag in de modelverordening.

Koninginnedag en Bevrijdingsdag (5 mei) zijn, voor zover deze dagen niet op zondag vallen, in de wet niet aangemerkt als een dag waarop de winkels gesloten moeten zijn.

Een kiosk die niet door het publiek betreden kan worden, wordt in deze verordening gelijkgesteld aan een standplaats.

Artikel 3. Overdracht van de ontheffing

De bepaling bindt de overdracht van de ontheffing aan de toestemming van het college. De ontheffing kan aan een (rechts)persoon worden verleend als het gaat om straatverkoop als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Winkeltijdenwet. Als het om een winkel gaat, heeft de ontheffing naar zijn aard betrekking op het pand waarin het winkelbedrijf wordt uitgeoefend. Als het om een ontheffing voor straatverkoop gaat biedt de tussenkomst het college de gelegenheid om inzicht te krijgen in de bedrijfsvoering van de opvolger. Als het gaat om overdracht van het winkelpand aan een ander rechthebbende, moet het college kunnen toetsen of de ontheffing in stand kan blijven of dat er eventueel andere voorschriften aan moeten worden verbonden. Er kan immers sprake zijn van een heel ander soort winkel dan voorheen.

Artikel 6. Vrijstelling zon- en feestdagen

De grondslag van het artikel is artikel 3, derde lid, onder a van de Winkeltijdenwet. De vrijstelling is verleend door de raad en geldt voor de tijdstippen 12.00 tot 22.00 uur.

Voor verkoop tijdens een evenement op zon- en feestdagen is geen ontheffing noodzakelijk, waar zover de verkoop deel uitmaakt van de evenementenvergunning. Verkoop mag alleen plaatsvinden tijdens de evenemententijden. Dit betreft alleen verkoop vanuit standplaatsen.

Artikel 7. Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor bijzondere situaties

Dit artikel steunt op artikel 4, tweede lid, Winkeltijdenwet.

Uit de bewoordingen van artikel 4, eerste lid, van de Winkeltijdenwet in relatie tot die van 3, vierde lid volgt dat deze ontheffing zowel op aanvraag als ambtshalve kan worden verleend.

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor de zon- en feestdagen voor bijzondere situaties. De wet laat hierin de gemeente beleidsvrijheid. Met gebruikmaking van deze beleidsvrijheid kan de ontheffing verleend worden voor tentoonstellingen in kunstateliers en galeries. De achtergrond van deze bijzondere status voor kunstateliers en galeries is dat de mogelijkheden voor kunstenaars aan hun werk bekendheid te geven door middel van (verkoop)tentoonstellingen niet te zeer aan banden gelegd mag worden. Bovendien spelen concurrentieoverwegingen hier nauwelijks een rol, gezien het individuele karakter van de betrokken voorwerpen.

Aangezien de winkels met deze verordening op iedere zon- en feestdagen open mogen, worden voor jaarlijks terugkerende dagen als feestdagen, Moeder-/ Vaderdag, landelijke fietsdag etc. geen ontheffing van de winkeltijden verleend. Een jubileum (5-jaarlijks) wordt wel als bijzonder gelegenheid van tijdelijke aard gezien.

De ontheffing kan onder beperkingen en voorschriften worden verleend.

Artikel 9. Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

Dit artikel steunt op artikel 7, tweede lid, van de Winkeltijdenwet. In afzonderlijke gevallen kan een ontheffing worden verleend. Per geval is dan een afweging te maken of de gewenste openstelling zich verhoudt met belangen van de woon- en leefomgeving, de veiligheid en de openbare orde.

De ontheffing kan onder beperkingen en voorschriften worden verleend.

In het Vrijstellingenbesluit is voor een aantal overige vormen van detailhandel alleen de openstelling op zon- en feestdagen geregeld. De openstelling van deze vormen van detailhandel op de uren tussen 22.00 en 06.00 uur op werkdagen wordt door de verordening geregeld.

Voor verkoop tijdens een evenement op werkdagen voor 06.00 uur en na 22.00 uur is geen ontheffing noodzakelijk, waar zover de verkoop deel uitmaakt van de evenementenvergunning. Verkoop mag alleen plaatsvinden tijdens de evenemententijden. Dit betreft alleen verkoop vanuit standplaatsen.

Regeling voorschriften en beperkingen als bedoeld in artikel 8 van de Verordening winkeltijden gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2018, d.d. [datum]

Artikel 1

Onder winkelier wordt verstaan: de beheerder van de winkel.

Artikel 2

De winkelier is verplicht direct na sluitingstijd de omgeving binnen een straal van 25 meter rondom de winkel te ontdoen van afval.

Artikel 3

Het is op zon- en feestdagen niet toegestaan om vóór 12.00 uur en ná 18.00 uur de winkel te

bevoorraden of te laten bevoorraden.

Artikel 4

De winkelier is verplicht zorg te dragen voor een goede afhandeling van het verkeer naar én vanaf de

winkel.

Artikel 5

De winkelier is verplicht om geluidsoverlast die verband houdt met het geopend zijn van de winkel

zoveel mogelijk te beperken door bijvoorbeeld het gebruik van:

  • geluidsarme winkelwagens

  • geluidsarme bevoorradingswagens

  • inpandige laad- en losactiviteiten.

Artikel 6

De winkelier is verplicht alle aanwijzingen die door of namens het college aangewezen toezichthouders

en de politie worden geven ter handhaving van de openbare orde, de veiligheid dan wel het woon- en

leefklimaat, stipt en onverwijld op te volgen.

Ondertekening