Verordening op de avondverzorging in de gemeente Haarlemmermeer.

1. Het bestuursorgaan stelt, op voorstel van de coördinator eenmaal per 2 jaar vóór 1 mei een schoolwerkplan vast. De coördinator zendt het voorstel daartoe in bij het bestuursorgaan vóór 1 april van het jaar, waarin de vaststelling dient plaats te vinden.

2. Indien het bestuursorgaan bij het vaststellen van het schoolwerkplan wenst af te wijken van het voorstel van de coördinator, neemt het geen besluit, alvorens de coördinator te hebben gehoord.

1. Jaarlijks vóór 1 juli stelt het bestuursorgaan op voorstel van de coördinator het activiteitenplan vast. Decoördinator zendt het voorstel daartoe in bij het bestuursorgaan vóór 1 juni. Het tweede lid van artikel 3 is van overeenkomstige toepassing.

2. De cursussen lopen van 1 augustus tot en met 31 juli daaraanvolgend. Het vakantierooster, zoals dat door het bestuursorgaan is vastgesteld, is van toepassing.

3. Per week wordt per groep maximaal op twee avonden avondverzorging aangeboden. Het bevoegdgezag stelt op voorstel van de coördinator vast op welke avonden en uren dit onderwijs wordt gegeven. Het tweede lid van artikel 3 is van overeenkomstige toepassing.

4. Het onderwijs wordt gegeven in groepen van tenminste 10 en ten hoogste 20 cursisten. Het bevoegd gezag kan na overleg niet de coördinator, tussentijds groepen samenvoegen of opheffen of het aantal groepen uitbreiden. In bijzondere gevallen kan het bestuursorgaan bepalen dat een groep uit minder dan 10 deelnemers zal bestaan.

5. Aan elke cursus zijn evenveel groepsleraren verbonden als de cursus groepen telt.

1. De coördinator en de groepsleraren worden, de laatsten op voorstel van de coördinator, door het bestuursorgaan benoemd en ontslagen.

2. Met betrekking tot de aanstelling, de schorsing als ordemaatregel, disciplinaire straffen of maatregelen en de beëindiging van het dienstverband zijn de bepalingen van de hoofdstukken II-a, II-b, II-c en II-d van het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel van toepassing.

1. De coördinator voert de administratie overeenkomstig de richtlijnen van het bestuursorgaan en verschaft het bestuursorgaan alle gewenste inlichtingen.

2. Bij de coördinator berust de onderwijskundige, organisatorische en huishoudelijke leiding, een en ander overeenkomstig de richtlijnen en onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan.

3. Vóór 1 december brengt de coördinator aan het bestuursorgaan een onderwijskundig en financieel verslag uit over het afgelopen cursusjaar.

1. De coördinator en de groepsleraar, die tengevolge van afwezigheid wegens ziekte of buitengewoon verlof verhinderd zijn hun lesgevende activiteiten te verrichten, kunnen door een andere groepsleraar worden vervangen. De artikelen 5 en 6 zijn van overeenkomstige toepassing.

2. Het bestuursorgaan wijst op voorstel van de coördinator één van de groepsleraren aan om de coördinator bij afwezigheid te vervangen.

3. De artikelen 5 en 6 van deze verordening zijn van overeenkomstige toepassing.

1. De aan de coördinator en de groepsleraar toe te kennen beloning bedraagt per wekelijks lesuur per jaar 150% van 3/4-gedeelte van 40/26 x 1/40 van het van rijkswege vergoede jaarsalaris, dat zij aan een school als bedoeld in artikel 1 van deze verordening als groepsleraar genieten of zouden genieten.

2. De onder het vorige lid genoemde beloning wordt ook toegekend bij verlof wegens vakantie, ziekte of wegens andere redenen voor zover deze andere redenen niet te wijten zijn aan schuld of grove nalatigheid van betrokkene, een en ander ter beoordeling van het bestuursorgaan. De artikelen I-C 1, 2, 5, 28, 29, 30 en 38, alsmede I-E 1 en 2 van het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel zijn van toepassing.

3. De coördinator ontvangt naast de beloning op grond van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel een toelage gelijk aan de helft van de beloning per wekelijks lesuur per jaar, berekend volgens het eerste lid van dit artikel.

4. De beloning en de toelage als bedoeld in het eerste en het derde lid van dit artikel worden in maandelijkse termijnen uitgekeerd.

5. De in artikel 8 genoemde vervangers ontvangen een beloning op de voet van het eerste lid van dit artikel.

6. De in artikel 8, lid 2, genoemde groepsleraar die de coördinator gedurende tenminste 4 achtereenvolgende weken, de reguliere schoolvakanties niet meegerekend, vervangt ontvangt over de totale periode van vervanging een beloning op de voet van het derde lid van dit artikel.

1. Als cursisten kunnen worden aangemerkt: de oud-leerlingen van de in artikel 1 van deze verordening bedoelde scholen, die aan de avondverzorging deelnemen.

2. Inschrijving als deelnemer aan de avondverzorging is alleen mogelijk voor die oud-leerlingen, als bedoeld in lid 1, die de leeftijd van tenminste 16 jaar hebben bereikt. In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders, op voorstel van de coördinator, ontheffing van deze bepaling verlenen.

3. De inschrijvingsduur bedraagt ten hoogste 3 jaar. Het bestuursorgaan kan, gelet op de behoefte van de cursist en gehoord de coördinator, in bijzondere gevallen bepalen, dat de inschrijvingsduureenmalig met een jaar wordt verlengd.

De coördinator vermeldt in het onderwijskundig verslag, bedoeld in artikel 7, 3e lid, de gevallen, bedoeld in het voorgaande lid.

1. De in- en uitschrijving van cursisten geschiedt door de coördinator in een daartoe bestemd register. De coördinator geeft van elke in- en uitschrijving binnen 10 dagen schriftelijk kennis aan het bevoegd gezag.

2. Wanneer een cursist zonder bericht veertien dagen heeft verzuimd de cursus te volgen, moet deze worden uitgeschreven, tenzij bij onderzoek blijkt, dat het verzuim een geldige reden had en dat redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de cursist in het vervolg de avondverzorging weer zal bezoeken.

1. De avondverzorging vindt plaats in een schoolgebouw, met gebruikmaking van de daar aanwezige outillage.

2. Ten behoeve van de avondverzorging staan binnen het schoolgebouw evenzoveel lesruimten voor gebruik ter beschikking als de cursus groepen telt.

3. Zowel voor het gebruik van de onderwijsruimten binnen het schoolgebouw als voor de berekening van de exploitatiekosten van dat gebruik, wordt de gemeentelijke "Verordening op het in gebruik geven van gemeentelijke onderwijsruimten" toegepast.