Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Haarlemmermeer houdende regels omtrent de heffing en de invordering van toeristenbelasting (Verordening toeristenbelasting 2020)

Geldend van 22-11-2019 t/m 31-12-2020

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Haarlemmermeer houdende regels omtrent de heffing en de invordering van toeristenbelasting (Verordening toeristenbelasting 2020)

De raad van de gemeente Haarlemmermeer;

gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 24 september 2019, nummer 2019. ;

gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van toeristenbelasting gemeente Haarlemmermeer 2020 ("Verordening toeristenbelasting 2020”).

Artikel 1 Begripsomschrijving

Deze verordening verstaat onder verblijf: het met of zonder overnachten houden van verblijf tegen vergoeding in welke vorm dan ook.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “toeristenbelasting” wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf binnen de gemeente Haarlemmermeer tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente Haarlemmermeer in de Basisregistratie Personen zijn ingeschreven.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1. Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2.

  • 2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene, die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

  • 3. Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

Artikel 4 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:

  • a.

    van degene, die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen;

  • b.

    van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g en h, van voornoemde wet, en voorzover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 2 onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

  • 1. De belasting wordt berekend over de vergoeding voor het verblijf die in rekening wordt gebracht, de toeristenbelasting daaronder niet begrepen.

  • 2. Als vergoeding wordt aangemerkt het bedrag dat als verschuldigd wegens logies aan de heffing van omzetbelasting is onderworpen.

Artikel 6 Belastingtarief

Het tarief bedraagt 6,05 procent van de heffingsmaatstaf.

Artikel 7 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Aanslaggrens

Belastingaanslagen van minder dan € 25,00 worden niet opgelegd.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1. Een belastingaanslag is invorderbaar twee maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2. In afwijking van het eerste lid en in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 is een voorlopige aanslag die is opgelegd voor de elfde maand van het belastingjaar, invorderbaar in zoveel gelijke termijnen als er na de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, nog maanden van het belastingjaar overblijven. De eerste termijn vervalt een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 11 Aanmeldingsplicht

De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal gelegenheid tot verblijf verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de aangewezen inspecteur, bedoeld in artikel 232, vierde lid, sub a, van de Gemeentewet.

Artikel 12 Overgangsrecht

De "Verordening toeristenbelasting 2019", vastgesteld bij raadsbesluit van 1 november 2018, nummer 2018/0061377, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2020, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2020.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: "Verordening toeristenbelasting 2020".

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 31 oktober 2019.

De griffier,

J. van der Rhee, B. Ha

De voorzitter,

M. Schuurmans - Wijdeven