Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk houdende regels omtrent de subsidie op beschermd wonen (Subsidieregeling beschermd wonen gemeente Harderwijk 2020)

Geldend van 29-07-2020 t/m heden

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk houdende regels omtrent de subsidie op beschermd wonen (Subsidieregeling beschermd wonen gemeente Harderwijk 2020)

Burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk,

Gelet op de Verordening maatschappelijke ondersteuning Harderwijk 2018 en het bepaalde artikel 3 van Algemene subsidieverordening Harderwijk 2018.

Overwegende dat:

  • -

    gemeente Harderwijk en de gemeente Zwolle ter uitvoering van het collegebesluit de dato 18 juli 2017 gesloten overeenkomst ‘Overdracht verantwoordelijkheden, taken en middelen beschermd wonen en maatschappelijke opvang regio Noord-Veluwe’. Waarbij gemeenten in de regio Noord-Veluwe werken en gemeente Harderwijk de rol van plaatsvervangend centrumgemeente vervult;

  • -

    middels deze overeenkomst nadere afspraken zijn gemaakt over overdracht van verantwoordelijkheden, taken en middelen van de centrumgemeente Zwolle naar de gemeente Harderwijk om de taken ten aanzien van beschermd wonen en maatschappelijke opvang voor de regio Noord Veluwe te kunnen vervullen;

  • -

    gemeente Harderwijk met ingang van 1 januari 2018 op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, verantwoordelijk is voor het bieden van onderdak en begeleiding aan personen met een psychiatrische aandoening die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving;

  • -

    de daarvoor benodigde zorg wordt ingekocht door met de betreffende zorgaanbieders een subsidierelatie aan te gaan;

  • -

    de Algemene subsidieverordening Harderwijk 2018 artikel 3 bepaalt, dat de activiteiten en doelgroepen die voor subsidie in aanmerking komen, de wijze van berekening, en de aan de subsidieverstrekking te verbinden voorschriften worden vastgelegd in een subsidieregeling.

Besluit:

vast te stellen de volgende: “subsidieregeling beschermd wonen Harderwijk 2020”

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Aanvrager: Een organisatie met rechtspersoonlijkheid die beschermd wonen biedt in de regio Noord-Veluwe;

  • b.

    Beschermd wonen: wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorende toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen, bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving;

  • c.

    Regio Noord-Veluwe: De regio Noord-Veluwe (RNV) bestaat uit de gemeenten Harderwijk, Ermelo, Nunspeet, Oldebroek, Putten en Elburg;

  • d.

    ASV: De Algemene Subsidieverordening Harderwijk 2018.

Alle begrippen die in deze regeling worden gebruikt en die hierboven niet nader zijn omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wmo 2015, de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Harderwijk 2018, de Algemene subsidieverordening Harderwijk 2018 en de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Relatie met ASV 2018

Op deze subsidieregeling is de Algemene Subsidieverordening Harderwijk 2018 van toepassing, tenzij hiervan in deze regeling wordt afgeweken.

Artikel 3 Subsidiedoel

Het verstrekken van subsidie op basis van deze regeling heeft als doel aanbieders in staat te stellen beschermd wonen te bieden in de regio Noord-Veluwe overeenkomstig het door de gemeente Harderwijk vastgestelde beleid op het terrein van beschermd wonen.

Artikel 4 Subsidieaanvrager

  • 1. Subsidie kan worden aangevraagd door een aanbieder die activiteiten aanbiedt die bijdragen aan het in artikel 2 genoemde subsidiedoel.

  • 2. De aanbieder voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Verordening maatschappelijke ondersteuning i.c.m. de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015).

Artikel 5 Subsidieplafond

  • 1. Het subsidieplafond voor beschermd wonen wordt jaarlijks vastgesteld door het college.

  • 2. Indien het totaal van de subsidieaanvragen - zoals genoemd in artikel 6 lid 2 het subsidieplafond overschrijdt wordt bij de subsidieverlening allereerst voorrang verleend aan dat deel van de aanvragen dat invulling geeft aan het bieden van continuïteit van beschermd wonen aan cliënten in de regio Noord-Veluwe die deze voorzieningen benutten en waarvoor door de gemeente Harderwijk ook subsidie verleend is in het kalenderjaar voorafgaand aan het kalenderjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

  • 3. Indien, na toepassing van artikel 6 lid 2 van deze regeling, het totaal van de subsidieaanvragen zoals omschreven in artikel 6 lid 2 het subsidieplafond overschrijdt, wordt het beschikbare subsidiebudget evenredig onder de aanvragen verdeeld. Indien, na toepassing van artikel 6 lid 2 van deze regeling, het subsidieplafond nog niet overschreden is, wordt voorrang gegeven aan die aanvragen die het meeste bijdragen aan het subsidiedoel.

  • 4. Voor de aanvragen tot subsidieverlening die gedurende het lopende kalenderjaar kunnen worden ingediend (zoals bedoeld in artikel 7 lid 4) kan een afzonderlijk subsidieplafond worden vastgesteld door het college.

  • 5. De verdeling van het beschikbare subsidiebudget ten behoeve van de in artikel 7 lid 4 omschreven aanvragen vindt plaats op volgorde van datum van ontvangst van de subsidieaanvragen.

Artikel 6 Subsidiemethodiek

  • 1. De subsidie voor aanvragen beschermd wonen (zoals bedoeld in artikel 7 lid 2 wordt bepaald door vermenigvuldiging van:

    • a.

      het aantal cliënten dat naar verwachting een voorziening beschermd wonen wordt geboden op 1 januari van het kalenderjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd, waarbij onderscheid kan worden gemaakt in aard en zwaarte van de te bieden voorziening met:

    • b.

      de, door het college, vastgestelde maximale kosten van de voorzieningen voor beschermd wonen waarbij onderscheid kan worden gemaakt in aard en zwaarte van de te bieden voorziening.

  • 2. De subsidie voor aanvragen zoals bedoeld in artikel 7 lid 4 wordt bepaald door vermenigvuldiging van:

    • a.

      het aantal cliënten dat naar verwachting een voorziening beschermd wonen wordt geboden voor het tijdvak binnen het kalenderjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd, waarbij onderscheid kan worden gemaakt in aard en zwaarte van de te bieden voorziening met:

    • b.

      de, door het college, vastgestelde maximale kosten van de voorzieningen voor beschermd wonen waarbij onderscheid kan worden gemaakt in aard en zwaarte van de te bieden voorziening.

  • 3. Subsidie wordt geheel of gedeeltelijk geweigerd indien de subsidieaanvrager zelf in de kosten van de voor subsidie in aanmerking komende voorzieningen kan voorzien.

Artikel 7 Aanvraag tot subsidieverlening

  • 1. De aanvrager maakt bij de aanvraag tot subsidieverlening gebruik van een door het college vastgesteld aanvraagformulier alsmede voorgeschreven bijlagen.

  • 2. Tenzij het college anders bepaalt, dienen aanvragen om subsidieverlening ten behoeve van activiteiten gedurende het gehele kalenderjaar op grond van deze regeling voor 1 september van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft, te zijn ingediend.

  • 3. Bij de indiening van de aanvraag tot subsidieverlening zoals bedoeld in artikel 7 lid 2 wordt een prognose ingediend van het te verwachten aantal cliënten dat een voorziening beschermd wonen wordt geboden op 1 januari van het kalenderjaar waarvoor de subsidie wordt gevraagd en de daarbij te verwachten kosten.

  • 4. In afwijking van artikel 7 lid 2 kan een aanbieder een aanvraag tot subsidieverlening indienen gedurende het kalenderjaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft indien:

    • a.

      de aanvrager gedurende dat jaar geconfronteerd wordt met kosten als gevolg van noodzakelijke omzetting van bekostiging van cliënten en/of het met spoed bieden van voorzieningen van beschermd wonen aan cliënten na een besluit van de door de regiogemeenten gemandateerd toegangsorgaan en;

    • b.

      er zonder (aanvullende) subsidiering in redelijkheid geen continuïteit van beschermd wonen aan de betreffende cliënt(en) door de aanvrager kan worden geboden;

    • c.

      deze continuïteit van beschermd wonen wel in het belang is van het herstel van de betreffende cliënt(en) en ook de wens is van de betreffende cliënt(en);

  • 5. Bij de indiening van de aanvraag tot subsidieverlening zoals bedoeld in artikel 7 lid 4 wordt een prognose ingediend van het te verwachten aantal cliënten dat een voorziening beschermd wonen wordt geboden gedurende het tijdvak binnen het kalenderjaar waarvoor de subsidie wordt gevraagd en de daarbij te verwachten kosten.

Artikel 8 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze regeling treedt op de eerste dag na bekendmaking in werking

  • 2. Deze regeling wordt aangehaald als “subsidieregeling beschermd wonen gemeente Harderwijk 2020”.

  • 3. De ”Deelverordening subsidie Beschermd Wonen en maatschappelijke ondersteuning gemeente Harderwijk” wordt ingetrokken op het moment dat deze regeling in werking treedt.

  • 4. Op aanvragen tot subsidieverstrekking die zijn ingediend voor inwerkingtreding is deze regeling van toepassing (met uitzondering van artikel 7 lid 2).

Ondertekening

TOELICHTING

Algemeen

Gemeenten zijn vanaf 1 januari 2015 verantwoordelijk voor de uitvoering van taken op het gebied van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015. Onderdeel hiervan is het bieden van voorzieningen op het gebied van beschermd wonen. De basis voor deze subsidiering dient in een subsidieverordening te liggen, omdat voor subsidiering een wettelijke grondslag vereist is.

De uitvoering van de subsidieverordening ligt bij het college van burgemeester en wethouders. Een subsidieverordening bevat de procedurele eisen en criteria die in het kader van de subsidiëring worden gesteld. Hierin is bijvoorbeeld opgenomen waar een aanvraag aan moet voldoen, welke kosten subsidiabel zijn, welke termijnen van toepassing zijn, en dergelijke.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 3 Subsidiedoel

De gemeente Harderwijk is op grond van de Wmo 2015 verplicht beschermd wonen aan te bieden voor de regio Noord-Veluwe. Hiervoor ontwikkelt gemeente Harderwijk in samenwerking met de regiogemeenten, aanbieders en cliënten beleid. Deze subsidieregeling is bedoeld om transparant te zijn over de wijze waarop de beschikbare subsidie voor het realiseren van de beleidsdoelen wordt verdeeld.

Artikel 4 Subsidieaanvrager

In artikel 4 wordt aangegeven wie subsidie kan aanvragen. In lid 2 wordt daarin aangegeven dat de aanbieder dient te voldoen aan de vereisten zoals opgenomen in de Verordening maatschappelijke ondersteuning i.c. de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Dit is van belang omdat in de Wmo 2015 alle artikelen zijn opgenomen die vereist zijn bij het bieden van voorzieningen in het kader van de Wmo 2015. Meer in het bijzonder gaat het daarbij onder meer om:

  • -

    Dat de aanbieder aantoont zorg te dragen voor een goede kwaliteit van de beschermd wonen voorzieningen. Dat wil zeggen dat de voorziening in ieder geval veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht wordt geboden, is afgestemd op de reële behoefte en de persoonlijke situatie van de cliënt en op andere vormen van zorg of hulp die de cliënt ontvangt, verstrekt wordt in overeenstemming met de op de beroepskracht rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de professionele standaard en verstrekt wordt met respect voor en inachtneming van de rechten van de cliënt.

  • -

    Dat de aanbieder een zo integraal mogelijke dienstverlening biedt door het aanbod beschermd wonen voor de cliënt in samenhang te bieden met onder meer andere vormen van maatschappelijke ondersteuning alsmede voorzieningen van publieke gezondheid, preventie, zorg, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen;

  • -

    Dat de aanbieder zorgdraagt voor een regeling voor medezeggenschap van cliënten over voorgenomen besluiten van de aanbieder die voor de cliënten van belang zijn.

  • -

    Dat de aanbieder zorgdraagt voor een vastgestelde regeling voor de afhandeling van klachten van cliënten.

  • -

    Dat de aanbieder een meldcode heeft vastgesteld en hanteert waarin stapsgewijs wordt aangegeven hoe met signalen van huiselijk geweld en/of kindermishandeling wordt omgegaan en die er redelijkerwijs aan bijdraagt dat zo snel en adequaat mogelijk hulp kan worden geboden, waarbij de aanbieder aantoont op welke wijze de kennis en het gebruik van de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling binnen de aanbieder wordt bevorderd.

Naast de wettelijke vereisten kan het college zelf nadere regels stellen (bijvoorbeeld ten aanzien van de vereiste kwaliteit en deskundigheid) om voor subsidiering beschermd wonen in aanmerking te komen.

Artikel 5 Subsidieplafond

Jaarlijks wordt door het college een subsidieplafond voor beschermd wonen vastgesteld. Bij het toekennen van subsidie is het waarborgen van de continuïteit van maatschappelijke ondersteuning van cliënten die reeds beschermd wonen wordt geboden prioriteit.

De volgende werkwijze wordt bij de toekenning van subsidie gehanteerd:

  • 1.

    Eerst wordt dat deel van de aanvragen gehonoreerd waarmee invulling wordt gegeven aan de continuïteit van beschermd wonen.

    Mocht het subsidieplafond dan worden overschreden dan wordt elke aanbieder evenredig gekort.

  • 2.

    Eventueel overgebleven middelen na toepassing van stap 1 worden beschikbaar gesteld aan het overige deel van de aanvragen waarbij die aanvragen voorrang krijgen die het meest bijdragen aan het subsidiedoel.

Artikel 6 Subsidiemethodiek

Jaarlijks wordt een subsidiemethodiek voor beschermd wonen door het college vastgesteld. Volgens de Algemene subsidieverordening is het college bevoegd subsidie geheel of gedeeltelijk te weigeren indien de subsidieaanvrager zelf in de kosten van de voor subsidie in aanmerking komende voorzieningen kan voorzien. Het college kan hiervoor nadere regels opstellen.

Artikel 7 Aanvraag tot subsidieverlening

In artikel 7 wordt, in aanvulling op en in afwijking van de algemene subsidieverordening Harderwijk 2018, het proces beschreven als het gaat om de aanvraag tot subsidieverlening. Hierbij is in afwijking van de algemene subsidieverordening, die 1 juni als indieningstermijn hanteert, hier gekozen voor 1 september. Dit is bij deze regeling gedaan omdat het daarmee mogelijk wordt voor het college om bij de vaststelling (en bekendmaking) van de maximale kosten van voorzieningen beschermd, de hoogte van de rijksuitkeringen beschermd wonen te betrekken zoals deze jaarlijks worden vastgesteld in de meicirculaire van de rijksoverheid.

Besluitvorming van de maximale kosten kan dan door het college – na overleg met de regiogemeenten - plaatsvinden in de maand juni, zodat aanbieders de periode tussen 15 juli en 1 september beschikbaar hebben om hun aanvraag tot subsidieverlening in te dienen.

Uitgangspunt voor de subsidie beschermd wonen is dat binnen het budget voldoende ruimte is om nieuwe instroom op te vangen. Gedurende het jaar stromen immers ook cliënten uit. Soms kan redelijkerwijs niet worden verwacht dat de aanbieder de kosten voor nieuwe instroom kan opvangen. Zo kunnen aanbieders die tevens jeugdzorg aanbieden geconfronteerd worden met cliënten die 18 jaar worden en waarvan het noodzakelijk is dat zij ook na het bereiken van het 18e levensjaar beschermd wonen. Door middel van het bieden van de mogelijkheid van een aanvullende aanvraag kan ook in die situaties continuïteit van ondersteuning worden geboden door dezelfde aanbieder, indien dit in het belang van de cliënt is en er ook een wens is van de cliënt. Ook kunnen er situaties ontstaan waarbij het noodzakelijk is de aanbieder voor een bepaald tijdvak te kunnen subsidiëren, zodat de continuïteit van maatschappelijke ondersteuning kan worden geboden. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als de aanbieder beschermd wonen biedt aan een cliënt op basis van een andere bekostiging (bijv. Zorgverzekeringswet, Wet langdurige zorg, forensische zorg, Jeugdzorg) in een accommodatie van de betreffende instelling in de regio Noord-Veluwe en de bekostiging van de cliënt dient te veranderen lopende het kalenderjaar. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn als na afloop van een verblijf op forensische titel er bij de cliënt een zorg- en ondersteuningsbehoefte blijft voor beschermd wonen. Als er subsidie is verleend aan de aanbieder is het daarbij belangrijk dat de aanbieder aantoont redelijkerwijs onvoldoende mogelijkheden te hebben om deze wijziging van bekostigingsvorm op te vangen in het geheel van de beschikbaar gestelde subsidie (jaarbudget/plaatsen) aan deze aanbieder. Hiervan kan bijvoorbeeld sprake zijn als er sprake is van een geen of (te) weinig sprake van (verwachte) uitstroom lopende het jaar (en daarmee vrijvallend budget) om de kosten die samenhangen met de instroom van de betreffende cliënt mee te kunnen compenseren. In die omstandigheid kan de aanbieder een aanvullende subsidieaanvraag bij de gemeente Harderwijk indienen voor maximaal het budget dat nodig is om de cliënt beschermd wonen te kunnen bieden voor het (resterende) deel van het kalenderjaar, waarbij ook de bovenstaande aspecten gemotiveerd worden. Hiermee voorkomen we dat niet aanvullend subsidiëren van deze aanbieder voor deze cliënt ertoe kan leiden dat de cliënt noodgedwongen dient te verhuizen, enkel omdat de bekostigingsvorm verandert, terwijl dit niet in het belang is van het herstel van de cliënt.