Regeling vervallen per 01-01-2015

Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden

Geldend van 01-10-1995 t/m 31-12-2014

Intitulé

Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden

De raad van de gemeente Hardinxveld-Giessendam;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 juli 1995, no. 2761;

gelet op de artikelen 95 en 96 van de Gemeentewet, alsmede op de bepalingen van het Koninklijk besluit van 22 maart 1994, Stbl. 244;

b e s l u i t

vast te stellen de

Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden

Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:

1. de leden van de raad : de leden van de raad die geen lid zijn van het college van burgemeester en wethouders;

2. commissie : een commissie, genoemd in de bij deze verordening behorende bijlage;

3. rechtspositiebesluit raads- : het Koninklijk besluit van 22 maart 1994, Stbl. 244 tot uitvoering

en commissieleden van de artikelen 95 en 96 van de Gemeentewet, houdende regels betreffende de rechtspositie van raads- en commissieleden.

Artikel 2

De leden van de raad ontvangen op jaarbasis een vergoeding voor hun werkzaamheden en een tegemoetkoming in de kosten ten bedrage van 100% van de bedragen, vermeld in de bij het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden behorende tabel I, zoals die bedragen jaarlijks door de minister van Binnenlandse Zaken zijn of worden vastgesteld.

Artikel 3

  • 1 De leden van de commissie die geen raadslid zijn, ontvangen per bijgewoonde vergadering van de commissie een vergoeding.

  • 2 De hoogte van de vergoeding is gelijk aan 100% van het bedrag, vermeld in de bij het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden behorende tabel II, zoals dat bedrag jaarlijks door de minister van Binnenlandse Zaken is of wordt vastgesteld.

  • 3 Artikel 6 van het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 4

In afwijking van hetgeen in het tweede lid, onder a. is vermeld, ontvangt de voorzitter van de Commissie voor de bezwaar- en beroepschriften 150% van het in artikel 3, lid 2 bedoelde bedrag.

Artikel 5

De leden van de raad en de leden van een commissie, als bedoeld in de artikelen 2 en 3 van deze verordening, ontvangen een vergoeding van reis- en verblijfkosten, gemaakt in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente, conform het Reisbesluit binnenland en de daarop gebaseerde Reisregeling binnenland.

Artikel 6

De in deze verordening bedoelde vergoedingen worden voor raadsleden na afloop van elke maand uitbetaald. Voor commissieleden geschiedt dit jaarlijks achteraf.

Artikel 7

  • 1 Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden".

  • 2 Zij treedt in werking met ingang van 1 oktober 1995.

  • 3 Met ingang van 1 oktober 1995 vervalt de "Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden", vastgesteld in de raad van 1 maart 1977 en gewijzigd bij besluiten van respectievelijk 28 april 1981 en 1 september 1993.