Regeling vervallen per 01-01-2021

Destructieverordening

Geldend van 20-10-2000 t/m 31-12-2020

Intitulé

Destructieverordening

DE RAAD DER GEMEENTE HAREN,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 juli 2000, nr. 71;

gelet op artikel 17 van de Destructiewet (Stb 783 en 783 en 784, 10 novermber 1994),

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende Destructieverordening

Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:

a.

wet:

de Destructiewet (Stb 783 en 784, 10 november 1994);

b.

aangifteplichtige:

degene die als houder of eigenaar van destructiemateriaal ingevolge de wet verplicht is daarvan aangifte doen;

c.

destructiemateriaal:   

dode honden, dode katten en het krachtens artikel 2, tweede lid, van de wet aangewezen dierlijke afval.

 

Artikel 2

Burgemeester en wethouders wijzen één of meer verzamelplaatsen aan, waar het destructiemateriaal in ontvangst wordt genomen.

Artikel 3

De aangifteplichtige is gehouden uiterlijk op de eerste werkdag die volgt op de dag waarop het destructiemateriaal is ontstaan, het materiaal te vervoeren naar de naastbijgelegen verzamelplaats en het daar aan te geven en af te staan.

Artikel 4

Tot het tijdstip van afgifte is de aangifteplichtige gehouden het destructiemateriaal zodanig te bewaren dat vermenging met ander materiaal wordt voorkomen.

Artikel 5

De artikelen 3 en 4 vinden geen toepassing voor zover artikel 6 van het Destructiebesluit van toepassing is.

Artikel 6

  • 1 Deze verordening kan worden aangehaald als Destructieverordening gemeente Haren

  • 2 Zij treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking.

  • 3 De Destructieverordening van de gemeente Haren, zoals vastgesteld door de raad in zijn vergadering van 24 februari 1992 vervalt.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 25 september 2000.
De raad voornoemd,
voorzitter. 
secretaris.

Toelichting 1

Artikelsgewijze toelichting behorende bij de Destructieverordening

Artikel 1   De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport kan op grond van artikel 2, tweede lid van de Destructiewet categorieen aanwijzen van dierlijk afval als hoog risico materiaal en daarvan bepalen dat artikel 17 van toepassing is. Het gaat daarbij om vogels die zijn gestorven aan botulisme en om kadavers van dieren in dierentuinen, die uit het oogpunt van volksgezondheid gevaarlijk kunnen zijn.

Artikel 2  De wet bevat geen bepalingen over he verzamelen van dode honden en dode katten. Het gemeentebestuur kan derhalve één of meer verzamelplaatsen aanwijzen. Dit kan zijn een gemeentelijke werf, waar zich een ton met koeling bevindt voor het verzamelen van dode honden en dode katten. De bevoegde instantie is dan de aanwezige ambtenaar van de betreffende dienst. Het gemeentebestuur kan ook de vaak bestaande praktijk handhaven om dierenartsen of dierenambulance organisaties aan te wijzen als voor het verzamelen bevoegde personen of instanties. De verzamelplaatsen zijn dan de dierenartsen.In Haren bevindt zich een verzamelplaats bij Visclub Sassenhein.

Artikel 4  Met deze bepaling wordt bedoeld dat dode honden en dode katten niet samen met ander materiaal dan van dierlijke herkomst mogen worden bewaard. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om halsbanden, touw en kleden.

Artikel 5  Op grond van artikel 13, derde lid van de gewijzigde Destructiewet zal de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in het Destructiebesluit bepalen, dat er uitzonderingen bestaan op de regel dat de dode honden en katten moeten worden afgestaan aan de destructor/ ondernemer (op grond van de regelen in de plaatselijke verordening).Indien dode honden en katten worden begraven op het terrein van de eigenaar of houder of op een plaats die ingevolge een besluit van het gemeentebestuur voor dit doel is toegelaten, hetzij worden verrast in een crematorium, behoeven deze niet te worden afgestaan aan de destructor/ ondernemer.