Regeling vervallen per 01-01-2011

Verordening heffing en invordering van leges 2010

Geldend van 07-10-2010 t/m 31-12-2010 met terugwerkende kracht vanaf 01-10-2010

Intitulé

Verordening heffing en invordering van leges 2010

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a

    'dag': de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b

    'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c

    'maand': het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n–1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d

    'jaar': het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n–1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven ter zake van het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in dit artikel bepaalde.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een aanslag of door middels van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Wanneer de leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, wordt het gevorderde bedrag mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 6 Termijnen van betaling

  • 1. De leges moeten worden betaald

    • a.

      ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 5 mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 5 schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 1 maand na de dagtekening van de kennisgeving;

    • c.

      ingeval de leges bij wege van aanslag worden geheven, binnen 1 maand na de dagtekening van de aanslag.

  • 2. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 7 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 8 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De 'Verordening heffing en invordering van leges 2009’ van 18 december 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 3. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover terzake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

  • 4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 5. Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening heffing en invordering van leges 2010.

Ondertekening

Vastgesteld bij raadsbesluit van 16 december 2009, nr. 5 en laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 30 september 2010.
Gepubliceerd in de Heemsteder van 23 december 2009 en van 6 oktober 2010.

Tarieventabel

Tarieventabel, behorende bij de Verordening heffing en invordering van leges 2010.

Hoofdstuk 1 Algemeen

1.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 7,25

1.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.1.2.1

per pagina op papier van A4-formaat in zwart/wit

€ 0,30

1.1.2.1.1

per pagina op papier van A4-formaat in kleur

€ 0,85

1.1.2.2

per pagina op papier van A3-formaat in zwart/wit

€ 0,60

1.1.2.2.1

per pagina op papier van A3-formaat in kleur

€ 1,70

1.1.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.1.1 en 1.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk

€ 0,30

vermeerderd met

€ 0,30

voor elke dm2 waarmee de oppervlakte van de kaart, tekening of lichtdruk de 6 dm2 te boven gaat;

1.1.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 17,40

1.1.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 7,25

1.1.6

bestemmingsplannen, ingebonden boekjes

1.1.6.1

boekjes in zwart-wit, maximaal 25 bladzijden

€ 5,00

1.1.6.2

boekjes in zwart-wit, 26 tot en met 50 bladzijden

€ 7,50

1.1.6.3

boekjes in zwart-wit, 51 tot en met 75 bladzijden

€ 15,00

1.1.6.4

boekjes in zwart-wit, meer dan 75 bladzijden

€ 20,00

1.1.6.5

extra kosten per kleurenpagina

€ 1,50

1.1.7

plankaart, waardenkaart, milieuzoneringskaart

1.1.7.1

zwart-wit kopie of print A4

€ 0,30

1.1.7.2

zwart-wit kopie of print A3

€ 0,60

1.1.7.3

zwart-wit kopie of print A2

€ 1,50

1.1.7.4

zwart-wit kopie of print A1

€ 3,00

1.1.7.5

zwart-wit kopie of print A0

€ 5,00

1.1.7.6

kleuren of grijstinten plot A4

€ 2,00

1.1.7.7

kleuren of grijstinten plot A3

€ 3,00

1.1.7.8

kleuren of grijstinten plot A2

€ 6,00

1.1.7.9

kleuren of grijstinten plot A1

€ 10,50

1.1.7.10

kleuren of grijstinten plot A0

€ 22,50

1.2

Legesbedragen, zoals genoemd in artikel 1.1 van de Tarieventabel, worden indien het totaal bedrag niet boven de € 5,00 komt niet opgelegd.

Hoofdstuk 2 Bestuursstukken

2.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

2.1.1.1

rapporten op grond van de Wet Openbaarheid van Bestuur per pagina

€ 0,10

met een maximum per rapport van

€ 15,75

2.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

2.2.1

een afschrift van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 34,90

2.2.2

een exemplaar van de Bouwverordening

€ 34,90

2.2.3

een exemplaar van de toelichting op de Bouwverordening

€ 34,90

2.2.4

een exemplaar van de welstandsnota Heemstede

€ 34,90

Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand

3.1

Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap:

3.1.1

op werkdagen tussen 9.00 en 16.00 uur met uitzondering

van woensdag 08.30 – 9.15 uur en vrijdagmiddag

€ 335,00

3.1.2

op vrijdagmiddag tussen 13.00 en 16.00 uur

€ 378,00

3.1.3

op zaterdag tussen 10.00 en 12.00 uur

€ 819,00

3.1.4

op zaterdag tussen 13.00 en 16.00 uur

€ 942,00

3.1.5

op door het gemeentebestuur aangewezen roostervrije dagen tussen 10.00 en 16.00 uur

€ 942,00

3.1.6

buiten kantoortijd en op zondag en een daarmee gelijkgestelde feestdag lokatie raadhuis

€ 1.250,00

3.1.7

buiten kantoortijd en op zondag en een daarmee gelijkgestelde feestdag op een andere lokatie dan het raadhuis

€ 1.000,00

3.2

Indien de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap wordt verricht in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek, wordt het overeenkomstig artikel 3.1 berekende tarief verhoogd met

€ 405,00

3.2.1

Ter zake van het door middel van een ceremonie omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk zijn de tarieven zoals bepaald in de artikelen 3.1.1 tot en met 3.2, 3.3 tot en met 3.4 en 3.8 tot en met 3.9 van dit hoofdstuk van overeenkomstige toepassing.

3.3

Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van:

3.3.1

een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een normale uitvoering

€ 18,50

3.3.2

een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een luxe uitvoering

€ 36,50

3.3.3

een duplicaat van een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een normale uitvoering

€ 22,50

3.3.4

een duplicaat van een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een luxe uitvoering

€ 41,00

3.4

Het tarief bedraagt voor het annuleren of wijzigen van de vastgestelde trouwdatum of registratiedatum c.q. tijdstip, per opgegeven wijziging

€ 20,50

3.5

Het tarief bedraagt voor het van gemeentewege beschikbaar stellen van getuigen, per getuige

€ 17,50

3.6

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 9,50

3.7

Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

3.8

Indien de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op verzoek wordt verricht op een locatie buiten het raadhuis (met uitzondering van de situatie genoemd onder 3.1.7) wordt het overeenkomstig artikel 3.1 berekende tarief verhoogd met

€ 75,50

3.9

Voor het in behandeling nemen van een verzoek voor het laten benoemen van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap

€ 80,00

3.10

Afschrift burgerlijke stand

€ 11,30

3.11

Verklaring van huwelijksbevoegdheid

€ 20,40

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 4.3 en 4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

4.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

4.2.1

tot het verstrekken van een bewijs van inschrijving in de basisadministratie persoonsgegevens

€ 10,00

4.2.2

tot het verstrekken van de van betrokkene op diens persoonslijst opgenomen gegevens, anders dan voor de eerste verstrekking

€ 13,50

4.3

Voor de toepassing van onderdeel 4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

4.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

4.4.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 10,00

4.5

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het massaal verstrekken van gegevens door middel van de geautomatiseerde administratie:

4.5.1

per uur dat de geautomatiseerde administratie wordt gebruikt

€ 197,00

Daarboven bedragen de kosten per inlichting bij verstrekking van:

1 tot 500 inlichtingen

€ 0,03

500 tot 3.000 inlichtingen

€ 0,02

3.000 tot 10.000 inlichtingen

€ 0,02

10.000 inlichtingen of meer

€ 0,01

met dien verstande, dat steeds eerst het hogere tarief wordt toegepast.

4.6

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

€ 2,00

4.7

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doornemen van een of meer kaartverzamelingen of registers, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 9,50

Hoofdstuk 5 Bouwvergunningen

Vervallen per 1 oktober 2010

Hoofdstuk 6 Gemeentearchief

6.1

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 9,75

6.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

6.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€ 3,30

6.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 3,30

Hoofdstuk 7 Vastgoedinformatie

7.1

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van nasporingen in het gemeentelijk kadaster of gemeentelijk bouwarchief voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 9,25

7.1.1

In de overige gevallen per kwartier of gedeelte daarvan

€ 3,60

7.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uit de AKR-databank van het kadaster verstrekken van:

a.een kadastraal uittreksel (per object)

€ 10,00

b.een hypothecair uittreksel (per object)

€ 10,00

c.een uittreksel van een kadastrale kaart

€ 10,00

d.een uittreksel uit het Schepenregister (per schip)

€ 10,00

e.een kopie van een akte (vanaf 1 januari 1999)

€ 10,00

7.3

Het tarief bedraagt ter zake van het door belanghebbende zelf maken van schetsen uit de plannen of uittreksels uit de leggers, behalve de onder 7.1, 7.1.1 en 7.2 genoemde rechten, per A4-formaat of gedeelte daarvan

€ 3,60

7.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

7.4.1

ter verstrekking van lichtdrukken van plannen, kaarten of tekeningen uit het archief van de sectoren voor zover deze lichtdrukken ten verkoop in oorraad zijn, per A-4

€ 0,30

7.4.2

ter verstrekking van lichtdrukken van plannen, kaarten of tekeningen uit het archief van de sectoren voor zover deze lichtdrukken ten verkoop in voorraad zijn, per A-3

€ 0,60

7.4.3

voor het ter inzage nemen van de onder punt 7.4.1 of 7.4.2 genoemde plannen, kaarten of tekeningen

€ 14,45

7.4.4

voor het, met toestemming, zelf maken van kopieën van de onder 7.4.1 of 7.4.2 genoemde plannen, kaarten of tekeningen, voor elk kwartier of gedeelte daarvan

€ 3,60

7.4.5

voor het laten vervaardigen door een ambtenaar van de sectoren van de onder 7.4.4 genoemde kopieën, voor elk kwartier of gedeelte daarvan

€ 9,25

7.4.6

ter zake van het door derden laten vervaardigen van de onder 7.4.1genoemde plannen, kaarten of tekeningen, per dm²

€ 0,25

7.5

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

7.5.1

tot het verstrekken van een duplicaat WOZ-beschikking

€ 7,15

7.52

tot het verstrekken van een duplicaat taxatieverslag, zoals genoemd in artikel 40 Wet waardering onroerende zaken

€ 7,15

7.5.3

tot het verstrekken van een duplicaat aanslagbiljet

€ 7,15

Hoofdstuk 8 Reisdocumenten

8.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

8.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 50,50

8.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 8.1.1 (zakenpaspoort)

€ 56,50

8.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort)

€ 49,50

8.1.4

tot het bijschrijven van kinderen tegelijk bij aanvraag nieuw reisdocument als bedoeld in 8.1.1, 8.1.2 en 8.1.3

€ 8,50

8.1.5

tot het bijschrijven van kinderen in een reeds uitgegeven reisdocument als bedoeld in 8.1.1, 8.1.2 en 8.1.3

€ 20,50

8.1.6

tot het aanbrengen van een wijziging in een reisdocument als bedoeld in 8.1.1, 8.1.2 en 8.1.3

€ 6,00

8.1.7

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart

€ 42,50

8.1.7.1

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart voor kinderen tot en met 13 jaar

€ 8,50

8.1.8

voor de extra werkzaamheden die het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een reisdocument na vermissing met zich mee brengt, worden de bedragen vermeld onder 8.1.1 tot en met 8.1.3 en 8.1.6 verhoogd met

€ 23,00

8.1.9

toeslag voor het verkrijgen van een reisdocument als bedoeld in 8.1.1, 8.1.2 en 8.1.3 via een spoedprocedure

€ 41,00

8.1.10

toeslag voor het verkrijgen van een bijschrijvingssticker via een spoedprocedure

€ 19,50

Hoofdstuk 9 Rijbewijzen

9.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 44,00

9.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen

€ 10,50

9.3

Voor de extra werkzaamheden die het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een rijbewijs na vermissing met zich mee brengt, wordt het bedrag onder 9.1 verhoogd met

€ 23,00

9.4

Voor het verkrijgen van een rijbewijs via een spoedprocedure wordt het bedrag vermeld onder 9.1 verhoogd met

€ 33,50

Hoofdstuk 10 Wet op de kansspelen

10.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

10.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat

€ 56,50

10.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer speelautomaten, voor de eerste speelautomaat

€ 56,50

en voor iedere volgende speelautomaat

€ 34,00

voor een periode korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden, doch ten hoogste vier jaar, worden bovengenoemde bedragen, naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning, verlaagd onderscheidenlijk verhoogd.

10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 18,85

Hoofdstuk 11 Drank- en Horecawet

Tekst vervallen (naar dienstenrichtlijn, hoofdstuk 1).

Hoofdstuk 12 Winkeltijdenwet

12.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

12.1.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€ 17,50

12.1.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 12.1.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 17,50

12.1.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 12.1.1 bedoelde ontheffing

€ 17,50

Hoofdstuk 13 Huisvestingswet

13.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

13.1.1

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Huisvestingswet

€ 41,70

13.1.2

tot het verkrijgen van een vergunning tot gehele of gedeeltelijke onttrekking van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel a, van de Huisvestingswet

€ 246,85

13.1.3

tot het verkrijgen van een vergunning tot samenvoeging van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel b, van de Huisvestingswet

€ 246,85

13.1.4

tot het verkrijgen van een vergunning tot omzetting van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel c, van de Huisvestingswet

€ 18,00

13.1.5

tot het verkrijgen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet

€ 246,85

13.1.6

tot het verkrijgen van een vergunning op basis van de Leegstandswet

€ 84,00

Hoofdstuk 14 Verkeer en vervoer

14.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

14.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 36,25

14.1.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigreglement

€ 36,25

14.2

Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van een duplicaat parkeervergunning wanneer deze is vermist, gestolen of onleesbaar

€ 17,60

Hoofdstuk 15 Wet op de openluchtrecreatie

tekst vervallen: wet is vervallen per 1 januari 2008

Hoofdstuk 16 Diversen

16.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

16.1.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€ 30,05

16.1.2

tot het verkrijgen van een attestatie de vita

€ 10,00

16.1.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 10,00

16.1.4

tot het verkrijgen van een gewaarmerkt afschrift

€ 10,00

16.2

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek verlenen tot inzage in persoonsgegevens als bedoeld in artikel 35 van de Wet Bescherming Persoonsgegevens

€ 5,00

16.2.1

Als het verzoek leidt tot een correctie van de persoonsgegevens, vindt restitutie plaats van het onder 16.2 vermelde bedrag.

16.2

Het tarief bedraagt ter zake van het verzenden van een fax-bericht: het voorbericht + 1e vel A4

€ 8,40

elk volgende vel

€ 2,40

16.4

Voor het uitwerken van een audioverslag in een schriftelijke weergave, voor elk daaraan besteed kwartier

€ 5,00

16.5

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.2, derde lid, van de Telecommunicatiewet

€ 118,55

16.5.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag, door een aanbieder zonder graafrecht, waaronder ook de nutsbedrijven, in verband met het verkrijgen van instemming omtrent graafrecht en eventueel tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden

€ 118,55

16.6

Het in 16.5 en 16.5.1 genoemde bedrag wordt:

16.6.1

indien over een melding of aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 111,60

16.6.2

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

16.7

Indien een begroting als bedoeld in 16.6.2 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

16.8

Het tarief bedoeld in onderdeel 16.5 wordt verminderd met de van de melder verkregen of te verkrijgen privaatrechtelijke vergoeding voor beheerskosten in verband met de werkzaamheden, met dien verstande dat de uitkomst van de vermindering niet minder dan nihil kan bedragen.

Algemene Plaatselijke Verordening

16.9

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

16.9.1

van een ontheffing tot het op of aan de openbare weg uitoefenen van een bedrijf als bedoeld in artikel 2.9 van de Algemene Plaatselijke Verordening:

a.geldig voor ten hoogste 6 dagen, per dag

€ 4,75

b.geldig voor ten hoogste 5 maanden, per maand

€ 22,15

c.geldig voor 6 maanden tot en met 1 jaar

€ 110,95

16.9.2

tot het verkrijgen van een standplaatsvergunning op grond van artikel 5.18 van de Algemene Plaatselijke Verordening:

a.geldig voor ten hoogste 6 dagen,

€ 18,00

b.geldig voor langer dan 6 dagen,

€ 61,95

16.9.3

tot het verkrijgen van ontheffing voor het aanbrengen en/of wijzigen van lichtreclames en andere reclame-objecten die niet bouwvergunningplichtig zijn, als bedoeld in artikel 4.15

€ 73,30

16.9.4

vervallen (naar dienstenrichtlijn, hoofdstuk 1)

16.9.5

Indien een vraag tot ontheffing voor het aanbrengen en/of wijzigen van lichtreclames en andere reclameobjecten die niet bouwvergunningplichtig zijn wordt ontvangen nadat met plaatsing of wijziging is begonnen of nadat plaatsing of wijziging heeft plaatsgevonden, wordt het overeenkomstig artikel 16.9.3 berekende bedrag met 50% verhoogd.

19.6.6

vervallen (naar dienstenrichtlijn, hoofdstuk 3)

16.9.7

vervallen (naar dienstenrichtlijn, hoofdstuk 2)

16.9.8

vervallen (naar dienstenrichtlijn, hoofdstuk 2)

16.9.9

het tarief voor het afzetten van de openbare weg ten behoeve van een evenement (als bedoeld in artikel 2.25 Algemene Plaatselijke Verordening) bedraagt per evenement

€ 132,75

16.9.10

tot het verkrijgen van een vergunning voor het organiseren van een straatfeest als bedoeld in artikel 2.25 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 18,00

16.9.11

het tarief voor het afzetten van de openbare weg ten behoeve van een straatfeest (als bedoeld in artikel 2.24, lid 2, sub e Algemene Plaatselijke Verordening ) bedraagt per feest

€ 26,00

16.10

Vervallen met ingang van 1 oktober 2010

16.10.1

Vervallen met ingang van 1 oktober 2010

16.11

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een kennisgeving tot het houden van een incidentele festiviteit als bedoeld in artikel 4.3 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 18,00

16.12

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een verzoek tot het verkrijgen van een ontheffing van de verbodsbepalingen ingevolge artikel 22 van de Afvalstoffenverordening

€ 76,05

16.13

Vervallen met ingang van 1 oktober 2010

16.13.1

Vervallen met ingang van 1 oktober 2010

16.14

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een verzoek voor het plaatsen van objecten, straatmeubilair etc. in gemeentegrond

€ 106,50

16.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

16.15.1

een uittreksel uit het register bedoeld in artikel 46 van de Wet kinderopvang, per uittreksel

€ 9,25

16.15.2

inlichtingen over gegevens die zijn opgenomen in het register bedoeld in artikel 46 van de Wet kinderopvang, per verstrekking € 9,25

16.16

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 2.10 van de Algemene Plaatselijke Verordening (voorwerpen of stoffen op, aan of boven de weg):

a.geldig voor ten hoogste 14 dagen

€ 18,00

b.geldig voor langer dan 14 dagen

€ 61,95

16.17

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een lozingsvergunning op het riool

€ 241,10

16.18

Het tarief bedraagt ter zake van het aanbrengen van een zegel op een geluidsbegrenzer

€ 68,20

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.3

sloopkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting,, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

€ 168,02;

2.2.2

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

25 %

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

van de bouwkosten, met een minimum van:

2,3 %

€ 79;

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

50 %

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

2.3.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 154,26;

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 446;

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 446;

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.500;

tenzij in de anterieure (exploitatie) overeenkomst anders is overeengekomen;

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 446;

2.3.3.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

10 %

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

10 %

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

2.3.3.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 446;

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 446;

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 446;

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

tenzij in de anterieure (exploitatie) overeenkomst anders is overeengekomen;

€ 2.500;

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 446;

2.3.4.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 446;

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 446;

2.3.4.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 446;

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief voor een bouw:

tot 100 m2

van 100 tot 500 m2 per m2 € 1,12 +

van 500 tot 2.000 m2 per m2 € 0,58 +

van 2.000 tot 5.000 m2 per m2 € 0,36 +

van 5.000 tot 50.000 m2 per m2 € 0,02 +

groter dan 50.000 m2

€ 453,90;

€ 335,15;

€ 624,80;

€ 1.086,40

€ 2.844,90

€ 3.943,95

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening Gemeente Heemstede aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 79;

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 79;

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Gemeentelijke Monumentenverordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

€ 79;

2.3.7

Sloopactiviteiten

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 108,40;

Aanleggen of veranderen weg

2.3.8

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 446;

2.3.10

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

Onverminderd bovenstaande wordt voor elke boom boven het aantal van vier met een doorsnee van 20 cm of meer een toeslag berekend van:

€ 55,45

€ 5,50

2.3.11

Opslag van roerende zaken

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.11.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

€ 446;

2.3.11.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

€ 446;

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 446;

2.3.12.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998

€ 446

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

€ 446.

2.3.14

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 446;

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

€ 446;

2.3.14.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 168,02;

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 168,02;

2.3.17

Advies

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 446;

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.18.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 4 Verrekening

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

2.4.2.

Voor een omgevingsvergunning voor het bouwen van een erfafscheiding of schuur in de voortuin die past in het bestaand beleid voor afwijking van het bestemmingsplan worden geen leges geheven voor het afwijken van het bestemmingsplan op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo

2.4.3

Indien door of namens een instelling werkzaam in het belang van de volkshuisvesting als bedoeld in artikel 70, eerste lid van de Woningwet een aanvraag omgevingsvergunning voor bouwen of afwijking van het bestemmingsplan en/of beheerverordening wordt ingediend voor een bouwplan waarvoor voor de totstandkoming van het plan door de gemeente een financiële bijdrage wordt geleverd worden geen leges geheven

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan doch voor het verlenen van de vergunning

60 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling nemen ervan doch voor het verlenen van de vergunning

40 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 18 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

20 %

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

20 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 79 wordt niet teruggegeven.

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 154,52.

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 154,52.

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 672,08.

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 672.08.

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

2.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de Bouwverordening

€ 45,90.

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 154,52.

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 173,25

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 18,00

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 18,00

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in <artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening> (evenementenvergunning), indien het betreft:

3.2.1.1

een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel

€ 365,85;

3.2.1.2

een herdenkingsplechtigheid

€ 18,00;

3.2.1.3

een braderie

€ 18,00;

3.2.1.4

een optocht, niet zijnde een betoging, op de weg

€ 18,00;

3.2.1.5

een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg

€ 18,00;

3.2.1.6

een klein evenement dat niet voldoet aan de eisen bedoeld in <artikel 2.25, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening>

€ 18,00;

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in <artikel 5.23 van de Algemene plaatselijke verordening>

€ 18,00;

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in <artikel 3.4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening>, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2:

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€ 270,80;

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€ 270,80;

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet

€ 246,85

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening

3.5

n.v.t.

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als

bedoeld in artikel 2 van de Brandbeveiligingsverordening

a.ten behoeve van een circus

€ 111,25

b.ten behoeve van een evenement

€ 73,30

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 18,00

Behorende bij raadsbesluit van 16 december 2009, waarvan de tarieventabel is gewijzigd bij raadsbesluit van 27 mei 2010 en laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 24 juni 2010.

Gepubliceerd in de Heemsteder op 16 juni 2010 en op 7 juli 2010.