Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening leges Heemstede 2019

Geldend van 28-12-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening leges Heemstede 2019

De raad van de gemeente Heemstede;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 november 2018;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening leges Heemstede 2019

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • -

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n–1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • -

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • -

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n–1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • -

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

  • 2.

    Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);

  • d.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning voor het bouwen van een haagondersteunende- en/of geluidwerende terrein- of erfafscheiding, tuinkist of overkapping, die passen in bestaand beleid voor afwijking van het bestemmingsplan op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • e.

    het in behandeling nemen van een aanvraag omgevingsvergunning voor de activiteiten “bouwen” en/of ‘handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening”, ingediend door of namens een instelling werkzaam in het belang van de volkshuisvesting als bedoeld in artikel 70, eerste lid, van de Woningwet waarvoor voor de totstandkoming van het plan door de gemeente een financiële bijdrage wordt geleverd.

  • f.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening van een vergunning of ontheffing voor het plaatsen van een mobiele onderzoeksunit die wordt gebruikt voor het doen van bevolkingsonderzoek als bedoeld in artikel 1, onder c, van de Wet op het bevolkingsonderzoek, voor welk onderzoek op grond van die wet vergunning is verleend.

  • g.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een vergunning of ontheffing die wordt ingediend door een organisatie die in het bezit is van het keurmerk of certificaat van het Centraal Bureau Fondsenwerving.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

  • 1.

    Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2.

    Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10 Nadere regels van het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.

Artikel 11 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 3: onderdelen 1.3.13 t/m 1.3.15 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 4: onderdelen 1.4.1 t/m 1.4.4 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 3.

      hoofdstuk 7 (reisdocumenten);

    • 4.

      hoofdstuk 8 (rijbewijzen);

    • 5.

      hoofdstuk 9 (kansspelen);

    • 6.

      hoofdstuk 13: onderdeel 1.13.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 12 Intrekking oude regeling en overgangsrecht

  • 1.

    De Verordening leges 2018 wordt ingetrokken op de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening leges Heemstede 2019.

Ondertekening

Vastgesteld door de raad op 19 december 2018.

Tarieventabel behorende bij de Verordening leges 2019

Titel 1

Algemene dienstverlening

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 Algemeen

 

 

 

 

 

1.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.1.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 8,60

1.1.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.1.1.2.1

per pagina op papier van A4-formaat in zwart/wit

€ 0,30

1.1.1.2.2

per pagina op papier van A4-formaat in kleur

€ 0,90

1.1.1.2.3

per pagina op papier van A3-formaat in zwart/wit

€ 0,60

1.1.1.2.4

per pagina op papier van A3-formaat in kleur

€ 2,10

 

 

 

1.1.1.3

Vervallen

 

 

 

 

1.1.1.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 20,95

 

 

 

1.1.1.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 8,60

 

 

 

1.1.1.6

bestemmingsplannen als ingebonden boekjes

 

1.1.1.6.1

boekje in zwart-wit, van maximaal 25 bladzijden

€ 5,90

1.1.1.6.2

boekje in zwart-wit, 26 tot en met 50 bladzijden

€ 8,90

1.1.1.6.3

boekje in zwart-wit, 51 tot en met 75 bladzijden

€ 17,90

1.1.1.6.4

boekje in zwart-wit, meer dan 75 bladzijden

€ 23,80

1.1.1.6.5

extra kosten per kleurenpagina

€ 1,95

 

 

 

1.1.1.7

plankaart, waardenkaart, milieuzoneringskaart

 

1.1.1.7.1

zwart-wit kopie of print A4

€ 0,30

1.1.1.7.2

zwart-wit kopie of print A3

€ 0,60

1.1.1.7.3

zwart-wit kopie of print A2

€ 1,95

1.1.1.7.4

zwart-wit kopie of print A1

€ 3,45

1.1.1.7.5

zwart-wit kopie of print A0

€ 5,90

1.1.1.7.6

kleuren of grijstinten plot A4

€ 2,45

1.1.1.7.7

kleuren of grijstinten plot A3

€ 3,45

1.1.1.7.8

kleuren of grijstinten plot A2

€ 7,10

1.1.1.7.9

kleuren of grijstinten plot A1

€ 12,45

1.1.1.7.10

kleuren of grijstinten plot A0

€ 26,75

 

 

 

Hoofdstuk 2 Bestuursstukken - vervallen

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand

 

 

 

 

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap:

 

1.3.1.1

op maandag tot en met donderdag van 11.00 tot en met 16.00 uur

en vrijdag van 9.00 tot en met 12.00 uur

€ 399,85

1.3.1.2

op maandag tot en met donderdag om 9.30 en 10.00 uur

€ 164,65

1.3.1.3

op woensdagochtend om 8.45 en 9.00 uur

€ 0,00

1.3.1.4

op vrijdagmiddag van 13.00 tot en met 16.00 uur

€ 449,50

1.3.1.5

op zaterdag van 10.00 tot en met 12.00 uur

€ 977,90

1.3.1.6

op zaterdag van 13.00 tot en met 16.00 uur

€ 1.120,25

1.3.1.7

op door het gemeentebestuur aangewezen roostervrije dagen van 10.00 tot en met 16.00 uur

€ 1.120,25

1.3.1.8

buiten kantoortijd en op zondag en een daarmee gelijkgestelde feestdag locatie raadhuis

€ 1.488,90

1.3.1.9

buiten kantoortijd en op zondag en een daarmee gelijkgestelde feestdag op een andere locatie dan het raadhuis

€ 1.190,90

 

 

 

1.3.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek: het tarief overeenkomstig onderdeel 1.3.1

 

 

 

 

1.3.3

Ter zake van het door middel van een ceremonie omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk zijn de tarieven zoals bepaald in de onderdelen 1.3.1, 1.3.4, 1.3.5, 1.3.9 en 1.3.10 van dit hoofdstuk van overeenkomstige toepassing als de omzetting in de trouwzaal plaatsvindt.

 

1.3.4

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.3.4.1

een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een normale uitvoering

€ 21,95

1.3.4.2

een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een luxe uitvoering

€ 43,25

1.3.4.3

een duplicaat van een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een normale uitvoering

€ 26,60

1.3.4.4

een duplicaat van een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een luxe uitvoering

€ 48,60

 

 

 

1.3.5

Het tarief bedraagt voor het annuleren of wijzigen van de vastgestelde trouwdatum of registratiedatum c.q. tijdstip, per opgegeven wijziging

€ 24,35

 

 

 

1.3.6

Het tarief bedraagt voor het van gemeentewege beschikbaar stellen van getuigen, per getuige

€ 20,75

 

 

 

1.3.7

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 11,25

 

 

 

1.3.8 

Vervallen

 

 

 

 

1.3.9

Indien de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op verzoek wordt verricht op een locatie buiten het raadhuis (met uitzondering van de situatie genoemd onder 1.3.2) wordt het op grond van onderdeel 1.3.1 berekende tarief verhoogd met

€ 89,85

 

 

 

1.3.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek voor het laten benoemen van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap

€ 95,10

 

 

 

1.3.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek voor het laten benoemen en beëdigen van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap

€ 104,55

 

 

 

1.3.12

Het tarief bedraagt voor de volledige voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een andere taal dan de Nederlandse taal

€ 52,25

 

 

 

1.3.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift burgerlijke stand

€ 13,40

 

 

 

1.3.14

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een verklaring van huwelijksbevoegdheid

€ 23,60

 

 

 

1.3.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn (attestatie de vita) zoals bedoeld in artikel 1:19k van het Burgerlijk Wetboek

€ 13,40

 

 

 

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen

 

 

 

 

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

 

 

 

1.4.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van een bewijs van inschrijving in de basisregistratie personen

€ 11,90

1.4.2.2

tot het verstrekken van de van betrokkene op diens persoonslijst opgenomen gegevens, anders dan voor de eerste (gratis) verstrekking

€ 15,85

 

 

 

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet is opgenomen in de basisregistratie personen.

 

 

 

 

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 11,90

 

 

 

1.4.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het massaal verstrekken van gegevens door middel van de geautomatiseerde administratie:

 

1.4.5.1

per uur dat de geautomatiseerde administratie wordt gebruikt

€ 234,15

 

Daarboven bedragen de kosten per inlichting bij verstrekking van:

 

 

1 tot 500 inlichtingen

€ 0,03

 

500 tot 3.000 inlichtingen

€ 0,02

 

3.000 tot 10.000 inlichtingen

€ 0,02

 

10.000 inlichtingen of meer

€ 0,01

 

met dien verstande, dat steeds eerst het hogere tarief wordt toegepast.

 

 

 

 

1.4.6

Vervallen

 

 

 

 

1.4.7

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van een of meer kaartverzamelingen of registers (oude persoonskaarten), voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 12,00

 

 

 

1.4.8

Het tarief voor documenten, die op verzoek van de aanvrager per post worden verzonden, wordt verhoogd met de hiermee verband houdende portokosten.

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Gemeentearchief

 

 

 

 

 

1.5.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 11,65

 

 

 

1.5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.5.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€ 3,90

1.5.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 3,90

 

 

 

Hoofdstuk 6 Vastgoedinformatie

 

 

 

 

 

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in het bouwarchief voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 10,95

 

 

 

1.6.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.6.2.1

tot het verstrekken van een of meerdere lichtdrukken van plannen, kaarten of tekeningen uit het archief van de sectoren voor zover deze lichtdrukken ten verkoop in voorraad zijn, per A-4

€ 0,30

1.6.2.2

tot het verstrekken van een of meerdere lichtdrukken van plannen, kaarten of tekeningen uit het archief van de sectoren voor zover deze lichtdrukken ten verkoop in voorraad zijn, per A-3

€ 0,60

1.6.2.3

voor het door een ambtenaar van de sectoren laten vervaardigen van kopieën van de onder 1.6.2.1 of 1.6.2.2 genoemde plannen, kaarten of tekeningen, voor elk kwartier of gedeelte daarvan

€ 10,95

1.6.2.4

voor het door derden laten vervaardigen van de onder 1.6.2.1 of 1.6.2.2 genoemde plannen, kaarten of tekeningen, per dm²

€ 0,25

 

 

 

Hoofdstuk 7 Reisdocumenten

 

 

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

 

1.7.1.1

van een nationaal paspoort:

 

1.7.1.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 71,35

1.7.1.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 53,95

1.7.1.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in subonderdeel 1.7.1.1 (zakenpaspoort):

 

1.7.1.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 71,35

1.7.1.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 53,95

1.7.1.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

1.7.1.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 71,35

1.7.1.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 53,95

1.7.1.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen:

€ 53,95

1.7.1.5

tot het aanbrengen van een naamswijziging in een reisdocument als bedoeld in 1.7.1.1, 1.7.1.2 en 1.7.1.3:

€ 7,00

1.7.1.6

van een Nederlandse identiteitskaart:

 

1.7.1.6.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 52,20

1.7.1.6.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 29,95

1.7.1.6.3

Voor een persoon die een vervangende Nederlandse identiteitskaart aanvraagt op basis van artikel 17, lid 1 Paspoortwet gelden de leges van 1.7.1.6.2

1.7.1.7

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.7.1.1, 1.7.1.2, 1.7.1.3, 1.7.1.4 en 1.7.1.6 benoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met:

€ 48,60

 

 

 

Hoofdstuk 8 Rijbewijzen

 

 

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs:

€ 43,05

 

 

 

1.8.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.8.1 wordt bij een aanvraag in verband met vermissing (of beschadiging) van een eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met:

€ 27,70

1.8.3

Het tarief genoemd in onderdeel 1.8.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met het rijkskostendeel:

€ 34,10

 

 

 

Hoofdstuk 9 Wet op de kansspelen

 

 

 

 

 

1.9.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.9.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.9.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

 

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

 

 

 

1.9.2

De subonderdelen 1.9.1.1 en 1.9.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden, maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning, verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

 

 

 

 

1.9.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 22,45

 

 

 

Hoofdstuk 10 Winkeltijdenwet

 

 

 

 

 

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.10.1.1

tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of de Verordening Winkeltijden Heemstede 2013

€ 20,75

1.10.1.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.10.1.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 20,75

 

 

 

Hoofdstuk 11 Vervallen

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 12 Verkeer en vervoer

 

 

1.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.1.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 43,20

1.12.1.2

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 43,20

 

 

 

1.12.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een duplicaat parkeervergunning wanneer deze is vermist, gestolen of onleesbaar is vermist, gestolen of onleesbaar

€ 20,85

 

 

 

Hoofdstuk 13 Overige publiekszaken

 

 

1.13.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.13.1.1

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag

€ 41,35

1.13.1.2

tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn (attestatie de vita)

€ 11,90

1.13.1.3

tot het legaliseren van een handtekening

€ 11,90

1.13.1.4

tot het verstrekken van een gewaarmerkt afschrift

€ 11,90

 

 

 

Hoofdstuk 14 Diversen

 

 

 

 

 

1.14.1

Het tarief bedraagt voor het uitwerken van een audioverslag in een schriftelijke weergave, voor elk daaraan besteed kwartier of een gedeelte daarvan

€ 5,90

1.14.2

Het tarief bedraagt voor het verlenen van een vergunning voor het met een pleziervaartuig innemen van een ligplaats aan openbare grond

€ 66,80

 

 

 

1.14.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.14.3.1

tot het verlenen van een ontheffing tot het op of aan de openbare weg uitoefenen van een bedrijf als bedoeld in artikel 2:9 van de Algemene Plaatselijke Verordening:

 

 

a. geldig voor ten hoogste 6 dagen, per dag

€ 5,70

 

b. geldig voor ten hoogste 5 maanden, per maand

€ 26,30

 

c. geldig voor 6 maanden tot en met 1 jaar

€ 131,95

1.14.3.2

tot het verlenen van een standplaatsvergunning op grond van artikel 5:18 van de Algemene Plaatselijke Verordening:

 

 

a. geldig voor ten hoogste 6 dagen,

€ 21,45

 

b. geldig voor langer dan 6 dagen

€ 73,80

1.14.3.3

tot het verlenen van een ontheffing voor het aanbrengen en/of wijzigen van lichtreclames en andere reclameobjecten die niet omgevingsvergunningplichtig zijn.

€ 87,30

1.14.3.4

Vervallen

 

1.14.3.5

voor het afzetten van de openbare weg ten behoeve van een evenement (als bedoeld in artikel 2:24, tweede lid, en artikel 2:25 Algemene Plaatselijke Verordening), per evenement

€ 30,90

1.14.3.6

tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een straatfeest als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 21,45

1.14.3.7

Vervallen

 

1.14.3.8

tot het verkrijgen van een ventvergunning op grond van artikel 5:15, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening:

 

 

a. geldig voor een dag, doch niet langer dan een maand

€ 29,05

 

b. langer dan een maand

€ 46,05

 

 

 

1.14.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een kennisgeving tot het houden van een incidentele festiviteit als bedoeld in artikel 4:3 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 21,45

 

 

 

1.14.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het verlenen van een ontheffing van de verbodsbepalingen ingevolge artikel 16 van de Afvalstoffenverordening Heemstede 2010

€ 90,40

 

 

 

1.14.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek voor het plaatsen van objecten, straatmeubilair etc. in gemeentegrond

€ 126,80

 

 

 

1.14.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.14.7.1

een uittreksel uit het register bedoeld in artikel 1.46 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, per uittreksel

€ 11,05

1.14.7.2

inlichtingen over gegevens die zijn opgenomen in het register bedoeld in artikel 1.46 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, per verstrekking

€ 11,05

 

 

 

1.14.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening (voorwerpen of stoffen op, aan of boven de weg):

 

 

a. geldig voor ten hoogste 14 dagen

€ 21,45

 

b. geldig voor langer dan 14 dagen

€ 73,80

 

 

 

1.14.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een lozingsvergunning op het riool, op basis van artikel 1.4 van het Besluit lozen buiteninrichtingen

€ 286,95

 

 

 

1.14.10

Het tarief bedraagt voor het opnieuw aanbrengen van een zegel op een geluidsbegrenzer op grond van een opgelegd maatwerkvoorschrift in het kader van de Wet milieubeheer

 € 81,20

Hoofdstuk 15 Telecommunicatie

1.15.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 141,15

1.15.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag, door een aanbieder zonder graafrecht, waaronder ook de nutsbedrijven, in verband met het verkrijgen van instemming omtrent graafrecht en eventueel tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden, gebaseerd op artikel 5 van de Verordening werkzaamheden kabels en leidingen gemeente Heemstede 2014

€ 141,15

1.15.2

Het in de subonderdelen 1.15 en 1.15.1 genoemde tarief wordt:

1.15.2.1

indien over een melding of aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 132,75

1.15.2.2

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

1.15.3

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.15.5.2 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

1.15.4

Het tarief bedoeld in subonderdeel 1.15 wordt verminderd met de van de melder verkregen of te verkrijgen privaatrechtelijke vergoeding voor beheerskosten in verband met de werkzaamheden, met dien verstande dat de uitkomst van de vermindering niet minder dan nihil kan bedragen.

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen

2.1.1

In deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

tot het houden van vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is (zie hoofdstuk 4).

€ 200,00

2.2.2

tot het beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

25%

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld, met een minimum van

€ 94,10

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

van de bouwkosten, met een minimum van:

2,70%

€ 94,10

2.3.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 183,75

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 94,10

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 531,65

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.977,55

2.3.3.4

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

10%

2.3.3.5

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;

10%

2.3.3.6

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 531,65

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 94,10

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 531,65

2.3.4.2.1

In afwijking van subonderdeel 2.3.4.2 worden voor buitenplanse kleine afwijkingen die in overeenstemming zijn met het beleid voor haagondersteunende constructies en tuinkisten géén leges geheven.

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking)

€ 2.977,55

2.3.4.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan)

€ 531,65

2.3.4.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 531,65

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 531,65

2.3.4.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 531,65

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlak:

tot 100 m2

€ 540,65

van 100 tot 500 m2 per m2 € 1,23 +

€ 398,30

van 500 tot 2.000 m2 per m2 € 0,63 +

€ 744,45

van 2.000 tot 5.000 m2 per m2 € 0,41 +

€ 1.293,30

van 5.000 tot 50.000 m2 per m2 € 0,02 +

€ 3.387,35

groter dan 50.000 m2

€ 4.696,05

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening Gemeente Heemstede aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument of voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 205,15

2.3.6.1.2

Indien de aanvraag is gecombineerd met een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen bedragen de leges onder 2.3.6.1 en 2.3.6.1.1

€ 136,70

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 205,15

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 531,65

2.3.9

Kappen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.10b van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 65,80

2.3.9.1

Onverminderd het in 2.3.9 genoemde tarief wordt voor elke boom boven het aantal van vier met een doorsnee van 20 cm of meer een toeslag berekend van:

€ 6,60

2.3.10

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 531,65

2.3.11

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

2.3.11.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 531,65

2.3.11.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 531,65

2.3.12

Handelingen in het kader van de Flora- en faunawet

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief:

€ 531,65

2.3.13

Andere activiteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.13.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 531,65

2.3.13.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.13.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

€ 531,65

2.3.13.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.14

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.14.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.15

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.15.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 199,65

2.3.15.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 199,65

2.3.16

Advies

2.3.16.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.16.2

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.17

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.17.1.1

vervallen

2.3.17.1.2

indien een ander bestuursorgaan dan de raad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.17.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 4 Verrekening

2.4.1

De geheven leges voor het vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2 worden verrekend met de leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag omgevingsvergunning als bedoeld in hoofdstuk 3, als deze binnen 12 maanden na het verkrijgen van een principe akkoord wordt ingediend.

Hardheidsclausule: als omstandigheden daar aanleiding toe geven, kan van de termijn van 12 maanden worden afgeweken.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan doch voor het verlenen van de vergunning

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

60%

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling nemen ervan doch voor het verlenen van de vergunning

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

40%

2.5.1.3

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, op verzoek van de gemeente intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, kunnen de betaalde leges worden verrekend met de nieuw in te dienen aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning. De nieuwe aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning dient binnen zes maanden na intrekking te worden ingediend. Na deze periode zal geen verrekening meer plaatsvinden, tenzij in overleg nadere afspraken zijn gemaakt omtrent het tijdstip van indienen.

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 18 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

20%

2.5.2.1

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, op verzoek van de gemeente intrekt, nadat de vergunning is verleend, kunnen de betaalde leges worden verrekend met de nieuw in te dienen aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning. De nieuwe aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning dient binnen zes maanden na intrekking te worden ingediend. Na deze periode zal geen verrekening meer plaatsvinden, tenzij in overleg nadere afspraken zijn gemaakt omtrent het tijdstip van indienen.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor

bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

20%

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Teruggaaf als gevolg van het niet verder in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.4.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 niet verder in behandeling neemt, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

20%

2.5.5

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag van minder dan € 90,00 wordt niet teruggegeven.

2.5.6

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Voor de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 184,30

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 184,30

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening:

€ 2.977,55

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening:

€ 2.977,55

Hoofdstuk 9 Vervallen

Hoofdstuk 10 In deze titel niet genoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een andere, in deze titel niet genoemde beschikking:

€ 184,30

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet:

€ 205,80

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 of artikel 30a van de Drank- en Horecawet:

€ 21,45

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet:

€ 21,45

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft:

3.2.1.1

een grootschalig evenement of een evenement met een verhoogd risicoprofiel

€ 436,20

3.2.1.2

een herdenkingsplechtigheid

€ 21,45

3.2.1.3

een braderie

€ 21,45

3.2.1.4

een optocht, niet zijnde een betoging, op de weg

€ 21,45

3.2.1.5

een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg

€ 21,45

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 21,45

Hoofdstuk 3 Seksbedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.3.1

tot het verlenen van een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening:

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€ 322,05

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€ 322,05

Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014

3.4.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.4.1

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8 van de Huisvestingswet 2014

€ 51,10

3.4.2

tot het verlenen van een vergunning voor het onttrekken van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014

€ 293,85

3.4.3

tot het verlenen van een vergunning voor het samenvoegen van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder b, van de Huisvestingswet 2014

€ 293,85

3.4.4

tot het verlenen van een vergunning voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder c, van de Huisvestingswet 2014

€ 21,45

3.4.5

tot het verlenen van een vergunning voor het verbouwen van woonruimte tot twee of meer woonruimtes als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014

€ 293,85

3.4.6

tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014

€ 293,85

3.4.7

tot het verkrijgen van een vergunning op basis van artikel 15 van de Leegstandswet

€ 98,30

Hoofdstuk 5 Vervallen

Hoofdstuk 6 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking

€ 20,95

Behorende bij raadsbesluit van 19 december 2018.