Gemeente Heerlen - Verordening kansspelautomaten Heerlen 2017

Geldend van 09-12-2017 t/m heden

Intitulé

Gemeente Heerlen - Verordening kansspelautomaten Heerlen 2017

De raad van de gemeente Heerlen,

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 november 2017,

registratienummer BWV-17002844;

gezien het advies van de raadscommissie Leefomgeving;

gelet op het bepaalde in de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en artikel 30c van de Wet op de kansspelen;

Besluit

vast te stellen de volgende verordening:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    beheerder: de natuurlijke persoon of personen belast met feitelijke leiding in de hal;

  • b.

    exploitant: degene die de exploitatie voert;

  • c.

    hoogdrempelige inrichting: een inrichting als bedoeld in artikel 30, onder d, van de wet;

  • d.

    kansspelautomaat: een speelautomaat als bedoeld in artikel 30, onder c, van de wet;

  • e.

    speelautomatenhal : een inrichting, bestemd om het publiek gelegenheid te geven spelen op speelautomaten als bedoeld in artikel 30c, eerste lid onder b van de Wet op de Kansspelen;

  • f.

    wet: Wet op de kansspelen.

Hoofdstuk 2 Kansspelautomaten

Artikel 2 Opstelplaatsenbeleid

  • a.

    Voor hoogdrempelige inrichtingen kan de burgemeester vergunning verlenen voor het exploiteren van maximaal twee kansspelautomaten.

  • b.

    Voor speelautomatenhallen kan de burgemeester vergunning verlenen voor het exploiteren van maximaal een-en-tachtig kansspelautomaten per speelautomatenhal.

Hoofdstuk 3 Speelautomatenhallen

Artikel 3 Verbodsbepaling

  • 1.

    Het is verboden om zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een speelautomatenhal te vestigen of te exploiteren.

  • 2.

    De burgemeester kan vergunning verlenen voor maximaal vier speelautomatenhallen, met dien verstande dat maximaal twee speelautomatenhallen zijn toegestaan in het gebied dat begrensd wordt door de Putgraaf, Dr. Poelsstraat, Raadhuisplein, Coriovallumstraat, Kruisstraat, Geerstraat, Stationsplein, Stationstraat, Willemstraat, Klompstraat en Groene Boord tot en met de kruising met de Putgraaf, inclusief de aan de genoemde straten grenzende bebouwing, een en ander zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende bijlage.

  • 3.

    De burgemeester kan locaties aanwijzen waar geen speelautomatenhal is toegestaan.

Artikel 4 Indieningsvereisten

De aanvrager dient een ondertekende aanvraag in onder overlegging van :

  • a.

    een nauwkeurige beschrijving van de inrichting onder vermelding van adres en kadastrale aanduiding met een plattegrond van de locatie, maatvoering 1:100, waarbij is opgenomen de oppervlakte daarvan alsmede op welke plaats en in welk aantal kansspelautomaten zullen worden opgesteld, gespecificeerd naar soort, alsook de overige inrichting zoals bars, tafels en stoelen, behendigheidsautomaten of andere attributen tot spel of vermaak;

  • b.

    de personalia van de exploitant en de beheerder(s) alsook, indien de exploitant een rechtspersoon is, de gegevens van de rechtspersoon en de bestuurder(s);

  • c.

    een verklaring waaruit blijkt, dat exploitant gerechtigd is over de ruimte te beschikken;

  • d.

    een overzicht van de aard en locatie van de overige recreatieve functies binnen hetzelfde gebouw, of in het geval van vestiging in een zelfstandig gebouw een overzicht van de binnen een straal van 100m gevestigde recreatieve functies;

  • e.

    een opgave van de in de vergunning te vermelden beheerder(s)

  • f.

    een verklaring omtrent het gedrag van de ondernemer dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degene(n) die de onderneming krachtens de statuten vertegenwoordigt(en) en van de beheerder(s);

  • g.

    een bewijsstuk waaruit blijkt dat de beheerder(s) en bedrijfsleiders(s) beschikken over voldoende kennis en inzicht met betrekking tot het gebruik van speelautomaten en de daaraan verbonden risico’s van gokverslaving;

  • h.

    een bewijsstuk waaruit blijkt dat de exploitant beschikt over een geldig DEKRA-certificaat inzake Amusementscentra dan wel de verklaring dat de aanvrager bereid is over dit certificaat te beschikken binnen een jaar na verlening van de vergunning;

  • i.

    een volledig ingevuld BIBOB-vragenformulier zoals dit is vastgesteld op grond van artikel 30 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur;

  • j.

    een nauwkeurige omschrijving van het bedrijfsconcept van de speelautomatenhal;

  • k.

    een plan waarin wordt beschreven welke maatregelen de aanvrager neemt ter preventie en bestrijding van gokverslaving en de wijze waarop hij de gedrags- en reclamecode voor kansspelen naleeft;

  • l.

    een plan waarin wordt beschreven welke maatregelen de exploitant neemt ter bescherming van de openbare orde, veiligheid, het woon- en leefklimaat en de gezondheid waaronder de wijze waarop toegangscontrole plaatsvindt;

  • m.

    een plan waarin wordt beschreven op welke wijze de speelautomatenhal past binnen de omgeving.

Artikel 5 Vergunningaanvragen

  • 1.

    Indien er één of meer vergunningen beschikbaar zijn, kondigt de burgemeester door middel van een openbare bekendmaking de mogelijkheid tot het indienen van een of meer aanvragen voor een vergunning binnen een bepaald tijdvak aan (aanvraagtijdvak). De aanvragen dienen te zijn voorzien van alle gegevens en bescheiden die vereist zijn voor de beoordeling daarvan. De bekendmaking vindt plaats minimaal acht weken voor aanvang van het aanvraagtijdvak.

  • 2.

    De burgemeester stelt beleidsregels vast omtrent de verdeling van de vergunningen voor speelautomatenhallen.

Artikel 6 Beslistermijn

  • 1.

    De burgemeester beslist binnen dertien weken na afloop van het aanvraagtijdvak. Hij kan de beslissing voor ten hoogste dertien weken verdagen.

  • 2.

    Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing.

Artikel 7 Vergunning

  • 1.

    De vergunning is niet overdraagbaar.

  • 2.

    De vergunning wordt verleend voor een door de burgemeester nader te bepalen termijn.

  • 3.

    In de vergunning wordt de naam/namen van de exploitant en de beheerder(s) vermeld.

  • 4.

    In de vergunning wordt het aantal automaten en type automaten beschreven, dat mag worden geplaatst.

  • 5.

    Aan de vergunning wordt het voorschrift verbonden, dat de vergunninghouder een convenant dient te ondertekenen met de gemeente en een instelling, die zich richt op het bestrijden van gokverslaving.

  • 6.

    Aan de vergunning worden voorschriften verbonden omtrent de openings- en sluitingstijden van de speelautomatenhal.

  • 7.

    Naast de in de vorige leden genoemde voorschriften kunnen aan een vergunning voorschriften worden verbonden, die strekken ter bescherming van het belang van de openbare orde, het woon- en leefklimaat daaronder begrepen, en het tegengaan van gokverslaving, de toegangscontrole en het toezicht daaronder begrepen.

Artikel 8 Weigeringsgronden

  • 1.

    De burgemeester weigert de vergunning, indien:

  • a.

    de aanvraag is ingediend buiten het in artikel 5 bedoelde aanvraagtijdvak;

  • b.

    het in artikel 2, tweede lid, vastgestelde maximaal aantal kansspelautomaten wordt overschreden;

  • c.

    het in artikel 3, tweede lid, vastgestelde maximaal aantal vergunningen is bereikt;

  • d.

    de aanvraag betrekking heeft op een door de burgemeester krachtens artikel 3, derde lid, aangewezen locatie;

  • e.

    de exploitant of, indien de exploitant een rechtspersoon is, alle bestuurders en/of de beheerder(s) elk de leeftijd van 25 jaar nog niet heeft (hebben) bereikt;

  • f.

    de exploitant of de beheerder(s) onder curatele staat (staan) of ten aanzien van hen faillissement is aangevraagd of een procedure van vereffening of surseance van betaling of akkoord aanhangig is gemaakt;

  • g.

    de exploitant of de beheerder(s) in enig opzicht van slecht levensgedrag zijn;

  • h.

    de openbare orde, veiligheid of woon- en leefklimaat anderszins op ontoelaatbare wijze nadelig worden beïnvloed door de aanwezigheid van de speelautomatenhal;

  • i.

    niet wordt voldaan aan de krachtens artikel 30d, vierde lid van de wet gestelde eisen.

  • 2.

    De burgemeester kan de vergunning weigeren indien:

  • a.

    naar het oordeel van de burgemeester de plannen als bedoeld in artikel 4 sub k, l of m onvoldoende bijdragen aan de in dat artikel omschreven doelstelling;

  • b.

    de aanvrager de bij of krachtens titel VA van de Wet op de kansspelen gestelde bepalingen heeft overtreden in de drie jaren voorafgaand aan het moment van de aanvraag van de vergunning;

  • c.

    de exploitant niet voldoet aan alle eisen zoals genoemd in artikel 4 van het Speelautomatenbesluit;

  • d.

    een of meer van de beheerders niet voldoen aan alle eisen zoals genoemd in artikel 4 van het Speelautomatenbesluit.

Artikel 9 Intrekkingsgronden

De burgemeester kan de vergunning intrekken indien:

  • a.

    de aanvrager onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste en volledige gegevens tot een weigering van de vergunning zou hebben geleid,

  • b.

    gehandeld wordt in strijd met de vergunning of de aan de vergunning verbonden voorschriften of beperkingen,

  • c.

    de daadwerkelijke exploitatie van de hal niet binnen zes maanden na vergunningverlening is gestart dan wel gedurende zes aaneengesloten maanden is onderbroken,

  • d.

    in de inrichting strafbare feiten hebben plaatsgevonden dan wel de vergunninghouder dan wel de beheerder(s) in enig opzicht van slecht levensgedrag zijn bevonden,

  • e.

    het DEKRA-certificaat inzake Amusementscentra voor de ondernemer niet langer van kracht is of niet is behaald binnen een jaar na verlening van de vergunning,

  • f.

    niet langer wordt voldaan aan de krachtens artikel 30d, vierde lid, van de wet gestelde eisen,

  • g.

    de krachtens titel VA van de wet gestelde bepalingen worden overtreden,

  • h.

    de vergunninghouder niet langer gerechtigd is om over de ruimte te beschikken, daaronder mede verstaan een bestuursrechtelijke sluiting, of

  • i.

    de vergunninghouder om intrekking verzoekt.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 10 Strafbepaling

Overtreding van artikel 3 van deze verordening en van de krachtens dat artikel gegeven voorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.

Artikel 11 Toezicht

  • 1.

    Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde zijn belast de bij besluit van de burgemeester aan te wijzen personen.

  • 2.

    Onverminderd het eerste lid zijn ambtenaren van politie, bedoeld in artikel 141, onder b, van het Wetboek van Strafvordering, eveneens belast met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1.

    De Verordening speelautomaten 2000, zoals vastgesteld door de gemeenteraad bij besluit van 3 oktober 2000 met inbegrip van nadien doorgevoerde wijzigingen wordt ingetrokken.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na die van haar bekendmaking.

Artikel 13 Overgangsbepalingen

Vergunningen die vóór de inwerkingtreding van deze verordening zijn verleend gelden als verleend op grond van deze verordening.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening kansspelautomaten Heerlen 2017”.

afbeelding binnen de regeling

Aldus besloten tijdens de openbare vergadering van de gemeenteraad van de gemeente Heerlen van 29 november 2017.

Ondertekening

De griffier,

drs. T.W. Zwemmer

De plv. voorzitter,

P.C.C. Kastrop