Regeling vervallen per 01-01-2012

Verordening kortingsregeling gemeente Heerlen 2011

Geldend van 01-01-2011 t/m 31-12-2011 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2011

Intitulé

Verordening kortingsregeling gemeente Heerlen 2011

“VERORDENING KORTINGSREGELING”

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de aanvrager: degene die kortingsregeling aanvraagt;

  • b.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerlen;

  • c.

    verordening: Verordening Kortingsregeling Gemeente Heerlen;

  • d.

    kortingsregeling: de tegemoetkoming in de kosten van culturele, sociale en sportieve activiteiten voor minima alsmede bijzondere bijstand als bedoeld in artikel 35 lid 5 WWB.

Artikel 2

Het college verstrekt onder hierna te bepalen voorwaarden een tegemoetkoming in de kosten van culturele, sociale en sportieve activiteiten alsmede in de kosten van

maatschappelijke participatie van kinderen.

De toekenning van de tegemoetkoming geldt ten hoogste voor één kalenderjaar.

Het streven is om de uitvoering zo eenvoudig mogelijk te houden.

Artikel 3

  • 1. Voor een tegemoetkoming komen in aanmerking inwoners van Heerlen, ouder dan 18 jaar, die over niet meer dan bescheiden vermogen beschikken als bedoeld in artikel 34 WWB.

  • 2. Jongeren van 18 tot 21 jaar die bij hun ouder(s) wonen hebben geen zelfstandig recht.

  • 3. De draagkracht uit inkomen wordt berekend volgens de volgende glijdende schaal;

    • -

      bij overschrijding van de bijstandsnorm tussen € 0 en € 1000 op jaarbasis 0%

    • -

      bij overschrijding van de bijstandsnorm tussen € 1000 en € 1500 op jaarbasis 10%

    • -

      bij overschrijding van de bijstandsnorm tussen € 1500 en € 2000 op jaarbasis 20%

    • -

      bij overschrijding van de bijstandsnorm tussen € 2000 en € 2500 op jaarbasis 30%

    • -

      bij overschrijding van de bijstandsnorm vanaf € 2500 op jaarbasis 100%.

  • 4. De van toepassing zijnde bijstandsnorm wordt bepaald op basis van de gevraagde informatie. Als bepaalde informatie niet wordt opgevraagd waardoor een toeslag of verlaging niet is vast te stellen, wordt uitgegaan van de gunstigste situatie voor de cliënt.

  • 5. Tot het inkomen wordt niet gerekend:

    • a.

      kinderbijslag;

    • b.

      huurtoeslag en zorgtoeslag;

    • c.

      inkomsten uit (categoriale) bijzondere bijstand en langdurigheidstoeslag;

    • d.

      inkomsten van inwonende kinderen;

    • e.

      inkomsten uit vermogen;

    • f.

      premies o.g.v. artikel 31 lid 2 sub j WWB;

    • g.

      inkomstenvrijlating o.g.v. artikel 31 lid 2 sub o WWB;

    • h.

      inkomen uit onderhuur of het houden van kostgangers;

    • i.

      inkomen uit fiscale heffingskortingen;

    • j.

      een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang;

    • k.

      ouderdomspensioen tot de maximale hoogte van de pensioenvrijlating o.g.v. artikel 33 lid 5 WWB.

Artikel 4

  • 1. Een aanvraag wordt schriftelijk ingediend op een daarvoor door burgemeester en wethouders vastgesteld aanvraagformulier.

  • 2. Aanvragen die vanaf 1 maart na het kalenderjaar waarop de vergoeding betrekking heeft worden ontvangen, worden niet in behandeling genomen op grond van art. 4:5 lid 1a van de Algemene wet bestuursrecht (aanvrager heeft niet voldaan aan enig wettelijk voorschrift voor het in behandeling nemen van de aanvraag)".

Artikel 5

  • 1. Bij een aanvraag dienen deugdelijke betalingsbewijzen overgelegd te worden van de gedeclareerde kosten.

  • 2. Op verzoek van de aanvrager wordt een voorschot verstrekt als aannemelijk is dat aard en omvang van de kosten dat noodzakelijk maken, met dien verstande dat ter waarborging van correcte besteding een voorschot rechtstreeks aan een crediteur wordt doorbetaald.

Artikel 6

  • 1. De vergoeding bedraagt maximaal € 225,-- per huishouden.

  • 2. De vergoeding wordt voor elk thuiswonend kind dat op 1 januari van het kalenderjaar jonger is dan 21 jaar, verhoogd met € 250,--.

  • 3. De gezinssamenstelling op het moment van aanvragen is bepalend.

  • 4. Voor de beoordeling van het vermogen is het moment van aanvragen bepalend.

  • 5. Voor de vaststelling van de hoogte van het inkomen is het netto maandinkomen voorafgaand aan de maand van aanvraag bepalend.

  • 6. Binnen het gezin kan de vergoeding naar eigen inzicht besteed worden aan de verschillende gezinsleden.

Artikel 7

  • 1. Uitgesloten van het recht op kortingsregeling is degene die:

    • a.

      niet als rechthebbende in de zin van artikel 11 WWB kan worden aangemerkt;

    • b.

      uit ’s Rijks kas bekostigd onderwijs volgt.

  • 2. Als één van de partners uit ’s Rijks kas bekostigd onderwijs volgt is het huishouden uitgesloten.

Artikel 8

De kortingsregeling is een voorliggende voorziening op de bijzondere bijstand.

Artikel 9

De volgende kostensoorten komen voor vergoeding in aanmerking:

Omschrijving

Welke vergoeding

Sport/jeugd/ jongerenvereniging

Jaarcontributie van sport-, jeugd- en jongerenvereniging(en) en

een bedrag voor bijkomende kosten

Overige verenigingen

Jaarcontributie van een andere vereniging, zoals belangen- en

patiëntenverenigingen

Vakantiewerk, scouting,schoolkamp

Deelnemersbijdrage kindervakantiewerk, scouting- en schoolkamp

Bibliotheek

Lidmaatschap openbare bibliotheek / leenvergoeding

Cursus

Niet beroepsgerichte cursus

Muziekschool

Muziekschool

Theater

Seizoensabonnement bij een theater / losse kaartjes

Sportclub

Seizoenskaart van een sportclub en losse kaartjes sportwedstrijd

Muziekuitvoeringen

Kaarten van muziekuitvoeringen (bijv. popconcerten)

Peuterspeelzaal

Peuterspeelzaal en vrijwillige ouderbijdragen

Pretparken

Toegangskaarten inclusief abonnementen

Computer

Aanschaf van een computer of laptop voor huishoudens met kind(eren)

Internetabonnement

Vergoeding maximaal € 30,00 per maand voor huishoudens met kind(eren)

Artikel 10

  • 1. Het college kan in zeer bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien onverkorte toepassing daarvan aanleiding geeft of zou leiden tot disproportionele onredelijkheid of onbillijkheid.

  • 2. In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

Artikel 11

Deze verordening wordt aangehaald als: verordening kortingsregeling gemeente Heerlen 2011.

Artikel 12

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2011.

Aldus besloten tijdens de vergadering van de raad der gemeente Heerlen van 5 april 2011.

griffier, voorzitter,