Het eerste wijzigingsbesluit van de Regeling Telewerken

Artikel 1

Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

• -

  het college:

  het college van burgemeester en wethouders;

• -

  medewerker:

  de ambtenaar in de zin van artikel 1:1, lid 1, sub a van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Hellevoetsluis 2007;

• -

  telewerken:

  het door de medewerker op grond van de aanstelling verrichten van werkzaamheden vanuit de woning van de medewerker op telewerkdagen, met behulp van informatie- en telecommunicatietechnologie;

• -

  telewerkdagen:

  de dagen in de week, waarop de medewerker arbeid door middel van telewerken verricht;

• -

  telewerkplek:

  de ruimte in de woning van de medewerker van waaruit de medewerker op telewerkdagen arbeid verricht;

• -

  telewerkbesluit:

  het besluit op grond waarvan de medewerker zijn werkzaamheden door middel van telewerken verricht.

Artikel 2

De medewerker kan bij het college een aanvraag indienen om te mogen telewerken. Een aanvraag wordt door het college toegewezen, indien het belang van de dienst daarbij is gebaat. Het college kan, na overleg met de ondernemingsraad, functies benoemen die gedeeltelijk door middel van telewerken kunnen worden verricht of criteria benoemen waaraan geschikte functies moeten voldoen. Een aanvraag wordt alleen toegewezen indien de medewerker beschikt over een telewerkplek, die voldoet aan de eisen die daaraan worden gesteld door de Arbowet en wanneer de medewerker reeds beschikt over een PC met randapparatuur welke voldoet aan de door het college gestelde voorschriften.

Artikel 3

Aan de medewerker die zijn functie door middel van telewerken uitoefent, worden in een telewerkbesluit aanwijzingen gegeven met betrekking tot de volgende onderwerpen:

• -

  de bereikbaarheid van de medewerker;

• -

  de wijze van terugkoppeling met de gemeente Hellevoetsluis;

• -

  de te verrichten werkzaamheden;

• -

  de periode waarin de medewerker telewerkt;

• -

  het aantal dagen per week waarop de medewerker telewerkt;

• -

  de dagen in de week waarop de medewerker telewerkt;

• -

  informatiebeveiliging;

• -

  privacyaspecten.

Artikel 4

De medewerker is verplicht er voor te zorgen dat de telewerkplek blijft voldoen aan de eisen zoals deze zijn gesteld in de Arbowet. De medewerker verleent, indien het noodzakelijk is om de arbeidsomstandigheden te controleren, medewerking aan een bezoek van de telewerkplek door een Arbodeskundige. Dit ontslaat de gemeente niet van de eindverantwoordelijkheid voor een correct ingerichte werkplek. Deze verplichting dient dan ook te worden beschouwd als een inspanningsverplichting, waarbij de gemeente faciliterend moet optreden.

Artikel 5

Het college kan het telewerkbesluit intrekken indien:

• -

  de telewerkplek niet of niet meer voldoet aan de eisen die daaraan worden gesteld door de Arbowet;

• -

  de medewerker weigert mee te werken aan een tijdig aangekondigd onderzoek van de telewerkplek door de Arbodeskundige;

• -

  de medewerker de aanwijzingen die hem in het telewerkbesluit zijn gegeven niet opvolgt;

• -

  de medewerker in onvoldoende mate aan de gestelde eisen voldoet;

• -

  de medewerker van functie verandert;

• -

  de medewerker of de leidinggevende hierom verzoekt.

Artikel 6

Over dagen dat de medewerker telewerkt komt een aan hem toegekende reiskostenvergoeding niet tot uitbetaling.

Artikel 7

De medewerker wordt maandelijks een vaste tegemoetkoming in de kosten voor abonnement en gebruik van een telefoonlijn en internetprovider verstrekt van maximaal € 30,-- netto.

De medewerker dient hiervoor gedurende de eerste drie achtereenvolgende maanden de rekening in te dienen bij de salarisadministratie om aan te tonen wat de werkelijk te maken kosten bedragen in verband met fiscale regelgeving.

Artikel 8

Dit besluit treedt op 1 januari 2015 in werking.

Artikel 9

Dit besluit kan worden aangehaald als het eerste wijzigingsbesluit van de Regeling Telewerken.

Hellevoetsluis, 23 december 2014,

burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis,

de secretaris,

J.C. Simons.

de burgemeester,

ir. Wubbo J. Tempel.