Verordening gezamenlijke fusiecommissie Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne

1. De commissie heeft tot taak de voorstellen die de stuurgroep ter besluitvorming aan de raden stuurt vooraf verkennend te bespreken en een advies aan de raad uit te brengen over de voorstellen.

2. De commissie biedt een forum voor informatieverstrekking door de stuurgroep of de bespreking van voorstellen van de colleges of stuurgroep. De commissie bepaalt of de voorstellen voldoende informatie bevatten om besluitvorming door de raden mogelijk te maken.

3. Met uitzondering van het bedoelde in artikel 15 worden er geen besluiten genomen door de commissie.

4. De commissie kan ook zelf voorstellen doen.

1. De commissie bestaat uit twaalf leden. Iedere raad afzonderlijk benoemt vier vertegenwoordigers uit hun raad. Bij verhindering kan een lid van deze commissie worden vervangen door een ander lid van zijn raad.

2. Het lidmaatschap van de commissie eindigt wanneer de betrokkene geen deel meer uitmaakt van de betreffende raad.

1. De commissie benoemt uit haar midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter van de commissie. In geval van afwezigheid van voorzitter en plaatsvervangend voorzitter wordt een ander lid van de commissie aangewezen als voorzitter.

2. De voorzitter spreekt zo nodig mee in de vergadering en heeft een stem in de vergadering.

3. De voorzitter, ondersteund door de secretaris van de commissie, stelt de agenda voor de commissievergaderingen op.

4. De voorzitter leidt de vergadering en is belast met de handhaving van de orde.

1. Het secretariaat van de commissie wordt verzorgd door één van de drie griffiers van de raden.

2. De griffiers wijzen de secretaris uit hun midden aan.

3. De secretaris wordt bij diens afwezigheid vervangen door één van de andere griffiers.

4. De griffiers zijn aanwezig bij de vergadering van de commissie. Zij zijn geen lid van de commissie, zij zijn adviserende leden.

5. De secretaris of zijn/haar plaatsvervanger is belast met het verlenen van bijstand aan de commissie, het ondersteunen van de voorzitter en het verzorgen van een actielijst van de vergaderingen.

1. De voorzitter van de commissie is bevoegd de leden van de stuurgroep, de projectleider of andere personen uit te nodigen de vergaderingen van de commissie bij te wonen, teneinde aan de beraadslagingen deel te nemen en inlichtingen of adviezen te verstrekken.

2. De in lid 1 genoemde functionarissen worden door de voorzitter in de gelegenheid gesteld ook over niet op de agenda voorkomende onderwerpen aan de commissie mededelingen te doen.

3. De leden van de stuurgroep kunnen zich laten vergezellen van ambtenaren van de gemeenten of externe deskundigen.

1. De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of de leden dat nodig oordelen, dan wel volgens een vooraf vastgesteld schema.

2. De vergaderingen vinden roulerend plaats in Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne.

3. De commissie kan niet beraadslagen wanneer niet tenminste de helft van de zitting hebbende leden aanwezig is.

1. De secretaris stelt een bondig verslag en een actielijst van de vergadering samen.

2. Het verslag en de actielijst wordt verspreid onder de leden van de commissie en de stuurgroep.

3. Na vaststelling van verslag en de actielijst door de commissie, worden verslag en actielijst verspreid onder de leden van de raden.

1. De vergaderingen van de commissie worden als regel in openbaarheid gehouden.

1. De commissie is bevoegd bij meerderheid van stemmen de leden geheimhouding ten aanzien van stukken en/of mededelingen op te leggen.

2. Stukken zoals bedoeld in lid 1 liggen voor de raadsleden ter inzage bij de griffier van iedere raad.

3. Indien en voor zover de commissie tot openbaarmaking van het desbetreffende onderwerp overgaat, is ook de geheimhouding, voor zover de openbaarmaking strekt, opgeheven.

4. De voorzitter van de commissie kan de leden voorstellen een lid dat de vertrouwelijkheid van een commissievergadering of van een vertrouwelijk document heeft geschonden, uit te sluiten van de vergaderingen van de commissie en/of van de toezending van vertrouwelijke stukken.

5. Het voorstel tot uitsluiting en/of toezending wordt in stemming gebracht bij de aanvang van de eerste vergadering van de commissie na de dag waarop de voorzitter van de commissie daartoe een voorstel heeft gedaan.

1. De voorzitter zendt ten minste 10 dagen voor een vergadering de leden van de commissie een schriftelijke oproep en de voorlopige agenda met de daarbij behorende stukken, onder vermelding van dag, tijdstip en plaats van de vergadering.

2. De oproep wordt tevens verzonden naar de uit te nodigen leden van de stuurgroep.

3. De leden van de raden worden in kennis gesteld van de agenda.

4. In spoedeisende gevallen kan de voorzitter de commissie voorstellen terstond een voorstel te bespreken. De commissie beslist over de behandeling van die voorstellen bij de aanvang van de vergadering.

1. Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij

• a.

  de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van dit reglement te herinneren;

• b.

  een lid hem interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.

2. Indien een spreker, zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de betreffende spreker, hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.

3. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord - de vergadering sluiten.

1. Besluiten van de commissie aangaande:

• a.

  het ter besluitvorming voorleggen aan de raden zoals bedoeld in artikel 2, lid 2;

• b.

  geheimhouding zoals bedoeld in artikel 10, lid 1 en 3;

• c.

  het agenderingsrecht zoals bedoeld in artikel 12;

2. Indien in een voltallige vergadering de stemmen staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

3. Bij staking van stemmen in een niet voltallige vergadering wordt in de eerstvolgende vergadering opnieuw gestemd. Wanneer de stemmen in deze vergadering wederom staken, wordt het voorstel eveneens geacht te zijn verworpen.

4. Artikel 28 van de Gemeentewet is voor zoveel mogelijk van toepassing op de leden van de commissie.