Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Helmond houdende regels omtrent tijdelijke ondersteuning voor noodzakelijke kosten (Beleidsregels tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten gemeente Helmond)

Geldend van 06-08-2021 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2021

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Helmond houdende regels omtrent tijdelijke ondersteuning voor noodzakelijke kosten (Beleidsregels tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten gemeente Helmond)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Helmond,

collegevoorstel 50494882

Gelet op:

  • -

    titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 35 Participatiewet;

Overwegende dat:

  • -

    Het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden een burger in aanmerking kan komen voor een tegemoetkoming Tijdelijke ondersteuning noodzakelijk kosten (TONK);

  • -

    Het daarom wenselijk is voor dit doel aparte, tijdelijke, beleidsregels vast te stellen;

Besluit:

Vast te stellen Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK)

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    Wet: Participatiewet;

  • b.

    College: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Helmond;

  • c.

    Inkomensterugval: een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval van minimaal 25% in het netto-inkomen als gevolg van de coronacrisis;

  • d.

    Woonquote: de verhouding tussen de woonlasten als bedoeld in artikel 4 en het netto-inkomen na inkomensterugval.

Artikel 2 Doelgroep TONK

Een tegemoetkoming TONK is bedoeld voor de aanvragers:

  • -

    Die door de huidige omstandigheden als gevolg van de coronacrisis te maken hebben met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in hun netto-inkomen van tenminste 25%;

  • -

    Die daardoor hun woonlasten niet meer kunnen voldoen, en

  • -

    Waarvoor andere regelingen niet of onvoldoende soelaas bieden.

Artikel 3 Voorwaarden tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten

  • 1. Het college verstrekt een tegemoetkoming TONK aan de aanvrager die te maken heeft met een inkomensterugval van 25% van het gezinsinkomen op 1 januari 2021 t.o.v. 1 januari 2020, waardoor de betaling van woonlasten niet mogelijk is uit het inkomen.

  • 2. Er wordt volstaan worden met een verklaring van de aanvrager dat de terugval in inkomen het gevolg is van de maatregelen in verband met het coronavirus (Covid-19);

  • 3. De ‘Beleidsregels bijzondere bijstand gemeente Helmond‘ en ‘Beleidsregels middelentoets gemeente Helmond’ zijn niet van toepassing op de aanvragen TONK.

Artikel 4 Woonlasten

De tegemoetkoming TONK heeft betrekking op de volgende voor de aanvrager(s) noodzakelijke algemene kosten van bestaan:

  • a.

    Kosten van huur van zelfstandige door aanvrager(s) bewoonde woonruimten, inclusief servicekosten en na aftrek van de daadwerkelijk ontvangen huurtoeslag, of

  • b.

    Kosten van de hypotheekrente en de verplichte aflossing voor de door de aanvrager(s) bewoonde woning.

Artikel 5 Aanvraag

  • 1. De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal ingediend via de website van Senzer. In afwijking van deze digitale aanvraag is een schriftelijke aanvraag mogelijk indien naar het oordeel van het college bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven. De aanvrager overlegt bij de aanvraag:

    • i.

      Een ondertekende verklaring van inkomensterugval, en;

    • ii.

      De bewijzen van het inkomen van de maand januari 2021, en;

    • iii.

      De bewijzen van de woonlasten over de maand januari 2021.

  • 2. Een aanvraag tegemoetkoming TONK kan worden ingediend tot 1 oktober 2021.

Artikel 6 Terugwerkende kracht

Een aanvraag voor een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden toegekend vanaf 1 januari 2021.

Artikel 7 Duur

De tegemoetkoming wordt eenmalig verstrekt en heeft betrekking op de periode van 1 januari 2021 tot 1 juli 2021.

Artikel 8 Berekening hoogte vergoeding

  • 1. Bij de berekening van de tegemoetkoming TONK wordt uitgegaan van:

    • a.

      Het huishoudtype, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen een alleenstaande of een gezin als bedoeld in artikel 4 lid 1 sub a t/m c van de Participatiewet, en;

    • b.

      De hoogte van het gezinsinkomen na de inkomensterugval, en;

    • c.

      Een minimale woonquote.

  • 2. Als sprake is van de situatie zoals beschreven in artikel 3 lid 1 van deze beleidsregel bestaat recht op:

    • a.

      Een lage tegemoetkoming TONK: indien de woonquote valt tussen het lage en hoge percentage binnen de van toepassing zijnde inkomenscategorie en huishoudtype volgens de tabel in het vierde lid (lage woonquote);

    • b.

      Een hoge tegemoetkoming TONK: indien de woonquote hoger is dan het hoge percentage binnen de van toepassing zijnde inkomenscategorie en huishoudtype volgens de tabel in het vierde lid (hoge woonquote).

  • 3. Als de woonquote lager is dan het percentage in de lage categorie binnen de van toepassing zijnde inkomenscategorie en huishoudtype volgens de tabel in het vierde lid, wordt de aanvrager geacht de woonlasten te kunnen dragen en bestaat geen recht op een tegemoetkoming TONK.

  • 4. Per huishoudtype wordt uitgegaan van een minimale woonquote volgens deze tabel:

    Netto-inkomen per maand na inkomensterugval

    Minimale woonquote per huishoudtype

     

    Alleenstaande

    Gezin

    Laag

    Hoog

    Laag

    Hoog

    Tot € 3.000

    40%

    50%

    35%

    45%

    € 3.000 - € 3.500

    40%

    50%

    40%

    50%

    € 3.500 - € 5.000

    45%

    55%

    40%

    50%

    Vanaf € 5.000

    50%

    60%

    50%

    60%

Artikel 9 Hoogte tegemoetkoming

De hoogte van de tegemoetkoming bedraagt:

  • a.

    € 1.750,- per alleenstaande of gezin met een lage woonquote (de lage tegemoetkoming)

  • b.

    € 3.000,- per alleenstaande of gezin met een hoge woonquote (de hoge tegemoetkoming)

Artikel 10 Inkomen

  • 1. Onder inkomen wordt verstaan: het volledige inkomen waarover de alleenstaande of het gezin redelijkerwijs kan beschikken als bedoeld in artikel 32 lid 1 Participatiewet, waarbij de teruggave inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen die betrekking heeft op de aftrek van de hypotheekrente niet tot het inkomen wordt gerekend;

  • 2. Het inkomen uit bedrijf of zelfstandig beroep wordt in aanmerking genomen conform artikel 6 Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers.

Artikel 11 Geen vermogenstoets

Voor de beoordeling van het recht op een tegemoetkoming op basis van deze beleidsregels wordt geen rekening gehouden met eventueel aanwezig vermogen als bedoeld in artikel 34 Participatiewet.

Artikel 12 Uitbetaling

De uitbetaling vindt eenmalig plaats.

Artikel 13 Hardheidsclausule

Het college handelt overeenkomstig deze beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.

Artikel 14 Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1. De beleidsregels treden met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2021.

  • 2. De beleidsregels vervallen op 1 oktober 2021.

Artikel 16 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten gemeente Helmond

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 09-02-2021

Het college van burgemeester en wethouders,

Toelichting berekening hoogte Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijk Kosten

Voor de berekening van de hoogte van de TONK wordt beoordeeld of de aanvrager de woonlasten redelijkerwijs nog kan voldoen van zijn/haar inkomen na een inkomensterugval van 25% of meer. Hierbij wordt uitgegaan van:

  • 1.

    Het huishoudtype, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen een alleenstaande of een gezin als bedoeld in art. 4 lid 1 sub a t/m c van de Participatiewet, en

  • 2.

    De hoogte van het gezinsinkomen na de inkomensterugval, en

  • 3.

    Een minimale woonquote.

Hierbij wordt onderstaand schema gehanteerd:

Netto-inkomen per maand na inkomensterugval

Minimale woonquote per huishoudtype

 

Alleenstaande

Gezin

Laag

Hoog

Laag

Hoog

Tot € 3.000

40%

50%

35%

45%

€ 3.000 - € 3.500

40%

50%

40%

50%

€ 3.500 - € 5.000

45%

55%

40%

50%

Vanaf € 5.000

50%

60%

50%

60%

Om voor een lage tegemoetkoming TONK in aanmerking te komen, dient de woonquote te vallen tussen het lage en hoge percentage binnen de van toepassing zijnde inkomenscategorie en huishoudtype (lage woonquote)

Om voor een hoge tegemoetkoming TONK in aanmerking te komen, dient de woonquote hoger te zijn dan het hoge percentage binnen de van toepassing zijnde inkomenscategorie en huishoudtype (hoge woonquote).

Rekenvoorbeelden

Voorbeeld 1 - gezin

Nieuw inkomen

 
 
 

€ 3.150

 
 
 

Huur of hypotheek

 
 

€ 1.700

 
 

Woonquote

54%

 
 
 
 
 
 

Hoge tegemoetkoming TONK

 

Voorbeeld 2 - gezin

Nieuw inkomen

 
 
 

€ 3.150

 
 
 

Huur of hypotheek

 
 

€ 1.400

 
 

Woonquote

44%

 
 
 
 
 
 

Lage tegemoetkoming TONK

 

Voorbeeld 3 - gezin

Nieuw inkomen

 
 
 

€ 3.150

 
 
 

Huur of hypotheek

 
 

€ 1.000

 
 

Woonquote

32%

 
 
 
 
 
 

Geen tegemoetkoming TONK

 

Voorbeeld 4 - alleenstaande

Nieuw inkomen

 
 
 

€ 1.075

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Huur of hypotheek

 
 

€ 775

 
 

Woonquote

73%

 
 
 
 
 
 

Hoge tegemoetkoming TONK

 

Voorbeeld 5- alleenstaande

Nieuw inkomen

 
 
 

€ 1.800

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Huur of hypotheek

 
 

€ 775

 
 

Woonquote

43%

 
 
 
 
 
 

Lage tegemoetkoming TONK