Beleidsregel parkeernormen Helmond 2007

1.Inleiding

In Helmond ontstaan steeds meer parkeerproblemen bij zowel bestaande- als recent gebouwde woonwijken en/of voorzieningen. De oorzaken hiervan zijn:

• -

  een veroudering van de bestaande parkeernormen;

• -

  de toename van het gemiddelde autobezit;

• -

  het toegenomen autogebruik;

• -

  de verruiming van winkelopeningstijden;

• -

  bezoek binnenstad in de avonduren.

Een actualisatie van de door de gemeente Helmond gehanteerde parkeernormen is daarom noodzakelijk.

Voor de nieuwe normering wordt aansluiting gezocht bij de landelijke richtlijnen van het CROW. Deze zijn opgezet volgens een andere systematiek dan de tot op heden gehanteerde normering uit het Regionaal Verkeers- en VervoersPlan (RVVP) van 1996. Hierdoor zijn de normen niet meer één-op-één vergelijkbaar. Grofweg heeft de nieuwe norm tot gevolg dat de normen van de categorie woningen voor dure woningen iets verhogen (van 0% tot maximaal 33%). Voor de categorie winkels verlagen de meeste normen ten opzichte van de bestaande, alleen de normen voor grootschalige detailhandel verhogen (max. 80%).

2.Juridisch kader

Bij alle bouwaanvragen wordt er getoetst op het aspect parkeren. Aan de hand van het bestemmingsplan, waar tot nu toe veelal parkeernormen in staan aangegeven, wordt bepaald hoeveel parkeerplaatsen er benodigd zijn. Indien in het bestemmingsplan geen parkeernormen vermeld staan moet op basis van de bouwverordening (artikel 2.5.30) getoetst worden op de parkeerregeling. Hierin staat aangegeven dat in voldoende mate voorzien moet worden in de ruimte ten behoeve van het parkeren of stallen van auto’s.

In het RVVP van 1996 waren parkeernormen opgenomen welke tot op heden veelal als leidraad hebben gediend maar welke inmiddels ook verouderd waren. In het nieuwe RVVP dat naar verwachting begin 2007 wordt vastgesteld staan geen parkeernormen meer opgenomen. Op grond hiervan is het dus ook noodzakelijk om nieuwe parkeernormen vast te stellen.

In nieuwe, nog op te stellen beheersmatige bestemmingsplannen zal aangegeven worden dat ter plaatse parkeervoorzieningen toegelaten zijn. De bouwverordening geeft aan dat in voldoende mate voorzien moet worden in ruimte ten behoeve van het parkeren of stallen van auto’s. In de geldende beleidsregel parkeernormen Helmond staat dan aangegeven aan welke parkeernormen voldaan moet worden.

Op deze wijze wordt de beleidsregel “Parkeernormen Helmond 2007” uiteindelijk voor alle nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen van kracht. Bij wijzigingen in de beleidsregel zijn de nieuwe parkeernormen ook direct toepasbaar op nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen.

Alleen in nieuwe ontwikkelingsgerichte bestemmingsplannen zullen mogelijk nog wel parkeernormen opgenomen worden om zodoende sturing te geven aan de voorgenomen ontwikkeling.

De in bestemmingsplannen opgenomen parkeernormen blijven altijd van kracht. Een gewijzigde- en goedgekeurde beleidsregel “Parkeernormen Helmond” kan hier nooit iets aan wijzigen.

3.Uitgangspunten

Uitgangspunten bij het opstellen van de nieuwe parkeernormen zijn:

• a.

  De CROW publicatie 182 "parkeerkencijfers - Basis voor parkeernormering" van juni 2003 en de CROW uitgave "ASVV 2004" van april 2004 vormen de leidraad voor de nieuwe normen. Hiervan is alleen afgeweken indien er gezien de lokale omstandigheden

  goede argumenten voor zijn en/of door ervaringen binnen de gemeente (zie arcering). Binnen de door de CROW gehanteerde

  categorie-indeling wordt Helmond als "sterk stedelijk" beschouwd.

• b.

  De parkeernormen zijn afhankelijk van de locatie waar de functie zich bevindt en van de aard en omvang van de functie.

• c.

  Voor de bepaling van de parkeernorm van een project moet een parkeer-balans voor het project opgesteld worden. Hierbij kan het

  noodzakelijk zijn om voor de parkeerbalans ook het direct aanliggende gebied mee te nemen.

• d.

  De uit de parkeerkencijfers te bepalen parkeernormen zijn minimum normen waaraan voldaan moet worden. Het is toegestaan om

  meer parkeerplaatsen dan de aangegeven norm te realiseren.

• e.

  Afhankelijk van de locatie waarvoor de parkeernormen vastgesteld moeten worden, wordt de volgende driedeling gehanteerd:

  centrumgebied, schil en de rest van Helmond. In tabel 1 is heel Helmond naar gebied ingedeeld.

  Tabel 1: Gebiedsindeling 1):

• f.

  Het in de parkeernormen aangegeven aandeel voor bezoekers moet altijd toegankelijk en beschikbaar zijn en blijven ten behoeve van het parkeren van bezoekers van het betreffende object. Het is dus niet noodzakelijk dat de parkeernorm voor bezoekers daarmee automatisch op gemeentelijk terrein gerealiseerd moet worden. De parkeernorm voor bezoekers kan dus bijvoorbeeld niet in een afgesloten parkeerkelder gerealiseerd worden welke niet vrij toegankelijk is voor bezoekers.

Burgemeester & Wethouders kunnen gemotiveerd afwijken van al de in deze beleidsregel gestelde uitgangspunten.

1) De indeling van de gebieden is in bijlage 1 nader gespecificeerd. Een en ander conform de Statistische gebiedsindeling van de gemeente Helmond.

4.Parkeernormen naar categorie

De te hanteren parkeernormen zijn afhankelijk van de functie van het gebouw / project. Per functie / categorie zijn de te hanteren parkeernormen onderstaand weergegeven.

Parkeernormen Categorie Wonen:

Rode tekst wijziging t.o.v. CROW publicatie.

Uitleg bij de te hanteren parkeernormen voor de categorie Wonen:

-Een indeling naar b.v. duur/middenklasse/goedkoop is veel flexibeler in de tijd. Deze indeling gaat met de tijd mee ook al stijgen / dalen de woningprijzen. Zie voor de indeling tabel 2 en 3. Deze indeling wordt jaarlijks geïndexeerd op basis van het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing en de maximale huursubsidiegrens, beide vastgesteld door het Ministerie van VROM.

Het team verkeer & vervoer gaat na of aanpassingen noodzakelijk zijn.

Tabel 2: Indeling koopwoningen voor 2006:

Indeling vastgesteld op basis van het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing. (ISV-2) van het Ministerie van VROM (prijspeil januari 2006). Dit wordt jaarlijks geïndexeerd.

Tabel 3: Indeling huurwoningen voor 2006:

De indeling van de huurwoningen is vastgesteld op basis van de maximale huursubsidiegrens, vastgesteld door het Ministerie van VROM. Dit wordt jaarlijks geïndexeerd.

• -

  Sociale koop- en huurwoningen vallen altijd in de klasse goedkoop.

• -

  De parkeernorm voor de bewoners moet op eigen terrein gerealiseerd worden met een minimum van 1 parkeerplaats per woning.

• -

  Het aangegeven “aandeel bezoekers” moet minimaal gerealiseerd worden ten behoeve van bezoekers. Deze parkeerplaatsen

  moeten zodanig gerealiseerd worden dat deze altijd toegankelijk en beschikbaar zijn en blijven voor bezoekers.

• -

  In de praktijk worden de beschikbare parkeergelegenheden op eigen terrein niet altijd als zodanig gebruikt. Voor

  parkeervoorzieningen op eigen terrein worden daarom de rekenwaarden gehanteerd uit tabel 4.

Tabel 4: Berekeningsaantallen parkeervoorzieningen bij woningen

2) Indien er sprake is van een zeer brede of lange oprit (of in geval van een ruim erf) kan de rekenwaarde opgehoogd worden tot een maximum van de norm die bij de betreffende woning gesteld wordt. Dit moet per situatie beoordeeld worden.

3) Voor een tuinparkeerplaats wordt een lagere norm dan 1 aangehouden omdat de ervaring leert dat in een aantal gevallen na verloop van tijd een deel van de tuinparkeerplaatsen verwijderd worden en de ruimte bij de tuin wordt gevoegd. Als het niet juridisch vastligt dat de parkeerplaats ook altijd een parkeerplaats moet blijven is dit niet te voorkomen.

Indien juridisch vastgelegd wordt dat de tuinparkeerplaats ook altijd een parkeerplaats moet blijven kan wel van een berekeningswaarde van 1,0 uitgegaan worden in plaats van de aangegeven 0,85.

4) Met een "dubbele parkeerplaats" wordt bedoeld een brede oprit (≥ 4,50m.) op particulier terrein. De inrit vanaf de openbare weg kan smaller zijn als de parkeerplaatsen maar bereikbaar zijn. De breedte van de inrit vanaf de openbare weg wordt bepaald op basis van de "Beleidsregels uitritten" en niet op basis van de breedte van de oprit op particulier terrein.

Parkeernormen Categorie Winkels:

5) Grootschalige detailhandel: winkelformules die vanwege de omvang en aard van het assortiment een groot oppervlak nodig hebben en welke bij voorkeur gelegen zijn op perifere locaties (auto's, boten en caravans, tuincentra, bouwmarkten, keukens en sanitair, woninginrichting en meubels).

Perifeer: alle terreinen of locaties binnen de bebouwde kom die niet binnen of nabij een bestaand of gepland winkelgebied liggen.

Rode tekst wijziging t.o.v. CROW publicatie.

Uitleg bij de te hanteren normen voor de categorie Winkels:

• -

  De parkeernormen moeten volledig op eigen terrein gerealiseerd worden.

  In het centrum kan hiervan afgeweken worden om zodoende dubbelgebruik van de parkeerplaatsen mogelijk te maken.

• -

  De parkeerplaatsen ten behoeve van bezoekers moeten altijd toegankelijk en beschikbaar blijven als zodanig.

• -

  Bij voorzieningen in deze categorie moet ook nagegaan worden of er van de te realiseren parkeerplaatsen één of meer

  parkeerplaatsen aangewezen moeten worden als Gehandicaptenparkeerplaats (GPP), waarbij de afmetingen van de GPP ook aangepast is.

Parkeernormen Categorie Kantoren:

Uitleg bij de te hanteren normen voor de categorie Kantoren:

• -

  De parkeernormen moeten volledig op eigen terrein gerealiseerd worden.

• -

  De parkeerplaatsen ten behoeve van bezoekers moeten altijd toegankelijk en beschikbaar blijven als zodanig.

• -

  Bij voorzieningen in deze categorie moet ook nagegaan worden of er van de te realiseren parkeerplaatsen één of meer

  parkeerplaatsen aangewezen moeten worden als Gehandicaptenparkeerplaats (GPP), waarbij de afmetingen van de GPP ook

  aangepast is.

Parkeernormen Categorie Bedrijven:

Uitleg bij de te hanteren normen voor de categorie Bedrijven:

• -

  De parkeernormen moeten volledig op eigen terrein gerealiseerd worden.

• -

  De parkeerplaatsen ten behoeve van bezoekers moeten altijd toegankelijk en beschikbaar blijven als zodanig.

Parkeernormen Categorie Recreatie:

6) Ha. Netto terrein: Het betreft hier de sportvelden zelf inclusief de kantine, maar niet het bijbehorende parkeerterrein.

7) Ha. Netto terrein: Het betreft hier de ruimte voor de attracties waar de bezoekers ook voor komen. Het is excl. het parkeerterrein, evt. wandelbossen, grote vijvers (zonder attractie erbij) e.d. waar bezoekers niet specifiek voor komen.

Rode tekst wijziging t.o.v. CROW publicatie.

Uitleg bij de te hanteren normen voor de categorie Recreatie:

• -

  Richtlijn is dat de parkeernormen volledig op eigen terrein gerealiseerd worden. Per functie en locatie is een afweging hiervan

  noodzakelijk. In het centrum kan hiervan afgeweken worden om zodoende dubbelgebruik van de parkeerplaatsen mogelijk te maken.

• -

  De parkeerplaatsen ten behoeve van bezoekers moeten altijd toegankelijk en beschikbaar blijven als zodanig.

• -

  Bij voorzieningen in deze categorie moet ook nagegaan worden of er van de te realiseren parkeerplaatsen ook één of meer

  parkeerplaatsen aangewezen moeten worden als Gehandicaptenparkeerplaats (GPP), waarbij de afmetingen van de GPP ook aangepast is.

Parkeernormen Categorie Zorgvoorzieningen:

Uitleg bij de te hanteren normen voor de categorie Zorgvoorzieningen:

• -

  De parkeernormen moeten volledig op eigen terrein gerealiseerd worden.

• -

  De parkeerplaatsen ten behoeve van bezoekers moeten altijd toegankelijk en beschikbaar blijven als zodanig.

• -

  Bij voorzieningen in deze categorie moet ook nagegaan worden of er van de te realiseren parkeerplaatsen één of meer

  parkeerplaatsen aangewezen moeten worden als Gehandicaptenparkeerplaats (GPP), waarbij de afmetingen van de GPP ook aangepast is.

Parkeernormen Categorie Onderwijsvoorzieningen:

8) De parkeernorm bij nieuwbouw of uitbreiding van basisscholen / kinderdagverblijven e.d. bestaat dus uit twee componenten:

• -

  de aangegeven norm per leslokaal t.b.v. personeel.

• -

  een norm voor het aantal parkeerplaatsen nodig voor het wegbrengen en halen van kinderen.

Uitleg bij de te hanteren normen voor de categorie Onderwijsvoorzieningen:

• -

  Bij kinderdagverblijven is kenmerkend dat bijna alle kinderen met de auto worden gebracht en gehaald. Ook bij basisscholen worden

  veel kinderen met de auto gebracht en gehaald. Er is hierbij wel sprake van een zekere spreiding, niet iedereen brengt of haalt

  zijn/haar kind op hetzelfde tijdstip. Voor de bepaling van het aantal parkeerplaatsen voor het halen en brengen bij basisscholen en

  kinderdagverblijven wordt de rekenmethode van bijlage 2 gehanteerd.

• -

  Voor een school met een regionale functie moet bij de dimensionering van de parkeervakken rekening gehouden worden met het feit dat ook personenbusjes gebruikmaken van de parkeervoorzieningen.

• -

  De parkeernormen moeten volledig op eigen terrein gerealiseerd worden.

• -

  De parkeerplaatsen ten behoeve van bezoekers moeten altijd toegankelijk en beschikbaar blijven als zodanig.

• -

  Bij voorzieningen in deze categorie moet ook nagegaan worden of er van de te realiseren parkeerplaatsen één of meer

  parkeerplaatsen aangewezen moeten worden als Gehandicaptenparkeerplaats (GPP), waarbij de afmetingen van de GPP ook aangepast is.

• -

  Arbeidsplaats = maximaal gelijktijdig aanwezige werknemers.

Parkeernormen Categorie Overige voorzieningen:

Uitleg bij de te hanteren normen voor de categorie Overige voorzieningen:

• -

  De parkeernormen moeten volledig op eigen terrein gerealiseerd worden.

• -

  De parkeerplaatsen ten behoeve van bezoekers moeten altijd toegankelijk en beschikbaar blijven als zodanig.

• -

  Bij voorzieningen in deze categorie moet ook nagegaan worden of er van de te realiseren parkeerplaatsen één of meer

  parkeerplaatsen aangewezen moeten worden als Gehandicaptenparkeerplaats (GPP), waarbij de afmetingen van de GPP ook aangepast is.

Voor functies waarvan hier geen parkeernormen beschreven staan zal het team Verkeer & Vervoer een voorstel voor de te hanteren parkeernorm doen.

5. Vaststelling parkeernorm

• a.

  Op grond van eigenschappen van de parkeersituatie (onder andere aantrekkelijkheid, kwaliteit en invloedsgebied van de functie) in verhouding tot concurrenten of alternatieven en op grond van mobiliteitskenmerken van de gebruikers / bezoekers kan er misschien gekozen worden om een lagere parkeernorm te hanteren. In bijlage 3 staat voor een groot aantal functies de parkeernorm met een bandbreedte aangegeven. De geldende parkeernorm is de hoogste waarde binnen deze bandbreedte. De regiegroep, en indien deze er niet is de projectgroep, kan bepalen of binnen de bandbreedte een lagere parkeernorm dan de maximale norm toegepast kan worden. Dit moet altijd goed gemotiveerd worden. Het projectteam doet hiervoor een voorstel aan de regiegroep.

• b.

  Indien er geen projectteam is om een voorstel te doen voor de te hanteren parkeernorm zal het team verkeer & vervoer een voorstel

  doen.

• c.

  Alleen Burgemeester & Wethouders kunnen gemotiveerd een lagere parkeernorm toestaan dan volgens de aangegeven bandbreedte

  in bijlage 3 noodzakelijk is.

• d.

  Afronding van de parkeernormen binnen de op te stellen parkeerbalans vindt als volgt plaats: < 0,5 = 0 en ≥ 0,5 = 1. De afronding vindt plaats in de allerlaatste fase bij de bepaling van het totaal noodzakelijke aantal parkeerplaatsen.

6. Parkeerbalans

Met een parkeerbalans kan de (on)balans tussen parkeervraag en parkeeraanbod binnen een bepaald gebied worden berekend. Vaak valt de parkeervraag van functies niet samen in de tijd. Gecombineerd gebruik van parkeerplaatsen is dan mogelijk. De mogelijkheid tot gecombineerd gebruik binnen een gebied hangt af van de mate van openbaarheid en de locatie van de parkeervoorzieningen en van de loopafstanden naar de bestemming.

De opgenomen parkeernormen en aanwezigheidspercentages geven een indicatie van de omvang van de benodigde aantal parkeerplaatsen. De te hanteren aanwezigheidspercentages voor de verschillende periodes van de dag/week zijn weergegeven in tabel 5.

Tabel 5: Aanwezigheidspercentages

Het kan ook zijn dat één gebouw meerdere functies heeft. De parkeernorm voor het gebouw wordt dan bepaald door een parkeerbalans voor het gebouw op te stellen. Voor alle functies binnen het gebouw wordt de parkeernorm vastgesteld en wordt nagegaan of gecombineerd gebruik van parkeerplaatsen mogelijk is.

7.Alternatieve oplossing parkeernormen

Indien het voor een bouwplan werkelijk onmogelijk is om aan de gestelde parkeernormering te kunnen voldoen worden er enkele oplossingen aangegeven om het afgeven van een bouwvergunning toch mogelijk te maken. De parkeermogelijkheden op eigen terrein moeten daarbij wel altijd maximaal ingevuld worden. De aangegeven oplossingen dienen dus alleen voor de nog ontbrekende parkeerplaatsen.

• 1.

  Alternatieve oplossing buiten openbaar gebied.

  De initiatiefnemer komt zelf met een oplossing, waardoor het parkeren niet in openbaar gebied hoeft te gebeuren. De

  parkeerplaatsen worden op een terrein gerealiseerd dat op zeer korte loopafstand is gelegen. Hierbij moet schriftelijk vastgelegd

  worden dat deze parkeerplaatsen bij het betreffende bouwplan horen en als zodanig gehandhaafd moeten blijven.

  Burgemeester & Wethouders van de gemeente moet deze constructie goedkeuren.

• 2.

  Alternatieve oplossing in openbaar gebied.

  De gemeente ziet mogelijkheden om in de directe omgeving de parkeerplaatsen te realiseren in openbaar gebied (al dan niet in een

  parkeergarage) en acht dit ook wenselijk. De lasten, inclusief de beheerslasten, van deze parkeerplaatsen moeten opgenomen

  worden in de exploitatieovereenkomst met de initiatiefnemer. Beide partijen moeten akkoord gaan met deze constructie.

• 3.

  Toepassen van een afkoopsom.

  De parkeerplaatsen worden afgekocht met een afkoopsom per parkeerplaats, als beide partijen hiermee schriftelijke akkoord gaan.

Voor alle drie bovenstaande mogelijkheden is een B&W-besluit noodzakelijk.

8.In werking treding beleidsregel

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst.