Regeling vervallen per 01-01-2018

Verordening toeristenbelasting 2014

Geldend van 01-01-2014 t/m 31-12-2017

Intitulé

Verordening toeristenbelasting 2014

De raad van de gemeente Hengelo;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 september 2013:

gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;

besluit

vast te stellen de volgende

Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting 2014

Artikel 1Belastbaar feit

Onder de naam 'toeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente.

Artikel 2Belastingplicht

  • 1. Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 1.

  • 2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.

  • 3. Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.

Artikel 3Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:

  • 1.

    van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen;

  • 2.

    van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voorzover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 1 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers;

  • 3.

    als scout door leden van scoutingverenigingen aangesloten bij de Vereniging Scouting Nederland in niet-beroepsmatig verhuurde ruimten, die door Hengelose scoutingverenigingen ter beschikking worden gesteld voor het houden van verblijf met overnachten dan wel in mobiele kampeeronderkomens van scoutingverenigingen.

Artikel 4Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten.

Artikel 5Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing

  • 1.

    Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:

    • a.

      kampeermiddel: vaartuig, tent, tentwagen, kampeerauto, caravan dan wel enig ander onderkomen of ander voertuig of gewezen voertuig of een gedeelte daarvan, voorzover geen bouwwerk zijnde waarvoor een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel a, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is vereist; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.

    • b.

      kampeerterrein: terrein, water of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en volgens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen merendeels ten behoeve van recreatief nachtverblijf.

    • c.

      vaste standplaats: een terrein of terreingedeelte dat deel uitmaakt van een kampeerterrein of verblijfshaven en dat ter beschikking wordt gesteld voor de plaatsing van eenzelfde kampeermiddel en dat wordt gebruikt door één hetzelfde gezin gedurende een seizoen.

    • d.

      seizoenplaats: een vaste standplaats bestemd voor verblijf gedurende de periode 1 april tot en met 31 oktober.

    • e.

      particulier verhuurde woning: een (deel van een) woning die door een particulier ter beschikking wordt gesteld voor het houden van verblijf met overnachting tegen een vergoeding in welke vorm ook.

    • f.

      vakantieonderkomen: woning en andere verblijf, niet zijnde een kampeermiddel, hotel, conferentieoord, groepsaccommodatie of particulier verhuurde woning.

2 Voor kampeermiddelen op vaste standplaatsen wordt op een bij de aangifte gedaan verzoek van de belastingplichtige de heffingsgrondslag forfaitair vastgesteld. Bij de forfaitaire berekening wordt het aantal personen dat heeft overnacht met betrekking tot mobiele kampeeronderkomens en stacaravans op vaste standplaatsen ingeval van een seizoenplaats bepaald op 2,5; Het aantal malen dat door de in het derde lid bedoelde personen is overnacht wordt ingeval verblijf wordt gehouden in mobiele kampeeronderkomens en stacaravans op vaste standplaatsen voor een seizoenplaats bepaald op 55.

Artikel 6Belastingtarief

Per overnachting bedraagt het tarief per persoon:

  • 1.

    bij overnachting in een hotel € 1,00

  • 2.

    bij overnachting in een bread&breakfast, chalet, stacaravan, pension,

particulier verhuurde woning en vakantieonderkomen € 0,85

3.bij overnachting in een kampeermiddel, € 0,70

Artikel 7Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9Aanslaggrens

Belastingaanslagen van minder dan € 10,-- worden niet opgelegd.

Artikel 10Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de voorlopige aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later;

  • 2. de overige aanslagen moeten worden betaald binnen één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet;

  • 3. met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag;

  • 4. de Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de voorgaande leden.

Artikel 11Nadere regels door het college van dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente

Het dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente kan nadere regels geven voor de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.

Artikel 12Kwijtschelding

Op voet van artikel 26 van de Invorderingswet 1990 wordt geen kwijtschelding van deze belasting verleend.

Artikel 13Registratieverplichting

  • 1. De belastingplichtige is gehouden verblijfhoudenden per belastingjaar te registreren in een vanwege de heffingsambtenaar kosteloos ter beschikking gesteld nachtverblijfregister;

  • 2. het nachtverblijfregister bevat met betrekking tot ieder aan wie gelegenheid tot overnachten wordt verschaft gegevens tenminste betreffende:

    • a.

      naam, adres en woonplaats;

    • b.

      samenstelling van het gezin of de groep waarmee men reist;

    • c.

      datum van aankomst en datum van vertrek;

    • d.

      het aantal overnachtingen ter zake waarvan belasting verschuldigd is;

  • 3. de in artikel 232, vierde lid, onderdeel a, van de Gemeentewet, bedoelde ambtenaar is bevoegd voor bepaalde gevallen of groepen van gevallen van de in het eerste lid bedoelde verplichting gehele of gedeeltelijke ontheffing te verlenen, zonodig onder door hem te stellen voorwaarden;

  • 4. met betrekking tot verblijf, ter zake waarvan de belasting wordt geheven naar een forfaitaire regeling, is de in het eerste lid genoemde verplichting beperkt tot de in het tweede lid, onder a, genoemde gegevens.

Artikel 14Overgangsrecht

  • 1. De ‘Verordening toeristenbelasting 2012’ van 9 november 2011 wordt met ingang van de in artikel 15, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 15, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 15Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang 1 januari 2014.

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.

Artikel 16Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de `Verordening toeristenbelasting 2014’.

Ondertekening

Aldus gedaan door de raad der gemeente Hengelo in zijn openbare vergadering van 5 november 2013
, voorzitter
, griffier