Regeling vervallen per 01-01-2023

Legesverordening 2019 na 1e wijziging

Geldend van 01-01-2019 t/m 31-12-2022

Intitulé

Legesverordening 2019 na 1e wijziging

De raad van de gemeente Hengelo,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 25 september 2018;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid,

aanhef onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

besluit:

vast te stellen de volgende

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2019 (na 1e wijziging) (Legesverordening 2019)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a. dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b. week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c. maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d. jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e. kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1. Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

      een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

  • 2. Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a. diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b. diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c. de attestaties de vita en verklaringen van in leven zijn ten behoeve van door publiekrechtelijke lichamen toe te kennen pensioenen, ouderdoms-, invaliditeits-, wezen- of weduwenuitkeringen;

  • d. het raadplegen van de dubbelen der leggers en plans van het kadaster met of zonder ambtelijke bijstand en het maken van afschriften daarvan ten behoeve van de rijksdienst, de provinciale dienst, de dienst van een andere gemeente of van een waterschap;

  • e. de inzage in stukken dan wel de verstrekking van informatie en/of stukken, welke vallen onder de werking van de Archiefwet en/of de Wet Milieubeheer, voor zover niet elders in de bij deze verordening behorende tarieventabel genoemd;

  • f. vergunningen uitsluitend voor een wetenschappelijk of filantropisch doel;

  • g. voor het in behandeling nemen van een door de afdeling Wijkbeheer van de gemeente Hengelo ingediende aanvraag tot het verkrijgen van een kapvergunning;

  • h. het aan belanghebbende uitreiken van beschikkingen of afschriften daarvan, houdende beslissing op een aanvraag om gemeentelijke subsidie;

  • i. het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het plaatsen van een mobiele onderzoek unit die wordt gebruikt voor het doen van bevolkingsonderzoek als bedoeld in artikel 1, onder c, van de Wet op het bevolkingsonderzoek, voor welk onderzoek op grond van die wet vergunning is verleend.

Artikel 5 Maatstaven en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in dit artikel bepaalde.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

  • 4. Het bedrag van de heffing op grond van Titel 2 van de Tarieventabel wordt per belastingaanslag naar beneden afgerond op hele euro’s.

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1. De leges op basis van titel 2 van de tarieventabel worden bij wege van aanslag geheven.

  • 2. De overige leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke of digitale kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. De bij wege van aanslag geheven leges zijn, in afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990, invorderbaar in een termijn die vervalt op de laatste dag van de maand volgende op die waarin het aanslagbiljet is gedagtekend. Dit geldt ook in geval het totaalbedrag van de op één aanslag verschuldigde bedrag door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kan worden afgeschreven.

  • 2. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de aanslag of kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen één maand na de dagtekening van de kennisgeving.

    • c.

      digitaal wordt gedaan, op het moment van mailing van de kennisgeving.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening in de loop van het kalenderjaar, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 2.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 3.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 4.

      onderdeel 1.9.1.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 5.

      hoofdstuk 16 (kansspelen).

  • c.

    betrekking hebben op de onderdelen 1.4.2.1, 1.4.2.2, en 1.4.2.3 (verstrekken van gegevens, een uittreksel of een persoonslijst uit de basisregistratie personen), 1.5 (inlichting uit het kiezersregister), 1.9.1.2 (attestatie de vita of verklaring van in leven zijn) en 1.9.1.3 (legalisatie handtekening), indien en voor zover deze wijzigingen slechts ten doel hebben het tarief van deze verstrekkingen te koppelen aan de gewijzigde tarieven in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

1. De ‘Legesverordening 2018’ van 7 november 2017, nadien gewijzigd bij raadsbesluit d.d. 19 december 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Legesverordening 2019’.

Vastgesteld door de gemeenteraad van Hengelo

in de openbare vergadering van 6 november 2018,

de griffier,

de voorzitter,

TARIEVENTABEL 2019 (na 1e wijziging) behorende bij de LEGESVERORDENING 2019

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in het stadhuis op:

1.1.1.1

maandag

€ 199,00

1.1.1.2

dinsdag tot en met vrijdag

€ 406,00

1.1.1.3

zaterdag

€ 614,00

1.1.1.4

de in onderdeel 1.1.1.2 genoemde leges worden niet geheven als de huwelijksvoltrekking of de registratie van het partnerschap plaatsvindt op een voor kosteloze huwelijksvoltrekking of kosteloze partnerregistratie aangewezen tijd.

1.1.2

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een vast aangewezen trouwlocatie anders dan het stadhuis op:

1.1.2.1

maandag tot en met vrijdag

€ 406,00

1.1.2.2

zaterdag of zondag

€ 458,00

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een eenmalig aangewezen trouwlocatie op:

1.1.3.1

maandag tot en met vrijdag

€ 614,00

1.1.3.2

zaterdag of zondag

€ 614,00

1.1.4

De in 1.1.2 en 1.1.3 genoemde tarieven zijn exclusief de kosten van de trouwlocatie zelf.

1.1.5

Het tarief bedraagt ter zake het in behandeling nemen van een aanvraag tot benoeming van een onbezoldigd buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor het éénmalig voltrekken van een huwelijk

€ 106,00

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.6.1

Een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering

€ 18,20

1.1.6.2

Een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe uitvoering

€ 39,00

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een pen bij een huwelijk of partnerschap

€ 15,60

1.1.8

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van usb-stick met de geluidsopname van de huwelijksvoltrekking of partnerschapsregistratie

€ 15,60

1.1.9

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2.

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 71,35

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 53,95

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 71,35

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 53,95

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 71,35

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 53,95

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 53,95

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 56,80

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 29,95

1.2.6

voor een versnelde levering van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, geldt een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen van:

€ 48,60

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.3.1.1

tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs voor een periode van 10 jaar

€ 39,75

1.3.1.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1.1 wordt bij een spoedlevering verhoogd met

€ 34,10

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder een verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 15,40

1.4.2.2

tot het verstrekken van een uittreksel uit de basisregistratie personen

€ 15,40

1.4.2.2.1

Indien de aanvraag tot het verstrekken van een uittreksel aan de balie wordt gedaan, wordt het tarief genoemd in onderdeel 1.4.2.2 verhoogd met

€ 10,00

1.4.2.3

tot het verstrekken van een persoonslijst

€ 15,40

1.4.3

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, ter verstrekking van gegevens, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 20,80

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van persoonsgegevens, wanneer onvoldoende gegevens worden overlegd om de benodigde persoonsgegevens direct te kunnen achterhalen, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 20,80

1.4.5

Het tarief bedraagt voor het optreden door de gemeente als 'doorgeefluik' volgens artikel 6, lid 4 van de Verordening gemeentelijke basisregistratie personen per brief

€ 1,00

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het kiezersregister

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€ 15,40

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens

Vervallen in verband met inwerkingtreding AVG

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1

een afschrift van de programmabegroting

€ 49,00

1.7.1.2

een afschrift van de produktenraming

€ 7,50

1.7.1.3

een afschrift van het jaarverslag

€ 49,00

1.7.1.4

een afschrift van de produktenrekening

€ 7,50

1.7.1.5

een afschrift van de kadernota

€ 5,70

1.7.1.6

een afschrift van de 1e berap

€ 5,70

1.7.1.7

een afschrift van de 2e berap

€ 5,70

1.7.1.8

Een afschrift van het burgerjaarverslag

€ 8,60

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.2.1

een afschrift van het verslag van een raadsvergadering:

1.7.2.1.1

indien dit wordt toegezonden aan de aanvrager

€ 12,90

1.7.2.1.2

indien dit wordt afgehaald door de aanvrager

€ 11,10

1.7.2.2

een afschrift van de agenda van een raadsvergadering met een lijst van ingekomen stukken:

1.7.2.2.1

indien dit wordt toegezonden aan de aanvrager

€ 0,50

1.7.2.2.2

indien dit wordt afgehaald door de aanvrager

€ 0,00

1.7.2.3

een afschrift van de aan de leden van de raad toegezonden stukken ten behoeve van een raadsvergadering, met uitzondering van de gemeentebegroting, het verslag van een raadsvergadering, en de raadsstukken, die vertrouwelijk aan de leden van de raad werden toegezonden:

1.7.2.3.1

indien dit wordt toegezonden aan de aanvrager

€ 10,40

1.7.2.3.2

indien dit wordt afgehaald door de aanvrager

€ 8,50

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van:

1.7.3.1

een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.3.1.1

op de afschriften van de verslagen van de raadsvergaderingen:

1.7.3.1.1.1

indien deze worden toegezonden aan de aanvrager

€ 128,00

1.7.3.1.1.2

indien deze worden afgehaald door de aanvrager

€ 51,10

1.7.3.1.2

op de afschriften van de agenda’s van de raadsvergaderingen met de daarbij behorende lijst van ingekomen stukken:

1.7.3.1.2.1

indien deze worden toegezonden aan de aanvrager

€ 12,60

1.7.3.1.2.2

indien deze worden afgehaald door de aanvrager

€ 0,00

1.7.3.1.3

op de afschriften van de aan de leden van de raad toegezonden stukken ten behoeve van een raadsvergadering, met uitzondering van de gemeentebegroting, het verslag van een raadsvergadering, en de raadsstukken, die vertrouwelijk aan de leden van de raad werden toegezonden:

1.7.3.1.3.1

indien deze worden toegezonden aan de aanvrager

€ 106,00

1.7.3.1.3.2

indien deze worden afgehaald door de aanvrager

€ 41,30

1.7.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.4.1

een afschrift van het verslag van een raadscommissie en de aan de leden van een commissie ten behoeve van een vergadering van die commissie toegezonden stukken, met uitzondering van de stukken die vertrouwelijk aan de leden van die commissie worden toegezonden:

1.7.4.1.1

indien deze worden toegezonden aan de aanvrager

€ 5,20

1.7.4.1.2

indien deze worden afgehaald door de aanvrager

€ 3,50

1.7.4.2

een afschrift van de agenda van een vergadering van een raadscommissie:

1.7.4.2.1

indien deze worden toegezonden aan de aanvrager

€ 0,50

1.7.4.2.2

indien deze worden afgehaald door de aanvrager

€ 0,00

1.7.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van:

1.7.5.1

een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.5.1.1

op de afschriften van de verslagen van een raadscommissie en de aan de leden van een commissie ten behoeve van een vergadering van die commissie toegezonden stukken, met uitzondering van de stukken die vertrouwelijk aan de leden van die commissie worden toegezonden:

1.7.5.1.1.1

indien deze worden toegezonden aan de aanvrager

€ 41,30

1.7.5.1.1.2

indien deze worden afgehaald door de aanvrager

€ 12,30

1.7.5.1.2

op de afschriften van de agenda’s van de vergaderingen van een raadscommissie:

1.7.5.1.2.1

indien deze worden toegezonden aan de aanvrager

€ 12,90

1.7.5.1.2.2

indien deze worden afgehaald door de aanvrager

€ 0,00

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.8.1.1

informatie uit het gemeentelijk kadastraal systeem omtrent uitleg over de ligging van kadastrale grenzen, per kwartier

€ 21,00

1.8.1.2

informatie uit de “gemeentelijke kadastrale balie (Kadaster online)” per raadpleging

€ 2,40

vermeerderd per kwartier of gedeelte daarvan met

€ 21,00

1.8.1.3

een afschrift van of uittreksel uit het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet

€ 21,00

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object

€ 21,00

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1.1

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag voor natuurlijke personen

€ 41,35

1.9.1.2

tot het verstrekken van een attestatie de vita of een bewijs van in leven zijn

€ 13,40

1.9.1.3

tot het verstrekken van een legalisatie van een handtekening of fotokopie

€ 15,40

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.10.1.1

voor het doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor het eerste half uur

€ 7,00

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken langer dan een half uur, per halfuur of gedeelte daarvan

€ 20,90

1.10.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het behulpzaam zijn bij naspeuringen in de gehouden archieven voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 4,40

1.10.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van fotokopieën van stukken uit het gemeentearchief voor:

1.10.4.1

A-4 formaat per afdruk in zwart-wit

€ 0,30

1.10.4.2

A-3 formaat per afdruk in zwart-wit

€ 0,70

1.10.4.3

A-0 formaat per afdruk in zwart-wit

€ 4,10

1.10.4.4

A-4 formaat per afdruk in kleur

€ 0,70

1.10.4.5

A-3 formaat per afdruk in kleur

€ 1,40

1.10.4.6

A-0 formaat per afdruk in kleur

€ 8,20

De beheerder van de gemeentelijke archiefbewaarplaats is bevoegd te bepalen dat van bepaalde archiefbescheiden een bepaald soort reproductie vervaardigd mag worden. De tarieven zijn inclusief administratie, verzend- en verpakkingskosten.

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

Bepaling is verplaatst naar Titel 3, hoofdstuk 4

Hoofdstuk 12 Leegstandswet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 201,90

1.12.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet

€ 161,40

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

1.13.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.13.1.1

tot het verstrekken van een gemeentegarantie

€ 75,10

1.13.1.2

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

€ 76,80

Hoofdstuk 14 Standplaatsen

Verplaatst naar Titel 3

Hoofdstuk 15 Winkeltijden

Verplaatst naar Titel 3

Hoofdstuk 16 Wet op de kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.16.1.3

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van vijf jaar of voor onbepaalde tijd

€ 226,50

1.16.1.4

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van vijf jaar of voor onbepaalde tijd, een basisbedrag

€ 90,50

en voor ieder kansspelautomaat

€ 136,00

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning):

1.16.2.1

indien de prijzen en premies gezamenlijk een waarde hebben van meer dan €4.500,-

€ 81,20

Hoofdstuk 17 Kabels en leidingen

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming of vergunning omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 2 van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Hengelo 2016.

€ 370,00

1.17.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van toestemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden, waarvoor geen instemmingsbesluit of vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.1 lid 2 de Algemene Verordening ondergrondse Infrastructuren Hengelo 2016

€ 69,00

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.18.1.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor zover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten

€ 36,60

1.18.1.2

tot het verlenen per ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 anders dan bedoeld in onderdeel 1.18.1.1

€ 20,90

1.18.1.3

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling Voertuigen (tarief RDW)

€ 37,70

1.18.1.4

tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 46,60

1.18.1.5

tot het verlenen van een vergunning ingevolge de Wet vervoer personen te water

€ 92,30

1.18.1.6

tot het verlenen van een éénmalige ontheffing voor een termijn van maximaal 3 maanden als bedoeld in artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen

€ 149,60

1.18.1.7

tot het verlenen van een ontheffing voor een termijn van 1 tot 3 jaar als bedoeld in artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen

€ 149,60

1.18.1.8

tot het verlenen van een verlenging van een ontheffing voor een termijn van 1 tot 3 jaar als bedoeld in artikel 22 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen

€ 99,70

1.18.1.9.1

tot het verlenen van een ontheffing voor één jaar als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor een bewoner met een 1e auto woonachtig in een parkeerschijfzone

€ 36,00

1.18.1.9.2

tot het verlenen van een 2e bewonersontheffing voor één jaar als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor een bewoner met een 2e en volgende auto woonachtig in een parkeerschijfzone

€ 106,80

1.18.1.9.3

tot het verlenen van een ontheffing voor één jaar als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor een bedrijf gevestigd in een parkeerschijfzone

€ 106,80

1.18.1.9.4

tot het verlenen van een ontheffing voor één jaar als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor bezoekers van een bewoner woonachtig in een parkeerschijfzone

€ 37,00

1.18.1.9.5

tot het verlenen van een ontheffing voor één jaar als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor houders van een E-laad voertuig woonachtig in de omgeving van een parkeerschijfzone

€ 20,80

Hoofdstuk 19 Diversen

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.1.1

tot het verlenen van een verklaring van geen bezwaar

€ 81,00

1.19.1.2

tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Verordening Verblijfsrecreatie

€ 283,10

1.19.1.3

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 80,50

1.19.1.4

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2, derde lid, van de Verordening Verblijfsrecreatie

€ 81,20

1.19.1.5

tot het verlenen van een vergunning tot het verkopen van vuurwerk ingevolge de Wet gevaarlijke stoffen en artikel 2.72 van de Algemene Plaatselijke Verordening

1.19.1.5.1

voor een nieuwe verkoopgelegenheid

€ 322,70

1.19.1.5.2

voor een bestaande verkoopgelegenheid (verlenging)

€ 161,40

1.19.1.6

voor het afgeven van huisnummerbordjes, in die gevallen dat de huisnummering geen onderdeel uitmaakt van een omgevingsvergunning

€ 40,20

1.19.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.19.2.1

per pagina op papier van A4-formaat in zwart-wit

€ 0,10

1.19.2.2

per pagina op papier van A3-formaat in zwart-wit

€ 0,20

1.19.2.3

per pagina op papier van A0-formaat in zwart-wit

€ 1,50

1.19.2.4

per pagina op papier van A4-formaat in kleur

€ 0,30

1.19.2.5

per pagina op papier van A3-formaat in kleur

€ 0,40

1.19.2.6

per pagina op papier van A0-formaat in kleur

€ 3,10

1.19.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.19.3.1

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 18,60

1.19.3.2

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze titel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 5,90

Hoofdstuk 20 Toepassing coördinatieregeling op grond van afdeling 3.5 Awb

1.20

Indien de coördinatieregeling wordt toegepast waarbij meerdere vergunningen of ontheffingen uit titel 1 en 3 van deze verordening gelijktijdig en in samenhang worden aangevraagd, dan wordt een korting toegepast op de som van de afzonderlijk verschuldigde leges van:

34%

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

2.1.1.2

bouwkosten:

het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

A. UITGANGSPUNTEN “STANDAARD” BOUWWERKEN:

Bij het berekenen van de leges voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt voor in onderstaande tabel genoemde bouwwerken voor de legesbepaling het minimale legesbedrag afgeleid van de kubieke meters of de oppervlakte berekend volgens NEN 2580 (oppervlakte- en inhoudsberekening bouwwerken) vermenigvuldigd met de in onderstaande tabel naar de aard van het bouwwerk opgenomen standaardbouwkosten exclusief BTW:

BOUWKOSTEN

I. Woningen :

Rijtjeswoningen

€ 200,00 per m3

Twee onder één kapwoningen

€ 225,00 per m3

Vrijstaande woning tot en met 600 m3

€ 260,00 per m3

Vrijstaande woning > 600 m3

€ 290,00 per m3

Appartement, één of meer bouwlagen

€ 260,00 per m3

II. Bijgebouwen bij woningen:

Latere aanbouw zoals een erker

€ 350,00 per m3

Garage / berging / tuinhuisje

Hout

€  95,00 per m3

Halfsteens met plat dak

€ 125,00 per m3

Halfsteens met kap

€ 135,00 per m3

Spouw met plat dak

€ 150,00 per m3

Spouw met kap

€ 170,00 per m3

Dakkapel

€ 1.000,00 per m breedte

Carport

€ 150,00 per m2

Schuttingen en hekwerken

€ 100,00 per m

III. Agrarische bouwwerken:

1

Stallen

€ 43,00 per m3

2

Werktuigberging / schuur Damwandprofiel

€ 25,00 per m3

Metselwerk

€ 48,00 per m3

3

Mestkelders onder de stallen

€ 83,00 per m3

4

Kassen

€ 31,00 per m2

IV. Niet agrarische bouwwerken:

1

Opslagloodsen (plaatstaal damwandprofiel)

€ 19,00 per m3

(metselwerk)

€ 52,00 per m3

2

Kantoren / showroom / winkel / horeca

€ 273,00 per m3

3

Scholen/sporthal / verkoophal (grootschalige detailhandels vestiging)

€ 258,00 per m3

4

Noodschool / kleedgebouw (sportvereniging) / semi-permanente unit

€ 185,00 per m3

5

Industriehal (plaatstaal geïsoleerd)

€ 62,00 per m3

(metselwerk)

€ 105,00 per m3

B. UITGANGSPUNT “NIET-STANDAARD” BOUWWERKEN:

Voor bouwwerken die niet in bovenstaande tabel Bouwkosten zijn genoemd worden de bouwkosten (exclusief BTW) als uitgangspunt genomen. Onder bouwkosten wordt in deze gevallen verstaan de aan een derde in het economisch verkeer te betalen aanneemsom als bedoeld in paragraaf 1, lid 1 van de “Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en technische installatiewerken 2012 (UAV 2012) van het uit te voeren werk, of, voor zover deze ontbreekt: een raming van de aan een derde in het economisch verkeer te betalen prijs voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, berekend op de wijze als bedoeld in normblad NEN 2699, uitgave 2013, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd (exclusief BTW).

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.1.4

Conceptaanvraag: voordat een aanvraag wordt ingediend tot het verlenen van een vergunning om een bouwwerk te bouwen, kan aan de hand van een schetsplan worden gevraagd naar het oordeel van het bevoegd gezag omtrent de kans op het verlenen van een vergunning voor het bouwen van een, op basis van dat schetsplan, uitgewerkt bouwplan.

2.1.1.5

Moment van indienen: voor de aanvrager is een ontvangstbevestiging aangemaakt waarin vermeld staat dat de aanvraag ontvangen is en geregistreerd.

2.1.1.6

Perceel: Het gebied waarop de (partiele) herziening /wijziging van het bestemmingsplan betrekking heeft.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

tot het beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a of c, van de Wabo (Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor een op basis van een concept aanvraag uitgewerkt plan in behandeling wordt genomen, worden de daarvoor geheven leges, indien de aanvrager en locatie hetzelfde zijn, met deze leges verrekend):

€ 138,00

2.2.2

tot het beoordelen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a en c, van de Wabo, wat na toetsing vergunning-vrij blijkt te zijn

€ 138,00

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning vanaf het moment van indienen voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo bedraagt het tarief inclusief 1e Welstandstoets, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten, voor een bouwwerk met bouwkosten als bedoeld in artikel 2.1.1.2:

2.3.1.1

€ 0 tot € 25.000

2,85%

met een minimum van

€ 343,00

€ 25.000 tot € 50.000

2,8%

met een minimum van

€ 788,00

€ 50.000 tot € 100.000

2,75%

met een minimum van

€ 1.549,00

€ 100.000 tot € 250.000

2,65%

met een minimum van

€ 2.988,00

€ 250.000 tot € 500.000

2,55%

met een minimum van

€ 7.331,00

€ 500.000 tot € 1.000.000

2,45%

met een minimum van

€ 14.109,00

€ 1.000.000 tot € 2.500.000

2,35%

met een minimum van

€ 27.112,00

€ 2.500.000 tot € 5.000.000

2,25%

met een minimum van

€ 65.013,00

€ 5.000.000 tot € 10.000.000

2,15%

met een minimum van

€ 124.493,00

€ 10.000.000 of meer

2,05%

met een minimum van

€ 237.919,00

met een maximum van

€ 829.950,00

2.3.1.2

Verplicht advies agrarische commissie

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 338,00

2.3.1.3

Achteraf ingediende aanvraag

Onverminderd het bepaalde in deze titel bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

10%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges met een maximum van

€ 1.128,00

2.3.1.4

Anders dan via het Omgevingsloket online(OLO) ingediende aanvraag

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag niet wordt ingediend via het omgevingsloket online, maar op papier

€ 87,00

2.3.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 719,00

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

10%

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van

€ 217,00

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking en tijdelijke afwijking):

10%

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van

€ 217,00

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 3.920,00

indien de bouwkosten meer dan € 150.000,- bedragen, wordt dit bedrag verhoogd met:

0,42%

van de bouwkosten boven de € 150.000 met een maximum van

€ 44.264,00

2.3.3.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

10%

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van

€ 217,00

2.3.3.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

30%

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van

€ 217,00

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

30%

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van

€ 217,00

2.3.3.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

10%

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag met een minimum van

€ 217,00

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, evenals indien er wel sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, maar hiervoor op grond van het bepaalde in artikel 2 of 3 van het Besluit omgevingsrecht geen vergunning vereist is:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 435,00

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 435,00

2.3.4.2.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse en tijdelijke afwijking)

2.3.4.2.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine en tijdelijke afwijking)

€ 217,00

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

bij een perceel van maximaal 1.000m²

€ 3.873,00

bij een perceel groter dan 1.000m² en maximaal 5.000m²

€ 5.533,00

2.3.4.3

bij een perceel groter dan 5.000m²

€ 7.746,00

2.3.4.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 386,00

2.3.4.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 687,00

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 687,00

2.3.4.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 429,00

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten

€ 252,00

Dit bedrag wordt als volgt verhoogd voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte volgens NEN 2580

0 tot en met 100 m² met een vast bedrag van

€ 252,00

101 tot en met 500 m² met een vast bedrag van

€ 120,00

-

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 1,31

501 tot en met 1000 m² met een vast bedrag van

€ 387,00

-

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 0,78

1001 tot en met 1500 m² met een vast bedrag van

€ 561,00

-

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 0,60

1501 tot en met 2500 m² met een vast bedrag van

€ 971,00

-

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 0,32

meer dan 2500 m² met een vast bedrag van

€ 1.251,00

-

vermeerderd met een bedrag per m² oppervlakte van

€ 0,22

2.3.5.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 2.11.1 lid 1 A en B van het Bouwbesluit en in artikel 2.1.1 lid 1 A,C en D van de Brandbeveiligingsverordening voor het in gebruik hebben of houden van een inrichting voor de maximale duur van 30 dagen bedraagt voor inrichtingen met een oppervlakte van

van 0 tot en met 100 m² een vast bedrag van

€ 62,00

van 101 tot en met 500 m² een vast bedrag van

€ 93,00

van 501 tot en met 1.000 m² een vast bedrag van

€ 186,00

van 1.001 tot en met 1.500 m² een vast bedrag van

€ 279,00

van 1.501 tot en met 2.500 m² met een vast bedrag van

€ 466,00

van 2.500 tot en met 5.000 m² een vast bedrag van

€ 838,00

voor oppervlakte van meer dan 5.000 m² wordt voor elke 2.500m² of een gedeelte daarvan het bedrag vermeerderd met

€ 233,00

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 9 van de Erfgoedverordening 2018 gemeente Hengelo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 0,00

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 0,00

2.3.6.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 21 van de Erfgoedverordening 2018 gemeente Hengelo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 0,00

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 347,00

2.3.7.1.2

Voor een sloopactiviteit die vanwege de grote omvang meerdere activiteiten omvat, zoals activiteiten met betrekking tot de constructieberekeningen of de bodemgesteldheid of activiteiten ingevolge en Flora- en faunawet

€ 587,00

2.3.8

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 354,00

De aanlegkosten worden afzonderlijk in rekening gebracht.

2.3.9

Kappen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de bomenverordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.9.1

voor het kappen van maximaal 4 bomen

€ 177,00

2.3.9.2

voor 5 bomen of meer

€ 354,00

2.3.10.

Handelsreclame

Gereserveerd

2.3.11

Opslag van roerende zaken

Indien een aanvraag betrekking heeft op een omgevingsvergunning voor het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg of een openbare plaats, in strijd met de publieke functie daarvan zoals bedoeld in artikel 2.10 van de Algemene Plaatselijke Verordening dan bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

-

indien minder dan 50m2 gemeentegrond in gebruik wordt genomen:

€ 177,00

-

indien meer dan 50m2 gemeentegrond in gebruik wordt genomen:

€ 354,00

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied)

2.3.12.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van een andere handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.13

Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten)

2.3.13.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.14

Andere activiteiten

2.3.14.1

Gereserveerd

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 305,00

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 347,00

2.3.16.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van de resultaten van een onderzoeksrapport inzake de gesteldheid van de bodem voor het geven van een overzicht van beschikbare gegevensbestanden in verband met het doen van historisch onderzoek

€ 9,10

voor het uitzoeken en verstrekken van historische informatie

€ 45,70

voor het verstrekken van een integrale beoordeling en het opstellen van een geschiktheid verklaring per locatie per uur of gedeelte daarvan

€ 71,80

2.3.17

Advies Milieueffectrapportage (M.e.r.)

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Gereserveerd

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de voor het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

2.4.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:

2.4.2.1

bij 5 of meer activiteiten:

6%

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

Hoofdstuk 5 Vermindering of teruggaaf

2.5.1

Vermindering of teruggaaf vanwege intrekking aanvraag omgevingsvergunning

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning, geheel of gedeeltelijk intrekt nadat deze is ingediend, bestaat aanspraak op vermindering of teruggaaf van een deel van de verschuldigde leges. De vermindering of teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag geheel of gedeeltelijk wordt ingetrokken voordat deze naar de inhoud is beoordeeld en getoetst aan de daarvoor geldende wet- en regelgeving

65%

van de voor het in behandeling nemen van de ingetrokken onderdelen van de aanvraag verschuldigde leges, een en ander met een minimum legesbedrag van

€ 172,00

2.5.1.2

indien de aanvraag geheel of gedeeltelijk wordt ingetrokken nadat deze naar de inhoud is beoordeeld en getoetst aan de daarvoor geldende wet - en regelgeving, maar voordat daarop een besluit is genomen

20%

van de voor het in behandeling nemen van de ingetrokken onderdelen van de aanvraag verschuldigde leges, een en ander met een minimum legesbedrag van

€ 172,00

2.5.2

Vermindering of teruggaaf vanwege intrekking verleende omgevingsvergunning

Als op verzoek van de vergunninghouder een verleende omgevingsvergunning geheel of gedeeltelijk wordt ingetrokken, bestaat aanspraak op vermindering of teruggaaf van een deel van de verschuldigde leges, mits het verzoek is gedaan binnen een jaar na de verlening van de omgevingsvergunning en van het onderdeel of de onderdelen van die vergunning waarop het verzoek betrekking heeft, geen gebruik is gemaakt.

De vermindering of teruggaaf bedraagt:

20%

van de voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het onderdeel of de onderdelen van de vergunning waarop het verzoek om intrekking betrekking heeft verschuldigde leges, een en ander met een minimum legesbedrag van

€ 172,00

Het minimumbedrag geldt niet voor dat deel van de leges dat geheel of gedeeltelijk betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2,1e lid aanhef en sub g van de Wabo (vellen of doen vellen van een houtopstand).

2.5.3

Vermindering of teruggaaf vanwege het weigeren van een omgevingsvergunning

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning geheel of gedeeltelijk weigert, bestaat aanspraak op vermindering of teruggaaf van een deel van de verschuldigde leges. De vermindering of teruggaaf bedraagt:

20%

van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor het betreffende onderdeel of de betreffende onderdelen van de omgevingsvergunning verschuldigde leges, een en ander met een minimum legesbedrag van

€ 172,00

Het minimum bedrag geldt niet voor dat deel van de leges dat betrekking heeft op een activiteit bedoeld in artikel 2.2,1e lid aanhef en sub g van de Wabo (vellen of doen vellen van een houtopstand).

2.5.3.2

Onder een weigering als bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan geheel of gedeeltelijke vernietiging van een omgevingsvergunning in bezwaar of beroep.

2.5.4

Teruggaaf als gevolg van het niet behandelen van een aanvraag omgevingsvergunning

2.5.4.1

Als de gemeente een ingediende omgevingsvergunning, niet behandelt op grond van artikel 4:5 Awb, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

65%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; met een minimum te vorderen bedrag van

€ 172,00

2.5.4.2

Het minimumbedrag geldt niet voor de activiteit kap.

2.5.5

Vermindering of teruggaaf vanwege het van rechtswege verlenen van een omgevingsvergunning

2.5.5.1

Indien niet binnen de daarvoor gestelde wettelijke termijn wordt beslist op een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wabo en daardoor de beschikking tot verlening van een omgevingsvergunning van rechtswege is gegeven (vergunning van rechtswege ingevolge artikel 3.9, 3e lid Wabo), bestaat aanspraak op vermindering of teruggaaf van een deel van de verschuldigde leges.

De vermindering of teruggaaf bedraagt:

50%

van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning voor de betreffende activiteiten verschuldigde leges.

2.5.6

Indien na een weigering besluit tot buiten behandeling laten, of intrekking van een omgevingsvergunning, dezelfde omgevingsvergunning, binnen één jaar na het besluit of intrekking, opnieuw wordt aangevraagd waarbij het gebrek is hersteld wordt 75% van het op grond van artikel 2.5.in rekening gebrachte bedrag in mindering gebracht op de leges.

Dit betekent dat de aanvrager uiteindelijk 120% van de leges betaalt in die gevallen dat een weigering leidt tot een nieuwe aanvraag.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Gereserveerd

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Indien een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het bouwen in afwijking van een eerder ingediend bouwplan, waarvoor reeds een vergunning is verleend, maar waarvan nog geen gebruik is gemaakt, worden de voor de oorspronkelijke vergunning geheven leges verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van het tarief als genoemd in onderdeel 2.3, met dien verstande dat zij niet minder dan

€ 174,00

zullen bedragen. Het vorenstaande vindt geen toepassing indien de afwijking zodanig is dat naar de omstandigheden beoordeeld van een nieuw bouwplan sprake is.

Hoofdstuk 8 Herziening, uitwerking of wijziging van een bestemmingsplan

2.8.1

(Partiële) herziening/ wijziging/ uitwerking bestemmingsplan

2.8.1.1

Het tarief voor het op ambtelijk niveau beoordelen van een schriftelijk principeverzoek om wijziging, uitwerking of herziening van een bestemmingsplan bedraagt:

€ 564,00

2.8.1.2

Het verschuldigde bedrag bedraagt, onverkort het bepaalde in onderdeel 2.3.1., voor het behandelen van een aanvraag, vanaf het moment van indienen, tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1 eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening en van een aanvraag tot wijziging of uitwerking van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a of b (beoordelen aanvraag, opstellen bestemmingsplan en volgen bestemmingsplanprocedure):

minimaal:

€ 3.920,00

en maximaal:

€ 55.994,00

2.8.1.3

Het ingevolge het bepaalde in onderdeel 2.8.1.2 verschuldigde tarief wordt, indien van toepassing, verhoogd met de externe advieskosten, met een maximum van:

€ 27.997,00

2.8.1.4

Het ingevolge het bepaalde in onderdeel 2.8.1.2 en 2.8.1.3 verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het verlenen van de aldaar bedoelde medewerking aan de aanvrager schriftelijk medegedeeld middels een begroting welke ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.8.1.5

Indien een begroting als bedoeld in onderdeel 2.8.1.4 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de tiende werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager is verzonden, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.8.1.6

Indien de aanvraag wordt afgewezen bedraagt het tarief voor de in onderdeel 2.8.1.2 en 2.8.1.3 vermelde diensten:

€ 560,00

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een schriftelijke verklaring omtrent bestemming en gebruik per adres:

€ 65,00

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

Vervallen bij 2e wijziging 2012 ivm nieuw Bouwbesluit 2012

Hoofdstuk 10 Overig/administratief

2.10.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1.1 (bouwactiviteit) waarvoor een vergunning moet worden verleend met toepassing van artikel 2.5.8, 2.5.14, 2.5.28 en 2.5.29 van de Bouwverordening wordt het berekende bedrag, onverkort het bepaalde in 2.3.1, verhoogd met:

€ 217,00

2.10.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1.1 (bouwactiviteit), waarbij uitsluitend ten behoeve van die aanvraag, tevens een procedure tot vaststelling van een hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder moet worden toegepast, wordt het berekende bedrag, onverkort het bepaalde in 2.3.1, verhoogd met:

€ 1.692,00

2.10.3

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1.1 (bouwactiviteit), waarvoor een bouwveiligheidsplan als bedoeld in artikel 2.7 lid a van de Ministeriële regeling omgevingsrecht door de aanvrager ingediend moet worden, wordt het berekende bedrag, onverkort het bepaalde in 2.3.1, verhoogd met:

€ 217,00

2.10.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een verleende vergunning of ontheffing als bedoeld in titel 2 van deze tarieventabel

€ 138,00

2.10.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 177,00

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Drank- en Horecawet

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van:

3.1.1

een vergunning op grond van artikel 3, van de Drank- en Horecawet

3.1.1.1

voor de exploitatie van een horecabedrijf

€ 332,00

3.1.1.2

voor de exploitatie van een slijtersbedrijf

€ 323,00

3.1.2

een ontheffing van de sluitingstijd als bedoeld in artikel 2:29 vijfde lid, van het in 2:29, vierde lid van de Algemene Plaatselijke Verordening genoemde tijdstip, ten behoeve van de in artikel 2:27, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening genoemde inrichtingen

€ 202,00

3.1.3

een vergunning ingevolge artikel 3, juncto artikel 4 van de Drank- en Horecawet

€ 323,00

3.1.4

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet, dan wel naar aanleiding van een wijziging van een leidinggevende

€ 161,00

3.1.5

een verlof op grond van artikel 4.2 van de Drank- en Horecaverordening (verstrekken van alcoholvrije dranken voor gebruik ter plaatse in een besloten ruimte anders dan om niet)

€ 161,00

3.1.6

een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet voor een ondernemer in het bezit van een vergunning zoals bedoeld in 3.1.1

€ 80,00

3.1.7

een wijziging van een verlof op grond van artikel 4.1 van de Drank- en Horecaverordening

€ 121,00

3.1.7.1

een terrasvergunning

€ 161,00

3.1.8

Indien een aanvraag niet ontvankelijk is en aanvullende stukken moeten worden opgevraagd dan worden de leges voor desbetreffende vergunning verhoogd met:

€ 170,00

Hoofdstuk 2 Evenementen

3.2.1

Het tarief bedraagt behoudens het bepaalde in 3.2.2 voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

3.2.1.1

het verlenen van een vergunning voor een evenement Categorie A als bedoeld in artikel 2:24, lid 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 67,00

3.2.1.2

het verlenen van een vergunning voor meerdaags evenement Categorie A als bedoeld in artikel 2:24, lid 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 107,00

3.2.1.3

het verlenen van een vergunning voor een evenement Categorie B als bedoeld in artikel 2:24, lid 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 200,00

3.2.1.4

het verlenen van een vergunning voor meerdaags evenement Categorie B als bedoeld in artikel 2:24, lid 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 250,00

3.2.1.5

het verlenen van een vergunning voor een evenement Categorie C als bedoeld in artikel 2:24, lid 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 300,00

3.2.1.6

het verlenen van een vergunning voor meerdaags evenement Categorie C als bedoeld in artikel 2:24, lid 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 380,00

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.3.1

als bedoeld in artikel 3.4 lid 1 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 973,00

3.3.2

als bedoeld in artikel 2.1. van de nadere regels seksinrichtingen en escortbedrijven wordt het in onderdeel 3.3.1. genoemde legesbedrag verhoogd met:

3.3.2.1

bij een inrichting met 1 tot 5 werkkamers

€ 577,00

3.3.2.2

bij een inrichting met 5 tot 10 werkkamers

€ 1.101,00

3.3.2.3

bij een inrichting met 10 of meer werkkamers

€ 1.631,00

Hoofdstuk 5 Standplaatsen

3.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

3.5.1

voor het verkrijgen van een vergunning voor een standplaats van één tot maximaal 5 dagen per kalenderjaar als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 150,00

3.5.2

voor het verkrijgen van een vergunning voor een standplaats van vijf dagen of meer per kalenderjaar als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 200,00

Hoofdstuk 6 Winkeltijden

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.6.1

tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 161,40

3.6.2

tot het wijzigen van een in subonderdeel 1.15.1.1 bedoelde ontheffing

€ 81,20

Hoofdstuk 7 Kinderopvang

3.7

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag om registratie in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK):

3.7.1

voor een gastouder

€ 325,00

3.7.2

voor een gastouderbureau, kinderdagverblijf of buitenschoolse opvang

€ 1.460,00

Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 81,00

3.8.1

Toepassing coördinatieregeling op grond van afdeling 3.5 Awb

Indien de coördinatieregeling wordt toegepast waarbij meerdere vergunningen of ontheffingen uit titel 1 en 3 van deze verordening gelijktijdig en in samenhang worden aangevraagd, dan wordt een korting toegepast op de som van de afzonderlijk verschuldigde leges van:

34%

Behorende bij het raadsbesluit van 6 november 2018.

De griffier van de gemeente Hengelo,

Ondertekening

Gewijzigd (1e wijziging) door het college van burgemeester en wethouders

van Hengelo in de vergadering van 11 december 2018

, secretaris

, burgemeester