Regeling vervallen per 12-02-2022

Verordening op de rekenkamercommissie Heumen 2018

Geldend van 03-02-2018 t/m 11-02-2022

Intitulé

Verordening op de rekenkamercommissie Heumen 2018

De raad van de gemeente Heumen in openbare vergadering bijeen;

Gezien het voorstel van de werkgeverscommissie dd. 19 december 2017;

Gelet op artikel 81o van de Gemeentewet;

Besluit:

  • 1.

    De Verordening op de Rekenkamercommissie Heumen 2018 vast te stellen onder gelijktijdige intrekking van de Verordening Rekenkamercommissie Heumen 2016;

  • 2.

    De bestemmingsreserve ‘Schommelfonds Rekenkamercommissie’ in te stellen;

  • 3.

    Eenmalig een bedrag ad € 5000 te storten in de bestemmingsreserve ‘Schommelfonds Rekenkamercommissie’.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Wet: Gemeentewet;

  • b.

    Rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie van de gemeente Heumen;

  • c.

    Voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie;

  • d.

    College: college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2 Rekenkamercommissie

  • 1.

    Er is een commissie die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid als de rekenkamercommissie.

  • 2.

    De rekenkamercommissie bestaat uit drie leden, die door de raad buiten de kring van zijn leden worden aangewezen.

Artikel 3 Benoeming leden

  • 1.

    De raad benoemt de leden van de rekenkamercommissie op basis van een profiel.

  • 2.

    De leden van de rekenkamercommissie worden voor een periode van vier jaar benoemd met de mogelijkheid van één keer herbenoeming.

  • 3.

    De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten, werkwijze en budget en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met eventuele (onderzoeks-)medewerkers. Bij ontstentenis van de voorzitter treedt het langstzittende lid op als voorzitter dan wel, als de overige leden een gelijke periode zitting hebben gehad, het oudste lid in jaren.

  • 4.

    Voorafgaand aan de benoeming van de leden van de rekenkamercommissie pleegt de raad overleg met de rekenkamercommissie.

  • 5.

    Ten aanzien van de leden is artikel 81h Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 4 Eed

Ten aanzien van de leden is artikel 81g Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Einde lidmaatschap, ontslag en non-activiteit

  • 1.

    De raad ontslaat de leden en plaatsvervangende leden of stelt hen op non-activiteit.

  • 2.

    Een lid wordt door de raad ontslagen:

  • a.

    op eigen verzoek;

  • b.

    bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamercommissie;

  • c.

    wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

  • d.

    indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld;

  • e.

    indien het lid naar oordeel van de raad ernstig nadeel toebrengt aan het in hem gestelde vertrouwen;

  • f.

    wanneer de raad besluit tot een andere vorm en invulling van de rekenkamerfunctie.

  • 3.

    Een lid kan door de raad worden ontslagen:

  • a.

    wanneer het lid door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt is zijn functie te vervullen.

  • b.

    indien het lid handelt in strijd met artikel 81h Gemeentewet.

Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de leden van de rekenkamercommissie

  • 1.

    De leden ontvangen een maandelijkse vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie.

  • 2.

    De leden ontvangen voor de onderzoekswerkzaamheden een bruto vergoeding per uur.

  • 3.

    Ten aanzien van de vergoedingen alsmede de onkostenvergoedingen van de leden is de verordening ex artikel 96 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

  • 4.

    De vergoeding genoemd in het eerste en tweede lid komt ten laste van het budget van de rekenkamercommissie.

Artikel 7 (Onderzoek-)medewerkers / externe deskundigen

  • 1.

    De rekenkamercommissie is bevoegd ten laste van het budget als bedoeld in artikel 11 (tijdelijk) (onderzoeks-)medewerkers in te schakelen.

  • 2.

    (Onderzoek-)medewerkers kunnen, indien de rekenkamercommissie hen daartoe de bevoegdheid toekent, alle informatie verzamelen die de rekenkamercommissie in het belang van het onderzoek nodig acht. Zij hebben een geheimhoudingplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de rekenkamercommissie.

  • 3.

    De rekenkamercommissie is tevens bevoegd ten laste van het budget als bedoeld in artikel 11 externe deskundigen in te schakelen. Het hiervoor in lid 2 gestelde is op de externe deskundigen overeenkomstig van toepassing.

Artikel 8 Reglement van orde

De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en uitvoering van andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.

Artikel 9 Onderwerpselectie, opdrachtverlening en evaluatie

  • 1.

    De rekenkamercommissie bepaalt, gehoord hebbende de Raadscommissie Algemene Zaken, de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt het onderzoeksopzet vast.

  • 2.

    De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de rekenkamercommissie ter kennisneming aan de raad verstuurd.

  • 3.

    De rekenkamercommissie stelt jaarlijks een onderzoeksagenda op.

  • 4.

    De raad kan de rekenkamercommissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De rekenkamercommissie bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de rekenkamercommissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

  • 5.

    De werkzaamheden van de rekenkamercommissie worden jaarlijks door de raad of zijn commissie geëvalueerd. De rekenkamercommissie stelt hiertoe een jaarverslag op.

Artikel 10 Werkwijze

  • 1.

    De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De rekenkamercommissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De rekenkamercommissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamercommissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 4.

    De rekenkamercommissie vergadert zoveel als zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

  • 5.

    De rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamercommissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan, waaronder de bronvermelding, als geheim aanmerken.

  • 6.

    De rekenkamercommissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 7.

    Krachtens artikel 7 kan de rekenkamercommissie voor de uitvoering van het onderzoek, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

  • 8.

    De rekenkamercommissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt verder wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 9.

    Na vaststelling door de rekenkamercommissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 11 Budget

  • 1.

    De rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting door de raad beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2.

    Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

  • a.

    de vergoedingen die krachtens artikel 6, lid 1en 2, zijn toegekend aan de leden;

  • b.

    (onderzoek-)medewerkers die eventueel door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;

  • c.

    externe deskundigen die eventueel door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;

  • d.

    eventuele overige uitgaven, waaronder reiskosten, die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3.

    De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

  • 4.

    Er is een bestemmingsreserve ‘Schommelfonds Rekenkamercommissie’ de met als doel een flexibele benutting van het jaarlijks aan de rekenkamercommissie toegekende budget.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking de dag na bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2018, onder gelijktijdig intrekking van de Verordening op de rekenkamercommissie Heumen 2016, zoals is vastgesteld op 29 september 2016.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie Heumen 2018.

Malden, 25 januari 2018

DE RAAD VOORNOEMD;

De raadsgriffier,

De burgemeester,

E.E.M. Dreier MSc.

drs. G.M. Mittendorff

Ondertekening