Procedureregeling planschadevergoeding gemeente Heumen 2005

-

Artikel 49 en artikel 49a

: de artikelen 49 en 49a van de Wet op de Ruimtelijke

Ordening (WRO);

-

Planschade

: schade als bedoeld in de artikelen 49 en 49a;

-

Planologische maatregel

: de bepalingen van een bestemmingsplan, dan wel een besluit

om vrijstelling zials bedoeld in de artikelen 17 of 19 WRO, of een

van de andere schade oorzaken zoals genoemd in artikel 49.;

-

Aanvrager

: degene die een aanvraag om vergoeding van planschade indient;

-

Het college

: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

Heumen;

-

Derde-belanghebbende

: degene als bedoeld in artikel 49a die verzocht heeft om ten

behoeve van de verwezenlijking van een project een

bestemmingsplan te herzien of te wijzigen dan wel om een

vrijstelling te verlenen, anders dan bedoeld in de artikelen 31a of

31b WRO, en die met de gemeente een overeenkomst heeft

gesloten welke inhoudt dat geheel of gedeeltelijk die schade voor

zijn rekening komt die haar grondslag rechtstreeks vindt in het

besluit op dit verzoek en waaraan aanvrager vergoeding vraagt;

-

Adviseur

: een persoon, instantie of commissie belast met het adviseren over

de door het college te nemen beschikking op een aanvraag om

planschadevergoeding. Deze adviseur is niet werkzaam onder

verantwoordelijkheid van het college.

-

Drempelbedrag

: het recht als bedoeld in het derde lid van artikel 49.

1.

Indien een belanghebbende meent, dat het in artikel 49 bepaalde op hem van toepassing is, kan hij een gemotiveerde aanvraag om schadevergoeding indienen bij het college.

2.

Deze aanvraag moet voldoen aan de bepalingen van de artikelen 4.1 en 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit houdt in dat de aanvraag schriftelijk wordt ingediend bij het bevoegde orgaan: het college. De aanvraag dient ondertekend te worden en ten minste de naam en het adres van de aanvrager te bevatten. Daarnaast moet de aanvraag voorzien zijn van een dagtekening.

3.

De aanvrager verschaft de gegevens en bescheiden die voor de beslissing op de aanvraag nodig zijn en waarover hij redelijkerwijs kan beschikken.

4.

Indien een gemachtigde is aangewezen dient de aanvraag tevens de naam en het adres van de gemachtigde te bevatten.

1.

Het college tekent de datum van ontvangst van de aanvraag onverwijld aan op de aanvraag of het gemeentelijke aanvraagformulier. De ontvangst van de aanvraag wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk meegedeeld aan de aanvrager. Van de aanvraag wordt een afschrift aan de derde-belanghebbende gezonden.

2.

In de mededeling van ontvangst wijst het college de aanvrager er op dat voor het behandelen van de aanvraag een drempelbedrag verschuldigd is. Het college deelt de aanvrager mee dat het verschuldigde bedrag binnen vier weken na de dag van verzending van de mededeling op de rekening van de gemeente moet zijn gestort.

1.

Het college wijst de aanvraag binnen acht weken na de dag van verzending van de mede-deling van ontvangst af indien sprake is van kennelijke niet-ontvankelijkheid of kennelijke ongegrondheid van de aanvraag.

2.

De termijn van acht weken kan één keer met een termijn van ten hoogste vier weken worden verlengd.

1.

De adviseur brengt schriftelijk advies uit aan het college. Dit geschiedt binnen 16 weken na verzending van de opdracht als bedoeld in artikel 6.

2.

In het advies geeft de adviseur het bedrag van de eventuele schade aan en geeft de adviseur aan wat de waarde van de onroerende zaak, waarop de aanvraag betrekking heeft, was voor de wijziging van het planologisch regime.

3.

Van een overschrijding van de termijn van 16 weken, stelt de adviseur het college schriftelijk in kennis. Het college stelt de aanvrager hiervan onverwijld schriftelijk in kennis.

4.

Een afschrift van het advies wordt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk vier weken voor de beslissing van he college van gemeentewege aan de aanvrager gezonden.

5.

De aanvrager wordt in de gelegenheid gesteld om mondeling of schriftelijk, eventuele opmerkingen naar aanleiding van het advies van de adviseur, vóór de behandeling door het college ter kennis van het college te brengen.

1.

Binnen zes weken na ontvangst van het advies van de adviseur beslist he college op de aanvraag om vergoeding van planschade.

2.

Het college kan deze termijn één keer met een termijn van ten hoogste vier weken verlengen.

1.

Deze regeling treedt in werking op 1 september 2005.

2.

Deze regeling wordt aangehaald als: “Procedureregeling planschadevergoeding gemeente Heumen 2005”.