Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Heusden 2014

Geldend van 20-12-2014 t/m 31-12-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2014

Intitulé

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Heusden 2014

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Heusden 2014

De raad van de gemeenteHeusden;

Gelezen het voorstel van het college van 14 oktober 2014;

gelet op de artikelen 95, 96, eerste en tweede lid en 97 en 147 van de Gemeentewet, de artikelen 22, eerste lid, 23, eerste lid, 27a, vijfde lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders, en de artikelen 4, 7a, vierde lid, 13, tweede lid, 14, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;

Gezien het advies van het presidium van 28 oktober 2014;

besluit vast te stellen de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Heusden 2014.

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    commissie: commissie ingesteld op grond van de artikelen 82, 83 of 84 van de Gemeentewet;

  • -

    commissielid: lid van een commissie, bedoeld in artikel 1, onderdeel e, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Hoofdstuk II Voorzieningen voor raads- en commissieleden

Artikel 2 Vergoeding voor het bijwonen van commissievergaderingen

  • 1. Aan commissieleden wordt een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie en haar subcommissies toegekend die gelijk is aan het voor de van toepassing zijnde inwonersklasse vastgestelde bedrag in tabel IV van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 2. In afwijking van het eerste lid ontvangt geen vergoeding degene die zitting heeft in een commissie uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd.

Artikel 3 Reis- en verblijfkosten

  • 1. Aan raads- en commissieleden worden de ten behoeve van de gemeente gemaakte reis- en verblijfkosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed.

  • 2. De vergoeding als bedoeld in het eerste lid is:

    • a.

      voor wat betreft de verblijfkosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel c, van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde;

    • b.

      voor wat betreft de reiskosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel a en b, van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde.

  • 3. In afwijking van het eerste lid ontvangt geen vergoeding degene die zitting heeft in een commissie uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd.

  • 4. De reis- en verblijfkosten worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening.

Artikel 4 Buitenlandse excursie of reis

  • 1. De gemeenteraad kan een delegatie uit de gemeenteraad of een raadscommissie toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland als deze door of vanwege de gemeente wordt georganiseerd. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

  • 2. De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente.

Artikel 5 Scholing

  • 1. Raads- of commissieleden die aan scholing als bedoeld in artikel 13, eerste lid van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden willen deelnemen, dienen daartoe vooraf en tijdig een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier. Uitsluitend scholing die niet door of namens de gemeente is dan wel wordt aangeboden of verzorgd, komt voor vergoeding in aanmerking.

  • 2. De aanvraag bedoeld in het eerste lid gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie.

  • 3. Aanvragen die niet overeenkomstig de bepalingen in deze verordening worden ingediend, komen niet voor vergoeding in aanmerking.

  • 4. De griffier toetst de aanvraag. In voorkomende gevallen beslist het presidium.

  • 5. Achteraf overlegt het raads- of commissielid een bewijs van deelname.

Artikel 6 Computer en internetverbinding

  • 1. Op aanvraag verleent het college een raads- of commissielid voor de uitoefening van het raads- of commissielidmaatschap een tegemoetkoming voor: a. de aanschaf van een computer, bijbehorende apparatuur en software, of b. gebruik van een computer, bijbehorende apparatuur en software.

  • 2. De tegemoetkoming zoals genoemd in het eerste lid bedraagt € 18,75 netto per maand.

  • 3. De vergoeding voor de aanleg- en abonnementskosten voor een internetverbinding voor de computer bedoeld in dit artikel, bedraagt ten hoogste € 10,00 netto per maand, waarbij alleen in aanmerking komen de extra abonnementskosten die gemaakt worden voor een goede vervulling van het raads- of commissielidmaatschap. Deze vergoeding wordt op aanvraag door het college aan een raads- of commissielid verleend.

  • 4. Een aanvraag om een vergoeding als bedoeld in dit artikel wordt gedaan bij de griffier en gaat vergezeld van de benodigde bewijsstukken.

  • 5. De gemeente stelt geen computer, bijbehorende apparatuur en software in bruikleen ter beschikking.

Artikel 7 Werkkostenregeling

Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 13a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Hoofdstuk III Voorzieningen voor wethouders

Artikel 8 Zakelijke reiskosten

  • 1. Wethouders hebben recht op een vergoeding voor reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van de Regeling rechtspositie wethouders.

  • 2. De reiskosten als bedoeld in het eerste lid worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening.

Artikel 9 Scholing

  • 1. De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

  • 2. De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in bij het college. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.

Artikel 10 Buitenlandse dienstreis

  • 1. Als de wethouders in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maken worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed.

  • 2. Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist.

  • 3. In die gevallen waarin het college, op grond van lid 2, toestemming heeft verleend worden de fractievoorzitters tijdig geïnformeerd.

Artikel 11 Computer en internetverbinding

De wethouders aan wie een computer, bijbehorende apparatuur en software (inclusief internetabonnement) in bruikleen ter beschikking wordt gesteld, tekenen hiervoor een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

Artikel 12 Communicatieapparatuur

De wethouders aan wie communicatieapparatuur in bruikleen ter beschikking wordt gesteld, tekenen hiervoor een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

Artikel 13 Reis- en pensionkosten en verhuiskosten bij benoeming

De wethouders die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikken hebben ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van:

  • a.

    reis- en pensionkosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van de Regeling rechtspositie wethouders, en

  • b.

    verhuiskosten in verband met de benoeming als wethouder overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de Regeling rechtspositie wethouders.

Artikel 14 Werkkostenregeling

Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 28a van het Rechtspositiebesluit wethouders.

Hoofdstuk IV De procedure van declaratie

Artikel 15 Betaling vaste vergoedingen

De betaling van de vergoeding voor werkzaamheden, de bezoldiging voor wethouders op grond van het Rechtspositiebesluit wethouders, de onkostenvergoedingen en declaraties geschiedt maandelijks of in maandelijkse termijnen als er sprake is van een vergoeding op jaarbasis tenzij het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, het Rechtspositiebesluit wethouders of de Regeling rechtspositie wethouders anders bepalen.

Artikel 16 Rechtstreekse facturering bij de gemeente

  • 1. Raads- en commissieleden en wethouders dragen ten behoeve van het vergoeden van kosten zorgen voor rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

  • 2. Verantwoording van de vergoeding door het raadslid, het commissielid respectievelijk de wethouder vindt plaats door een door het college vastgesteld formulier volledig in te vullen en te ondertekenen.

  • 3. Facturen komen alleen voor vergoeding in aanmerking als voldaan wordt aan de bepalingen in deze verordening.

  • 4. Het formulier wordt ter goedkeuring ingediend bij de griffier, respectievelijk de gemeentesecretaris, of een daartoe aangewezen ambtenaar.

Artikel 17 Declaratie van vooruit betaalde kosten

  • 1. De declaratie van de kosten die uit eigen middelen vooruit zijn betaald en de vergoeding van reiskosten met de eigen auto vindt plaats door gebruikmaking van een door het college vastgesteld formulier.

  • 2. Het formulier wordt binnen twee maanden na de betaling cq de datum van de gemaakte rit volledig ingevuld en ondertekend door het raads- of het commissielid respectievelijk de wethouder en ter goedkeuring ingediend bij de griffier, respectievelijk de gemeentesecretaris, of een daartoe aangewezen ambtenaar, onder bijvoeging van de bewijsstukken.

Hoofdstuk V Overgangsbepalingen

Artikel 19 Brutering vergoedingen

Als de gemeente toepassing geeft aan artikel 39c van de Wet op de Loonbelasting 1964 zijn de artikelen 8 en 16 niet van toepassing en worden artikel 16 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden en artikel 29b van het Rechtspositiebesluit wethouders toegepast.

Hoofdstuk VI Citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 20 Intrekking oude regeling

De Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2007 wordt ingetrokken.

Artikel 21 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015 met terugwerkende kracht tot 1 juli 2014 met uitzondering van artikel 3, 4, 5 en 6. Deze artikelen treden in werking op 1 januari 2015.

Artikel 22 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Heusden 2014.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 16 december 2014.

De griffier, De voorzitter,

Mw. drs. E.J.M. de Graaf drs. J. Hamming