Regeling vervallen per 06-06-2014

Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning

Geldend van 16-12-2010 t/m 05-06-2014

Intitulé

Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning

De raad van de gemeente Hillegom,

gelezen het voorstel van het presidium van 10 november 2010,

gelet op artikel 33, derde lid, van de Gemeentewet,

BESLUIT

vast te stellen de volgende

Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning

Hoofdstuk 1 Informatie en bijstand

Artikel 1 Verzoek om informatie of bijstand

Een raadslid wendt zich tot de griffier of een ambtenaar met een verzoek om:

a. feitelijke informatie van geringe omvang;

b. inzage in of afschrift van documenten die openbaar zijn.

2. Indien de ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld onder het eerste lid, onderdeel a of b, stelt hij de secretaris daarvan in kennis. De secretaris beslist.

3. Een raadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand.

4. De bijstand, bedoeld in het derde lid, wordt verleend door de griffier of een medewerker van de griffie. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier of een medewerker van de griffie kan worden verleend, kan de griffier de secretaris verzoeken, één of meer ambtenaren aan te wijzen, die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

5. De ambtenaar verstrekt de betrokken portefeuillehouder in het college desgewenst informatie over het verzoek en de verleende bijstand.

 

Artikel 2 Weigeren van ambtelijke bijstand

1. Een ambtenaar verleent op verzoek van de secretaris ambtelijke bijstand tenzij:

a. het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft

op de werkzaamheden van de raad;

b. dit het belang van de gemeente kan schaden.

2. De secretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid geweigerd wordt.

3. Indien de bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd, deelt de secretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

Artikel 3 Geschil bij weigeren van ambtelijke bijstand

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de secretaris wordt geweigerd kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over het verzoek.

Artikel 4 Geschil over verleende ambtelijke bijstand

1. Indien een raadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand, doet hij of de griffier hiervan mededeling aan de secretaris.

2. Indien overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing, leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over de zaak.

Hoofdstuk 2 Fractieondersteuning

Artikel 5 Recht op fractieondersteuning

1. De fracties, zoals bedoeld in artikel 7 van het Reglement van orde van de gemeenteraad, ontvangen jaarlijks een financiële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie.

2. Deze bijdrage bestaat uit een vast deel voor elke fractie. Daarnaast ontvangt elke fractie een bedrag per raadszetel. De hoogte van de bedragen wordt jaarlijks bepaald bij de vaststelling van de begroting.

Artikel 6 Besteding van fractieondersteuning

1. Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

2. De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

a. uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

b. betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

c. giften;

d. uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toekomen;

e. opleidingen voor raads- en burgerleden voor zover deze inhoudelijk gerelateerd zijn aan de politieke uitgangspunten van de deelnemers.

Artikel 7 Voorschot

1. De bijdrage voor fractieondersteuning wordt, voor 31 januari van een kalenderjaar, als voorschot op dat kalenderjaar verstrekt.

2. In een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden wordt het voorschot verstrekt voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden. In de eerste maand na de verkiezingen wordt het voorschot verstrekt voor de overige maanden van dat jaar.

3. Het voorschot wordt verrekend met teveel ontvangen voorschotten in jaren waarvoor de raad de bedragen heeft vastgesteld als bedoeld in artikel 10, tweede lid.

Artikel 8 Splitsing fractie

1. Bij splitsing van een fractie wordt de op grond van artikel 5, tweede lid, vastgestelde bijdrage voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

2. Bij splitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschot verrekend overeenkomstig de verdeling die volgt uit het eerste lid.

Artikel 9 Reservering

1. De raad reserveert het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de bijdrage toekomend aan een fractie ter besteding door die fractie in volgende jaren.

2. De reserve is niet groter dan 30% van de bijdrage die de fractie in het voorgaande kalenderjaar toekwam ingevolge artikel 5.

3. Het beroep in enig jaar op de opgebouwde reserve, komt tot uitdrukking in de afrekening als bedoeld in artikel 10, over dat jaar. Bevoorschotting vindt desgevraagd plaats.

4. De reserve blijft na verkiezingen beschikbaar voor de fractie die onder dezelfde naam terugkeert, dan wel voor de fractie die naar het oordeel van de raad als rechtsopvolger daarvan kan worden beschouwd. Indien een dergelijke fractie ontbreekt, vervalt de reserve.

5. Als bij zetelverlies de reserve voor een fractie hoger zou worden dan aangegeven in het tweede lid, vervalt het recht op dat meerdere.

6. Bij splitsing van een fractie, wordt de reserve verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

Artikel 10 Verantwoording

1. Elke fractie legt, binnen drie maanden na het einde van een kalenderjaar, aan de raad verantwoording af over de besteding van de bijdrage voor fractieondersteuning onder overlegging van een verslag.

2. De raad stelt de bedragen vast van:

a. de uitgaven van een fractie die in het vorige kalenderjaar uit de bijdrage bekostigd zijn;

b. de wijziging van de reserve;

c. de resterende reserve;

d. de verrekening tussen de in onderdeel a. genoemde uitgaven en het ontvangen voorschot en, voor zover nodig, de hoogte van de terugvordering van ontvangen voorschotten.

3. Het presidium adviseert de raad over de vaststelling als bedoeld in het tweede lid.

Artikel 11 Toepassing Awb

Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing op de financiële middelen die een fractie ontvangt.

Hoofdstuk 3 Slotbepaling

Artikel 12

1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van haar bekendmaking.

2. Op dat tijdstip vervalt de Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning vastgesteld bij raadsbesluit van 13 februari 2003.

Ondertekening

Vastgesteld door de raad op 2 december 2010.
De voorzitter;
drs. A. Mans
De griffier;
drs. P.M. Hulspas-Jordaan

Bijlage Bijlagen

Toelichting op de verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning