Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2012

Geldend van 01-01-2013 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2012

De raad van de gemeente Hillegom;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 september 2011,

voorstelnummer 2501;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de:

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2012

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

a. begraafplaats: de algemene begraafplaats aan de Wilhelminalaan;

b. eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon voor onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

1. het doen begraven en begraven houden van lijken;

2. het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

3. het doen verstrooien van as;

c. huurgraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon voor bepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:

1. het doen begraven en begraven houden van lijken;

2. het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

3. het doen verstrooien van as;

d. algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

e. algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

f. huur urnennis: een nis, waarvoor  aan een natuurlijk of rechtspersoon voor bepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;

g. urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

h. asbus: een bus ter berging van as van één overledene;

i. verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid;

j. grafbedekking: gedenkteken of grafbeplanting op een graf, verstrooiingsplaats of gedenkplaats.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Belastingjaar

1. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

2. Met betrekking tot de rechten die voor een periode worden afgekocht is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor de rechten worden afgekocht.

Artikel 6 Wijze van heffing

1. De rechten, bedoeld in 1.9; 1.10;1.11;1.12; 2.5, 2.6, 2.7 , 3.5, 3.6, 3.7, 3.10.1 en 3.10.2 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

2. Andere rechten als die bedoeld in lid 1, worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Tijdstip betaling

1. De rechten, als bedoeld in hoofdstuk 2 en 3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

Artikel 8 Termijnen van betaling

1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen twee maanden na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving of aanslagbiljet.

2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel

1. De “Verordening lijkbezorgingsrechten 2011” bij raadsbesluit van 16 december 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

3. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover terzake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaats vindt.

4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

5. Deze verordening wordt aangehaald als de “Verordening lijkbezorgingsrechten 2012”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 17 november 2011.
De voorzitter;
W. de Bock
De griffier;
drs P.M. Hulspas-Jordaan

Bijlage Bijlagen

Tarieventabel behorende bij de Verordening lijkbezorgingsrechten Hillegom 2012