Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Hoeksche Waard houdende regels omtrent het verstrekken van een blijverslening (Verordening Blijverslening gemeente Hoeksche Waard 2020)

Geldend van 30-10-2020 t/m heden

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Hoeksche Waard houdende regels omtrent het verstrekken van een blijverslening (Verordening Blijverslening gemeente Hoeksche Waard 2020)

De raad van de gemeente Hoeksche Waard,

gelezen het voorstel van het college d.d.18 augustus 2020;

overwegende dat de bestaande verordening Blijverslening van de 5 voormalige gemeenten op basis van de Wet Arhi binnen 2 jaar na de herindeling door de gemeenteraad geactualiseerd en (opnieuw) vastgesteld moeten worden;

dat de gemeente Hoeksche Waard door het vaststellen van de Verordening Blijverslening gemeente Hoeksche Waard 2020 beschikt over een actuele verordening voor het verstrekken van een blijverslening waarmee de gemeente kan bevorderen dat ouderen en mensen met een zorgvraag langer in de eigen woning kunnen blijven wonen;

gelet op artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet;

besluit:

  • 1.

    De volgende verordening vast te stellen:

Verordening Blijverslening gemeente Hoeksche Waard 2020

Artikel 1 Begrippen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    Aanvrager: een natuurlijk persoon zoals omschreven in artikel 2 die een aanvraag voor een Blijverslening doet. Bij twee of meer eigenaren gelden deze gezamenlijk als aanvrager;

  • b.

    Blijverslening: een lening die, na toewijzing door het college, bij SVn kan worden aangevraagd door een aanvrager ten behoeve van de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van de maatregelen, die worden getroffen in de woning;

  • c.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoeksche Waard;

  • d.

    Maatregelen: maatregelen en voorzieningen zoals bedoeld in artikel 3;

  • e.

    Werkelijke kosten: de kosten van materialen en werkzaamheden voor zover noodzakelijk voor het treffen van maatregelen, eventueel vermeerderd met de bijkomende kosten voor het verkrijgen van de Blijverslening en de kosten van door een deskundig vakbedrijf terzake van deze maatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren;

  • f.

    SVn: Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten, statutair gevestigd te Hoevelaken en kantoorhoudende te Amersfoort, financiële dienstverlener, geregistreerd onder AFM–vergunningnummer 12013647;

  • g.

    Levensloopbestendig: manier van bouwen/aanpassen van woningen waardoor bewoners in de betreffende woning kunnen blijven wonen als hun levensomstandigheden veranderen, bijvoorbeeld door ouderdom, ziekte of een handicap.

Artikel 2 Toepassingsbereik

De gemeente Hoeksche Waard heeft een gemeenterekening Blijverslening ingericht waaruit aan aanvrager, die blijkens zijn aanvraag voldoet aan de hierna gestelde voorwaarden, een Blijverslening kan worden toegekend. De gemeenterekening Blijverslening is ondergebracht bij SVn. Deze verordening is uitsluitend van toepassing op leningaanvragen:

  • 1.

    Voor een Blijverslening die consumptief wordt verstrekt en voor een Blijverslening die hypothecair wordt verstrekt.

  • 2.

    De aanvrager van een Blijverslening consumptief is een:

    • a.

      Eigenaar-bewoner jonger dan 76 jaar met een zorgvraag die aanpassing van de woning vereist. Bij twee of meer eigenaren is één eigenaar-bewoner jonger dan 76 jaar.

    • b.

      Eigenaar-bewoner ouder dan 55 jaar en jonger dan 76 jaar die de woning levensloopbestendig wil maken. Bij twee of meer eigenaren is één eigenaar-bewoner ouder dan 55 jaar en jonger dan 76 jaar.

  • 3.

    De aanvrager van een Blijverslening hypothecair is een:

    • a.

      Eigenaar-bewoner met een zorgvraag die aanpassing van de woning vereist.

    • b.

      Eigenaar-bewoner ouder dan 55 jaar die de woning levensloopbestendig wil maken. Bij twee of meer eigenaren is één eigenaar-bewoner ouder dan 55 jaar.

  • 4.

    Voor het treffen van maatregelen in bestaande woningen in de gemeente Hoeksche Waard waarvan de eigenaar-bewoner minimaal 1 jaar in de woning woont.

Artikel 3 Maatregelen

  • 1. Voor het verkrijgen van een lening zoals bedoeld in artikel 2 moet een aanvraag worden ingediend. De aanvraag moet betrekking hebben op het nemen van maatregelen waarop de verordening toeziet. Tot de maatregelen worden gerekend: maatregelen die bijdragen aan de beleidsdoelen vermeld onder artikel 4 van deze verordening.

  • 2. De maatregelen voor het levensloopbestendig maken van de woning waarvoor een lening kan worden verstrekt, zijn opgenomen in bijlage 1 behorende bij deze verordening.

  • 3. De Blijverslening consumptief kan nooit meer bedragen dan de werkelijke kosten, verminderd met de van derden ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen (subsidies) in deze kosten. Het college stelt de hoogte van de Blijverslening consumptief vast, met een minimum van € 2.500,- en een maximum van € 10.000,-.

  • 4. De Blijverslening hypothecair kan nooit meer bedragen dan de werkelijke kosten, verminderd met de van derden ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen (subsidies) in deze kosten. Het college stelt de hoogte van de Blijverslening hypothecair vast, met een minimum van € 2.500,- en een maximum van € 25.000,-.

  • 5. De totale financiering van de woning (de bestaande hypotheek + de Blijverslening) mag maximaal 80% van de WOZ-waarde van de woning bedragen.

  • 6. De aanvrager moet de woning waarvoor een Blijverslening wordt verstrekt zelf bewonen.

  • 7. Het college kan de in het tweede lid vermelde lijst van maatregelen uitbreiden en/of inkorten.

Artikel 4 Beleidsdoelen

Indien uit de aanvraag blijkt dat met het treffen van de maatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan onderstaand beleidsdoel, in dat geval kan het college besluiten een aanvrager te verwijzen naar SVn voor het aanvragen van een Blijverslening:

  • a.

    het vergroten van de fysieke geschiktheid van de woningvoorraad ten behoeve van het langer zelfstandig thuiswonen.

Artikel 5 Budget

  • 1. De raad van de gemeente Hoeksche Waard stelt het budget vast dat beschikbaar is voor Blijversleningen.

  • 2. Blijversleningen zijn alleen beschikbaar voor zover het vastgesteld budget hiervoor toereikend is.

  • 3. Indien het vastgestelde budget niet meer toereikend is, worden de aanvragen door het college afgewezen.

Artikel 6 Bevoegdheid college

Het college toetst de aanvraag aan artikel 2, 3, 4 en 5 en is bevoegd om, met inachtneming van het bepaalde in deze verordening, de aanvrager naar SVn te verwijzen voor het aanvragen van een Blijverslening.

Artikel 7 Procedure aanvraag en toewijzing

  • 1. Een aanvraag voor een Blijverslening wordt schriftelijk bij het college ingediend op een door de gemeente beschikbaar gesteld formulier of digitaal via de website van de gemeente en gaat onder opgave van:

    • a.

      De te treffen maatregelen.

    • b.

      Een financiële onderbouwing van de te treffen maatregelen, bijvoorbeeld offertes.

    • c.

      Een planning van de uitvoering van de werkzaamheden.

  • 2. Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken.

  • 3. Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren.

  • 4. Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, besluit het college de aanvraag buiten behandeling te stellen.

  • 5. Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af. Het moment van compleet worden van de aanvraag is daarvoor bepalend.

  • 6. Voordat het college een beslissing op de aanvraag neemt wordt advies ingewonnen bij een Wmo-adviseur omtrent de uit te voeren maatregelen.

  • 7. Het college neemt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag, dan wel na het compleet worden daarvan, een beslissing en deelt die middels een toewijzings- of afwijzingsbesluit mee aan de aanvrager. Bij toepassing van lid 3 wordt deze termijn opgeschort tot de dag waarop de aanvraag is aangevuld of de daarvoor gestelde termijn ongebruikt is of verstreken.

  • 8. Uit overschrijding van de in het zevende lid bedoelde termijn kan de aanvrager niet afleiden dat zijn aanvraag is of wordt gehonoreerd.

  • 9. De in lid 7 bedoelde beslissing is een besluit in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht, waartegen bezwaar en beroep kan worden ingesteld door belanghebbenden.

Artikel 8 Afwijzen aanvraag

Het college wijst een aanvraag af indien:

  • a.

    Het budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren;

  • b.

    De werkelijke kosten naar zijn oordeel niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat;

  • c.

    Er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen;

  • d.

    De aanvraag niet bijdraagt aan de beoogde beleidsdoelen onder artikel 4;

  • e.

    De werkelijke kosten minder bedragen dan € 2.500,-;

  • f.

    De aanvraag wordt ingediend na het treffen van de maatregelen;

  • g.

    De Wmo-adviseur een negatief advies uitbrengt.

Artikel 9 Intrekken toewijzing

  • 1. Het college trekt een toewijzingsbesluit voor het aanvragen van een Blijverslening bij SVn in, indien:

    • a.

      Het toewijzingsbesluit is toegekend of vastgesteld op grond van onjuiste of onvolledige gegevens;

    • b.

      SVn een negatieve krediettoets uitbrengt aan het college;

    • c.

      Indien niet voldaan wordt aan de in de beschikking opgenomen verplichtingen en/of voorwaarden.

Artikel 10 Financiële toets, verstrekken en beheer Blijverslening door SVn

  • 1. De toewijzing door het college betreft een reservering voor een Blijverslening uit het gemeentelijke budget. De toewijzing voor het aanvragen van een Blijverslening vormt het startpunt voor een autonome financiële toetsing door SVn.

  • 2. De verordening is in overeenstemming met de productspecificaties Blijverslening van SVn en de samenwerking tussen de gemeente Hoeksche Waard en SVn.

  • 3. SVn stelt de definitieve hoogte van de Blijverslening vast en bij en positieve financiële toets brengt SVn een offerte uit. Bij een negatieve financiële toets, wijst SVn de lening af en brengt de aanvrager en gemeente hiervan op de hoogte.

  • 4. SVn verstrekt en beheert een geoffreerde Blijverslening. Indien de aanvrager het niet eens is met de financiële toets van SVn, kan er een klachtenprocedure worden gestart bij SVn en vervolgens eventueel bij het KIFID of zich wenden tot de bevoegde burgerlijke rechter.

Artikel 11 Nadere regels

Het college kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Artikel 12 Hardheidsclausule

  • 1. Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze verordening naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening.

  • 2. Het college wijkt niet af van het bepaalde in deze verordening voor zover dit strijd oplevert met de Gedragscode Hypothecaire Financieringen en/of de Tijdelijke regeling hypothecair krediet en/of de Gedragscode consumptief krediet.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt de dag na de dag van bekendmaking in werking.

  • 2. Met de inwerkingtreding van deze verordening worden de volgende Verordeningen ingetrokken:

    • a.

      Verordening Blijverslening gemeente Binnenmaas;

    • b.

      Verordening Blijverslening gemeente Cromstrijen 2017;

    • c.

      Verordening Blijverslening gemeente Korendijk;

    • d.

      Verordening Blijverslening gemeente Oud-Beijerland;

    • e.

      Verordening Blijverslening gemeente Strijen.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening Blijverslening gemeente Hoeksche Waard 2020”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hoeksche Waard gehouden op 22 september 2020.

G. de Schipper-Tinga

Griffier

A.P.J. van Hemmen

Voorzitter

Bijlage 1: Maatregelen

Kenmerken levensloopbestendige woning.

Wanneer een woning levensloop bestendig wordt gemaakt, dient rekening gehouden te worden met klachten en beperkingen in het bewegingsapparaat die progressief van aard zijn en dus van grote invloed zijn op de mobiliteit in de woning.

Kenmerken:

  • De woning dient, bij een ideaal beeld, gelijkvloers te zijn;

  • Indien dit niet het geval is, dient de woning aangepast te worden, het plaatsen van een traplift om de natte cel en de slaapkamer te bereiken, of op de begane grond een natte cel of slaapvoorziening realiseren, als daar de mogelijkheden toe zijn;

  • Bij het betreden van de woning (voor en achter) dient men rekening te houden met de toegankelijkheid van de woning. Het realiseren van drempelhulpen, zodat gebruik van een rolstoel, scootmobiel of rollator zonder problemen de woning kunnen betreden;

  • De deuren dienen, bij rolstoel gebruik, minimaal 90 cm te zijn. Bij gebruik van een scootmobiel en stalling binnen, kan dit afwijkend zijn, dit is maatwerk;

  • De woning dient binnen ook 90 cm deuren te hebben, de drempels (inpandig) dienen verwijderd te worden;

  • De toiletvoorziening kan gebruikt worden door rolstoel behoeftigen, rekening houden met steunen en een verhoogd toilet, mogelijk plaatsen van een spoel-föhn installatie;

  • Bij rolstoel gebruikers, mensen met kracht beperkingen, is het noodzaak om de keuken aan te passen, mogelijkheden zijn een onderrijdbare keuken, aangepaste kasten, aangepaste kranen;

  • Bij een natte cel, is het noodzakelijk om een douche op afschot te hebben, waarbij er geen obstakels zijn in de vorm van een douchebak, douchecabine, spatscherm e.d.. Daarnaast is het plaatsen van een douchezitje (al dan niet opklapbaar) of een douchestoel noodzakelijk. Steunen/beugels zijn in deze ook aanpassingen die ondersteunend zijn. In bijzondere omstandigheden is het plaatsen van een mengkraan of hendel kraan ook een optie bij gevoelloos zijn of verminderde kracht;

Maatregelen die bijdragen om een woning aan bovenstaande kenmerken te laten voldoen worden gezien als levensloopbestendige maatregelen. Bovenstaande lijst is niet uitputtend. Een Wmo-adviseur toetst de maatregelen.