Beleidsregels voorschoolse educatie, peuterplaatsen en kinderopvang SMI 2021, bijgesteld 16 februari 2021

Artikel 1. Tegemoetkoming voorschoolse educatie (ve) en peuteropvang

• 1.

  De tegemoetkoming als bedoeld in artikel 3 lid 1 en artikel 4 lid 1 van de Verordening is afhankelijk van het meest actuele gezamenlijke verzamelinkomen van een volledig kalenderjaar, zoals vermeld in onderstaande Tarieventabel

Voor ve-doelgroep ouders geldt dat de laatste 8 uur van de af te nemen 16 uur kosteloos is. Als ouders minder dan 16 uur willen deelnemen hebben ze geen recht op gratis uren.

Artikel 2 Tegemoetkoming SMI

• 1.

  De tegemoetkoming voor ouder(s)/ verzorgers van SMI kinderen als bedoeld in artikel 6 is afhankelijk van het meest actuele gezamenlijke verzamelinkomen van een volledig kalenderjaar, zoals vermeld in onderstaande Tarieventabel.

• 2.

  Eventuele meerkosten voor een SMI-plaats zijn volledig voor rekening van de ouder(s)/verzorger(s).

Artikel 3. Vergoedingen aan houders van peuterscholen voor peuterplaatsen (regulier) en vve-doelgroep

Er zijn vier groepen ouders voor wie houders een vergoeding van de gemeente ontvangen.

• 1.

  Ouders met recht op kinderopvangtoeslag (KOT), regulier

• 2.

  Ouders met recht op KOT, vve-doelgroep

• 3.

  Ouders zonder recht op KOT, regulier

• 4.

  Ouders zonder recht op KOT, vve-doelgroep

Uitgangspunt zijn de volgende uurprijzen:

Vve: € 11,68 (doelgroep),

Peuterplaats en 2-2,5 jarigen: € 8,79 (regulier).

De gemeente vergoedt het verschil tussen de uurprijs waarvoor ouders een eigen bijdrage betalen (inkomensafhankelijk, maximaal € 8,46) en de genoemde prijzen voor vve en peuterplaatsen (respectievelijk

€ 11,68- € 8,46=3,22 en € -8,79-€ 8,46=0,33).

Voor de vve-doelgroep-ouders geldt dat de laatste 8 uur van de af te nemen 16 uur kosteloos is. Als ouders minder dan 16 uur willen deelnemen hebben ze geen recht op gratis uren.

De bijdrage van de gemeente voor ouders zonder kinderopvangtoeslag (KOT) hangt af van het inkomen van ouders, conform de bovenstaande tarieventabel VNG.

In onderstaand rekenvoorbeeld is gerekend met modale inkomens (de derde categorie in de VNG tabel, met een gezamenlijk toetsingsinkomen tussen de € 31.215 en € 42.953), waarbij de ouderbijdrage per uur in 2021 0,90 cent bedraagt. In de Bijlage is te zien wat de bedragen zijn voor de andere inkomensgroepen uit de VNG tabel.

Artikel 4. Maximum aantal uren voorschoolse educatie en peuterplaatsen

• 1.

  De tegemoetkoming voor doelgroepkinderen zoals bedoeld in artikel 5 wordt verstrekt tot maximaal 16 uur per week waarvan de laatste 8 uur geheel worden vergoed, voor maximaal 40 weken per kalenderjaar.

• 2.

  De tegemoetkoming voor peuterplaatsen zoals bedoeld in artikel 7 wordt verstrekt tot maximaal 8 uur per week voor maximaal 40 weken per kalenderjaar.

Artikel 5. Doelgroep voorschoolse educatie

Doelgroep definitie

De doelgroep voor voorschoolse educatie bestaat uit kinderen van inwoners van de gemeente Hollands Kroon, vanaf de leeftijd van 2,5 jaar tot de leeftijd dat zij naar het basisonderwijs gaan, die voldoen aan één of meerdere van de volgende kenmerken:

• a.

  Kinderen van wie de ouder(s) of verzorger(s) die belast zijn/is met de dagelijkse verzorging minder dan twee jaar vervolgonderwijs hebben/heeft genoten na het basisonderwijs;

• b.

  Kinderen van wie de ouder(s) of verzorger(s) die belast zijn/is met de dagelijkse verzorging niet meer dan 50% Nederlands spreekt tegen het gezin en wat gevolgen heeft voor de ontwikkeling van het kind; waarbij sprake is van een dreigende of gesignaleerde taalachterstand ten gevolge van deze (gedeeltelijke) niet Nederlandstalige opvoeding;

• c.

  Kinderen van wie de ouder(s) of verzorger(s) die belast zijn/is met de dagelijkse verzorging deelneemt/deelnemen aan een inburgeringstraject;

• d.

  Kinderen van wie de ouder(s) of verzorger(s) die belast is/zijn met de dagelijkse verzorging vluchteling is/zijn;

• e.

  Kinderen met risico op een ontwikkelingsachterstand in één of meerdere ontwikkelingsgebieden (motorische ontwikkeling, sociaal-emotionele ontwikkeling, cognitieve ontwikkeling, zelfredzaamheid) die van invloed zijn op de Nederlandse taal-/spraakontwikkeling (blijkend uit Van Wiechenonderzoek of omgevingsanalyse).

Artikel 6. Doelgroep SMI

De doelgroep voor SMI bestaat uit kinderen van ouder(s) met lichamelijke, psychische en/of sociale problematiek, waarbij is vastgesteld dat een of meer van deze problematieken kinderopvang noodzakelijk maken voor een goede ontwikkeling van het kind.

Artikel 7. Doelgroep peuterplaatsen

De doelgroep voor peuterplaatsen (op de peuterscholen) bestaat uit kinderen van 2 jaar tot de leeftijd dat zij naar het basisonderwijs gaan, niet vallende onder de vve-doelgroep. En voor kinderen behorend tot de ve-doelgroep vanaf 2 jaar tot 2,5 jaar.

Artikel 8. Indicatie doelgroep

• 1.

  De doelgroep van voorschoolse educatie wordt geïndiceerd door het consultatiebureau van de GGD Hollands Noorden.

• 2.

  De doelgroep van SMI wordt geïndiceerd door een wijkteammedewerker van Incluzio Hollands Kroon, eventueel in samenspraak met een jeugdarts van de GGD.

Artikel 9. Intrekking oude beleidsregels

Deze beleidsregels worden vastgesteld onder intrekking van de Beleidsregels voorschoolse educatie en kinderopvang SMI 2021.

Artikel 10. Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden op 1 januari 2021 in werking.