Besluit regeling meerkosten Wmo 2020

Geldend van 01-01-2020 t/m heden

Intitulé

Besluit regeling meerkosten Wmo 2020

 Het college van de gemeente Hoogeveen;

gelet op de Wet van 4 juni 2014 tot afschaffing van de algemene tegemoetkoming voor chronisch zieken en gehandicapten, de compensatie voor het verplicht eigen risico, de fiscale aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten en de tegemoetkoming specifieke zorgkosten en wijziging van de grondslag van de tegemoetkoming voor arbeidsongeschikten, artikel 2.1.7 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikel 17 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning 2017;

besluit vast te stellen het volgende:

Besluit regeling meerkosten Wmo 2020

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    college: college van burgemeester en wethouders gemeente Hoogeveen;

  • b.

    Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;

  • c.

    collectieve zorgverzekering: collectieve zorgverzekering minima van de gemeente Hoogeveen;

  • d.

    inwoner: inwoner van de gemeente Hoogeveen, voor zover deze inwoner Nederlander is of daaraan gelijkgesteld zoals bedoeld in artikel 11 Participatiewet en die minimaal een half jaar woonachtig is geweest gedurende de periode waarover de aanvraag betrekking heeft;

  • e.

    tegemoetkoming: eenmalige tegemoetkoming zoals bedoeld in artikel 2;

  • f.

    inkomen: totaal van het gezinsinkomen, zoals bedoeld in artikelen 31 en 32 van de Participatiewet en de algemene bijstand exclusief de vakantietoeslag en waarbij de kostendelersnorm buiten beschouwing wordt gelaten;

  • g.

    instelling: een instelling zoals beschreven in artikel 1 lid f van de Participatiewet.

Artikel 2 Doel

Het verstrekken van een tegemoetkoming aan mensen met een inkomen tot 130% van de bijstandsnorm die als gevolg van een chronische ziekte en/of beperking extra kosten maken voor zelfredzaamheid en participatie.

Artikel 3 Doelgroep

De tegemoetkoming wordt jaarlijks uitgekeerd aan inwoners:

  • a.

    waarvan is vastgesteld dat ze een chronisch ziekte en/of beperking hebben en

  • b.

    met een inkomen tot 130% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm zoals vermeld in artikel 21 en 22 van de Participatiewet en

  • c.

    die in het jaar voorafgaande aan het jaar van de aanvraag, aantoonbare meerkosten als gevolg van een chronische ziekte en/of beperking hebben in één of meerdere van volgende categorieën:

I. Eigen bijdrage Wmo en Wlz;

II. Eigen risico zorgverzekering;

III. Maaltijdenvoorzieningen;

IV. Hulpmiddelen en/of woningaanpassingen.

Artikel 4 De tegemoetkoming

  • 1.

    De tegemoetkoming wordt jaarlijks uitgekeerd.

  • 2.

    De hoogte van de tegemoetkoming wordt bepaald aan de hand van aangetoonde meerkosten en bedraagt in totaal voor de in artikel 3 onder c genoemde categorieën maximaal € 225,- per kalenderjaar.

  • 3.

    De in het tweede lid genoemde hoogte van de tegemoetkomingen kan

  • a. jaarlijks geïndexeerd worden of

  • b. jaarlijks opnieuw vastgesteld worden door het college.

  • 4.

    De tegemoetkoming van een minderjarige inwoner wordt uitbetaald aan de ouder(s) of verzorger(s).

  • 5.

    De tegemoetkoming wordt niet uitgekeerd bij het overlijden van de inwoner in het jaar waarover de tegemoetkoming wordt uitgekeerd.

Artikel 5 Chronische ziekte of beperking

Een inwoner voldoet aan de eis zoals gesteld in artikel 3 onder a als in het jaar waarover de tegemoetkoming wordt uitgekeerd:

  • a.

    de inwoner gebruik heeft gemaakt van één of meerdere Wmo-maatwerkvoorziening en/of één of meerdere Wlz-voorzieningen of

  • b.

    de inwoner minimaal een half jaar gebruik heeft gemaakt van Verpleging en/of Verzorging vanuit de Zorgverzekeringswet of

  • c.

    de inwoner op een andere manier dan onder lid a en lid b aantoont dat er minimaal een half jaar sprake is van een chronische ziekte of beperking.

Artikel 6 Vaststelling eigen bijdrage Wmo en Wlz

De kosten van de betaalde eigen bijdrage Wmo en Wlz zoals gesteld in artikel 3 sub c onder categorie I worden vastgesteld aan de hand van facturen van het CAK voor het jaar waarover de tegemoetkoming wordt uitgekeerd.

Artikel 7 Vaststelling kosten eigen risico zorgverzekering

De kosten van het betaalde eigen risico zoals gesteld in artikel 3 sub c onder categorie II worden vastgesteld aan de hand van een overzicht van de zorgverzekeraar voor het jaar waarover de tegemoetkoming wordt uitgekeerd.

Artikel 8 Vaststelling kosten maaltijdenvoorzieningen

De kosten van de maaltijdenvoorzieningen zoals gesteld in artikel 3 sub c onder categorie III worden vastgesteld aan de hand van facturen voor geleverde maaltijden door een maaltijdenleverancier voor het jaar waarover de tegemoetkoming wordt uitgekeerd.

Artikel 9 Vaststelling kosten hulpmiddelen en/of woningaanpassingen

De kosten voor hulpmiddelen en/of woningaanpassingen zoals gesteld in artikel 3 sub c onder categorie IV worden vastgesteld aan de hand van facturen voor aanpassingen aan de woning heeft gedaan en/of hulpmiddelen heeft aangeschaft in het jaar waarover de tegemoetkoming wordt uitgekeerd;

  • a.

    ten behoeve van de zelfredzaamheid en

  • b.

    voor zover deze aanpassingen en/of hulpmiddelen niet vergoed worden uit andere regelingen.

Artikel 10 Procedure

  • 1.

    Voor het aanvragen stelt het college een aanvraagformulier beschikbaar.

  • 2.

    Een aanvraag voor een tegemoetkoming over 2019 kan uiterlijk tot en met 31 december 2020 worden ingediend. Een aanvraag voor een tegemoetkoming over volgende jaren kan tot en met uiterlijk 31 december van het erop volgende jaar ingediend worden, tenzij het college daar een ander besluit over neemt.

  • 3.

    De tegemoetkoming wordt uitbetaald op de bij de gemeente bekende rekeningnummers van de betrokken inwoners.

Artikel 11 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen van dit besluit, indien toepassing van dit besluit tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 12 Slotbepalingen

  • 1.

    Het Besluit regeling meerkosten 2016 wordt ingetrokken per 31 december 2019.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2020.

  • 3.

    Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit Regeling meerkosten Wmo 2020.

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van Hoogeveen,

de secretaris, de burgemeester,

Toelichting op de regeling meerkosten

Artikel 2

De tegemoetkoming kan voor thuiswonende kinderen jonger dan 18 jaar aangevraagd worden door de ouder(s). Thuiswonende kinderen van 18 jaar en ouder vragen zelfstandig een tegemoetkoming aan.

Artikel 3

De inkomensnormen zoals genoemd in artikel 21 en 22 Participatiewet zijn van toepassing ongeacht of de aanvrager wel of niet in een instelling/inrichting verblijft.

Voor het begrip instelling wordt aangesloten bij de definitie zoals vastgelegd in artikel 1 onder f van de Participatiewet.

Bij thuiswonende kinderen jonger dan 18 jaar telt het inkomen van deze kinderen niet mee.

Voor het vaststellen van het inkomen wordt de maand november van het betreffende jaar als peilmaand beschouwd.

Artikel 5

Inwoners die voldoen onder het onder lid a en b gestelde worden verondersteld een chronische ziekte of beperking te hebben.

Lid c stelt inwoners in de gelegenheid om ook op andere gronden aan deze eis te kunnen voldoen. Het college bepaalt uiteindelijk of de inwoner voldoet aan de eis.

Artikel 9 lid b

Onder andere regelingen wordt bijvoorbeeld verstaan de Wmo, Wlz, aftrekposten voor de belastingdienst of bijzondere bijstand. Deze opsomming is niet limitatief.

Artikel 10

De gemeente streeft er naar om zoveel mogelijk gegevens uit voorgaande jaren automatisch te gebruiken.

Artikel 11 Hardheidsclausule

In zeer uitzonderlijke individuele situaties kan wegens een grote cumulatie aan meerkosten door chronische ziekte en als gevolg daarvan een inkomen rond bijstandsniveau door het college worden bepaald de hardheidsclausule toe te passen. Ter voorkoming van ongewenste precedentwerking moet met specifieke argumenten de schrijnende medische en financiële situatie met bewijsstukken worden onderbouwd door de inwoner.

Uiteindelijk is het aan het college voorbehouden om de hardheidsclausule al dan niet van toepassing te verklaren.

Voor de overige artikelen is een toelichting niet van toepassing.