Regeling vervallen per 01-01-2024

Wegenverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2013

Geldend van 25-05-2013 t/m 31-12-2023

Intitulé

Wegenverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2013

Artikel 1 Reikwijdte

  • 1. Deze verordening bevat bepalingen omtrent aanleg, instandhouding en bruikbaarheid van wegen en omtrent de vrije, veilige en vlotte afwikkeling van het verkeer.

  • 2. Deze verordening is van toepassing op de bij het hoogheemraadschap in beheer zijnde openbare wegen zoals bedoeld in de Wegenwet en in de zin van artikel 1 van de Wegenverkeerswet, de daarin gelegen kunstwerken en hetgeen verder naar zijn aard tot die wegen behoort.

  • 3. De bepalingen in deze verordening zijn tevens van toepassing buiten de grens van de weg, indien het doelmatig en veilig gebruik van de weg in het geding is.

  • 4. Waar geen duidelijke grens van de weg kan worden aangegeven, wordt voor de toepassing van deze verordening de kadastrale eigendomsgrens als grens van de weg beschouwd.

Artikel 2 Projectplan

  • 1. Aanleg of wijziging van een weg door of vanwege het hoogheemraadschap geschiedt overeenkomstig een daartoe vast te stellen projectplan.

  • 2. Het projectplan bevat ten minste een beschrijving van het betrokken werk en de wijze waarop dat zal worden uitgevoerd, alsmede een beschrijving van de te treffen voorzieningen, gericht op het ongedaan maken of beperken van de nadelige gevolgen van de uitvoering van het werk.

  • 3. Op de voorbereiding van het projectplan is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

Artikel 3 Verboden

  • 1. Het is verboden zonder daartoe strekkende vergunning van het dagelijks bestuur gebruik te maken van een weg anders dan waartoe de weg is bestemd door daarin, daarop, daarboven, daarover of daaronder:

    • a.

      werkzaamheden te verrichten;

    • b.

      werken te maken, te plaatsen, te wijzigen of te (be)houden;

    • c.

      stoffen, voorwerpen of dieren te brengen, te hebben of te (be)houden.

  • 2. Geen vergunning krachtens het eerste lid is vereist voor handelingen die plaats hebben door of in opdracht van het dagelijks bestuur ten behoeve van de aan het hoogheemraadschap op grond van artikel 2 van de Waterschapswet opgedragen taken.

Artikel 4 Weigeren en intrekken vergunningen

  • 1. Een vergunning wordt geweigerd indien de instandhouding en bruikbaarheid van de wegen of de vrije, veilige en vlotte afwikkeling van het verkeer daarover wordt geschaad.

  • 2. Het dagelijks bestuur kan een vergunning geheel of gedeeltelijk intrekken, indien de vergunning gedurende drie achtereenvolgende jaren niet is gebruikt.

  • 3. Het bevoegd gezag trekt de vergunning geheel of gedeeltelijk in:

    • a.

      op aanvraag van de vergunninghouder, voor zover de doelstellingen en belangen, bedoeld in het eerste lid, zich hiertegen niet verzetten;

    • b.

      indien zich omstandigheden of feiten voordoen waardoor de handeling of handelingen waarvoor de vergunning is verleend, niet langer toelaatbaar worden geacht met het oog op de in het eerste lid bedoelde doelstellingen en belangen.

  • 4. Het dagelijks bestuur gaat in een geval als bedoeld in het derde lid, onderdeel b, niet tot intrekking over, voor zover kan worden volstaan met wijziging of aanvulling van de aan de vergunning verbonden voorschriften of beperkingen.

Artikel 5 Vergunningvoorschriften en beperkingen

  • 1. Aan een vergunning kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden.

  • 2. De aan een vergunning te verbinden voorschriften en beperking kunnen mede betrekking hebben op:

    • a.

      financiële zekerheidsstelling voor de kosten van verwijdering van het op grond van de vergunning aangebrachte werk na beëindiging van het gebruik daarvan;

    • b.

      het verrichten van een betaling of het anderszins bieden van compensatie met het oog op de bescherming van de belangen die deze verordening beschermt.

  • 3. Gedragingen in strijd met de aan een vergunning verbonden voorschriften en beperkingen zijn verboden.

Artikel 6 Rechtsopvolgers

Een vergunning geldt tevens voor de rechtsopvolgers van de vergunninghouder, tenzij bij de vergunning anders is bepaald.

Artikel 7 Algemene regels

  • 1. Het dagelijks bestuur kan voor het verrichten van handelingen als bedoeld in artikel 3, eerste lid, algemene regels geven, welke mede kunnen inhouden een vrijstelling van de vergunningplicht of een algeheel verbod tot het verrichten van bepaalde handelingen.

  • 2. Bij regeling krachtens het eerste lid kan de verplichting worden opgelegd handelingen te melden, metingen uit te voeren, gegevens te registreren en daarvan opgave te doen aan het dagelijks bestuur.

  • 3. Ten aanzien van het verrichten van handelingen waarvoor krachtens het eerste lid geen vergunning is vereist, kan het dagelijks bestuur maatwerkvoorschriften stellen met het oog op de bescherming van de belangen die deze verordening beschermt.

  • 4. De krachtens het derde lid te stellen maatwerkvoorschriften leiden er niet toe dat de te verrichten handelingen grotendeels of in het geheel geen doorgang kunnen vinden, tenzij die handelingen naar het oordeel van het dagelijks bestuur ontoelaatbaar nadelige gevolgen hebben voor de belangen die deze verordening beschermt.

Artikel 8 Toezicht

  • 1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde zijn belast de daartoe door het dagelijks bestuur aangewezen personen.

  • 2. Met de opsporing van overtredingen zijn, onverminderd artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering, belast de daartoe door het dagelijks bestuur aangewezen personen.

Artikel 9 Strafbepaling

  • 1. Overtreding van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt gestraft met een hechtenis tot ten hoogste drie maanden of een geldboete tot ten hoogste het bedrag van de tweede categorie als genoemd in artikel 23 van het Wetboek van Strafrecht.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde strafbare feiten zijn overtredingen.

Artikel 10 Overgangsbepalingen

  • 1. Een vergunning die is verleend op grond van de Wegenverordening Noord-Holland 2010 of de Keur Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2006 wordt gelijkgesteld met een vergunning op grond van deze verordening.

  • 2. Voor al hetgeen voor de inwerkingtreding van deze verordening rechtmatig tot stand is gebracht, wordt geacht vergunning op grond van deze verordening te zijn verleend.

Artikel 11 Intrekking

De artikelen 19 tot en met 21 van de Keur Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2006 vervallen.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van bekendmaking.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Wegenverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2013 of Wegenverordening HHNK 2013.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het college van hoofdingelanden van 15 mei 2013.

Bijlage 1 Toelichting

Toelichting Wegenverordening HHNK 2013