Regeling vervallen per 29-01-2016

Vergoedingsregeling dienstreizen en verblijfskosten 2006

Geldend van 30-03-2006 t/m 28-01-2016 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2006

Intitulé

Vergoedingsregeling dienstreizen en verblijfskosten 2006

Registratienummer: 06.04567

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn;

gelezen het voorstel van de afdeling Personeel en Organisatie over de implementatie van de nieuwe organisatie van 3 februari 2006;

gelet op het bepaalde in artikel 15:1:22 van de CAR-UWO;

gelet op het instemmende advies van de Ondernemingsraad;

besluit:

Vast te stellen de navolgende

Vergoedingsregeling dienstreizen en verblijfskosten 2006

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    medewerker

    de ambtenaar in de zin van artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR-UWO;

  • 2.

    dienstreis

    de naar het oordeel van het college noodzakelijk geachte verplaatsing tot het verrichten van werkzaamheden buiten de gebruikelijke werkplek;

  • 3.

    ziekte

    ongeschiktheid wegens ziekte of gebrek zoals omschreven in hoofdstuk 7 van de CAR-UWO.

Artikel 2

  • Lid 1 Voor de vergoeding van reis- en verblijfkosten geldt in beginsel de gebruikelijke werkplek als het begin- en eindpunt van een dienstreis.

  • Lid 2 In afwijking van het vorige lid kan de woonplaats als beginpunt respectievelijk eindpunt van een dienstreis worden aangemerkt, tenzij de heenreis en/of terugreis verloopt via de werkplek van de medewerker.

Hoofdstuk 1 Binnenlandse dienstreizen

Artikel 3 Vergoeding reiskosten openbaar vervoer

  • Lid 1 Dienstreizen worden in beginsel gemaakt per openbaar vervoer.

  • Lid 2 De voor een dienstreis per openbaar vervoer gemaakte reiskosten worden, na overlegging van de vervoersbewijzen en met inachtneming van de werkelijk gemaakte kosten volledig aan de medewerker vergoed.

  • Lid 3 De medewerker die voor een dienstreis gebruik maakt van vervoer per trein worden de gemaakte reiskosten vergoed op basis van het eerste klas-tarief, indien de medewerker gebruik heeft gemaakt van een NS Voordeel-urenkaart.

  • Lid 4 De medewerker die voor een dienstreis gebruik maakt van vervoer per trein worden de gemaakte reiskosten vergoed op basis van het tweede klas-tarief, indien de medewerker geen gebruik heeft gemaakt van een NS Voordeel-urenkaart.

Artikel 4 Km-vergoeding, indien openbaar vervoer niet mogelijk of doelmatig is

Indien voor een dienstreis het gebruik van openbaar vervoer naar het oordeel van het college niet mogelijk of doelmatig is, wordt voor het gebruik van de eigen auto of motor aan de medewerker op declaratiebasis een vergoeding per kilometer toegekend welke ter zake door de Minister van Binnenlandse Zaken is vastgesteld.

Artikel 5 Km-vergoeding, indien openbaar vervoer wel doelmatig is

Indien voor een dienstreis het gebruik van openbaar vervoer naar het oordeel van het college doelmatig is, wordt voor het gebruik van de eigen auto of motor aan de medewerker op declaratiebasis een vergoeding per kilometer toegekend welke ter zake door de Minister van Binnenlandse Zaken is vastgesteld.

Artikel 6 Vaste Fietsvergoeding

  • Lid 1 Indien door een medewerker voor de uitvoering van zijn werkzaamheden dagelijks gebruik wordt gemaakt van een eigen fiets, wordt hiervoor een vaste maandelijkse vergoeding toegekend.

  • Lid 2 De in het tweede lid bedoelde vergoeding wordt gebaseerd op het gemiddeld aantal kilometers dat per kalenderjaar met de eigen fiets wordt afgelegd, rekening houdend met ziekte, roostervrije tijd en vakantieverlof. Voor de toe te kennen vergoeding wordt uitgegaan van het bedrag dat ter zake door de Minister van Binnenlandse Zaken is vastgesteld.

  • Lid 3 Bij ziekte, schorsing of buitengewoon verlof van de medewerker, die langer duurt dan een periode van één maand, wordt uitbetaling van de in het tweede lid bedoelde vergoeding gestaakt.

Artikel 7 Kosten gebruik taxi

Indien het naar het oordeel van het college noodzakelijk is dat voor een dienstreis gebruik wordt gemaakt van een taxi, worden de aan dat taxigebruik verbonden kosten, na overlegging van de vervoersnota, volledig aan de medewerker vergoed.

Artikel 8 Vergoeding verblijfkosten

De in verband met een dienstreis door een medewerker redelijk gemaakte kosten voor maaltijden, logies en verblijfkosten worden op declaratiebasis vergoed. Deze vergoeding bedraagt niet meer dan het bedrag dat ter zake door de Minister van Binnenlandse Zaken is vastgesteld

Hoofdstuk 2 Buitenlandse dienstreizen

Artikel 9 Vergoeding reis- en verblijfkosten

Voor dienstreizen naar en in het buitenland wordt zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de regels die ter zake door de Minister van Binnenlandse Zaken zijn vastgesteld.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 10 Declaraties

Het declareren van gemaakte reis- en verblijfkosten geschiedt op een door of namens het college vastgesteld declaratieformulier, onder overlegging van de noodzakelijke bewijsstukken.

Artikel 11 Uitzonderingssituaties

In die gevallen, waarin deze regeling niet of niet naar redelijkheid voorziet, kan het college afwijkend beslissen.

Artikel 12 Overige bepalingen

  • Lid 1 Dit besluit kan worden aangehaald als "Vergoedingsregeling dienstreizen en verblijfkosten 2006".

  • Lid 2 Dit besluit treedt in werking op de dag na publicatie in het gemeenteblad en werkt terug tot en met 1 januari 2006, onder gelijktijdige intrekking van de "Vergoedingsregeling dienstreizen en verblijfkosten 2004".

  • Lid 2 Dit besluit wordt bekendgemaakt in het gemeenteblad en het gemeentelijke personeelsblad de Persbul.