Regeling vervallen per 14-04-2011

Woonconsumentenverordening gemeente Hoorn 2007

Geldend van 15-11-2007 t/m 13-04-2011

Intitulé

Woonconsumentenverordening gemeente Hoorn 2007

De Raad van de gemeente Hoorn;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van

overwegende dat het gewenst is regels te stellen voor subsidiebesluiten inzake het woonconsumentenbudget voor het versterken van de positie van de woonconsument in de gemeente Hoorn;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

besluit:

vast te stellen de volgende

Woonconsumentenverordening gemeente Hoorn 2007

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a. woonconsumenten: huurders en eigenaar-bewoners van woningen, alsmede woningzoekende, waartoe in ieder geval behoren: kandidaat-huurders en kandidaat-eigenaar-bewoners in de gemeente Hoorn;

  • b. woonconsumentenorganisaties: een rechtspersoonlijkheid of niet-rechtspersoonlijkheid bezittende particuliere organisatie, die blijkens de statuten, structuur en/of werkwijze, zonder winstoogmerk werkzaam is op het terrein van het wonen en de directe woonomgeving als representant en ten behoeve van woonconsumenten in Hoorn, corporaties, particuliere verhuurders daaronder niet begrepen;

  • c. activiteiten: werkzaamheden, die verricht worden door woonconsumenten, woonconsumentenorganisaties, die gericht zijn op het versterken van de positie van de woonconsument;

  • d. apparaatskosten: kosten voor secretariële werkzaamheden, de benodigde apparatuur en materialen, die een woonconsumentenorganisatie maakt ten behoeve van activiteiten;

  • e. subsidie: de met toepassing van deze verordening verleende geldelijke of op geld waardeerbare bijdrage van de gemeente aan woonconsumenten of aan een woonconsumentenorganisatie;

  • f. subsidieplafond: Het jaarlijks door de gemeenteraad vast te stellen budget dat beschikbaar is voor woonconsumenten.

  • g. koopprijsgrens: De periodiek door het college van burgemeester en wethouders vast te stellen maximale grens van goedkope nieuwbouw koopwoningen

Hoofdstuk 2 Bepalingen met betrekking tot het toekennen van subsidie

Artikel 2 Subsidie en voorwaarden

  • 1. Het college van burgemeester en wethouders kan subsidie verlenen aan de volgende organisaties:

    • a.

      een woonconsumentenorganisatie, die zich specifiek richt op de belangenbehartiging van leden, ten aanzien van huurwoningen beneden de maximale aftoppingsgrens in de Wet op de huurtoeslag en koopwoningen beneden de koopprijsgrens en de directe woonomgeving;

    • b.

      een overkoepelende organisatie die zich bezig houdt met het bevorderen van invloed van woonconsumenten op het woonbeleid.

  • 2. Voor het oprichten van een organisatie zoals bedoeld onder lid 1, sub a en b kan een eenmalige startsubsidie worden verstrekt ter hoogte van de werkelijke kosten met een maximum van € 500,--.

  • 3. In de apparaatskosten van een organisatie zoals bedoeld onder lid 1, sub b kan een jaarlijkse bijdrage worden verstrekt van maximaal € 2.000,--.

  • 4. In de kosten van een noodzakelijke opleiding van vrijwilligers van een organisatie zoals bedoeld in lid 1, sub b kan een maximale extra jaarlijkse bijdrage worden verstrekt van € 500,--.

  • 5. Burgemeester en wethouders houden bij hun beslissing op een aanvraag rekening met steun die op grond van een andere regeling is of kan worden toegekend.

  • 6. Voor het oprichten van een organisatie zoals bedoeld in lid 1 , sub a kan uitsluitend een startsubsidie worden verstrekt indien minimaal 60% van het aantal woningen in het betrokken complex is vertegenwoordigd in de organisatie in oprichting.

  • 7. Burgemeester en wethouders kunnen aan de toekenning van subsidie voorwaarden verbinden.

  • 8. Subsidie kan slechts worden toegekend indien het voor enig jaar vastgestelde subsidieplafond nog niet is bereikt.

  • 9. Een aanvraag om subsidie wordt afgewezen indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders de financiële positie van de organisatie zodanig is dat voor het realiseren van de activiteit het verstrekken van een subsidie niet redelijk is.

Hoofdstuk 3 De aanvraag om subsidie

Artikel 3 Bepalingen met betrekking tot een subsidieaanvraag

  • 1. Een aanvraag voor het toekennen van subsidie dient schriftelijk te worden ingediend en voorzien te zijn van een begroting van de te verwachten kosten.

  • 2. Een aanvraag voor het toekennen van subsidie dient vergezeld te gaan van een gespecificeerde begroting van inkomsten en uitgaven van de desbetreffende woonconsumentenorganisatie voor het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft en, indien het een bestaande organisatie betreft een goedgekeurd (financieel) jaarverslag over het afgelopen jaar.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen omtrent de wijze waarop de subsidie dient te worden aangevraagd.

Hoofdstuk 4 Bepalingen met betrekking tot de afhandeling van aanvragen

Artikel 4 Beoordeling en uitbetaling

  • 1. Burgemeester en wethouders nemen binnen acht weken een beslissing op een ingediende aanvraag. De aanvrager wordt zo spoedig mogelijk op de hoogte gesteld van deze beslissing.

  • 2. De in lid 1 genoemde termijn kan eenmalig met vier weken worden verlengd.

  • 3. De termijn zoals bedoeld in lid 1 vangt aan op het moment waarop de aanvraag aan de in deze, dan wel bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften voldoet.

  • 4. Het bedrag dat burgemeester en wethouders hebben toegekend wordt terstond beschikbaar gesteld.

Hoofdstuk 5 Verantwoording, goedkeuring en toezicht

Artikel 5

  • 1. Een woonconsumentenorganisatie die subsidie krijgt op grond van deze verordening als tegemoetkoming in de apparaatskosten is verplicht ten behoeve van burgemeester en wethouders:

    • -

      inzage te geven in haar boekhouding en administratie

    • -

      alle inlichtingen te verstrekken, desgewenst schriftelijk, welke van haar in het belang van een goede controle op het financiële beheer en administratie worden gevraagd;

    • -

      alle inlichtingen te verstrekken, welke worden gevraagd in het belang va de beoordeling van de doelmatigheid en rechtmatigheid van de besteding van subsidie.

  • 2. De woonconsumentenorganisatie draag er zorg voor dat de financiële administratie zodanig is ingericht, dat er op eenvoudige wijze inzicht kan worden verkregen in de boekhouding.

  • 3. De woonconsumentenorganisatie volgt de aanwijzingen op, welke haar in het belang van en goede administratie en de financiële controle door of vanwege burgemeester en wethouders worden gegeven.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 6 Hardheidsclausule

Indien de toepassing van de verordening zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard, kunnen burgemeester en wethouders afwijken van de bepalingen in deze verordening. Burgemeester en wethouders zullen hiertoe niet overgaan dan nadat de Adviescommissie Wonen en Woonomgeving is gehoord.

Artikel 7 Intrekking Verordening Woonconsumenten 2002

De Verordening Woonconsumenten 2002 wordt ingetrokken.

Artikel 8 Citeerartikel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Woonconsumentenverordening gemeente Hoorn 2007.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgend op de dag van openbare bekendmaking.