Voorwaarden behorende bij de ontheffing krachtens artikel 2.1.6.2 Algemene Plaatselijke Verordening Hoorn (winkelwagentjes)

Ter voorkoming van het achterblijven van winkelwagentjes op de weg en ter redelijke verzekering van het ophalen van de op de weg achtergebleven winkelwagentjes en betaling van de daarbij gemaakte kosten worden de volgende voorwaarden aan de ontheffing verbonden.

• 1.

  Ieder winkelwagentje dient voorzien te zijn van een goed functionerend statiegeldmuntsysteem.

• 2.

  Winkelwagentjes welke ook buiten inrichting worden gebruikt, moeten regelmatig op gebreken worden onderzocht en gecontroleerd en zo nodig gerepareerd.

• 3.

  Tenminste een maal per week dient de ontheffinghouder winkelwagentjes welke zich buiten het bij de inrichting behorende parkeerterrein bevinden op te halen. Deze verplichting geldt in ieder geval op iedere zaterdag vanaf 16.00 uur, dit om te voorkomen dat met name in het weekend de openbare orde en veiligheid wordt aangetast door in woonwijken op de weg achtergelaten winkelwagentjes.

• 4.

  De ontheffinghouder zal alle redelijkerwijs mogelijke maatregelen nemen om te voorko-men dat de gemeente of derden schade of hinder ondervinden als gevolg van het gebruik van de ontheffing. Tot die maatregelen behoort in ieder geval het op een duidelijke wijze naar de gebruikers van de winkelwagentjes aangeven dat het gebruik ervan buiten de parkeerterreinen in de onmiddellijke omgeving van de inrichting verboden is. Schade die uit het gebruik van deze ontheffing voortvloeit is voor rekening van de ontheffinghouder.

• 5.

  De gemeente zal periodiek (bij voorkeur op maandagen) controle uitvoeren op de aanwezigheid van winkelwagentjes en daarbij de in woonwijken achtergelaten winkelwagentjes verwijderen en opslaan op gemeenteterrein. De ontheffinghouder wordt periodiek in de gelegenheid gesteld deze winkelwagentjes tegen gelijktijdige betaling van de kosten binnen een week na kennisgeving op te halen. De vergoeding voor het van gemeentewege ophalen en opslaan van winkelwagentjes bedraagt ƒ 10,-- per winkelwagentje.

• 6.

  Wanneer de ontheffinghouder binnen de onder 5 gestelde termijn de winkelwagentjes niet ophaalt, wordt aangenomen dat deze vrijwillig afstand daarvan heeft gedaan. De gemeente draagt daarna zorg voor afvoer van deze winkelwagentjes; de kosten daarvan komen voor rekening van de ontheffinghouder.

• 7.

  Bij overtreding van deze voorschriften kan ook verbaliserend worden opgetreden. De ontheffinghouder dient alle bevelen en/of aanwijzigen, die door daartoe bevoegden in het belang van de openbare orde en veiligheid mochten worden gegeven stipt en onmiddellijk op te volgen.

• 8.

  Overtreding van de voorwaarden kan leiden tot intrekken van de ontheffing.