Regeling vervallen per 11-02-2014

Verordening Commissie Bezwaarschriften 2013

Geldend van 16-05-2013 t/m 10-02-2014

Intitulé

Verordening Commissie Bezwaarschriften 2013

Corsaregistratienummer: 12.50822

De gemeenteraad, alsmede het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Hoorn, ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft,

gelet op:

het bepaalde in titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet

Besluit:

tot het vaststellen van de

Verordening commissie bezwaarschriften 2013

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Verwerend orgaan: het bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    Commissie: de in deze verordening omschreven vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften als bedoeld in artikel 7.13 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna aangeduid als: “Awb”).

Artikel 2 Taakstelling

  • 1. Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaarschriften - en daaronder begrepen een eventuele verzoek om proceskosten - die zijn ingediend tegen besluiten van de raad, het college, de burgemeester en voorts van andere bestuursorganen van de gemeente Hoorn voor zover deze schriftelijk hebben ingestemd met behandeling van de bij hen ingediende bezwaarschriften overeenkomstig deze verordening.

  • 2. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van:

    • a.

      een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      de Verordening Procedureregeling Sociale Zekerheid 1995 en de daarop aangebrachte wijzigingen;

    • c.

      De Wet, Werk en Bijstand en de daarop gebaseerde regelingen.

  • 3. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften zoals bedoeld in artikel 7:3 onder a. en d. van de Awb, tenzij het bestuursorgaan dat het bestreden besluit genomen heeft aan de hand van de omstandigheden van het geval tot het oordeel komt dat er voldoende redenen zijn dat de commissie de voorbereiding van de beslissing op het bezwaarschrift voor haar rekening dient te nemen of dat tegen het bestreden besluit meerdere bezwaarschriften zijn ingediend waarop artikel 7:3 onder a. en d. niet van toepassing is.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en tenminste twee leden.

  • 2. De voorzitter en de leden worden door het college (her)benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3. Het college wijst, de commissie gehoord, de plaatsvervangend voorzitter(s) aan.

Artikel 4 Secretaris

Het college wijst één of meer ambtenaren aan als secretaris van de commissie.

Artikel 5 Zittingsduur

  • 1. De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor een termijn van maximaal vier jaar. Herbenoeming is één maal mogelijk, eveneens voor een termijn van maximaal vier jaar.

  • 2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment door schriftelijke mededeling aan het college ontslag nemen.

  • 3. Het college kan in geval van kennelijk disfunctioneren of het frequent niet feitelijk deelnemen aan het werk van de commissie de voorzitter of een lid vóór afloop van de benoemingstermijn ontslag verlenen. Tenzij dit niet mogelijk is wordt deze persoon eerst gehoord door het college.

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1. Op een ingediend bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2. Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt binnen zeven werkdagen in handen van de secretariaat van de commissie gesteld.

Artikel 7 Bevoegdheden en machtiging

  • 1. De voorzitter is gemachtigd om namens de commissie de volgende bevoegdheden beschreven in de Awb uit te oefenen:

    • a.

      6:10 lid 2 (aanhouden bezwaarschrift)

    • b.

      7:6 lid 4 (mogelijkheid afzonderlijk horen)

    • c.

      7:10 lid 3 (opschorten termijn)

    • d.

      2:1 lid 2 (vragen om machtiging)

    • e.

      6:6 (gelegenheid geven herstellen verzuim)

    • f.

      6:17 (stukken doorsturen)

    • g.

      7:4 lid 4 (ter inzage legging)

    • h.

      Alle overige handelingen die nodig zijn voor de opschorting/ afwikkeling van bezwaarschriften.

  • 2. De voorzitter kan de secretaris machtigen een of meer in lid 1 genoemde bevoegdheden uit te oefenen.

Artikel 8 Werkwijze van de commissie

  • 1. De commissie vergadert als geheel ten minste éénmaal per jaar over indeling, werkwijze, algemene informatievoorziening alsmede stelt het jaarverslag vast.

  • 2. Voor de behandeling van bezwaarschriften, het horen van belanghebbenden alsmede het verwerend orgaan en het vaststellen van adviezen treedt de commissie op met 3 leden met inbegrip van de voorzitter of diens plaatsvervanger. De voorzitter stelt hiertoe - de commissie gehoord - een rooster op.

Artikel 9 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. In het geval dat daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 10 Hoorzitting

  • 1. Onverminderd het bepaalde in de tweede zin van artikel 7:13 lid 3 Awb, vindt het horen plaats door maximaal drie leden met inbegrip van de voorzitter of diens plaatsvervanger.

  • 2. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de hoorzitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 3. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 aanhef onder b. en c. van de Awb.

  • 4. Indien de belanghebbende of verwerend orgaan afziet van het recht ter hoorzitting te worden gehoord, wordt daarvan direct mededeling gedaan aan de andere partij(en), zo nodig met het verzoek zo spoedig mogelijk te laten weten of ook die andere partij afziet van het recht te worden gehoord. In dat laatste geval brengt de commissie advies uit op basis van de aanwezige stukken en de inlichtingen, indien deze zijn ingewonnen.

Artikel 11 Uitnodiging hoorzitting

  • 1. De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de hoorzitting schriftelijk uit.

  • 2. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van de termijn die genoemd is in het eerste lid.

Artikel 12 Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift als daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn en melden dit spoedig mogelijk aan de voorzitter of als het de voorzitter betreft aan een plaatsvervangend voorzitter.

Artikel 13 Openbaarheid hoorzitting

  • 1. De hoorzittingen van de commissie zijn openbaar.

  • 2. De commissie kan besluiten tot behandeling van een bezwaarschrift achter gesloten deuren, al dan niet op verzoek van een belanghebbende, als bijzondere redenen daartoe nopen.

Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging hoorzitting

  • 1. Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag bevat een zakelijke vermelding van hetgeen is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen. Wanneer het bezwaarschrift tijdens de hoorzitting is ingetrokken, wordt dit expliciet in het verslag vermeld.

  • 3. Indien de hoorzitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden met toepassing van artikel 7:6, lid 2 van de Awb niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de hoorzitting overgelegde bescheiden die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de (fungerend) voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 15 Nader onderzoek

  • 1. Indien naar het oordeel van de commissie al dan niet na afloop van de hoorzitting voor het uitbrengen van een advies nader onderzoek wenselijk is, kan dit onderzoek door dan wel onder verantwoordelijkheid van de voorzitter worden verricht.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie die de zaak behandelen, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De voorzitter beslist binnen een week nadat de informatie is verkregen of een nadere behandeling van de zaak op een hoorzitting zal plaatsvinden, dan wel dat de belanghebbende(n) en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld op binnen een aangegeven termijn schriftelijk te reageren op de verkregen informatie.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16 Raadkamer en advies

  • 1. De commissie in de samenstelling die voor behandeling van de zaak is aangewezen beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door de commissie uit te brengen advies.

  • 2. Een beslissing over een uit te brengen advies vindt plaats bij meerderheid van stemmen. Van een minderheidsstandpunt wordt desgewenst melding van gemaakt als die minderheid dat verlangt.

  • 3. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 4. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

  • 5. Van de vergaderingen van de commissie wordt een besluitenlijst opgesteld.

  • 6. Het advies wordt, voor zover mogelijk gezamenlijk met het verslag bedoeld in artikel 14 uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

Artikel 17 Jaarverslag

De commissie brengt uiterlijk in mei van het jaar volgend op het verslagjaar aan burgemeester en wethouders verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar. Het verslag wordt door het college ter kennisneming aan de gemeenteraad gezonden en desgewenst besproken.

Artikel 18 Financiële vergoedingen

  • 1. Elk lid van de commissie ontvangt voor het bijwonen van een vergadering van de commissie presentiegeld die door het college wordt vastgesteld.

  • 2. De leden die voor het bijwonen van een vergadering zijn uitgenodigd doch waar de desbetreffende vergadering in zijn geheel vervalt, ontvangen een vergoeding van 1/3e deel van de reguliere presentiegeld.

  • 3. Het commissielid dat het voorzitterschap in een vergadering vervult, ontvangt in plaats van de reguliere presentiegeld een vergoeding van 5/3e deel van het bedrag genoemd in lid 1.

  • 4. Aan het lid van de commissie worden de in redelijkheid te maken reiskosten voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie vergoed in het geval het commissielid woonachtig is buiten de gemeente Hoorn. De vergoeding betreft:

    • a.

      bij gebruik van openbare middelen van vervoer: een volledige vergoeding van de gemaakte reiskosten, waarbij een treinreis per 1e klasse gemaakt kan worden;

    • b.

      bij gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets: een vergoeding van de reiskosten overeenkomstig de bedragen in artikel 2 van de Reisregeling binnenland. Voor het berekenen van de afstand in kilometers wordt gebruik gemaakt van een routeplanner googlemaps die de afstand in de snelste tijd berekent.

  • 5. De hiervoor genoemde vergoedingen worden per kwartaal ambtshalve toegekend op basis van de door voorzitter en secretaris ondertekende registraties in het presentieboek.

Artikel 19 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking in het Gemeenteblad.

  • 2.

    De Verordening Hoor- en Adviescommissie Bezwaarschriften 2004, het mandaat afwikkeling bezwaarschriften en de daarop aangebrachte wijzigingen worden gelijktijdig met het in werking treden van deze verordening ingetrokken met dien verstande dat de bezwaarschriften die zijn ingediend in de periode waarin de oude verordening geldig was, overeenkomstig de oude verordening worden afgehandeld.

  • 3.

    De regeling wordt aangehaald als Verordening commissie bezwaarschriften 2013.

Hoorn, 9 april 2013

De griffier,                     de voorzitter,

De secretaris,                 de burgemeester,

De burgemeester,