Regeling vervallen per 01-01-2017

Verordening op de heffing en invordering van een toeristenbelasting 2016

Geldend van 02-10-2015 t/m 31-12-2016

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van een toeristenbelasting 2016

raadsbesluit

Bijlage van gemeentebladnummer 2015.083.

De raad van de gemeente Horst aan de Maas;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 juli 2015, gemeentebladnummer 2015.083;

gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en invordering van een toeristenbelasting 2016

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    vakantieonderkomens: woningen en andere verblijven, zoals vakantiebungalows, vakantiewoningen en vakantieappartementen welke al dan niet zijn verbonden aan een (vakantie)park, welke in hoofdzaak zijn bestemd voor danwel worden gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden en niet zijnde mobiele kampeeronderkomens, chalets of stacaravans;

  • b.

    onder pensions worden mede begrepen “Bed & Breakfast” accommodaties;

  • c.

    mobiele kampeeronderkomens: tenten, vouwwagens, kampeerauto’s, toercaravans en soortgelijke onderkomens dan wel soortgelijke voertuigen, welke in hoofdzaak bestemd zijn en worden gebezigd als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden;

  • d.

    stacaravans: caravans welke zo groot zijn, dat deze niet zeer regelmatig over de weg door een personenauto of bestelbus vervoerd kunnen en mogen worden en in hoofdzaak bestemd zijn en worden gebezigd als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden;

  • e.

    vaste plaats: een terrein of terreingedeelte waar gedurende minimaal 32 aaneengesloten volle weken eenzelfde mobiel kampeeronderkomen, stacaravan of chalet is geplaatst;

  • f.

    Seizoenplaats: een terrein of terreingedeelte waar gedurende minimaal 4 en maximaal 31 aaneengesloten volle weken eenzelfde mobiel kampeeronderkomen, stacaravan of chalet is geplaatst;

  • g.

    chalets: met een stacaravan vergelijkbare houten onderkomens al dan niet verbonden aan een camping en welke in hoofdzaak bestemd zijn en worden gebezigd als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden;

  • h.

    groepaccommodatie: een verblijfsobject dat bedoeld en geschikt is voor het gezamenlijk overnachten door groepen van 20 of meer personen en beschikt over een gezamenlijke bedrijfsruimte voor minimaal 20 personen.

  • i.

    logiesverblijven: verblijven of gedeelten daarvan, niet zijnde verblijven als bedoeld onder a tot en met h, die voor overnachting ter beschikking worden gesteld aan derden.

  • j.

    arrangement: een reservering op een seizoenplaats voor een vooraf vastgelegde periode van minimaal vier weken voor een vast huurbedrag.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'toeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1. Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2.

  • 2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

  • 3. Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

Artikel 4 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:

  • 1.

    door degene, die als verpleegde of verzorgde in een inrichting tot verpleging of verzorging van zieken, van gebrekkigen, van hulpbehoevenden of van ouden van dagen verblijft;

  • 2.

    van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000 die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet en voor zover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 2 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.

  • 3.

    indien het verblijf verband houdt met het volgen van een reguliere opleiding voortgezet onderwijs dan wel beroepsonderwijs in de gemeente Horst aan de Maas.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten dat zij verblijf houden.

Artikel 6 Forfaitaire berekening

  • 1. Voor mobiele kampeeronderkomens, stacaravans of chalets op vaste en seizoenplaatsen, kan het aantal overnachtingen per belastingjaar op een bij de aangifte gedaan verzoek van de belastingplichtige forfaitair worden vastgesteld.

  • 2. Bij de forfaitaire berekening voor mobiele kampeeronderkomens, stacaravans of chalets op vaste plaatsen wordt:

    • a.

      Het aantal overnachtende personen gesteld op 2

    • b.

      Het aantal malen dat door de onder onderdeel a van dit lid genoemde personen is overnacht gesteld op 78 per persoon.

  • 3. Bij de forfaitaire berekening voor mobiele kampeeronderkomens, stacaravans of chalets op seizoenplaatsen wordt indien er sprake is van een arrangement:

    • a.

      Het aantal overnachtende personen gesteld op 2.

    • b.

      Het aantal malen dat door de onder onderdeel a van dit lid genoemde personen is overnacht gesteld op 2 per persoon per week.

    • c.

      Het aantal overnachtingen berekend uit de leden a en b, wordt vermenigvuldigd met het aantal weken waarvoor het arrangement is afgesloten.

Artikel 7 Belastingtarief

Het tarief per overnachting bedraagt voor overnachtingen:

  • 1.

    in hotels, pensions en vakantieonderkomens € 1,28;

  • 2.

    in alle niet onder 1 genoemde accommodaties, zoals mobiele kampeeronderkomens, chalets en stacaravans, welke al dan niet zijn verbonden aan een camping, en overige (groep)accommodaties, zoals jeugdherbergen en logiesverblijven € 0,82.

Artikel 8 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 9 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 10 Aanslaggrens

Geen belastingaanslag wordt opgelegd indien het aantal overnachtingen, waartoe gelegenheid wordt of is gegeven, gedurende het belastingjaar minder dan dertig zal of heeft belopen.

Artikel 11 Termijnen van betaling

  • 1. De aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 2. Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.

Artikel 12 Kwijtschelding

Bij de invordering van toeristenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.

Artikel 14 Aanmeldingsplicht

De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231 tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.

Artikel 15 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De ‘Verordening toeristenbelasting 2015’ vastgesteld bij raadsbesluit van 16 december 2014 door de gemeenteraad van gemeente Horst aan de Maas wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    Datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening toeristenbelasting 2016’.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 22 september 2015
De raad voornoemd,
De voorzitter,
ir. C.H.C. van Rooij
De griffier,
mr. R.J.M. Poels