Regeling vervallen per 01-01-2014

Verordening programmaraad Midden-Utrecht

Geldend van 01-01-2001 t/m 31-12-2013

Intitulé

Verordening programmaraad Midden-Utrecht

De raad van de gemeente Houten heeft het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 december 2000, nr. 2001-17 gelezen en overwegende

dat op grond van artikel 82k, eerste lid, van de Mediawet een Programmaraad moet worden ingesteld; 

dat de omroepnetwerken in de gemeenten De Bilt, Maarssen, Nieuwegein, Vianen en Houten gekoppeld zijn en daardoor feitelijk als één omroepnetwerk functioneren; 

dat met betrekking tot die gekoppelde omroepnetwerken één programmaraad moet worden ingesteld door de onderscheidene gemeenteraden gezamenlijk op grond van artikel 82k, zesde lid, van de Mediawet; 

gelet op het bepaalde in de Mediawet en de Telecommunicatiewet; 

besluit vast te stellen de volgende:

Verordening programmaraad Midden-Utrecht

voor de gemeenten De Bilt, Nieuwegein, Maarssen, Vianen en Houten.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    omroepnetwerk: omroepnetwerk, als bedoeld in artikel 1.1, onderdeel o, van de Telecommunicatiewet;

  • b.

    aanbieder van een omroepnetwerk: aanbieder van een omroepnetwerk, als bedoeld in artikel 1, onderdeel r, van de Mediawet;

  • c.

    aangeslotene: aangeslotene op een omroepnetwerk;

  • d.

    basispakket: de televisie- en radioprogramma’s die de aanbieder van een omroepnetwerk ten minste naar alle aangeslotenen op het omroepnetwerk voor algemene omroep moet uitzenden, als bedoeld in artikel 82i, eerste lid, van de Mediawet;

  • e.

    gemeenten: de gemeenten De Bilt, Maarssen, Nieuwegein, Vianen en Houten;

  • f.

    programmaraad: programmaraad voor de gemeenten, als bedoeld in artikel 82k van de Mediawet;

  • g.

    colleges van burgemeester en wethouders: colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten.

Artikel 2 Instelling

Er is een programmaraad voor de gemeenten, als bedoeld in artikel 82k van de Mediawet.

Artikel 3 Samenstelling

  • 1. De programmaraad bestaat uit negen leden.

  • 2. De gemeenteraden van de gemeenten benoemen ieder twee leden, behalve de gemeenteraad van de gemeente Vianen, die één lid benoemt.

  • 3. Elk lid representeert alle gemeenten en alle stromingen, maar in het bijzonder een van de volgende stromingen:

    • a.

      Etnische minderheden;

    • b.

      Geestelijke stromingen;

    • c.

      Jongeren;

    • d.

      Kunst en Cultuur;

    • e.

      Maatschappelijke zorg en welzijn;

    • f.

      Ouderen;

    • g.

      Sport en recreatie;

    • h.

      Standsorganisaties en werkgevers

    • i.

      Werknemers.

  • 4. De benoemingen vinden plaats overeenkomstig het in de bijlage opgenomen schema.

Artikel 4 Vereisten benoeming en verboden handelingen voor leden

  • 5. Voor benoeming komen in aanmerking personen die deskundig zijn op, of affiniteit hebben met, het terrein waarop de programmaraad adviseert.

  • 6. Op de vereisten voor het lidmaatschap is artikel 10 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing, op voorwaarde dat geen zitting kunnen hebben in de programmaraad:

    • a.

      leden van een gemeenteraad;

    • b.

      personeel van een aanbieder van een omroepnetwerk.

  • 7. Op de verboden handelingen voor een lid is artikel 15 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing, op voorwaarde dat voor de gemeente wordt gelezen de aanbieder van een omroepnetwerk

Artikel 5 Voorzitter

  • 1. De programmaraad kiest uit zijn midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter.

  • 2. De programmaraad kan de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter in die functie ontslaan, als zij het vertrouwen van de programmaraad niet meer bezitten.

Artikel 6 Secretaris en penningmeester

  • 1. De colleges van burgemeester en wethouders zullen in alfabetische volgorde, beginnende met de gemeente Houten, per zittingsjaar een ambtenaar als secretaris tevens penningmeester van de programmaraad laten functioneren.

  • 2. De secretaris is onder toezicht van de voorzitter belast met de dagelijkse werkzaamheden die uit de taak van de programmaraad voortvloeien.

  • 3. De secretaris regelt zijn vervanging bij afwezigheid.

Artikel 7 Zittingsduur

  • 8. De voorzitter en de leden treden af op de dag van het aftreden van de gemeenteraden van de gemeenten na de reguliere raadsverkiezingen, voor het eerst na de tweede reguliere raadsverkiezingen.

  • 9. Een lid dat de hoedanigheid waarin de benoeming heeft plaatsgevonden verliest treedt direct af.

  • 10. De gemeenteraad die een lid heeft benoemd kan dat lid ontslaan.

  • 11. De voorzitter en de leden kunnen op ieder gewenst moment ontslag nemen door dit schriftelijk aan de programmaraad te berichten.

  • 12. De aftredende voorzitter en de aftredende leden blijven hun functie vervullen totdat in hun opvolging is voorzien.

  • 13. De gemeenteraden voorzien zo spoedig mogelijk in vacatures.

Artikel 8 Taken en bevoegdheden

  • 14. De programmaraad heeft de volgende taken en bevoegdheden:

    • a.

      de aanbieder van een omroepnetwerk adviseren over het basispakket, als bedoeld in artikel 82k, eerste lid, van de Mediawet;

    • b.

      de aanbieder van een omroepnetwerk desgevraagd adviseren over de overige programma’s voor algemene omroep die hij uitzendt naar alle aangeslotenen op het omroepnetwerk, als bedoeld in artikel 82k, derde lid, van de Mediawet;

    • c.

      geïnformeerd blijven over de wensen van de aangeslotenen en de ontwikkelingen in de markt.

  • 15. De voorzitter is in verband met de voorbereiding van een vergadering bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen inwinnen.

  • 16. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verzoek van de programmaraad bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe in de vergadering te verschijnen, op voorwaarde dat als hier kosten aan zijn verbonden:

    • a.

      het werkbudget van de programmaraad het toelaat of

    • b.

      de colleges van burgemeester en wethouders daarmee instemmen.

  • 17. De programmaraad kan een marktonderzoek instellen, op voorwaarde dat de colleges van burgemeester en wethouders daarmee instemmen.

Artikel 9 Oproep en agenda

  • 18. De programmaraad vergadert ten minste twee maal per jaar en voorts als

    • a.

      de voorzitter het nodig oordeelt of

    • b.

      ten minste drie leden gemotiveerd schriftelijk daarom verzoeken.

  • 19. De voorzitter zendt - spoedeisende gevallen uitgezonderd –ten minste twee weken vóór een vergadering de leden en de aanbieder van een omroepnetwerk een schriftelijke oproep onder vermelding van de dag, tijd en plaats van de vergadering en de agenda.

  • 20. Ieder lid kan de voorzitter mondeling of schriftelijk verzoeken een agendapunt op te nemen.

  • 21. De vergaderingen worden gehouden in het gemeentehuis van de gemeente van de secretaris.

Artikel 10 Vergadering

  • 22. In een vergadering van de programmaraad kan slechts worden beraadslaagd of besloten, als ten minste vijf leden, waaronder de voorzitter, aanwezig zijn.

  • 23. Als het vereiste aantal leden niet aanwezig is, belegt de voorzitter opnieuw een vergadering.

  • 24. De secretaris en de aanbieder van een omroepnetwerk hebben in de vergaderingen van de programmaraad een adviserende stem.

Artikel 11 Besloten vergadering

  • 25. De vergaderingen van de programmaraad worden in het openbaar gehouden.

  • 26. De deuren worden gesloten, wanneer een van de aanwezige leden daarom verzoekt of de voorzitter het nodig oordeelt.

  • 27. De programmaraad beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd.

  • 28. Van een vergadering met gesloten deuren wordt een afzonderlijk verslag opgemaakt, dat niet openbaar wordt gemaakt tenzij de programmaraad anders beslist.

Artikel 12 Geheimhouding

  • 29. De programmaraad kan in een besloten vergadering, op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, geheimhouding opleggen over:

    • a.

      het in die vergadering met gesloten deuren behandelde en

    • b.

      de inhoud van de stukken die aan de programmaraad worden overgelegd.

  • 30. Geheimhouding over het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens die vergadering opgelegd.

  • 31. De geheimhouding wordt in acht genomen totdat de programmaraad haar opheft:

    • a.

      door hen die bij de behandeling aanwezig waren en

    • b.

      allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen.

Artikel 13 Stemmen

  • 32. De programmaraad beslist bij meerderheid van stemmen.

  • 33. Als bij een stemming de stemmen staken, dan beslist de stem van de voorzitter.

  • 34. Een lid neemt niet deel aan de stemming over een aangelegenheid:

    • a.

      die hem rechtstreeks of middellijk persoonlijk aangaat of

    • b.

      waarbij hij als vertegenwoordiger is betrokken.

Artikel 14 Advies

  • 35. Een verzoek om advies van de aanbieder van een omroepnetwerk wordt ingediend bij de secretaris.

  • 36. Een advies aan de aanbieder van een omroepnetwerk is schriftelijk en gemotiveerd.

  • 37. Van een minderheidsstandpunt wordt melding gemaakt als die minderheid dat verlangt.

  • 38. Van een advies wordt een afschrift gezonden aan de leden, de colleges van burgemeester en wethouders en de verzoeker, als dit niet de aanbieder van een omroepnetwerk is.

  • 39. De programmaraad stelt de aanbieder van een omroepnetwerk die van een advies afwijkt of wil afwijken in de gelegenheid dit in de volgende vergadering toe te lichten.

Artikel 15 Verslag

  • 40. De secretaris maakt van elke vergadering een beknopt verslag.

  • 41. Het verslag vermeldt de namen van de aan- en afwezigen.

  • 42. Het verslag wordt zo spoedig mogelijk na de vergadering toegezonden aan de leden, de colleges van burgemeester en wethouders en aan de aanbieder van een omroepnetwerk.

Artikel 16 Ondertekening stukken

  • 1. De stukken die van de programmaraad uitgaan, worden door de voorzitter ondertekend en door de secretaris meeondertekend.

  • 2. De programmaraad kan besluiten dat de secretaris bepaalde stukken alleen ondertekent.

Artikel 17 Werkbudget programmaraad

  • 43. Elke gemeente stort per zittingsjaar een bedrag van ƒ 500,-- op de bankrekening van de programmaraad als bijdrage aan het werkbudget.

  • 44. De penningmeester betaalt uit het werkbudget de reis- en verblijfkosten van de leden en alle verdere kosten die de programmaraad maakt bij de uitoefening van zijn taken.

  • 45. Drie maanden na afloop van elk zittingsjaar, zendt de penningmeester van de programmaraad, de jaarrekening waarin schriftelijk verantwoording wordt afgelegd over de besteding van het werkbudget, ter goedkeuring naar de colleges van burgemeester en wethouders.

  • 46. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente van de secretaris, in het jaar waarin de jaarrekening wordt ontvangen, beslist over een eventueel batig saldo.

Artikel 18 Vergoeding voor leden van de programmaraad

Een lid van de programmaraad ontvangt van de gemeente door wie dit lid is benoemd een vergoeding overeenkomstig het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden voor het bijwonen van de vergaderingen van de programmaraad.

Artikel 19 Verdere werkwijze

De programmaraad bepaalt zelf zijn werkwijze voor zover daar in deze verordening niet in is voorzien.

Artikel 20 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt op 1 januari 2001 in werking, op voorwaarde dat zij is bekendgemaakt en door alle gemeenten is vastgesteld.

  • 2. Als deze verordening niet op 1 januari 2001 in werking kan treden, treedt zij in werking op de eerste dag na bekendmaking door de laatste gemeente.

Artikel 21 Citeerartikel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening programmaraad Midden-Utrecht.

Dit is besloten in de openbare vergadering van de raad op 6 februari 2001.

De raad van de gemeente Houten,

de secretaris,

de voorzitter,

 

 

 

 

drs. H. Overbosch

J. Westra

BIJLAGE BIJ VERORDENING PROGRAMMARAAD MIDDEN-UTRECHT

Gemeente

Stroming

 

 

Eerste periode

 

De Bilt

Kunst en cultuur

Werknemers

Houten

Standsorganisaties en werkgevers

Geestelijke stromingen

Maarssen

Etnische minderheden

Jongeren

Nieuwegein

Maatschappelijke zorg en welzijn

Ouderen

Vianen

Sport en recreatie

Tweede periode

 

De Bilt

Ouderen

Sport en recreatie

Houten

Kunst en cultuur

Werknemers

Maarssen

Standsorganisaties en werkgevers

Geestelijke stromingen

Nieuwegein

Etnische minderheden

Jongeren

Vianen

Maatschappelijke zorg en welzijn

Derde periode

 

De Bilt

Jongeren

Maatschappelijke zorg en welzijn

Houten

Ouderen

Sport en recreatie

Maarssen

Kunst en cultuur

Werknemers

Nieuwegein

Standsorganisaties en werkgevers

Geestelijke stromingen

Vianen

Etnische minderheden

Vierde periode

 

De Bilt

Geestelijke stromingen

Etnische minderheden

Houten

Jongeren

Maatschappelijke zorg en welzijn

Maarssen

Ouderen

Sport en recreatie

Nieuwegein

Kunst en cultuur

Werknemers

Vianen

Standsorganisaties en werkgevers

Vijfde periode

 

De Bilt

Werknemers

Standsorganisaties en werkgevers

Houten

Geestelijke stromingen

Etnische minderheden

Maarssen

Jongeren

Maatschappelijke zorg en welzijn

Nieuwegein

Ouderen

Sport en recreatie

Vianen

Kunst en cultuur

Zesde periode

 

De Bilt

Sport en recreatie

Kunst en cultuur

Houten

Werknemers

Standsorganisaties en werkgevers

Maarssen

Geestelijke stromingen

Etnische minderheden

Nieuwegein

Jongeren

Maatschappelijke zorg en welzijn

Vianen

Ouderen

Zevende periode

 

De Bilt

Maatschappelijke zorg en welzijn

Ouderen

Houten

Sport en recreatie

Kunst en cultuur

Maarssen

Werknemers

Standsorganisaties en werkgevers

Nieuwegein

Geestelijke stromingen

Etnische minderheden

Vianen

Jongeren

Achtste periode

 

De Bilt

Etnische minderheden

Jongeren

Houten

Maatschappelijke zorg en welzijn

Ouderen

Maarssen

Sport en recreatie

Kunst en cultuur

Nieuwegein

Werknemers

Standsorganisaties en werkgevers

Vianen

Geestelijke stromingen

Negende periode

 

De Bilt

Standsorganisaties en werkgevers

Geestelijke stromingen

Houten

Etnische minderheden

Jongeren

Maarssen

Maatschappelijke zorg en welzijn

Ouderen

Nieuwegein

Sport en recreatie

Kunst en cultuur

Vianen

Werknemers

Tiende periode enz.

 

Zie eerste periode enz.