Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Huizen 2019

Geldend van 19-12-2019 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2019

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Huizen houdende regels over de rechtspositie van commissieleden (Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Huizen 2019)

De raad van de gemeente Huizen;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Huizen;

gelet op de artikelen 95, eerste en tweede lid, 96, eerste en tweede lid, en 97, 98, 99 van de Gemeentewet en de artikelen 3.1.1, vijfde lid, 3.1.3, eerste lid, 3.1.4, eerste lid, 3.1.8, eerste lid, 3.1.9, eerste lid, 3.3.2, 3.3.3, tweede lid, 3.4.1, eerste lid, 3.4.2 en 3.3.8 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers;

gezien het advies van de commissie Algemeen Bestuur en Middelen;

besluit vast te stellen de volgende “Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Huizen 2019”.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    commissielid: lid van een commissie als bedoeld in de artikelen 82, 83 en 84 van de Gemeentewet, dat niet tevens raadslid is of ambtenaar die als zodanig tot lid van een commissie is benoemd;

  • b.

    griffier: de griffier bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;

  • c.

    raadslid: lid van de gemeenteraad.

Artikel 2 Toelage raadslid onderzoekscommissie en bijzondere commissie

  • 1. Een raadslid dat lid is van een onderzoekscommissie als bedoeld in artikel 155a, derde lid, van de Gemeentewet wordt voor de duur van de activiteiten van die commissie ten laste van de gemeente een toelage toegekend van €120,-- per maand.

  • 2. Een raadslid dat lid is van een bijzondere commissie als bedoeld in artikel 3.1.4, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers wordt voor de duur van de activiteiten van de commissie een toelage toegekend van € 120,-- per maand.

Artikel 3. Verhoging vergoeding commissieleden (niet-raadsleden) i.v.m. bijzondere deskundigheid of zwaarte taak

  • 1. Vanwege de bijzondere beroepsmatige deskundigheid op het taakgebied van de commissie en/of de zwaarte van zijn taak en/of de omvang van de door hem te verrichten arbeid, ontvangt:

    • a.

      de voorzitter van de commissie bezwaarschriften een vergoeding van € 229,27 per bijgewoonde vergadering;

    • b.

      een lid van de commissie bezwaarschriften een vergoeding van € 171,65 per bijgewoonde vergadering;

    • c.

      de voorzitter en de leden van de bezwarencommissie functiewaardering een vergoeding van € 373,78.

  • 2. De in het eerste lid genoemde vergoedingen worden aangepast overeenkomstig de procentuele wijzigingen van de vergoedingen voor commissieleden (gemeentegrootte 20.001 tot 50.000 inwoners) genoemd in artikel 3.4.1 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

Artikel 4. Reis- en verblijfkosten raads- en commissieleden voor reizen buiten de gemeente

  • 1. Voor reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur als bedoeld in artikel 97 Gemeentewet worden aan een raads- of commissielid vergoed:

    • a.

      de kosten voor het gebruik van openbaar vervoer;

    • b.

      bij gebruik van een eigen auto het maximumbedrag dat door een werkgever aan een werknemer per afgelegde kilometer onbelast kan worden verstrekt.

  • 2. Voor reizen buiten het grondgebied van de gemeente, ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur, worden aan een raadslid of commissielid bij gebruik van eigen auto tevens de parkeer-, veer- en tolkosten vergoed.

  • 3. Boetes en naheffingsaanslagen voor parkeren worden niet vergoed.

  • 4. Als een raadslid of commissielid een tijdelijke functionele beperking heeft, kan voor reizen buiten het grondgebied van de gemeente, een voor de beperking geschikte vervoersvoorziening worden vergoed of ter beschikking gesteld.

  • 5. De noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte werkelijke verblijfkosten die een raadslid of commissielid maakt in verband met reizen buiten het grondgebied ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur worden ten laste van de gemeente vergoed.

Artikel 5. Niet-partijpolitiek georiënteerde scholing raads- en commissieleden

  • 1. De raad stelt jaarlijks een budget beschikbaar voor niet-partijpolitieke scholing.

  • 2. Niet-partijpolitiek scholing wordt zoveel mogelijk collectief aangeboden, ten laste van dit budget.

  • 3. Een raads- of commissielid dat individueel wil deelnemen aan niet-partijpolitiek georiënteerde scholing, dient daartoe vooraf een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier die op de aanvraag beslist. De aanvraag gaat vergezeld van stukken met inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie.

  • 4. De kosten voor niet-partijpolitieke scholing worden geheel vergoed tot een maximum van € 500,-.

  • 5. Bij twijfel of een aanvraag voor vergoeding in aanmerking komt en/of over de hoogte van de toe te kennen vergoeding, beslist het raadspresidium.

Artikel 6. Informatie- en communicatievoorzieningen raads- en commissieleden

Een raads- of commissielid tekent een bruikleenovereenkomst voor de hem ten laste van de gemeente voor de duur van een raadsperiode van 4 jaar ter beschikking gestelde informatie- en communicatievoorzieningen, bedoeld in artikel 3.3.2 Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

Artikel 7. Aanwijzing als eindheffingsbestanddeel

  • 1. Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in artikel 3.3.8 van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

  • 2. Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden verder aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in deze verordening, voor zover deze worden gerekend tot een vergoeding, tegemoetkoming of verstrekking als bedoeld in artikel 31a, tweede lid, onderdelen a tot en met h, van de Wet op de Loonbelasting 1964.

Artikel 8. Betaling vaste vergoedingen

Tenzij het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers of de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers anders bepalen, vindt de betaling van de vergoeding van commissieleden, bedoeld in artikel 3.4.1 het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers maandelijks plaats met inachtneming van een vergoeding per bijgewoonde vergadering.

Artikel 9. Betaling en declaratie van onkosten

  • 1. Tenzij het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers of de Rechtspositieregeling decentrale politieke ambtsdragers anders bepalen, vindt de betaling van kosten die op grond van deze verordening voor vergoeding of tegemoetkoming in aanmerking komen plaats door:

    • a.

      betaling uit gemeentelijke middelen, op basis van een rechtstreeks aan de gemeente toegezonden factuur,

    • b.

      betaling vooruit uit eigen middelen.

  • 2. Een aanvraag om een vergoeding van de onkosten als bedoeld in dit artikel gaat vergezeld van een declaratieformulier en bewijsstukken.

  • 3. De declaratie en de bewijsstukken worden binnen drie maanden na factuurdatum of betaling door raads- of commissieleden ingediend bij de griffier.

  • 4. Voor zover van toepassing draagt de gemeente er zorg voor dat de betaling aan raads- of commissieleden binnen een maand na het indienen van de aanvraag wordt overgemaakt.

Artikel 10. Intrekking oude verordening

De Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Huizen 2014 wordt ingetrokken.

Artikel 11. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie van het Gemeenteblad waarin deze verordening wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

Artikel 12. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie raads- en commissieleden Huizen 2019.

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad van de gemeente Huizen d.d. 12 december 2019

De griffier, De voorzitter,