Verordening evaluatiegesprekken van de raad met de burgemeester

Geldend van 15-10-2010 t/m heden

Intitulé

Verordening evaluatiegesprekken van de raad met de burgemeester

Nr. 6.1.

De raad van de gemeente Huizen;

overwegende, dat de burgemeester het recht heeft – in het kader van een zorgvuldig personeelsbeleid – om tenminste drie keer tijdens zijn ambtsperiode van de gemeenteraad te horen te krijgen hoe over zijn functioneren wordt gedacht;

gelezen het voorstel van de griffier, gehoord de fractievoorzitters, d.d. 14 april 2008

gelet op de artikelen 86 en 147 jo. 149 van de Gemeentewet;

gezien de brief van de commissaris van de Koningin in de provincie Noord-Holland van 10 oktober 2005 en de handreiking “Evaluatie in goede toon; tussen raad en burgemeester”, zoals ontvangen van de kabinetchef van de commissaris van de Koningin in de provincie Noord-Holland bij brief d.d. 11 maart 2008;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening evaluatiegesprekken van de raad met de burgemeester

Begripsomschrijvingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    gesprek(ken): evaluatiegesprek(ken) door de commissie met de burgemeester;

  • b.

    commissie: de evaluatiecommissie als bedoeld in artikel 2;

  • c.

    adviseurs: de fractievoorzitters uit de raad die de commissie overeenkomstig artikel 6, lid 3, van informatie voorzien, alsmede de wethouders en de gemeentesecretaris en de raadsgriffier, die de commissie op haar verzoek informeren;

  • d.

    commissaris: de commissaris van de Koningin in de provincie Noord-Holland.

Algemene bepalingen

Artikel 2

  • 1.

    Ingesteld wordt een evaluatiecommissie, die namens de raad gesprekken voert met de burgemeester.

  • 2.

    De commissie voert jaarlijks een gesprek met de burgemeester.

  • 3.

    Drie van de gesprekken, na het eerste jaar, het derde jaar en het vijfde jaar van de ambtsperiode van de burgemeester, worden in ieder geval gevoerd tenminste vier weken voorafgaand aan het voortgangsgesprek dat de commissaris met de burgemeester heeft.

Samenstelling commissie

Artikel 3

  • 1.

    De leden van de commissie worden door de raad uit zijn midden gekozen.

  • 2.

    De commissie bestaat uit ten minste drie en ten hoogste vijf leden van de raad.

  • 3.

    De benoeming tot commissielid geldt voor de duur van de zittingsperiode van de raad.

  • 4.

    De leden van de commissie kunnen geen ander raadslid als plaatsvervanger aanwijzen voor hun werkzaamheden als commissielid.

  • 5.

    Bij ziekte of langdurige afwezigheid van een commissielid kiest de raad een plaatsvervanger.

  • 6.

    De commissie laat zich bijstaan door de griffier.

Voorzitterschap van de commissie

Artikel 4

  • 1.

    De commissie wijst uit haar midden een van de leden als voorzitter aan.

  • 2.

    De voorzitter leidt het gesprek.

  • 3.

    De voorzitter treedt, voor zover nodig, op als woordvoerder van de commissie.

  • 4.

    De commissie kan zich laten bijstaan door een externe gespreksleider.

Geheimhouding

Artikel 5

  • 1.

    Alle bijeenkomsten van de commissie, inclusief die met de adviseurs, en de gesprekken van de commissie met de burgemeester, vinden plaats achter gesloten deuren en worden aangemerkt als besloten vergaderingen van de commissie als bedoeld in artikel 86 Gemeentewet.

  • 2.

    De commissie legt in elke besloten vergadering, overeenkomstig artikel 86 van de Gemeentewet, geheimhouding op omtrent het in die vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan de commissie worden/zijn overgelegd. De geheimhouding wordt door allen die bij de behandeling aanwezig zijn en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft.

Voorbereiding en agendering van het gesprek

Artikel 6

  • 1.

    De griffier agendeert en organiseert de evaluatiegesprekken.

  • 2.

    Als bespreekpunten voor elk gesprek worden in ieder geval geagendeerd:

    • a

      de profielschets, zoals door de raad vastgesteld in het kader van de benoemingsprocedure van de burgemeester,

    • b

      het verslag van het vorige evaluatiegesprek,

    • c

      informatie verkregen van de adviseurs.

  • 3.

    Van de informatie als bedoeld in het vorige lid onder c, maakt een gespreksnotitie deel uit die door de commissie, in overleg met de fractievoorzitters, voor het gesprek wordt opgesteld, en waarin het beeld wordt geschetst dat de raad heeft omtrent het functioneren van de burgemeester in elk van de rollen vermeld in artikel 7, lid 2.

  • 4.

    Naast de in lid 2 vermelde stukken kunnen de leden van de commissie en de burgemeester andere bespreekpunten voor het gesprek laten agenderen.

  • 5.

    Uiterlijk twee weken voor het gesprek ontvangen de commissieleden en de burgemeester van de griffier, namens de voorzitter, een schriftelijke uitnodiging; die bevat in ieder geval plaats, tijdstip, agenda en bespreekpunten.

  • 6.

    Wanneer een commissielid en/of de burgemeester niet in staat is het gesprek bij te wonen, deelt hij dit tijdig mee aan de griffier.

  • 7.

    Bij verhindering van een commissielid of de burgemeester zorgt de griffier voor een nieuwe afspraak.

Het gesprek

Artikel 7

  • 1.

    Tijdens het gesprek hebben zowel de commissieleden als de burgemeester de mogelijkheid hun mening over en ervaringen met de geagendeerde bespreekpunten toe te lichten.

  • 2.

    De volgende onderwerpen worden tijdens het gesprek besproken:

    • a

      de burgemeester als voorzitter van de raad en zijn rol in het presidium of overleg met de fractievoorzitters;

    • b

      de burgemeester in het proces van dualisme;

    • c

      de burgemeester als voorzitter van het college;

    • d

      de burgemeester als coördinator van beleid, kwaliteitsbewaker met toepassing van artikel 170 Gemeentewet;

    • e

      de burgemeester die invulling geeft aan de eigen portefeuille, waaronder de handhaving van de openbare orde en veiligheid;

    • f

      de burgmeester en zijn contacten met de inwoners, organisaties en bedrijven;

    • g

      de burgemeester als ambassadeur en gezicht van de gemeente in de regio, provincie, rijk en europa;

    • h

      de burgemeester en zijn contacten met ambtenaren, met name de gemeentesecretaris, de griffier en het management van de gemeentelijke organisatie;

    • i

      de burgemeester en zijn nevenfuncties en integriteit;

    • j

      de burgemeester en zijn, aan de profielschets gerelateerde, competenties.

  • 3.

    De wethouders en de gemeentesecretaris kunnen voor de bespreking van één of meer onderwerpen waarvoor zij informatie hebben aangedragen, door de commissie, met instemming van de burgemeester, worden uitgenodigd voor het gesprek. Het bepaalde in lid 1 is dan eveneens op hen van toepassing.

  • 4.

    In een tweede deel van het gesprek kan worden gesproken over de ontwikkelingen van de gemeente

Verslaglegging

Artikel 8

  • 1.

    De griffier stelt het concept van het gespreksverslag op. Het verslag wordt door de commissie en de burgemeester gezamenlijk vastgesteld.

  • 2.

    Het verslag bevat de feitelijke gegevens van de tijd, plaats en rol van de aanwezigen bij het gesprek en geeft een duidelijk en feitelijk beeld van het besprokene weer.

  • 3.

    Als de inhoud van het gesprekverslag is vastgesteld wordt het ondertekend door de leden van de commissie en de burgemeester.

  • 4.

    Een afschrift van het vastgestelde verslag wordt door de griffier toegestuurd aan:

    • a

      de burgemeester,

    • b

      de fractievoorzitters uit de raad,

    • c

      de commissaris.

Archivering

Artikel 9

  • 1.

    De griffier draagt zorg voor een afdoende vertrouwelijke archivering van de stukken, waaronder het origineel van het vastgestelde verslag.

  • 2.

    Na het aftreden van de burgemeester worden alle betreffende stukken door de griffier vernietigd.

Slotartikelen

Artikel 10

Deze verordening treedt in werking één dag na bekendmaking overeenkomstig artikel 139, tweed lid, Gemeentewet.

Artikel 11

Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening evaluatiegesprekken van de raad met de burgemeester.