Verordening op de warenmarkt voor de gemeente IJsselstein 2009

Geldend van 06-01-2010 t/m heden

Intitulé

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente IJsselstein 2009

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente IJsselstein 2009

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    markt: de door het college ingestelde warenmarkt;

  • b.

    standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

  • c.

    vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde tijd ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;

  • d.

    dagplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel ingenomen;

  • e.

    standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder publiek om zich heen verzamelt en dat publiek door een aansprekende uiteenzetting probeert over te halen tot de aankoop van een artikel;

  • f.

    standwerkerplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken;

  • g.

    vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats;

  • h.

    anciënniteitlijst: de lijst van vergunninghouders van een vaste standplaats;

  • i.

    marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college;

  • j.

    branche-indeling: de indeling in artikelengroepen of branches en het maximum aantal standplaatsen per branche;

  • k.

    marktcommissie: een commissie van advies waarvan de samenstelling en werkwijze wordt geregeld bij reglement, vast te stellen door het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2. Inrichting van de Markt; Branche-indeling

    • 1.

      Het college bepaalt ten aanzien van de markt:

    • a.

      het aantal standplaatsen;

    • b.

      de afmetingen van de standplaatsen;

    • c.

      de opstelling en indeling van de markt;

    • d.

      welke standplaatsen worden toegewezen als vaste standplaats en als standwerkerplaats;

    • c.

      welke standplaatsen worden toegewezen als plaatsen waar mag worden gebakt.

    • 2.

      Het college kan voor de markt vaststellen:

    • a.

      een lijst met artikelengroepen of branches;

    • b.

      een maximumaantal standplaatsen per branche.

Artikel 3. Nadere regels

  • Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Artikel 4. Voorschriften en beperkingen

    • 1.

      Het college kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing, ter bescherming van de belangen in verband waarmee de vergunning of ontheffing is vereist.

    • 2.

      Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen.

      Artikel 5. Afgelasting of beëindiging van de markt

      1.Indien bij aanvang van de markt, of gedurende de tijdsperiode waarop de markt wordt gehouden, weersinvloeden of calamiteiten e.d. de orde op de markt kunnen verstoren, of er direct gevaar dreigt voor de marktplaatshouder, het publiek en/of objecten op of in de nabijheid van het marktterrein, kan het college:

      • a.

        de vergunninghouder verplichten de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen te treffen;

      • b.

        beslissen de markt anders op te stellen c.q. in te richten;

      • c.

        beslissen de markt niet te laten aanvangen;

      • d.

        beslissen de markt onmiddellijk te beëindigen.

        2.Van de in het vorige lid bedoelde situatie(s) is in ieder geval sprake indien:

        • a.

          er voor aanvang van de markt sprake is van weersomstandigheden boven windkracht 7 beaufort, dan wel deze weersomstandigheden op korte termijn worden voorspeld;

        • b.

          er tijdens de markt sprake is van snel verslechterende weersomstandigheden zodanig dat sprake is van storm of orkaankracht, dan wel deze weersomstandigheden op korte termijn, voor het einde van de markt, worden voorspeld.

          3.De vergunninghouder is, indien zich een situatie voordoet als omschreven in het eerste en het tweede lid, verplicht de aanwijzingen van de marktmeester onverwijld op te volgen.

HOOFDSTUK 2. BEPALINGEN OVER VERGUNNINGEN

Artikel 6. Standplaatsvergunning en vereisten

      • 1.

        Het is verboden een standplaats op een markt in te nemen zonder of in afwijking van een vergunning van het college.

      • 2.

        Voor toewijzing van een standplaats komt uitsluitend in aanmerking een handelingsbekwaam natuurlijk persoon die de leeftijd van 18 jaren heeft bereikt en een aanvraag voor een vergunning heeft ingediend bij het college en die daarbij tevens aantoont dat hij persoonlijk voldoet aan alle publiekrechtelijke verplichtingen op het gebied van de bedrijfsuitoefening en de bedrijfsorganisatie.

Artikel 7. Intrekking vaste standplaatsvergunning

      • 1.

        Het college trekt een vaste standplaatsvergunning in:

      • a.

        op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder;

      • b.

        bij overlijden van de vergunninghouder, tenzij de vergunning wordt overgeschreven op grond van de nadere door het college vastgestelde regels.

      • 2.

        Het college kan een vaste standplaatsvergunning intrekken:

      • a.

        indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt;

      • b.

        indien de vergunninghouder niet meer voldoet aan het in artikel 6, tweede lid, genoemde vereiste.

      • 3.

        Indien degene op wie een vergunning is overgeschreven ingevolge de nadere regels welke het college heeft vastgesteld, reeds vergunning heeft voor een andere vaste standplaats op dezelfde markt, wordt laatstgenoemde vergunning ingetrokken.

      • 4.

        Het college kan een vaste standplaatsvergunning intrekken indien de vergunninghouder wegens ziekte gedurende zes maanden zijn standplaats niet heeft ingenomen.

HOOFDSTUK 3. STRAF-, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 8. Intrekking en schorsing vaste standplaatsvergunning

    • Onverminderd het bepaalde in artikel 7 kan het college een vergunning voor een vaste standplaats, al dan niet voorwaardelijk, intrekken dan wel telkens voor ten hoogste vier achtereenvolgende marktdagen schorsen, indien de vergunninghouder of een persoon die hem bijstaat:

      • a.

        het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

      • b.

        zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

      • c.

        niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.

Artikel 9. Uitsluiting dagplaatshouder of standwerker

    • Het college kan een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkerplaats van de toewijzing van een dagplaats of een standwerkerplaats uitsluiten voor ten hoogste vier marktdagen, indien deze:

      • a.

        het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedt;

      • b.

        zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

      • c.

        niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkerplaats;

      • d.

        niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.

Artikel 10. Onmiddellijke verwijdering

    • Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen indien hij:

      • a.

        het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

      • b.

        zich op de markt schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

      • c.

        niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkerplaats.

Artikel 11. Strafbepaling

    • Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

      Artikel 12. Toezichthouders

      Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktmeester en de bij besluit van het college aangewezen personen.

Artikel 13. Intrekking Marktverordening 2007

    • De Marktverordening gemeente IJsselstein 2007 wordt ingetrokken op de dag waarop de Marktverordening IJsselstein 2009 in werking treedt.

Artikel 14. Overgangsbepalingen

      • 1.

        Besluiten van het college die genomen zijn bij of krachtens de Marktverordening gemeente IJsselstein 2007 gelden als besluiten genomen bij of krachtens deze verordening, zolang deze besluiten niet zijn gewijzigd of opnieuw vastgesteld bij of krachtens deze verordening.

      • 2.

        Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Marktverordening gemeente IJsselstein 2007 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet definitief op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 15. Inwerkingtreding

    • Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na bekendmaking.

Artikel 16. Citeertitel

    • Deze verordening wordt aangehaald als: Marktverordening IJsselstein 2009.