Leidraad invordering privaatrechtelijke vorderingen 2012

1. Algemeen

• 1.1 Opmerkingen vooraf.

  Voor de publiekrechtelijke vorderingen van de gemeente Kampen zijn de regels omtrent invordering, incasso en kwijtschelding vastgelegd in de “Leidraad Invordering Gemeentelijke belastingen” zoals 16 oktober 2012 is vastgesteld door het college van burgemeester & wethouders. Voor de privaatrechtelijke vorderingen worden de regels in deze “Leidraad Invordering Privaatrechtelijke Vorderingen”vastgelegd. Deze vorderingen hebben als basis het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en het Burgerlijk Wetboek.

  Omdat de gemeente, buiten hypotheek en pand, geen voorrechten bij de invordering heeft, dienen de verdere invorderingsacties te verlopen via de gerechtsdeurwaarder en gerechtelijke vonnissen.

• 1.2 Bevoegdheid invorderingsambtenaar.

  De invordering geschiedt centraal en wordt uitsluitend uitgevoerd door de ambtenaar belast met de invordering zoals bedoeld in de gemeentewet artikel 231, lid 1, onderdeel c en zoals aangewezen bij aanwijzingsbesluit.

• 1.3 Onvoorziene situaties.

  Indien zich situaties voordoen waarin deze leidraad niet voorziet, zal de ambtenaar belast met de invordering een voorstel tot besluitvorming aan het college van burgemeester en wethouders voorleggen.

2. Invorderingstraject.

• 2.1 De factuur.

  De facturen dienen te worden betaald binnen 30 dagen na factuurdatum tenzij bij overeenkomst of verordening andere afspraken zijn gemaakt.

• 2.2 1e Herinnering.

  Maandelijks worden er aan het einde van de maand 1e herinneringen verzonden voor de facturen die meer dan 30 dagen oud zijn en nog niet betaald. De herinneringen geven aan dat binnen uiterlijk 10 werkdagen moet worden betaald. Voor het versturen van een herinnering is geen minimumbedrag vastgesteld.

• 2.3 Ingebrekestelling.

  Maandelijks worden er aan het einde van de maand ingebrekestellingen verzonden voor de facturen die niet (volledig) zijn betaald na de 1e herinnering. De ingebrekestelling geeft aan dat binnen 10 werkdagen moet worden betaald en dat bij niet-betaling de factuur uit handen zal worden gegeven aan de gerechtsdeurwaarder.

• 2.4 Invordering door gerechtsdeurwaarder.

  Maandelijks worden de facturen die ook na de ingebrekestelling niet zijn betaald, overgedragen aan gerechtsdeurwaarder. Vanaf deze fase worden vervolgingskosten bij de debiteur in rekening gebracht. De inning van de factuur zal zich niet beperken tot de hoofdsom, maar zal ook gaan over alle bijkomende kosten van de gerechtsdeurwaarder en de rente.

3. Uitstel van betaling en betalingsregelingen.

• 3.1 Uitstel van betaling.

  Particulieren kunnen op schriftelijk verzoek uitstel van betaling voor een factuur krijgen; dit uitstel gaat niet verder dan 2 maanden. Wanneer na het verstrijken van de duur van het verleende uitstel geen betaling is ontvangen, gaat de factuur zonder nadere waarschuwing over naar het invorderingstraject.

  Indien een factuur ter inning is overgedragen aan de gerechtsdeurwaarder, is uitstel niet meer mogelijk.

  Aan bedrijven wordt geen uitstel van betaling verleend.

• 3.2 Betalingsregeling.

  Particulieren kunnen op verzoek een betalingsregeling voor een factuur krijgen van maximaal tien maanden; dit wordt schriftelijk bevestigd. Wanneer na één van de afgesproken betaaltermijnen geen deelbetaling is ontvangen, vervalt de regeling. Aan de debiteur wordt schriftelijk medegedeeld dat de regeling per direct wordt beëindigd, waarna het invorderingstraject wordt hervat.

  Indien een factuur ter inning is overgedragen aan de gerechtsdeurwaarder, is er geen mogelijkheid meer voor uitstel of betaling in termijnen.

  Bedrijven kunnen niet in termijnen betalen.

• 3.3 Bezwaar.

  Het indienen van een bezwaar schort de betalingsverplichting niet op. Alleen voor het bestreden deel van de factuur kan, uitsluitend op schriftelijk verzoek, om uitstel van betaling worden verzocht. De ambtenaar belast met de invordering, zoals genoemd in artikel 1.2, beslist op het ingediende verzoek.

4 Overige bepalingen.

• 4.1 Toerekening betalingen en afboeking.

  De betalingen, waarvan de bestemming is aangegeven, worden afgeboekt overeenkomstig de bedoeling van de betaler. Een ongerichte betaling, waartoe geen bestemming is aangegeven, wordt afgeboekt op de oudste openstaande factuur dan wel op de voor de debiteur meest bezwarende factuur, met dien verstande dat de aard van de betreffende factuur aanleiding kan zijn om, met inachtneming van de preferenties, hiervan af te wijken. Een teveelbetaling wordt aangemerkt en behandeld als een ongerichte betaling.

• 4.2 Kwijtschelding.

  Voor privaatrechtelijke vorderingen wordt geen kwijtschelding verleend.

• 4.3 Aanvragen faillissement.

  Een faillissement kan slechts worden aangevraagd na voorafgaande goedkeuring door het college van burgemeester en wethouders. Dit geldt ook voor het verlenen van steunvorderingen bij faillissementen.