Regeling vervallen per 01-01-2020

Sociaal statuut gemeente Kampen

Geldend van 28-03-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Sociaal statuut gemeente Kampen

Burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen;

gelezen het voorstel van het team Personeel & Organisatie, Juridische Zaken en Communicatie

d.d. 7 november 2014, kenmerk 14ADV00564;

gelet op:

de bereikte overeenstemming in de commissie voor georganiseerd overleg d.d. 29 september 2014 en de gehouden ledenraadpleging;

besluiten vast te stellen:

Sociaal statuut van de gemeente Kampen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1.1 Definities

In dit sociaal statuut wordt verstaan onder:

  • a.

    ambtenaar: hij die door of vanwege de gemeente is aangesteld om in openbare dienst werkzaam te zijn alsmede hij met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan, zoals bedoeld in de CAR;

  • b.

    salaris: het salaris en toegekende salaristoelage(n) zoals genoemd in de onderdelen qq en rr van artikel 1:1 lid 1 van de CAR;

  • c.

    boventallig verklaarde ambtenaar: de ambtenaar in dienst van de gemeente die als gevolg van een reorganisatie zijn of haar functie heeft verloren en die niet is geplaatst of herplaatst in de formatie van de nieuwe organisatie;

  • d.

    CAR: Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten;

  • e.

    functie: het geheel van werkzaamheden dat de ambtenaar volgens zijn functiebeschrijving verricht;

  • f.

    georganiseerd overleg: de commissie voor georganiseerd overleg zoals bedoeld in artikel 12:1 van de CAR;

  • g.

    geschikte functie: een functie die niet valt onder het begrip passende functie, maar die de ambtenaar bereid is te vervullen;

  • h.

    ondernemingsraad: de ondernemingsraad zoals bedoeld in artikel 2 van de Wet op de ondernemingsraden;

  • i.

    Uitwisselbare functie(s): 1.) een functie die naar aard, inhoud en niveau in belangrijke mate overeenkomt met de functie die de medewerker voor de reorganisatie heeft vervuld; 2.) functies die bij toepassing van het afspiegelingsbeginsel (plaatsing) naar aard, inhoud en niveau als uitwisselbaar worden beschouwd;

  • j.

    organisatiewijziging: een belangrijke inkrimping of wijziging van de werkzaamheden van de gemeente (of een onderdeel daarvan) of een belangrijke wijziging van de laatst vastgestelde organisatiestructuur van de gemeente (of een onderdeel daarvan), die niet van tijdelijke aard is en die personele gevolgen met zich meebrengt;

  • k.

    paritaire commissie: een commissie als bedoeld in artikel 10d:24 CAR-UWO; De commissie bestaat uit: een gezamenlijk aan te wijzen en vaste onafhankelijke voorzitter; een lid aan te wijzen door het college en een lid aan te wijzen door de werknemersgeleding.

  • l.

    passende functie: een functie die de ambtenaar redelijkerwijs kan worden opgedragen gelet op het werk- en denkniveau van die functie en gezien de persoonlijke en bijzondere omstandigheden van de ambtenaar. Onder persoonlijke en bijzondere omstandigheden kunnen in ieder geval worden verstaan: interesse, capaciteiten, ervaring, leeftijd, gezondheidstoestand, gezinsomstandigheden en scholing. Een passende functie is doorgaans van hetzelfde functieniveau als de functie die de ambtenaar voor de organisatiewijziging vervulde, maar kan ook één niveau hoger of maximaal twee niveaus lager zijn;

  • m.

    personele gevolgen: gevolgen voor de functie of de rechtspositie van de betrokken ambtenaren;

  • n.

    privatisering: organisatiewijziging die het gevolg is van de verzelfstandiging van een deel van de organisatie tot een nieuwe privaatrechtelijke rechtspersoon of de overdracht van een deel van de organisatie aan een privaatrechtelijke partij;

  • o.

    publiekrechtelijke taakoverheveling: organisatiewijziging die het gevolg is van de overheveling van een deel van de organisatie naar een ander publiekrechtelijk orgaan;

  • p.

    remplaçant: de ambtenaar die op basis van vrijwilligheid de status van boventallig verklaarde ambtenaar krijgt;

  • q.

    salarisperspectief: de opeenvolgende salarisperiodieken tot en met het hoogste bedrag van de functieschaal van de ambtenaar en eventueel schriftelijk vastgelegde extra individuele salarisafspraken;

  • r.

    sleutelfunctie: een functie die in overleg met de OR is aangewezen als zijnde van vitaal belang voor de nieuwe organisatie die op basis van geschiktheidseisen wordt ingevuld;

  • s.

    sociaal plan: nadere afspraken met betrekking tot de personele gevolgen van een organisatiewijziging;

  • t.

    werkgever: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen.

Artikel 1.2 Werkingssfeer

Dit sociaal statuut is van toepassing op alle organisatiewijzigingen in de gemeente Kampen, met uitzondering van organisatiewijzigingen als gevolg van een gemeentelijke herindeling.

Artikel 1.3 Bevoegdheid tot het nemen van besluiten tot organisatiewijziging

De werkgever is bevoegd tot het nemen van besluiten over de wijziging van de ambtelijke organisatie.

Artikel 1.4 Bevoegdheid tot het nemen van besluiten betreffende individuele ambtenaren

De werkgever is bevoegd tot het nemen van besluiten over wijziging van de aanstelling, overplaatsing en ontslag van ambtenaren, tenzij bij of krachtens wet anders is bepaald. De werkgever kan de bevoegdheid tot het nemen van besluiten als bedoeld in dit artikel mandateren.

Artikel 1.5 Domeinbepaling

Het aan een reorganisatie ten grondslag liggende besluit bevat een domeinbepaling, waardoor duidelijk is op welke onderdelen van de organisatie de reorganisatie betrekking heeft.

Hoofdstuk 2 Procedurele bepalingen

Artikel 2.1 Overleg over de personele gevolgen en maatregelen

  • 1.

    Als het Georganiseerd Overleg van mening is dat de bepalingen uit hoofdstuk 10d van de CAR/LAR onvoldoende zijn, worden er maatwerkafspraken gemaakt met individuele medewerkers. Bij meer dan 10 medewerkers wordt er een collectief sociaal plan opgesteld. Voor wat betreft de termijnen voor re-integratie, scholing, outplacement enz. wordt aangesloten bij de termijnen zoals genoemd in hoofdstuk 10d van de CAR.

  • 2.

    Bij minder dan 10 medewerkers wordt er met het GO overlegd of individuele of collectieve afspraken met de betreffende groep medewerkers akkoord is.

  • 3.

    Over een sociaal plan moet in het Georganiseerd Overleg overeenstemming worden bereikt.

  • 4.

    De leden van het Georganiseerd Overleg kunnen tussentijds bijeen worden geroepen dan wel schriftelijk worden geraadpleegd, wanneer de omstandigheden een versnelde procedure verei­sen.

Artikel 2.2 Taakverdeling tussen ondernemingsraad en georganiseerd overleg

Ten aanzien van de medezeggenschap van ambtenaren en vakcentrales geldt het algemene uitgangspunt dat onderwerpen die gedurende het proces van organisatiewijziging aan bod komen, door één van beide organen wordt behandeld.

Hoofdstuk 3 Algemene uitgangspunten voor sociaal beleid bij interne organisatiewijziging

Artikel 3.1 Werkingssfeer hoofdstuk

Dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op interne organisatiewijzigingen, niet zijnde privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.

Artikel 3.2 Werkgelegenheid bij interne organisatiewijziging

De werkgever zal zich tot het uiterste inspannen om te voorkomen dat de bij de organisatiewijziging betrokken ambtenaren met een vaste aanstelling onvrijwillig ontslagen worden met inachtneming van het in 2013 bereikte Akkoord Werkgarantie versus bezuinigingen1.

1corsa 13int001856

Artikel 3.3. Plaatsingsvolgorde op basis van de aard van het dienstverband

Bij herplaatsing worden eerst de ambtenaren met een aanstelling voor onbepaalde tijd betrokken. Ambtenaren met een aanstelling voor bepaalde tijd kunnen na de ronde voor de ambtenaren met een aanstelling voor onbepaalde tijd hun belangstelling kenbaar maken.

Artikel 3.4. Remplaçanten

Ambtenaren die geplaatst zijn of zullen gaan worden in de formatie van de nieuwe organisatie, kunnen die plaats opgeven en zich beschikbaar stellen voor de status van boventallig verklaarde ambtenaar. Voor zover een verantwoorde bedrijfsvoering dat toelaat, wordt een dergelijk aanbod gehonoreerd.

Artikel 3.5

Voorkeursvolgorde bij herplaatsing

  • 1.

    De werkgever hanteert bij het nemen van besluiten ten aanzien van de ambtenaren die betrokken zijn bij de organisatiewijziging de volgende voorkeursvolgorde:

    • a.

      de ambtenaar blijft zijn eigen, uitwisselbare functie vervullen;

    • b.

      indien meer ambtenaren met een uitwisselbare functie beschikbaar zijn dan formatieplaatsen voor die betreffende functie zal afspiegeling plaatsvinden op grond van hoofdstuk 10 van de Beleidsregels Ontslagtaak UWV;

    • c.

      de ambtenaar die op grond van toepassing van het afspiegelingsbeginsel zoals beschreven onder b boventallig is geworden dan wel niet geplaatst kan worden omdat zijn eigen functie zoals bedoeld onder a niet meer terugkeert in het formatieplan, wordt indien mogelijk overgeplaatst naar een passende functie binnen de gemeentelijke organisatie;

    • d.

      de ambtenaar zoals bedoeld onder c voor wie geen passende functie beschikbaar is wordt indien mogelijk overgeplaatst naar een geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie;

    • e.

      voor de ambtenaar voor wie na toepassing van het bepaalde onder a tot en met d geen functie beschikbaar is komt in aanmerking voor een Van Werk Naar Werk -traject zoals bedoeld in hoofdstuk 10d van de CAR/LAR.

  • 2.

    Herplaatsingsbesluiten als bedoeld in het eerste lid onder c en d worden genomen met inachtneming van de herplaatsingsprocedure, zoals beschreven in hoofdstuk 4.

Artikel 3.6 Uitgangspunten herplaatsing

  • 1. Bij het nemen van besluiten als bedoeld in artikel 3.5, eerste lid onder c en d wordt met de volgende gegevens van de ambtenaar en in onderstaande volgorde rekening gehouden:

    • a.

      de geschiktheid voor een functie, zoals die blijkt uit opleidings- en ervaringsgegevens, beoordelingsgesprekken en eventuele geschiktheidstesten;

    • b.

      de dienstjaren bij de gemeente Kampen of diens rechtsvoorgangers;

    • c.

      de leeftijd;

    • d.

      de voorkeur voor bepaalde functies.

  • 2. De ambtenaar is verplicht om mee te werken aan gesprekken, testen en onderzoeken die nodig zijn voor het verzamelen van gegevens als genoemd in het eerste lid onder a. De kosten zijn voor rekening van de werkgever.

Artikel 3.7 Belangstellingsregistratie

Voordat herplaatsingsbesluiten als bedoeld in artikel 3.5, eerste lid onder c en d, worden genomen, wordt de betrokken ambtenaar in de gelegenheid gesteld zijn voorkeur voor minimaal twee functies kenbaar te maken.

Artikel 3.8 Geen passende of geschikte functie

  • 1. Indien binnen de organisatie voor de ambtenaar niet zijn eigen, ongewijzigde functie of een passende of geschikte functie voorhanden is, maakt de werkgever aan de ambtenaar bekend dat het voornemens is om te besluiten hem boventallig te verklaren.

  • 2. De ambtenaar kan binnen 14 dagen na ontvangst van het voorgenomen besluit schriftelijk of mondeling gemotiveerd zijn bedenkingen daartegen kenbaar maken aan de werkgever.

  • 3. Mede op basis van de ingediende bedenkingen neemt de werkgever een besluit.

  • 4. Op de ambtenaar ten aanzien van wie is besloten dat hij boventallig is, zijn de bepalingen van paragraaf 5 van hoofdstuk 10d CAR/LAR van toepassing.

  • 5. De in het vierde lid bedoelde ambtenaar die bij de boventallig verklaring een dienstverband heeft bij de gemeente Kampen van tenminste twee jaar, heeft recht op een Van werk naar werk-traject op grond van het bepaalde in artikel 10d:12 en verder CAR/LAR. In verband hiermee wordt door de werkgever en de ambtenaar gezamenlijk een Van werk naar werk-onderzoek verricht in de zin van artikel 10d:15 CAR/LAR, waarna partijen een Van werk naar werk-contract opstellen zoals bepaald in artikel 10d:16 CAR/LAR.

  • 6. Op grond van artikel 10d:23 is een paritaire commissie ingesteld. Deze commissie verricht haar werkzaamheden op grond van het Reglement commissie van werk naar werk gemeente Kampen, zoals vastgesteld op 20 augustus 2013.

  • 7. Ingeval van het verrichten van tijdelijke werkzaamheden op detacheringsbasis of het intern verrichten van tijdelijke bovenformatieve werkzaamheden kan de werkgever besluiten het Van werk naar werk-traject te verlengen met een redelijke periode zoals bedoeld in artikel 10d:22 CAR/LAR.

Artikel 3.9 Verplichting ambtenaar

  • 1. De ambtenaar is verplicht, onverminderd het recht van bezwaar en beroep, om een passende functie die hem met inachtneming van de herplaatsingsprocedure is toegewezen, te aanvaarden.

  • 2. De ambtenaar is verplicht, onverminderd het recht van bezwaar en beroep, om een passende functie binnen de gemeente Kampen of een aangeboden functie buiten de gemeente Kampen die hem in het kader van een Van werk naar werk-traject wordt aangeboden, te aanvaarden.

  • 3. Wanneer de ambtenaar na herhaald en zorgvuldig overleg weigerachtig is ten aanzien van aanvaarding van een passende functie binnen de gemeente of van een aangeboden functie buiten de gemeente of zich anderszins niet houdt aan de afspraken die zijn vastgelegd in het Van werk naar werk-contract, kan de werkgever overgaan tot tussentijdse beëindiging van het van Werk naar werk-traject en overgaan tot ontslag. In dat geval wordt aan de ambtenaar ontslag verleend op grond van artikel 8:3 CAR/LAR met ingang van de dag volgend op die waarop het Van werk naar werk-traject is beëindigd. De werkgever kan in dat geval bij de instelling die de Werkloosheidswet uitvoert, melden dat sprake is van verwijtbare werkloosheid hetgeen kan leiden tot weigering van de WW-uitkering. De ambtenaar aan wie geen WW-uitkering wordt toegekend zal ook geen aanspraak kunnen maken op een aanvullende en een na-wettelijke uitkering.

Artikel 3.10 Salarisgarantie

De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie behoudt recht op het salaris en het salarisperspectief, zoals die voor hem golden in de oude functie.

Artikel 3.11 Functiegebonden toelagen

  • 1. Voor de ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie vervallen de functiegebonden toelagen.

  • 2. Aan de ambtenaar van wie het salaris als gevolg van het vervallen van de functiegebonden toelagen een blijvende verlaging ondergaat, wordt een aflopende compensatie toegekend indien:

    • a.

      de blijvende verlaging ten minste 3% bedraagt van het salaris;

    • b.

      de ambtenaar deze toelagen gedurende ten minste een jaar zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.

  • 3. Deze compensatie kent het volgende verloop:

    • a.

      het eerste en tweede jaar na de overplaatsing ontvangt de ambtenaar 100% van de daling van het salaris, die het gevolg is van het vervallen van de functiegebonden toelagen;

    • b.

      het derde en vierde jaar na de overplaatsing ontvangt de ambtenaar 50% van de daling van het salaris, die het gevolg is van het vervallen van de functiegebonden toelagen;

  • 4. De ambtenaar bedoeld in het eerste lid, behoudt de functiegebonden toelage indien hij bij de overplaatsing 55 jaar of ouder is en bedoelde toelage tenminste een jaar heeft genoten.

Artikel 3.12 Persoonsgebonden toelagen

De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie behoudt recht op zijn persoonsgebonden toelagen.

Artikel 3.13 Studiefaciliteiten

  • 1. De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie behoudt de rechten die hem op grond van de studiefaciliteitenregeling zijn toegekend indien hij de studie voortzet.

  • 2. De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie en die in overleg met zijn nieuwe leidinggevende besluit te stoppen met zijn studie, wordt ontheven van terugbetalingsverplichtingen die voortvloeien uit de studiefaciliteitenregeling.

Artikel 3.14 Aanvullende scholing

De werkgever onderzoekt of het nodig is de ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een passende of geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie bij of om te scholen voor het vervullen van zijn nieuwe functie. De ambtenaar kan daartoe worden verplicht. De kosten van de scholing zijn voor rekening van de gemeente.

Artikel 3.15 Functie buiten de gemeentelijke organisatie

  • 1. Indien de ambtenaar waarvoor in de herplaatsingsprocedure geen passende of geschikte functie is gevonden een functie accepteert buiten de gemeentelijke organisatie, wordt hem eervol ontslag verleend.

  • 2. De ambtenaar die overeenkomstig het eerste lid ontslag wordt verleend, wordt ontheven van eventuele terugbetalingsverplichtingen die voortvloeien uit de studiefaciliteitenregeling, de verhuiskostenregeling en de regeling betaald ouderschapsverlof of andere regelingen.

  • 3. Indien de ambtenaar als bedoeld in het eerste lid een functie van ten minste een gelijke betrekkingsomvang accepteert buiten de gemeentelijke organisatie, vult de werkgever het brutosalaris gedurende drie jaar aan tot aan het niveau van het brutosalaris dat de ambtenaar genoot direct voorafgaand aan het ontslag. De ambtenaar die een functie accepteert met een kleinere betrekkingsomvang ontvangt gedurende drie jaar een aanvulling van zijn brutosalaris naar rato.

Artikel 3.16 Sleutelfuncties

In de nieuwe organisatie worden sleutelfuncties ingevuld op basis van geschiktheid, overeenkomstig nader te benoemen geschiktheidscriteria of competenties en volgens een nader vast te stellen procedure.

Hoofdstuk 4 Herplaatsingsprocedure

Artikel 4.1 Herplaatsingsprocedure

  • 1. De werkgever stelt een herplaatsingscommissie in die als taak heeft om de benodigde gegevens te verzamelen en om de werkgever te adviseren over de te nemen herplaatsingsbesluiten.

  • 2. Het college van burgemeester en wethouders beslist over de samenstelling van de herplaatsingscommissie, in overleg in het georganiseerd overleg.

Artikel 4:2 Advies over herplaatsing

  • 1. De herplaatsingscommissie verzamelt alle volgens haar benodigde gegevens en adviseert op basis van deze gegevens de werkgever over de herplaatsing van de betrokken ambtenaren.

  • 2. De werkgever informeert de ambtenaar schriftelijk over het advies van de herplaatsingscommissie over zijn herplaatsing, respectievelijk over het advies van de commissie om hem vooralsnog geen passende of geschikte functie aan te bieden.

  • 3. De ambtenaar dient op zijn verzoek te worden gehoord door de herplaatsingscommissie.

Artikel 4.3 Bedenkingen tegen voorstel

  • 1. Indien de ambtenaar bedenkingen heeft tegen het advies van de commissie over zijn herplaatsing respectievelijk tegen het advies van de commissie om hem vooralsnog geen passende of geschikte functie aan te bieden, kan hij deze binnen vier weken schriftelijk indienen bij de werkgever.

  • 2. De ambtenaar kan verzoeken om mondeling te worden gehoord door (een vertegenwoordiging van) of namens de werkgever. De ambtenaar die hiertoe een verzoek indient, zal binnen vier weken worden gehoord. Van de hoorzitting wordt schriftelijk verslag opgemaakt.

  • 3. De ambtenaar kan zich laten bijstaan door een raadsman.

Artikel 4.4 Herplaatsingsbesluiten

  • 1. De werkgever neemt het besluit tot herplaatsing van de betrokken ambtenaar. De ambtenaar wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte gesteld van dit besluit. In de motivering van het besluit wordt ingegaan op eventuele bedenkingen die door de ambtenaar zijn ingediend.

  • 2. De ambtenaar voor wie in de herplaatsingsprocedure geen passende of geschikte functie is gevonden, wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk van dit besluit in kennis gesteld. In de motivering van het besluit wordt ingegaan op eventuele bedenkingen die door de ambtenaar zijn ingediend.

Hoofdstuk 5 Privatisering en taakoverheveling

Artikel 5.1 Werkingssfeer hoofdstuk

Dit hoofdstuk is alleen van toepassing op privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.

Artikel 5.2 Werkgelegenheid

  • 1. De werkgever zal zich tot het uiterste inspannen om ervoor te zorgen dat de werkgelegenheid van de bij de privatisering of overheveling van taken betrokken ambtenaren behouden blijft.

  • 2. De werkgever treedt met de betrokken privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie in overleg over de overname van de ambtenaren van het desbetreffende organisatieonderdeel. Gemaakte afspraken worden schriftelijk vastgelegd.

  • 3. Voordat de werkgever een besluit neemt over de overgang van een ambtenaar naar de betrokken privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie, biedt hij de betrokkene de gelegenheid om zijn belangstelling kenbaar te maken voor passende functies die op dat moment vacant zijn of op korte termijn vacant worden in de gemeentelijke organisatie. De ambtenaar zal als interne kandidaat in de selectieprocedure worden betrokken.

Artikel 5.3. Remplaçanten

  • 4.

    Ambtenaren die geplaatst zijn of zullen gaan worden in de formatie van de nieuwe organisatie, kunnen die plaats opgeven en zich beschikbaar stellen voor de status van boventallig verklaarde ambtenaar. Voor zover een verantwoorde bedrijfsvoering dat toelaat, wordt een dergelijk aanbod gehonoreerd.

Artikel 5.4 Geen passende of geschikte functie

  • 1. Indien de werkgever er niet in slaagt om de ambtenaar onder te brengen bij de nieuwe werkgever dan wel een passende of geschikte functie aan te bieden binnen de gemeentelijke organisatie, maakt de werkgever aan de ambtenaar bekend dat hij van plan is om hem boventallig te verklaren.

  • 2. De ambtenaar kan binnen 14 dagen na ontvangst van het voorgenomen besluit schriftelijk of mondeling gemotiveerd zijn bedenkingen daarover kenbaar maken aan de werkgever.

  • 3. Mede op basis van de ingediende bedenkingen neemt de werkgever een besluit.

  • 4. Op de ambtenaar ten aanzien van wie is besloten dat hij boventallig is, zijn de bepalingen van paragraaf 5 van hoofdstuk 10d CAR/LAR van toepassing.

  • 5. De onder het vierde lid bedoelde ambtenaar die ten tijde van de boventallig verklaring een dienstverband heeft bij de gemeente Kampen van tenminste twee jaar, heeft recht op een Van werk naar werk-traject op grond van het bepaalde in artikel 10d:12 en verder CAR/LAR. In verband hiermee wordt door de werkgever en de ambtenaar gezamenlijk een Van werk naar werk-onderzoek verricht in de zin van artikel 10d:15 CAR/LAR, waarna partijen een Van werk naar werk-contract opstellen zoals bepaald in artikel 10d:16 CAR/LAR.

  • 6. Op grond van artikel 10d:23 is een paritaire commissie ingesteld. Deze commissie verricht haar werkzaamheden op grond van het reglement "commissie van werk naar werk gemeente Kampen" zoals vastgesteld op 20 augustus 2013.

  • 7. Ingeval van het verrichten van tijdelijke werkzaamheden op detacheringsbasis of het intern verrichten van tijdelijke bovenformatieve werkzaamheden kan de werkgever besluiten het Van werk naar werk-traject te verlengen met een redelijke periode zoals bedoeld in artikel 10d:22 CAR/LAR.

Artikel 5.5 Sociaal plan

  • 1. Als het georganiseerd overleg van mening is dat de privatisering of taakoverheveling zodanig ingrijpende personele gevolgen met zich meebrengt dat hierover aanvullende afspraken moeten worden gemaakt, wordt door de werkgever een sociaal plan opgesteld. Dit plan regelt de overplaatsingsprocedure (inclusief de ontslag- en aanstellingsprocedure van het over te plaatsen personeel) en bevat rechtspositionele bepalingen. Over dit sociaal plan moet in het georganiseerd overleg overeenstemming worden bereikt.

  • 2. Er worden geen definitieve besluiten genomen ten aanzien van ambtenaren voordat er overeenstemming is over het sociaal plan.

Artikel 5.6 Rechtspositievergelijking

  • 1. Indien de betrokken ambtenaren overgaan naar een privaatrechtelijke of een andere publiekrechtelijke werkgever waarvoor een afwijkende rechtspositieregeling of CAO geldt, maakt de werkgever een vergelijking tussen de arbeidsvoorwaardenpakketten die van toepassing zijn op de gemeentelijke werkgever en de nieuwe werkgever.

  • 2. Indien uit de vergelijking blijkt dat het totaalpakket van arbeidsvoorwaarden (bestaande uit in ieder geval salaris, uitkeringen en toelagen, (pre)pensioen, vakantie, ziektekostenregeling en werkloosheidsuitkering) bij de nieuwe werkgever minder is dan het totaalpakket bij de gemeentelijke werkgever, worden in het sociaal plan nadere afspraken gemaakt over afbouw, behoud of compensatie van aanspraken.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 6.1 Hardheidsclausule

  • 1. In gevallen waarin toepassing van het sociaal statuut leidt tot een onbillijke situatie voor een ambtenaar, kan de werkgever van het statuut afwijken in een voor de ambtenaar gunstige zin.

  • 2. In gevallen waarin het sociaal statuut niet voorziet, beslist de werkgever.

Artikel 6.2 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Sociaal statuut gemeente Kampen.

Artikel 6.3 Inwerkingtreding en looptijd

Dit sociaal statuut treedt in werking op de dag na bekendmaking, onder gelijktijdige intrekking van het sociaal statuut gemeente Kampen 2010, vastgesteld door het college op 19 oktober 2010, en eindigt op 31 december 2019.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 18 november 2014
burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen,
de secretaris,
J.F. Goedegebure
de burgermeester,
drs. mr. B. Koelewijn

Toelichting Sociaal Statuut Gemeente Kampen

Artikel 1.5 Domeinbepaling Met het bepalen van het domein van de organisatiewijziging kan specifiek worden aangegeven op welk deel van de organisatie de organisatiewijziging betrekking heeft. Daarmee wordt voorkomen dat functies in delen van de organisatie waarin geen wijzigingen worden beoogd toch betrokken worden, bijvoorbeeld bij toepassing van het afspiegelingsbeginsel. Als gevolg van het systeem van generieke functiebeschrijving komen vergelijkbare functies namelijk in de hele organisatie voor. Met een domeinbepaling kan worden voorkomen dat bij een relatief kleine organisatiewijziging niet vergelijkbare functies in de hele organisatie moeten worden meegenomen, maar enkel de functies in het deel waarop de organisatiewijziging betrekking heeft. Onderdeel van het bepalen van het domein zal ook zijn het bepalen van de ingangsdatum van de organisatiewijziging.

Artikel 3.4. Remplaçanten

Met deze bepaling wordt het mogelijk dat in goed overleg tussen werkgever en een medewerker die in beginsel is geplaatst of naar verwachting geplaatst zal gaan worden, afspraken te maken over het vrijwillig plaatsmaken voor een collega. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn bij medewerkers die binnen relatief korte tijd met pensioen kunnen gaan. Criterium is dat wel sprake moet zijn van een verantwoorde bedrijfsvoering. Indien het effect daarvan bijvoorbeeld is dat de werkgever met extra kosten wordt geconfronteerd, kan dat reden zijn het verzoek af te wijzen. Daaronder kan bijvoorbeeld ook worden verstaan dat niet te veel medewerkers van de remplaçantenregeling gebruik gaan maken. Ook is het denkbaar dat een verzoek niet wordt ingewilligd omdat de betreffende medewerker beschikt over specifieke kennis die niet direct kan worden gemist.

Artikel 3.5 Voorkeursvolgorde bij herplaatsing In artikel 3.3 is al het uitgangspunt geformuleerd dat medewerkers met een aanstelling voor bepaalde tijd pas aan bod komen nadat voor het vaste personeel een eerste ronde is geweest. Bij de plaatsingsvolgorde is verder van belang dat eerst bezien wordt of de ambtenaar zijn eigen ongewijzigde functie kan blijven vervullen. Pas als dat niet mogelijk blijkt zal afspiegeling plaatsvinden. Bij de afspiegeling zal derhalve geen rekening worden gehouden met medewerkers met een aanstelling voor bepaalde tijd. Eerst in een eventuele tweede ronde van resterende vacatures zullen deze kunnen deelnemen. Omdat medewerkers met een aanstelling voor bepaalde tijd in zijn geheel zijn uitgezonderd, wijkt op dit punt de procedure iets af van hoofdstuk 10 van de Beleidsregels UWV. Dit geldt ook voor de domeinbepaling die afwijkt van de vestigingsregel zoals die door UWV wordt gehanteerd.

Het afspiegelingsbeginsel wordt toegepast per categorie uitwisselbare functies op basis van de leeftijdsopbouw binnen de betreffende categorie uitwisselbare functies. Het personeel van de categorie uitwisselbare functies wordt ingedeeld in vijf leeftijdsgroepen, te weten van 15 tot 25 jaar, van 25 tot 35 jaar, van 35 tot 45 jaar, van 45 tot 55 jaar en van 55 jaar en ouder. De verdeling van de ontslagen over de leeftijdsgroepen dient op een zodanige wijze plaats te vinden dat de leeftijdsopbouw binnen de categorie uitwisselbare functies vóór en ná verhoudingsgewijs zoveel mogelijk gelijk blijft. Vervolgens wordt binnen elke leeftijdsgroep de werknemer met het kortste dienstverband als eerste voor herplaatsing voorgedragen.

Afspiegeling is niet aan de orde als een unieke functie (een functie die slechts door één werknemer

wordt bekleed) komt te vervallen. Evenmin is afspiegeling aan de orde bij een categorie uitwisselbare functies die geheel komt te vervallen.

Artikel 4.3 Bedenkingen tegen voorstel In lid 3 staat vermeld dat de ambtenaar zich kan laten bijstaan door een raadsman. Dit kan een jurist zijn van een vakbond of een rechtsbijstandverzekeraar. Het recht op bijstand vloeit voort uit de Algemene wet bestuursrecht. Een raadsman kan ook een adviseur, een vriend, kennis of familielid zijn. Eventuele kosten zijn voor rekening van de ambtenaar.

Artikel 5.1 Werkingssfeer hoofdstuk  Dit hoofdstuk is niet van toepassing op gemeentelijke herindelingen. Dan is de wet Wet Algemene regels herindeling (Ahri) van toepassing is.