Verordening stimuleringsregeling opplussen gemeente Kapelle

Geldend van 01-05-2008 t/m heden

Intitulé

Verordening stimuleringsregeling opplussen gemeente Kapelle

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

A eigenaar:

een natuurlijke persoon die eigenaar is van een woning; voor de toepassing van deze verordening wordt als eigenaar voorts aangemerkt: de erfpachter, de opstaller of de vruchtgebruiker van een woning;

B woning:

een gebouwde onroerende zaak niet zijnde een woonwagen of een standplaats voor een woonwagen, die als zelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 1623a (Boek 7A) Burgerlijk Wetboek door de eigenaar permanent wordt bewoond;

C opplussen:

het treffen van voorzieningen gericht op het beter toegankelijk, beter bruikbaar en veiliger maken van een woning.

Artikel 2 Subsidieplafond

De gemeenteraad stelt jaarlijks een subsidieplafond vast voor het desbetreffende jaar voor op grond van deze verordening te verstrekken subsidies.

Artikel 3 Overschrijding subsidieplafond

Burgemeesters en wethouders kunnen een aanvraag om subsidie die geweigerd kan worden op grond van overschrijding van het subsidieplafond aanmerken als een aanvraag per 1 januari van het opvolgende jaar. Voor de bepaling van de volgorde van deze aanvragen is de volgorde van binnenkomst in het oorspronkelijke jaar van indiening bepalend.

Artikel 4 Verslaglegging

Artikel 4:24 van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing.

Hoofdstuk 2 Opplussen

Artikel 5 Lijst van opplusvoorzieningen

Burgemeester en wethouders stellen een lijst vast van voorzieningen die als opplussen voor subsidie ingevolge deze verordening in aanmerking komen evenals de bij die voorzieningen behorende subsidiebedragen.

Hoofdstuk 3 Subsidie voor opplussen

Artikel 6 Het aanvragen van subsidie

  • 1. Voor het aanvragen van subsidie stellen burgemeester en wethouders een formulier vast.

  • 2. Een aanvraag wordt in tweevoud bij burgemeester en wethouders ingediend.

Artikel 7 Verstrekken van subsidie

  • 1. Burgemeesters en wethouders zijn bevoegd aan de eigenaar-bewoner subsidie te verlenen ter temoetkoming in de kosten van het opplussen.

  • 2. De subsidie wordt verleend voor voorzieningen die zijn opgenomen op de in artikel 5 van deze verordening bedoelde lijst en bedraagt per woning ten hoogste het bedrag gelijk aan de minimaal aan te brengen voorzieningen en de daarbij behorende subsidiebedragen.

  • 3. Burgemeester en wethouders houden bij hun beslissing op grond van het eerste lid rekening met subsidie die op grond van deze verordening of enige andere regeling is of kan worden verleend.

  • 4. Burgemeester en wethouders kunnen aan het verlenen van subsidie voorschriften verbinden.

Artikel 8 Voorwaarden voor subsidie

  • 1. Subsidie wordt slechts verleend indien:

    • a.

      de woning waaraan de voorzieningen als bedoeld in artikel 5 worden getroffen niet binnen twee jaar voor de aanvraag met subsidie op grond van deze verordening is opgeplust;

    • b.

      de aanvraag voor minstens één toegang tot de woning minimaal de volgende voorzieningen bevat:

      • -

        drempel verwijderen;

      • -

        het toegangspad ophogen of het aanbrengen van een hellingbaan of het herbestraten van het toegangspad.

  • 2. Het bepaalde in het eerste lid sub b is niet van toepassing als minstens één toegang tot de woning al is aangepast overeenkomstig het eerste lid sub b van dit artikel.

Artikel 9 Weigering, wijziging of intrekking

  • 1. Subsidieverlening wordt geweigerd indien:

    • a.

      met het treffen van voorzieningen is begonnen voordat ingevolge artikel 13 aangewezen toezichthouders een opname hebben gemaakt van de bestaande situatie van de woning;

    • b.

      de subsidie waarop op grond van deze verordening aanspraak gemaakt kan worden, minder bedraagt dan het bedrag gelijk aan het verwijderen van 5 drempels;

    • c.

      met het treffen van de voorzieningen het belang van de volkshuisvesting in onvoldoende mate wordt gediend.

  • 2. De beschikking tot subsidieverlening en subsidievaststelling kan worden ingetrokken of gewijzigd indien de woning waarvoor subsidie is verleend, wordt vervreemd voordat burgemeester en wethouders hebben ingestemd met de gereedmelding.

Artikel 10 Nadere verplichtingen

De subsidie wordt verleend onder de verplichting dat:

  • a.

    aan de door burgemeester en wethouders met toezicht belaste personen op de door die personen te bepalen tijdstippen:

    • -

      toegang wordt verleend tot de woning;

    • -

      inzage wordt verleend van de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende bescheiden;

    • -

      de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende gegevens worden verstrekt;

    • -

      gelegenheid wordt gegeven tot het controleren van de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende gegevens;

  • b.

    de voorzieningen binnen één jaar na de subsidieverlening zijn voltooid.

Artikel 11 Gereedmelding

  • 1. Terstond na de voltooiing van de werkzaamheden meldt de subsidieaanvrager aan burgemeester en wethouders of aan de aangewezen toezichthouder dat de bedoelde werkzaamheden gereed zijn.

  • 2. De gereedmelding is tevens een aanvraag om definitieve vaststelling van de hoogte van de subsidie.

Artikel 12 Vaststelling definitief subsidie

  • 1. Binnen vier weken na ontvangst van de gereedmelding beslissen burgemeester en wethouders of zij met de gereedmelding instemmen en stellen zij de hoogte van de subsidie definitief vast.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen het nemen van een besluit als bedoeld in het eerste lid eenmaal met vier weken verdagen voor zover de controle op de juistheid van de gegevens daartoe aanleiding geeft.

Hoofdstuk 4 Aanwijzen van toezichthouders

Artikel 13 Aanwijzing toezichthouders

Burgemeester en wethouders wijzen personen aan die zijn belast met het toezicht op de uitvoering van deze verordening.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 14 Hardheidsclausule

Burgemeester en wethouders kunnen de bepalingen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het belang van het opplussen van woningen leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard. Indien van deze bevoegdheid gebruik wordt gemaakt, wordt hiervan tevens mededeling gedaan aan de gemeenteraad.

Artikel 15 Aanhaling en inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als Stimuleringsregeling opplussen gemeente Kapelle.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag volgend op die van haar bekendmaking.