Regeling vervallen per 31-12-2018

Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting ter zake van kabels en leidingen 2018

Geldend van 30-12-2017 t/m 30-12-2018

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting ter zake van kabels en leidingen 2018

De raad van de gemeente Kollumerland c.a;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 21 november 2017 nr…;

gelet op artikel 228 van de Gemeentewet;

besluit

vast te stellen de volgende verordening:

‘Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting ter zake van kabels en leidingen 2018’

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    maand: een kalendermaand;

  • b.

    vergunning: een door het gemeentebestuur verleende en in een gemeentelijke registratie opgenomen toestemming op grond waarvan een (rechts-)persoon een of meer voorwerpen onder, op of boven voor openbare dienst bestemde gemeentegrond mag hebben;

  • c.

    kabels en leidingen: kabels, leidingen en buizen of daarmee gelijk te stellen voorwerpen bedoeld voor het transport van energie of andere materialen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van kabels en leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1. De precariobelasting wordt geheven van degene die de kabels en leidingen onder, op of boven voor openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel degene ten behoeve van wie de kabels en leidingen onder, op of boven voor openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.

  • 2. In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt, indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van de kabels en leidingen onder, op of boven voor openbare dienst bestemde gemeentegrond, degene aan wie de vergunning is verleend of diens rechtsopvolger aangemerkt als degene bedoeld in het eerste lid, tenzij blijkt dat hij niet de kabels en leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft.

Artikel 4 Vrijstellingen

De precariobelasting wordt niet geheven ter zake van het hebben van:

  • a.

    kabels en leidingen, indien de gemeente ter zake van het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond waarop de kabels en leidingen zich bevinden een recht heft op grond van artikel 229, eerste lid, onderdeel a, van de Gemeentewet, dan wel een privaatrechtelijke vergoeding is overeengekomen;

  • b.

    kabels en leidingen, waarvan de gemeente genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is, met uitzondering van kabels en leidingen die in gebruik zijn bij een derde;

  • c.

    kabels en leidingen, welke op grond van een wettelijk voorschrift, een overeenkomst of anderszins rechtens moeten worden gedoogd;

  • d.

    buizen in de grond ten behoeve van de inzameling, het transport en de lozing van afvalwater, hemelwater, grondwater en oppervlaktewater.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

Het tarief bedraagt voor het hebben van kabels, leidingen en buizen, per strekkende meter:

€ 2,50 per jaar met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde.

Artikel 6 Berekening van de precariobelasting

Voor de berekening van de precariobelasting wordt een gedeelte van een strekkende meter als een volledige strekkende meter aangemerkt.

Artikel 7 Belastingtijdvak

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de precariobelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt van € 50,00.

  • 4. Belastingbedragen van minder dan € 50,00 worden niet ingevorderd.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, en de tweede termijn een maand later.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van precariobelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.

Artikel 13 Inwerkingtreding, overgangsbepaling, datum ingang heffing en citeertitel

  • 1

    De Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting ter zake van kabels en leidingen vastgesteld bij raadsbesluit van 18 juni 2015, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde blijft, indien de datum van inwerkingtreding van de verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover terzake daarvan de heffing van precariobelasting ter zake van kabels en leidingen in die periode plaatsvindt.

  • 4

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

  • 5

    Deze verordening kan worden wordt aangehaald als `Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting ter zake van kabels en leidingen 2018’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2017.
De griffier,
T.Toren
De burgemeester,
B.Bilker