Regeling vervallen per 03-02-2011

Algemene subsidieverordening Kollumerland c.a.

Geldend van 01-01-2002 t/m 02-02-2011

Intitulé

Algemene subsidieverordening Kollumerland c.a.

De gemeenteraad van de gemeente Kollumerland c.a.,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 november 2001;

gelet op titels 4.1 en 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

gelet op art. 149 Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING KOLLUMERLAND C.A.

1. ALGEMEEN GEDEELTE

1.1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

gemeente

gemeente Kollumerland c.a.

de raad

de gemeenteraad van de gemeente Kollumerland c.a.

burgemeester en wethouders

het college van burgemeester en wethouders van Kollumerland c.a.

instelling

een organisatie die rechtspersoonlijkheid bezit en die zich ten doel stelt zonder winstoogmerk activiteiten te verrichten ten behoeve van de bevolking van Kollumerland c.a.

activiteitenplan

een overzicht van de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd met daarin de daarvoor benodigde personele en materiële middelen en de daarmee nagestreefde doelen.

jaarprogramma

een besluit van de gemeenteraad waarin het overzicht van activiteiten op het terrein van een bepaalde sector voor een jaar is opgenomen.

Awb

Algemene wet bestuursrecht.

budgetsubsidies

de voor een boekjaar of een bepaald aantal boekjaren verstrekte subsidie aan rechtspersonen met volledige rechtsbevoegdheid waarbij de subsidie-aanvrager een bedrag krijgt toegewezen om tevoren overeengekomen activiteiten te realiseren

Artikel 2 Reikwijdte

  • 1. Deze verordening is van toepassing op het verstrekken van subsidies voor door instellingen ondernomen activiteiten die het belang van de gemeente en/of inwoners dienen.

  • 2. In voorkomende gevallen kunnen burgemeester en wethouders beslissen dat deze verordening eveneens van toepassing is op het verstrekken van subsidies voor door natuurlijke personen ondernomen activiteiten die het belang van de gemeente en/of inwoners dienen.

  • 3. De in lid 1 en 2 genoemde activiteiten kunnen betrekking hebben op de volgende beleidsterreinen:

    • a.

      algemeen bestuur

    • b.

      openbare orde en veiligheid

    • c.

      verkeer en vervoer

    • d.

      cultuur en onderwijs

    • e.

      sport en recreatie

    • f.

      maatschappelijke dienstverlening, sociale voorzieningen en gezondheidszorg

    • g.

      ruimtelijke ordening, milieu en volkshuisvesting.

  • 4. Op welke onderdelen van de beleidsterreinen activiteiten voor subsidie in aanmerking kunnen komen, wordt nader bepaald in de (bijlage bij de) gemeentebegroting of in een sectorplan.

Artikel 3 Deelverordeningen

  • 1. De raad kan deelverordeningen vaststellen waarin nadere uitwerking plaatsvindt met betrekking tot de grondslagen voor de verstrekking en berekening van subsidies op de in artikel 2 genoemde beleidsterreinen.

  • 2. Het in deze verordening bepaalde is niet van toepassing indien in een deelverordening anders is voorzien.

Artikel 4 Nadere regels

Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van deze verordening of eventuele deelverordeningen nadere regels vaststellen.

2. SUBSIDIEVERSTREKKING

2.1 Subsidieplafond

Artikel 5 Vaststelling

De raad stelt jaarlijks een bedrag vast dat maximaal beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies voor de in artikel 2 genoemde beleidsterreinen of activiteiten.

Artikel 6 Verdeling

De wijze van verdeling van het beschikbare bedrag wordt in de (bijlage bij de) gemeentebegroting of in een jaarprogramma bepaald.

2.2 Weigeringsgronden

Artikel 7 Aanvullende weigeringsgronden

De subsidieverstrekking kan naast de in artikel 4:25 en artikel 4:35 van de Awb genoemde gevallen worden geweigerd indien gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat:

  • a.

    de activiteiten van de aanvrager niet gericht zullen zijn op de gemeente of niet aanwijsbaar ten goede komen aan ingezetenen van de gemeente;

  • b.

    de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld;

  • c.

    de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde;

  • d.

    de aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken;

  • e.

    de subsidieverstrekking niet past binnen het beleid van de gemeente.

2.3 Aanvraag tot subsidieverlening

Artikel 8 Indieningstermijn

  • 1. Een subsidieaanvraag wordt schriftelijk bij het college van burgemeester en wethouders ingediend uiterlijk voor 1 april voorafgaande aan het jaar waarop de activiteiten betrekking hebben of een aanvang nemen.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen in uitzonderlijke gevallen bepalen dat een te laat ingediende aanvraag toch in behandeling wordt genomen.

  • 3. De aanvraag bevat in ieder geval:

    • a.

      de in artikel 4:2 Algemene wet bestuursrecht genoemde gegevens

    • b.

      de laatst opgestelde en vastgestelde begroting

    • c.

      een activiteitenplan

2.4 Beschikking tot subsidieverlening

Artikel 9 Beslissingstermijn

Burgemeester en wethouders beschikken binnen 4 weken na vaststelling van de gemeentebegroting.

Artikel 10 Doelgebonden verplichtingen

Burgemeester en wethouders kunnen bij de subsidieverlening verplichtingen opleggen die strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie.

Artikel 11 Voorschotten

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen de subsidieontvanger bij de beschikking tot subsidieverlening voorschotten verlenen.

  • 2.

    Het voorschot wordt uiterlijk 13 weken na de beschikking genoemd in lid 1 betaald.

2.5 Vermogensvorming

Artikel 12 Vergoedingen

  • 1.

    In de gevallen bedoeld in artikel 4.41 lid 2 Algemene wet bestuursrecht is de subsidieontvanger aan burgemeester en wethouders een vergoeding van de vermogenswaarden verschuldigd.

  • 2.

    De wijze waarop de hoogte van de vergoeding wordt bepaald, wordt vermeld in de beschikking tot subsidieverlening.

2.6 Intrekking/wijziging subsidieverlening

Artikel 13 Andere dan de in artikel 4:50 Awb geregelde gevallen

Naast de in artikel 4:50 Awb genoemde gevallen kunnen burgemeester en wethouders de subsidieverlening met inachtneming van een redelijke termijn tevens intrekken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen wanneer niet meer aan de criteria voor subsidieverstrekking wordt voldaan.

2.7 Aanvraag tot subsidievaststelling

Artikel 14 Indieningstermijn

  • 1. Uiterlijk binnen 13 weken na afloop van het tijdvak of beëindiging van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, dient de subsidieontvanger bij het college van burgemeester en wethouders een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen in uitzonderlijke gevallen bepalen dat een te laat ingediende aanvraag toch in behandeling wordt genomen.

  • 3. De aanvraag bevat in ieder geval:

    • a.

      de in artikel 4:2 Algemene wet bestuursrecht genoemde gegevens

    • b.

      de laatst opgestelde en vastgestelde begroting en jaarrekening

    • c.

      een accountantsverklaring met betrekking tot de jaarrekening en de uitvoering van het desbetreffende activiteitenplan

2.8 Beschikking tot subsidievaststelling

Artikel 15 Beslissingstermijn

Burgemeester en wethouders beschikken binnen 6 weken na ontvangst van de in artikel 14 bedoelde aanvraag over de vaststelling.

2.9 Betaling

Artikel 16 Termijn

Het subsidiebedrag wordt binnen 6 weken na de subsidievaststelling betaald.

3. SUBSIDIES PER BOEKJAAR

3.1 Budgetsubsidiëring

Artikel 17 Standaardregeling budgetsubsidies

  • 1. Budgetsubsidies worden per boekjaar verstrekt.

  • 2. Op budgetsubsidies is afdeling 4.2.8 Awb van toepassing.

3.2 Aanvraag subsidieverlening

Artikel 18 Indieningstermijn

  • 1. De aanvraag tot subsidieverlening wordt uiterlijk voor 1 april voorafgaande aan het jaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd, ingediend.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen in uitzonderlijke gevallen bepalen dat een te laat ingediende aanvraag toch in behandeling wordt genomen.

Artikel 19 Ontheffing accountantsverklaring bij aanvraag tot subsidieverlening

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 4:64 lid 2 Awb.

3.3 Beschikking tot subsidieverlening

Artikel 20 Beslissingstermijn

Burgemeester en wethouders beschikken binnen 4 weken na vaststelling van de gemeentebegroting.

3.4 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Artikel 21 Toestemming voor bepaalde handelingen

De subsidieontvanger behoeft de toestemming van burgemeester en wethouders voor de handelingen bedoeld in artikel 4:71 lid 1 Awb.

Artikel 22 Egalisatiereserve

De subsidieontvanger vormt een egalisatiereserve van niet meer dan 10% van de laatstelijk verstrekte subsidie. De jaarlijkse toevoeging aan de egalisatiereserve bedraagt niet meer dan 10% van de in dat jaar verstrekte subsidie.

Artikel 3.5 Aanvraag tot subsidievaststelling

Artikel 23 Indieningstermijn

  • 1. De aanvraag tot subsidievaststelling wordt uiterlijk binnen 13 weken na afloop van het boekjaar ingediend.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen in uitzonderlijke gevallen bepalen dat een te laat ingediende aanvraag toch in behandeling wordt genomen.

Artikel 24 Artikel 4:76 Awb van toepassing

Artikel 4:76 is van overeenkomstige toepassing indien de subsidieontvanger zijn inkomsten in overwegende mate ontleent aan de subsidie.

Artikel 25 Vrijstelling van artikel 4:78 Awb

Voor subsidies die een bedrag van € 22.689,-- niet te boven gaan, wordt door burgemeester en wethouders vrijstelling verleend van de verplichtingen bedoeld in artikel 4:78 lid 1 tot en met 4 Awb.

Artikel 26 Onderzoek accountant naar verplichtingen bij aanvraag tot subsidievaststelling

  • 1. Bij het onderzoek bedoeld in artikel 4:47 Awb onderzoekt de accountant tevens de naleving van de aan de subsidie verbonden verplichtingen.

  • 2. Burgemeester en wethouders stellen een aanwijzing over de reikwijdte en de intensiteit van de controle, als bedoeld in artikel 4:79 lid 2 Awb, vast.

3.6 Beschikking tot subsidievaststelling

Artikel 27 Beslissingstermijn

Burgemeester en wethouders beschikken binnen 8 weken na ontvangst van de in artikel 23 bedoelde aanvraag over vaststelling.

4. SLOTBEPALINGEN

Artikel 28 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2002.

Artikel 29 Intrekking

De "Subsidieverordening maatschappelijk en sociaal-cultureel welzijn" wordt ingetrokken per de in artikel 28 genoemde datum.

De subsidieaanvragen, die op basis van de "Subsidieverordening maatschappelijk en cultureel welzijn" zijn toegekend, zullen nog overeenkomstig voornoemde verordening worden vastgesteld en afgerekend.

Artikel 30 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de “Algemene subsidieverordening Kollumerland c.a. ".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 20 december 2001.
, voorzitter
, secretaris