Regeling vervallen per 01-01-2021

Schaderegeling ingravingen Kabels en Leidingen

Geldend van 01-01-2016 t/m 31-12-2020

Intitulé

Schaderegeling ingravingen Kabels en Leidingen

Schaderegeling ingravingenKabels & Leidingen

Inhoudsopgave

  • 1.

    Inleiding3

  • 2.

    Algemeen 3

  • 3.

    Toepassing regeling 3

  • 4.

    Uitgangspunten bij verrekening van herstelkosten3

  • 5.

    Verhalen van overige schade4

  • 6.

    Tarieven 5

  • 7.

    Overige en slotbepalingen6

Januari 2016

SCHADEREGELING INGRAVINGEN

1Inleiding

Door de aanleg, instandhouding en verwijdering van kabels en/of leidingen in en op openbare gronden ontstaat schade aan straatwerk, overige verhardingen of groenvoorzieningen. Die schade moet worden hersteld en de herstelkosten komen altijd voor rekening van de leidingexploitant/ vergunninghouder.

In deze Schaderegeling ingravingen zijn (onder andere) de voorwaarden en tarieven vastgelegd met betrekking tot de wijze van verrekening van de herstelkosten van straatwerk, asfaltherstel, herstel van natuursteenverhardingen (sierbestrating) en groenvoorzieningen.

Vaak zal dat gaan om werkzaamheden waarbij een vergunning / instemming van de gemeente is vereist op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening, de Telecommunicatie Verordening of de Leidingenverordening.

Voor ingravingen waarbij met een melding kan worden volstaan, wordt ook een schadevergoeding in rekening gebracht.

2 Algemeen

De begripsbepalingen van de Leidingenverordening en de Telecommunicatieverordening zijn op deze Schaderegeling ingravingen van toepassing.

Alle technische en procedurele aspecten die verband houden met voorbereiding en uitvoering bij het ontwerp, aanleg, onderhoud, verlegging en verwijdering van kabels en/of leidingen zijn opgenomen in het Handboek Kabels & Leidingen.

3 Toepassen regeling

Deze regeling is van toepassing op alle werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en verwijdering van kabels en/of leidingen in de openbare grond van de gemeenten Binnenmaas, Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland en Strijen. De genoemde gemeenten liggen in de Hoeksche Waard. Deze Schaderegeling geldt voor alle gemeenten in de Hoeksche Waard.

4 Uitgangspunten bij verrekening van herstelkosten (de kern van de

regeling)

Behoudens de hieronder genoemde uitzonderingen stellen de gemeenten in de Hoeksche Waard de leidingexploitant/vergunninghouder in de gelegenheid de verhardingen en het openbaar groen ten gevolge van de aanleg , instandhouding en verwijdering van kabels en/of leidingen zelf te herstellen. De leidingexploitant/vergunninghouder verzorgt de uitvoering van het tijdelijke en definitieve herstel van de verhardingen en/of groen. Omdat bij straatwerk en openbaar groen al op voorhand bekend is dat er ook bij goed herstel van de verharding of openbaar groen toch sprake is van kwaliteits-achteruitgang wordt er, na het herstel een schadevergoeding door de gemeente in rekening gebracht. Dit voor het feit dat de weg “minder waard” is geworden en het groot onderhoud eerder moet plaatsvinden dan zonder ingravingen het geval zou zijn geweest. Deze beheer-en degeneratiekosten worden berekend volgens de vigerende tarieven, zie artikel 6.

Indien herstel niet tijdig plaatsvindt, onvoldoende is of uitblijft kunnen de gemeenten in de Hoeksche Waard het herstel ,na voorafgaande communicatie, laten verrichten door een door de gemeente geselecteerde aannemer. De kosten hiervan worden vervolgens aan de leidingexploitant/vergunninghouder doorberekend.

Hieronder is per categorie aangegeven wat de uitzonderingen op het bovenstaande zijn:

  • ·

    Herstel van reguliere elementenverhardingen:

    Geen uitzonderingen.

    Onderhoudstermijn na oplevering bedraagt 6 maanden. Binnen deze termijn dient de

    vergunninghouder/leidingexploitant verzakkingen op eigen kosten te herstellen.

  • ·

    Herstel van asfaltverhardingen:

Bij ingraving in asfalt wordt, na verdichting van de sleuf en herstel van de fundering de sleuf

tijdelijk dicht gestraat door of namens de leidingexploitant/vergunninghouder.

Onderhoudstermijn na oplevering bedraagt 6 maanden. Binnen deze termijn dient de

leidingexploitant/vergunninghouder verzakkingen op eigen kosten te herstellen.

Na een inklinkperiode van een half jaar herstelt de gemeente, binnen een termijn van 1 jaar,

de sleuf in asfalt inclusief alle nodige markeringen e.d.. De kosten worden vervolgens in

rekening gebracht bij de leidingexploitant/vergunninghouder.

·Herstelvan natuursteenverharding of sierbestrating:

Het opnemen en herstellen van natuursteenbestrating en sierbestrating is specialistisch werk

en moet worden uitgevoerd door een door de gemeente aan te wijzen aannemer. De uitvoeringskosten hiervan zijn voor rekening van de leidingexploitant/vergunninghouder.

Offerteaanvraag en opdrachtverstrekking aan deze aannemer wordt door de aanvrager gecoördineerd.

·Herstel van groenvoorzieningen:

Wanneer er toestemming is verleend voor een tracé door een groenstrook, moet de leidingexploitant/vergunninghouder de beplanting, in overleg met de toezichthouder groen, verwijderen.

Ook het herstel van bermen en gazons voor wat betreft het vlak maken van de bodem en het steenvrij maken moet uitgevoerd worden door de leidingexploitant/vergunninghouder.

De gemeente verzorgt de herplant van de beplanting (bomen, planten, struiken) en inzaaien met gras. De kosten worden vervolgens in rekening gebracht bij de leidingexploitant/ vergunninghouder.

5 Verhalen van overige schade

Niet alle schades die de gemeenten als gevolg van kabel en/of leidingwerkzaamheden ondervindt kunnen door de vooraf vastgestelde schadehersteltarieven worden gedekt.

Dit is het geval bij:

·Schade bij groenwerkzaamheden.

Dit is aan de orde in de volgende situaties:

  • -

    Werkzaamheden waarbij de overlevingskans van de aanwezige beplanting gering is en dus moet worden vervangen.

  • -

    Werkzaamheden waarbij dicht in de buurt van bomen moet worden gewerkt.

  • -

    Aantasting (ecologische) kwaliteit groeiplaats.

In deze gevallen zullen al voor het verstrekken van de vergunning/instemming specifieke afspraken worden vastgelegd.

De leidingexploitant/vergunninghouder is gedurende een jaar verantwoordelijk voor het voortbestaan van bomen waar hij met toestemming binnen de kroonprojectie heeft gegraven. De boom dient na een jaar in vergelijkbare conditie te zijn als voordat de werkzaamheden uitgevoerd zijn. Als dit niet het geval is zal de gemeente in samenspraak met de leidingexploitant/vergunninghouder de boom vervangen voor een qua soort en omvang vergelijkbare boom. De kosten worden vervolgens aan de leidingexploitant/ vergunninghouder doorberekend.

De schade aan bomen wordt achteraf vastgesteld op basis van de methode Raad of Richtlijnen NVTB (Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen). De leidingexploitant/ vergunninghouder wordt, conform het civiele aansprakelijkheidsrecht, aansprakelijk gesteld voor de schade. Het totale schadebedrag wordt opgebouwd uit de getaxeerde schade inclusief taxatiekosten, beredderingskosten en overige kosten bijkomende kosten zoals het verhalen van de schade.

·Schade die ontstaat buiten de sleuf.

Als gevolg van werkzaamheden kan er ook schade ontstaan buiten de sleuf (aan materialen, lantaarnpalen, verkeerslichten, geparkeerde auto’s, ed). Zover het gemeentelijke eigendommen betreft zal de gemeente deze schade gaan verhalen op de leidingexploitant/vergunninghouder, conform het civiele aansprakelijkheidsrecht.

Afhankelijk van de specifieke situatie kan het wenselijk zijn dat er voorafgaand aan de werkzaamheden een gezamenlijke, schouw en vastlegging hiervan plaatsvindt. Ontstane schades zullen zoveel mogelijk door de toezichthouder samen met veroorzaker worden vastgelegd; in een schaderapport en op foto.

·Verborgen gebreken.

Het kan voorkomen dat er na oplevering en goedkeuring van hersteld straatwerk, sprake is van verzakking welke buiten proportioneel is en daarmee gevaar oplevert voor de weggebruiker. Als grenswaarde voor ‘buiten proportioneel’ wordt aangehouden een dwarsonvlakheid van 30 mm of meer, of van 15 – 30 mm over een lengte 16 m1 per 100 m1, welke zich binnen een jaar na het eerste herstel voordoet. In dergelijke gevallen zal de leidingexploitant/vergunninghouder in staat gesteld worden de verharding opnieuw te herstellen. Hierbij wordt alleen die schade in ogenschouw genomen welke het gevolg is van de uitgevoerde werkzaamheden.

Indien herstel niet tijdig plaatsvindt, onvoldoende is of uitblijft kan de gemeente het herstel laten verrichten door een door de gemeente geselecteerde aannemer. De kosten inclusief voorbereidingskosten worden vervolgens aan de leidingexploitant/vergunninghouder doorberekend.

6 Tarieven

Legeskosten

De legeskosten voor toestemming/instemming/vergunning zijn te raadplegen op de website van de betreffende gemeente.

Werkterrein

Voor het aanvragen van een werkterrein/depot en/of het plaatsen van keten en materiaalcontainers moet een APV-vergunning (voorwerpen op of aan de openbare weg) aangevraagd worden. Aan deze vergunning zijn leges verbonden en zijn voor kosten van de aanvrager. De hoogte van de leges zijn te raadplegen op de website van de desbetreffende gemeente.

Indien betaald- en vergunningparkeren van toepassing is, geldt dat er bij werkzaamheden in dit gebied de aannemer voor het parkeren een parkeervergunning dient aan te vragen via de betreffende gemeente. De parkeerkosten zijn voor de aanvrager.

Wegafsluitingen

Voor wegafsluitingen dient vergunning aangevraagd te worden. Aan deze vergunning zijn leges verbonden en zijn voor kosten van de aanvrager. De hoogte van de leges zijn te raadplegen op de website van de desbetreffende gemeente.

Herstelkosten

De beheer- en degeneratiekosten worden berekend volgens de VNG richtlijn “Tarieven graafwerkzaamheden Telecom” en de daarbij behorende “Tarieven (her)straatwerkzaamheden kabels- en/of leidingwerken”. Voor de gemeente in de Hoeksche Waard wordt het tarief:

B1 (herstel en onderhoud door de grondroerder) gehanteerd.

Deze tarieven worden voor alle leidingexploitanten/vergunninghouders gehanteerd en worden jaarlijks vastgesteld door de VNG. (zie link: VNG Straatwerkbon.xls)

In afwijking van het VNG model hanteren de gemeenten in de Hoeksche Waard de volgende uitgangspunten:

  • ·

    Voor de verrekening van elementenverharding wordt er standaard gerekend met een minimale sleufbreedte van 0,60 m.

  • ·

    Voor de verrekening van groenvoorzieningen wordt er standaard gerekend met een minimale sleufbreedte 0,50 m.

  • ·

    Voor de verrekening van asfaltverhardingen worden de werkelijke kosten doorberekend inclusief voorbereidingskosten.

  • ·

    Voor de bodemgesteldheid geldt voor de Hoeksche Waardse gemeenten categorie 4. Dit is het uitgangspunt bij het invullen van de VNG-straatwerkbonnen voor alle gemeenten in de Hoeksche Waard.

7 Overige en slotbepalingen

Deze regeling is niet van toepassing op het gemeentelijk rioleringsnet.

vastgesteld op: treedt in werking op:

Binnenmaas: 27-10-2015 1-1-2016

Cromstrijen: 03-11-2015 1-1-2016

Korendijk: 03-11-2015 1-1-2016

Oud Beijerland: 03-11-2015 1-1-2016

Strijen: 13-10-2015 1-1-2016