Regeling vervallen per 09-05-2018

Algemeen verbindend voorschrift van de gemeenteraad van de gemeente Krimpen aan den IJssel houdende regels voor de raadscommissies Verordening op de raadscommissies 2015

Geldend van 18-08-2016 t/m 08-05-2018

Intitulé

Verordening op de raadscommissies 2015

De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel;

Gelezen het voorstel van het presidium d.d. 8 januari 2015

besluit:

Vast te stellen:

Verordening op de raadscommissies 2015

Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    lid: lid of buitengewoon lid van een raadscommissie;

  • b.

    voorzitter: voorzitter van een raadscommissie of diens vervanger;

  • c.

    commissiegriffier: secretaris van een raadscommissie of diens vervanger;

  • d.

    griffier: griffier van de raad of diens vervanger;

  • e.

    vergadering: vergadering van een raadscommissie;

  • f.

    secretaris: gemeentesecretaris.

Hoofdstuk 2: Instelling, taken en samenstelling

Artikel 2 Instelling raadscommissies

  • 1. De raad stelt de volgende raadscommissies in:

    • a.

      de informatieve commissie;

    • b.

      de besluitvoorbereidende commissie;

  • 2. De informatiecommissie heeft als doel om informatie te vergaren over alle onderwerpen die de gemeenteraad betreffen ter voorbereiding op (latere) besluitvorming;

  • 3. De besluitvoorbereidende commissie heeft als doel om te overleggen en adviseren over alle onderwerpen die de gemeenteraad betreffen.

Artikel 3 Taken

Een raadscommissie heeft de volgende taken:

  • a.

    het uitbrengen van advies aan de raad over een voorstel of onderwerp dat betrekking heeft op een onderwerp wat de gemeenteraad betreft;

  • b.

    het uitbrengen van advies aan de raad uit eigener beweging;

  • c.

    voeren van overleg met het college, de burgemeester, adviseur(s) van het college en/of de burgemeester en betrokken of geïnteresseerde burgers of organisaties.

Artikel 4 Samenstelling

  • 1. Alle raads- en burgerleden zijn lid van de commissies zoals genoemd in artikel 2.1a en 2.1b;

  • 2. Er is geen vaste vertegenwoordiging in raadscommissies; de fracties bepalen zelf door welke fractieleden zij vertegenwoordigd worden. Dit kan per vergadering of desgewenst per agendapunt verschillen;

  • 3. Per agendapunt zijn er maximaal twee commissieleden woordvoerders per fractie;

  • 4. Een lid kan zowel raadslid als niet-raadslid zijn. De artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op een lid van een raadscommissie. De in het eerste lid genoemde leden dienen daarnaast tijdens de laatste verkiezingen van de raad geplaatst te zijn op de kandidatenlijst van de betreffende fractie;

  • 5. Indien de fractie vertegenwoordigt wordt door een persoon, niet-zijnde raadslid, adviseert deze in de raadscommissie onder verantwoordelijkheid van de raadsfractie waarvoor hij zitting heeft in de commissie.

Artikel 5 Voorzitter

  • 1. De leden van het presidium kiezen uit hun midden de voorzitter;

  • 2. Het voorzitterschap van de raadscommissies rouleert tussen de leden van het presidium;

  • 3. De voorzitter van de raad kan niet tot voorzitter van een raadscommissie worden gekozen;

  • 4. De voorzitter is geen lid van de raadscommissie;

  • 5. De voorzitter is belast met:

    • a.

      het leiden van de vergadering;

    • b.

      het handhaven van de orde;

    • c.

      het doen naleven van deze verordening;

    • d.

      hetgeen deze verordening hem verder opdraagt.

Artikel 6 Zittingsduur

  • 1. De zittingsperiode van leden en voorzitters eindigt in ieder geval aan het einde van de zittingsperiode van de raad;

  • 2. Een lid houdt op lid te zijn van een raadscommissie indien hij niet meer voldoet aan de in artikel 4, vierde lid, gestelde eisen.

Artikel 7 Griffier en commissiesecretaris

  • 1. Ter ondersteuning van iedere raadscommissie fungeert een medewerker van de griffie als commissiesecretaris;

  • 2. De commissiesecretaris is in iedere vergadering aanwezig;

  • 3. Bij zijn verhindering of afwezigheid wordt hij vervangen door een daartoe door de raad aangewezen medewerker;

  • 4. De griffier kan in iedere vergadering aanwezig zijn.

Hoofdstuk 3: Aanwezigheid burgemeester, wethouders en secretaris

Artikel 8 Aanwezigheid burgemeester, wethouders en secretaris

  • 1. Het presidium kan de burgemeester en één of meer wethouders en de secretaris uitnodigen in de vergadering aanwezig te zijn en aan de beraadslagingen deel te nemen;

  • 2. De burgemeester en de wethouders kunnen zich in de vergadering laten bijstaan door medewerkers;

  • 3. De burgemeester en wethouders hebben te allen tijde toegang tot de vergadering.

Hoofdstuk 4: Vergaderingen

Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen en voorbereidingen

Artikel 9 Vergaderfrequentie

  • 1. In de regel vinden de vergaderingen van de raadscommissies plaats volgens een jaarlijks door het presidium vast te stellen vergaderschema (in beginsel op donderdag), vangen aan om 20.00 uur en vinden plaats in het raadhuis;

  • 2. Een raadscommissie vergadert voorts indien het presidium het nodig oordeelt of indien tenminste twee fracties schriftelijk met opgaaf van redenen daarom verzoeken;

  • 3. Het presidium kan in bijzondere gevallen een andere dag of aanvangsuur bepalen of een andere vergaderplaats aanwijzen, en voert hierover overleg met de griffier;

  • 4. De vergaderingen van de raadscommissies duren in de regel tot uiterlijk 23.00 uur. Indien een half uur voor dit tijdstip blijkt dat er meer tijd nodig is om de geagendeerde onderwerpen te behandelen, legt de voorzitter aan de vergadering de vraag voor om de resterende agendapunten door te schuiven naar de eerstvolgende vergadering, of de vergadering na 23.00 uur voort te zetten.

Artikel 10 Oproep

  • 1. Het presidium zendt ten minste zeven dagen voor een vergadering de leden een schriftelijke oproep onder vermelding van de dag, het tijdstip en de plaats van de vergadering;

  • 2. De voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde stukken, worden tegelijkertijd met de schriftelijke oproep aan de leden verzonden;

  • 3. Indien een aanvullende agenda wordt vastgesteld als bedoeld in artikel 11, tweede lid, worden deze agenda en de daarop vermelde voorstellen of onderwerpen zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden;

  • 4. Onder schriftelijke oproep wordt mede verstaan een digitaal bericht waarin de leden van de commissies opgeroepen worden.

Artikel 11 De agenda

  • 1. Voordat de schriftelijke oproep wordt verzonden, stelt het presidium de agenda van de vergadering voorlopig vast;

  • 2. In spoedeisende gevallen kan de beoogde voorzitter na het verzenden van de schriftelijke oproep tot uiterlijk 48 uur voor de aanvang van een vergadering een aanvullende agenda opstellen;

  • 3. Bij aanvang van de vergadering stelt de raadscommissie de agenda vast. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren;

  • 4. Wanneer de raadscommissie een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraadslaging voorbereid acht, kan zij aan het college of de burgemeester nadere inlichtingen of advies vragen. Het presidium bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt;

  • 5. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.

Artikel 12 Ter inzage leggen van stukken

  • 1. Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder op het raadhuis ter inzage gelegd. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving;

  • 2. Een origineel van een ter inzage gelegd stuk wordt niet buiten het raadhuis gebracht;

  • 3. Indien voor stukken op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de griffier en verleent de griffier een lid inzage.

Artikel 13 Openbare kennisgeving

  • 1. De vergadering wordt tegelijkertijd met de schriftelijke oproep door aankondiging in één of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen, in het gemeentelijk informatieblad of op de voor afkondigingen in de gemeente gebruikelijke wijze en door plaatsing op de gemeentelijke website openbaar gemaakt;

  • 2. De openbare kennisgeving vermeldt:

    • a.

      de datum, aanvangstijd en plaats van de vergadering;

    • b.

      de wijze(n) waarop en de plaats(en) waar een ieder de agenda en de daarbij behorende stukken kan inzien;

    • c.

      de mogelijkheid tot meespreken en het uitoefenen van het spreekrecht als bedoeld in artikel 16;

  • 3. De bij de voorlopige agenda behorende stukken worden, indien digitaal beschikbaar, op de website van de gemeente geplaatst.

Paragraaf 2 Orde der vergadering

Artikel 14 Presentielijst

Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid onmiddellijk de presentielijst. Aan het einde van de vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de commissiegriffier door ondertekening vastgesteld.

Artikel 15 Opening vergadering en quorum

  • 1. De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien minimaal zeven personen uit vijf verschillende fracties aanwezig zijn;

  • 2. Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter onder verwijzing naar dit artikel, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de schriftelijke oproep is gelegen;

  • 3. Op de vergadering, bedoeld in het tweede lid, is het eerste lid niet van toepassing. De raadscommissie kan echter over andere aangelegenheden alleen beraadslagen indien blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal minimaal zitting hebbende leden aanwezig is.

Artikel 16 Meespreken en spreekrecht burgers

  • 1. Burgers, betrokkenen en geïnteresseerden kunnen meespreken over de op de geagendeerde onderwerpen tijdens de informatieve commissie;

    • a)

      Er kan niet worden meegesproken over onderwerpen die niet op de agenda van de informatiecommissie staan;

    • b)

      De orde van de vergadering van de informatieve commissie wordt bepaald door de voorzitter; meesprekers dienen zich te houden aan de aanwijzingen en beslissingen van de voorzitter;

  • 2. Tijdens de besluitvoorbereidende commissie kunnen aanwezige burgers, betrokkenen of andere geïnteresseerden gebruik maken van het spreekrecht;

    • a)

      Direct na de opening van de vergadering kan het woord gevoerd worden over niet-geagendeerde onderwerpen;

    • b)

      Over geagendeerde onderwerpen kan bij de behandeling van het agendapunt het woord worden gevoerd;

    • c)

      De totale beschikbare spreektijd bedraagt 30 minuten. Zij die zich als spreker hebben aangemeld, verkrijgen van de voorzitter maximaal 5 minuten het woord. Indien zich meer dan zes sprekers hebben aangemeld, wordt de beschikbare spreektijd evenredig over hen verdeeld. De voorzitter kan in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd;

    • d)

      Het woord kan niet gevoerd worden over:

      • i

        een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft opengestaan;

      • ii

        benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

      • iii

        een gedraging waarover een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend;

    • e)

      Degene, die van het spreekrecht als bedoeld in dit lid gebruik wil maken, meldt dit ten minste 48 uur voor de aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren;

    • f)

      De voorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering;

    • g)

      De spreker voert het woord, nadat de voorzitter hem dit heeft verleend. De voorzitter kan de deelnemers aan de commissievergadering toestaan aan insprekers een korte, verhelderende vraag te stellen. Er vindt geen discussie plaats tussen een inspreker en deelnemers van de vergadering;

    • h)

      De voorzitter of een lid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de burger.

Artikel 17 Besluitenlijst en afsprakenlijst

  • 1. Naar aanleiding van de vergadering van de informatieve commissie wordt een afsprakenlijst gemaakt;

    • a)

      De ontwerpafsprakenlijst van de voorgaande vergadering wordt digitaal beschikbaar gesteld via de gemeentelijke website;

    • b

      Bij het begin van de vergadering wordt de afsprakenlijst van de vorige vergadering vastgesteld;

  • 2. Van de vergadering van de besluitvoorbereidende commissie worden geluidsopnames gemaakt. Tevens wordt een besluitenlijst opgesteld;

    • a)

      De ontwerpbesluitenlijst van de voorgaande vergadering wordt digitaal beschikbaar gesteld via de gemeentelijke website;

    • b)

      Bij het begin van de vergadering wordt de besluitenlijst van de vorige vergadering vastgesteld;

    • c)

      De leden, de voorzitter, de burgemeester en de wethouders hebben het recht een voorstel tot wijziging van de besluitenlijst aan de raadscommissie te doen, indien deze onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft hetgeen besloten is. Een voorstel tot verandering dient schriftelijk voor de vaststelling van de besluitenlijst bij de commissiegriffier te worden ingediend;

    • d)

      De besluitenlijst moet inhouden:

      • i.

        de namen van de voorzitter, de griffier, de commissiegriffier, de burgemeester en de wethouders, de secretaris en de ter vergadering aanwezige leden, allen voor zover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben;

      • ii.

        een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

      • iii.

        een samenvatting van het advies aan de raad onder vermelding van de namen van de leden die mededeling hebben gedaan van hun eventuele afkeuring, en met aantekening van de namen van de leden die zich niet uitgelaten hebben;

      • iv.

        bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 25 door de raadscommissie is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen;

    • e)

      De besluitenlijst wordt opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de griffier;

    • f)

      De geluidsdrager van het verhandelde in een vergadering wordt in opdracht van de gemeente in een archief bewaard en wordt digitaal beschikbaar gesteld.

Artikel 18 Spreekregels

  • 1. Een lid, de voorzitter, de burgemeester, een wethouder en de secretaris spreken vanaf hun plaats of van de spreekplaats en richten zich tot de voorzitter;

  • 2. Bij bijzondere gelegenheden kan de voorzitter bepalen dat de in het eerste lid genoemde personen vanaf een andere plaats spreken.

Artikel 19 Volgorde sprekers

  • 1. Een lid, de burgemeester, een wethouder of de secretaris, voeren het woord na het aan de voorzitter gevraagd en van hem verkregen te hebben;

  • 2. De volgorde van sprekers kan worden gewijzigd, wanneer het woord wordt gevraagd over de orde van de vergadering.

Artikel 20 Aantal spreektermijnen

  • 1. De beraadslaging over een onderwerp of voorstel geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist;

  • 2. Elke spreektermijn wordt door de voorzitter afgesloten;

  • 3. Een lid mag in een termijn niet meer dan één maal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel tenzij de voorzitter het lid een interruptie toestaat;

  • 4. Bij de bepaling hoeveel malen een lid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 21 Spreektijd

Een lid kan een voorstel doen over de spreektijd van de leden.

Artikel 22 Voorstellen van orde

  • 1. De voorzitter en ieder lid kunnen tijdens de vergadering mondeling een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht;

  • 2. Een voorstel van orde kan uitsluitend de orde van de vergadering betreffen;

  • 3. Over een voorstel van orde beslist de raadscommissie terstond.

Artikel 23 Handhaving orde; schorsing

  • 1. Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij:

    • a.

      de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van deze verordening te herinneren;

    • b.

      een lid hem interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden;

  • 2. Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen;

  • 3. De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord - de vergadering sluiten;

  • 4. De voorzitter kan een raadscommissie voorstellen aan een lid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

Artikel 24 Beraadslaging

  • 1. De raadscommissie kan op voorstel van de voorzitter of een lid beslissen over één of meer onderdelen van een onderwerp of voorstel afzonderlijk te beraadslagen;

  • 2. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie beslissen de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.

Artikel 25 Deelname aan de beraadslaging door anderen

  • 1. De raadscommissie kan bepalen dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging;

  • 2. Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of een lid genomen alvorens met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt een aanvang wordt genomen.

Artikel 26 Advies

  • 1. Wanneer de voorzitter vaststelt, dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, sluit hij de beraadslaging, tenzij de raadscommissie anders beslist;

  • 2. Nadat de beraadslaging is gesloten, beslist de raadscommissie of er een advies aan de raad wordt uitgebracht;

  • 3. Indien de raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt beslissen de leden op voorstel van de voorzitter over de inhoud van het advies;

  • 4. In het advies worden de standpunten van alle fracties opgenomen.

Hoofdstuk 5: Besloten vergadering

Artikel 27 Algemeen

Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 28 Besloten vergadering

  • 1. De deuren van de vergadering worden gesloten, indien de voorzitter het nodig oordeelt of ten minste een vijfde deel van de aanwezige leden daarom verzoekt;

  • 2. De commissie besluit vervolgens dat met gesloten deuren zal worden vergaderd, wanneer zij van mening is dat bij openbare beraadslagingen particuliere en/of algemene belangen wezenlijk kunnen worden geschaad;

  • 3. Van de vergadering van een besluitvoorbereidende commissie met gesloten deuren worden geluidsopnames gemaakt. Tevens wordt een afsprakenlijst opgesteld bij een informatieve commissie en een besluitenlijst bij een besluitvoorbereidende commissie, die niet openbaar worden gemaakt tenzij de commissie anders besluit. Deze besluitenlijst wordt in de eerstvolgende openbare vergadering van de commissie vastgesteld. Daarbij wordt niet inhoudelijk over de besluitenlijst gesproken. Indien dat door de commissie wel wordt gewenst, wordt een besloten vergadering geagendeerd;

  • 4. De geluidsdrager van het verhandelde in de vergadering wordt in het gemeentelijk archief bewaard. Op verzoek van een lid of één van de andere aanwezigen worden zij in het raadhuis ten gehore gegeven;

  • 5. Omtrent het in een vergadering met gesloten deuren behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan de commissie worden overgelegd, kan met toepassing van artikel 86 van de Gemeentewet geheimhouding worden opgelegd.

Hoofdstuk 6: Toehoorders en pers

Artikel 29 Toehoorders en pers

  • 1. De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen;

  • 2. Leden van de raad die niet als lid aan de vergadering deelnemen en burgerleden kunnen een vergadering met gesloten deuren als toehoorder bijwonen;

  • 3. Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden;

  • 4. De voorzitter is bevoegd toehoorders, die op enigerlei wijze de orde van de vergadering verstoren, te doen vertrekken. Toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren kan hij voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering ontzeggen.

Artikel 30 Geluid- en beeldregistraties

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de vrijheid van pers aantasten.

Artikel 31 Verbod storend gebruik mobiele apparatuur

In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het storend gebruik van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen niet toegestaan. De voorzitter kan leden of andere aanwezigen verzoeken mobiele telefoons en/of andere communicatiemiddelen af te sluiten.

Hoofdstuk 7: Slotbepalingen

Artikel 32 Uitleg verordening

In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van de verordening, beslist de raadscommissie op voorstel van de voorzitter.

Artikel 33 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 februari 2015;

    Op dat tijdstip vervalt de “Verordening op de raadscommissies 2011”, vastgesteld bij raadsbesluit van 22 september 2011.

Ondertekening

Aldus besloten door de gemeenteraad van Krimpen aan den IJssel in zijn openbare vergadering van 29 januari 2015.
De griffier De voorzitter
M.J. van der Ham-Bartels L.M. Huizer