Regeling vervallen per 01-01-2020

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN TOERISTENBELASTING 2019

Geldend van 01-01-2019 t/m 31-12-2019

Intitulé

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN TOERISTENBELASTING 2019

De raad van de gemeente Landgraaf

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 november 2018

gelet op artikel 224 van de Gemeentewet:

b e s l u i t :

vast te stellen de

‘VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN TOERISTENBELASTING 2019’

(verordening toeristenbelasting 2019)

Artikel 1 Belastbaar feit

Onder de naam toeristenbelasting wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven’

Artikel 2 Belastingplicht

1. Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 1 in hem ter beschikking staande ruimten dan wel op hem ter beschikking staande terreinen.

2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene, ter zake van wiens verblijf de belasting verschuldigd wordt.

3. Indien met toepassing van het eerste lid geen belastingplichtige is aan te wijzen, is belastingplichtig degene die overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 verblijf houdt.

Artikel 3 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:

1. van degene, die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid van de Wet Toelating Zorginstellingen;

2. van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet en voor zover deze persoon verblijf houdt als bedoeld in artikel 1 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers;

3. op tijdelijke festivals.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar.

Artikel 5 Forfaitaire berekening

1. Voor kampeerauto’s / campers, die gebruik maken van een uitsluitend daarvoor ingerichte locatie, wordt het aantal personen per overnachting per periode van aangifte forfaitair vastgesteld.

2. Bij de forfaitaire berekening voor kampeerauto’s / campers als vermeld in het eerste lid wordt het aantal overnachtende personen gesteld op 2 per kampeerauto / camper per nacht.

Artikel 6 Belastingtarief

  • 1. De belasting bedraagt € 0,50 per persoon per nacht voor kampeerauto’s / campers als bedoeld in artikel 5;

  • 2. De belasting bedraagt € 1,05 per persoon per nacht voor alle overige onderkomens.

  • 3. De in het tweede lid vermelde belasting wordt, voor zover sprake is van verblijf in een hotel, vermeerderd met € 0,40 per persoon per nacht.

Artikel 7 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderkwartaal.

Artikel 8 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Aanslaggrens

Belastingaanslagen van minder dan € 10,00 worden niet opgelegd.

Artikel 10 Termijnen van betaling

1. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in één termijn die vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet.

2. Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c van de Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.

3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijn.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.

Artikel 12 Aanmeldingsplicht; aangifte

1. De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid onderdelen b en d van de Gemeentewet.

2. De belastingplichtige doet aangifte van het aantal overnachtingen bij de heffingsambtenaar middels een aan hem uit te reiken aangiftebiljet. In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt de aangifte binnen twee weken na het uitnodigen daartoe gedaan.

3. Het aangiftebiljet wordt vastgesteld door het College van Burgemeester en Wethouders.

Artikel 13 Nachtverblijfregister

De belastingplichtige is gehouden per belastingjaar een vanwege de gemeente kosteloos ter beschikking gesteld nachtverblijfregister, of een vergelijkbare eigen administratie, bij te houden en daarin de gegevens te boeken welke voor de heffing van de belasting van belang zijn, tenzij gebruik wordt gemaakt van de forfaitaire berekening als genoemd in artikel 5.

Artikel 14 Inwerkingtreding en citeertitel

1. De 'Verordening toeristenbelasting Landgraaf 2018-2019” van 14 december 2017 wordt ingetrokken, met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

4. Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening Toeristenbelasting Landgraaf 2019'.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 20 december 2018

De griffier, De voorzitter,