Verordening maatschappelijke participatie 2014

Ondertekening

Nota-toelichting

Algemeen

De gemeente Langedijk heeft zich tot doel gesteld om maatschappelijke participatie van inwoners met een laag inkomen te bevorderen. De gemeente doet dit via de LangedijkerPas en participatieregelingen. Deze verordening geeft ook invulling aan de per 2012 geïntroduceerde wettelijke plicht om in een verordening de gemeentelijke inzet voor maatschappelijke participatie van schoolgaande kinderen te regelen. Eerder is door de gemeenteraad op 22 mei 2012 de verordening maatschappelijke participatie schoolgaande kinderen 2012 vastgesteld. Deze verordening trekken we met de inwerkstelling van de verordening maatschappelijke participatie 2014 in. De verordening maatschappelijke participatie 2014 is breder dan de wettelijk benoemde doelgroep schoolgaande kinderen; ook voor volwassenen wordt invulling gegeven aan participatiebevordering. Artikelsgewijze toelichting Artikel 1 Definities en begrippen

Dit artikel bepaalt wat in deze verordening wordt verstaan onder de daarin gebruikte begrippen. Een aantal definities wordt hieronder nader toegelicht. Onderdeel f: Inkomen. Tot het inkomen worden alle middelen gerekend die worden ontvangen uit of in verband met arbeid (inclusief arbeid als zelfstandige), pensioen of uitkering. Aan de hand van een jaaropgave (voor inkomsten uit of in verband met arbeid en inkomsten uit uitkering) of als een jaaropgave niet beschikbaar is, middels bankafschriften, kan vrij eenvoudig het inkomen worden bepaald. Bij zelfstandigen dienen de jaarcijfers als bewijsstuk van het inkomen. Onderdeel h: Maatschappelijke participatie. Onder maatschappelijke participatie wordt verstaan structurele deelname aan activiteiten die aantoonbaar bijdragen aan een actieve verbinding met de maatschappij. Door het verstrekken van de LangedijkerPas bevordert het college de deelname aan sportieve, culturele en maatschappelijke activiteiten. Onderdeel i: Kind. Met kind en ten laste komend kind wordt bedoeld: het minderjarige eigen kind of stiefkind waarvoor aanspraak bestaat op kinderbijslag. Het laatste criterium is bepalend voor de vraag of het kind daadwerkelijk ten laste van de ouders of alleenstaande ouder komt. Ook een kind dat niet feitelijk deel uitmaakt van de huishouding van de aanvrager, maar wel volledig door hem wordt onderhouden en voor wie hij dus ook kinderbijslag ontvangt, is op grond van dit criterium een ten laste komend kind in de zin van deze verordening. Verder wordt eveneens als kind aangemerkt het tot de huishouding behorende minderjarige pleegkind waarvoor de pleegouders een vergoeding ontvangen. Artikel 1.2 Doel en toepassingsbereik

Deze bepaling omschrijft de doelstelling die de gemeente door middel van het verstrekken van de LangedijkerPas wil realiseren. Artikel 1.3 De LangedijkerPas

Dit artikel bevat een omschrijving van de LangedijkerPas en de kenmerken waarvan de pas wordt voorzien. Artikel 2.1 Het recht op een gratis LangedijkerPas

Dit artikel geeft aan dat de voorziening van de gratis LangedijkerPas uitsluitend bedoeld is voor personen die door financiële omstandigheden niet of niet volledig in staat zijn om zelfstandig maatschappelijk te participeren. Eerste lid: Hierin is opgenomen dat de inwoner, zijn eventuele partner en eventuele minderjarige (meerderjarige kinderen krijgen een individuele pas) kinderen met een gezinsinkomen tot maximaal 120% van het wettelijke sociaal minimum in aanmerking komt voor een gratis LangedijkerPas. Dit inkomenscriterium wordt uitgedrukt in belastbaar loon, zijnde het loon vóór inhoudingen ter zake van premies en belastingen.

Het is omgerekend naar een nettobedrag gemiddeld gelijk aan 120% van de netto bijstandsnorm volgens de Wet werk en bijstand (WWB) ofwel het wettelijk sociaal minimum, maar kan daar in individuele gevallen enigszins van afwijken. Het belastbaar loon van de aanvrager wordt afgezet tegen het op hem van toepassing zijnde bovenbedoelde inkomenscriterium. Tweede lid: het recht op een gratis LangedijkerPas wordt getoetst op het inkomen op het moment van aanvraag. Derde lid: Deze bepaling sluit de categorie studerenden zonder ten laste komende kinderen uit van het recht op een gratis LangedijkerPas. Weliswaar beschikt deze groep veelal over een inkomen dat aanzienlijk lager is dan de in het eerste lid bedoelde inkomensgrens, maar die omstandigheid vormt voor hen over het algemeen geen beletsel om volwaardig deel te nemen aan maatschappelijke activiteiten in de ruimste zin van het woord. Er wordt echter een voorbehoud gemaakt ten aanzien van studerenden met minderjarige kinderen. Voor hen geldt deze categoriale uitsluitingsgrond niet. Daarnaast kan een uitzondering gemaakt worden voor personen, die door middel van een avondstudie proberen hun inkomenspositie te verbeteren. Van hen kan namelijk niet worden aangenomen dat de studie hen een ingang biedt naar maatschappelijke participatie. Artikel 2.2 Uitsluitingsgronden

Dit artikel beperkt de kring van rechthebbenden. Onderdeel a sluit de niet-rechtmatig in Nederland verblijvende vreemdeling van het recht op een gratis LangedijkerPas uit. Voor de beoordeling of deze uitsluitingsgrond van toepassing is, kan worden aangesloten bij de bepalingen hierover in artikel 11 van de WWB. Voor toepassing van deze verordening wordt echter een uitzondering gemaakt ten aanzien van de groep asielzoekers die in de opvang verblijft. Deze personen hebben weliswaar geen verblijfstitel, maar verblijven wel met instemming van de overheid voor langere duur in Nederland. Zij beschikken echter niet over voldoende inkomen om te kunnen deelnemen aan maatschappelijke activiteiten. Om die reden is deze groep onder het bereik van de verordening gebracht. Onderdeel b geeft aan dat de daar genoemde uitsluitingsgrond alleen van toepassing is als het inkomen uitsluitend als gevolg van het onbetaalde verlof lager is dan de in artikel 2 eerste lid bedoelde inkomensgrens. Is het inkomen ook zónder het onbetaalde verlof minder dan dat bedrag, dan geldt deze uitsluitingsgrond niet. Onderdeel c sluit gedetineerden, personen in voorarrest en voorlopige hechtenis en personen die uit andere hoofde in het kader van toepassing van het strafrecht zijn ingesloten (denk aan tbs) uit. Het gebruik van de LangedijkerPas door een persoon die rechtens van zijn vrijheid is beroofd, staat feitelijk gelijk aan oneigenlijk gebruik en kan een reden zijn voor beëindiging van het recht (zie ook de toelichting bij artikel 3, tweede lid). De uitsluitingsgrond geldt echter niet voor de achterblijvende gezinsleden van de gedetineerde. Ook kunnen bij detentie van de kostwinner de achterblijvende gezinsleden, die voorafgaand aan de detentie geen aanspraak op een gratis LangedijkerPas hadden wegens overschrijding van de inkomensgrens, in beginsel een zelfstandig recht verwerven als het jaarinkomen door de detentie lager is dan de in artikel 2.1, eerste lid bedoelde inkomensgrens. De achterblijvende gezinsleden kunnen in dat geval op eigen titel een aanvraag indienen. Deze situatie zal zich in de regel alleen voordoen bij langgestraften. De verordening maakt uitdrukkelijk een uitzondering voor personen die op grond van de Wet BOPZ in gedwongen opname verkeren. Zij kunnen in beginsel aanspraak (blijven) maken op een gratis LangedijkerPas. Artikel 3.1 De aanvraag en toekenning van een gratis LangedijkerPas

Het eerste en tweede lid bevatten enkele uitgangspunten voor de wijze waarop men een aanvraag kan indienen en de minimale eisen waaraan de aanvraag moet voldoen. Artikel 3.2 De verstrekking van een gratis LangedijkerPas

In dit artikel worden enkele zaken geregeld met betrekking tot de afhandeling van de aanvraag en de geldigheid van de LangedijkerPas.

De LangedijkerPas is geldig vanaf het moment van verstrekking en in principe tot de op de LangedijkerPas vermelde einddatum.

Voor de gratis LangedijkerPas moet na het verstrijken van de geldigheidsduur het recht opnieuw worden vastgesteld. Dat houdt in dat tussentijdse wijzigingen in de financiële omstandigheden van de pashouder in beginsel pas gevolgen hebben voor het recht op het moment na het verstrijken van de op de LangedijkerPas vermelde einddatum.

Het college behoudt zich echter het recht voor om het recht tussentijds te beëindigen als er sprake is van misbruik of oneigenlijk gebruik, bijvoorbeeld als blijkt dat onjuiste inlichtingen zijn verstrekt om een gratis LangedijkerPas te verkrijgen.

In geval van verlies door diefstal kan aan de LangedijkerPashouder om niet een duplicaat LangedijkerPas worden verstrekt. Hiertoe moet een kopie van aangifte en proces-verbaal worden overlegd. Is de LangedijkerPas om een andere reden verloren dan kan de houder een nieuwe LangedijkerPas kopen bij de verkooppunten. Artikel 4.1 Het aanbod

In dit artikel wordt uitgelegd dat het college voorziet in een aanbod ter bevordering van de maatschappelijke participatie, aan welke voorwaarden dit aanbod moet voldoen en welk aanbod in aanmerking komt. Het spreekt vanzelf dat activiteiten die in strijd zijn met enige wet- of regelgeving niet voldoen aan deze criteria en dus ook nooit onderdeel kunnen vormen van het beschikbare aanbod. Het LangedijkerPas-aanbod wordt bekendgemaakt via de webpagina van de LangedijkerPas. Artikel 4.2 Aanbod voor LangedijkerPashouders met een of meer inwonende tot 18 jaar.

Het aanbod voor LangedijkerPashouders met minderjarige kinderen is laagdrempelig. Reden hiervoor is dat het college het belangrijk vindt dat kinderen zonder financiële belemmeringen maatschappelijk kunnen participeren. In de artikelen 4.2.1 t/m 4.2.3 staat het aanbod uiteengezet voor kinderen tot

18 jaar. 4.2.1 Sport- en Cultuurregeling

Kinderen tot 18 jaar kunnen in aanmerking komen voor het Jeugdsportfonds. De gemeente stort jaarlijks een bedrag in het fonds. Daaruit betaalt het Jeugdsportfonds  de contributie en vergoedt de sportspullen. Het bedrag dat het fonds vergoedt, is € 250,-- per kind per jaar. Het Jeugdsportfonds is een particuliere organisatie en geen overheidsinstantie. Een uitkering van het Jeugdsportfonds is daarom geen recht.

Ouders en kinderen kunnen zelf geen aanvraag indienen. Dit kan alleen gedaan worden door een intermediair. Een intermediair is professioneel betrokken bij de opvoeding en verzorging van het kind. Zoals de leerkracht, jeugdhulpverlener, huisarts. Een Jeugdcultuurfonds heeft dezelfde opzet en doelstelling. Om in aanmerking te komen voor deze fondsen, is het niet noodzakelijk om kind van een houder van een LangedijkerPas te zijn. Wel kan in de uitvoering van de toekenning van een gratis LangedijkerPas overwogen worden om de minderjarige kinderen van het gezin automatisch aan te melden bij de fondsen. 4.2.2 Scholierenregeling

Met de scholierenvergoeding beoogt het college dat schoolgaande kinderen tot 18 jaar uit gezinnen met een laag inkomen kunnen deelnemen aan activiteiten die de school organiseert. De scholierenvergoeding is bedoeld voor de leuke activiteiten zoals schoolkamp en excursies en niet voor zaken als bijles of overblijfkosten. De bijdrage € 50,-- per leerling per schooljaar in het basisonderwijs, en € 100,-- per leerling per schooljaar in het voortgezet onderwijs, wordt rechtstreeks op declaratie-basis onder vermelding van de activiteit aan de scholen uitbetaald. Op deze manier wordt gewaarborgd dat het geld gebruikt wordt waarvoor het bestemd is. 4.2.3 Computerregeling

In dit artikel zijn de voorwaarden opgenomen waaraan moet worden voldaan om in aanmerking te komen voor een computer. Een gezin met een  gratis LangedijkerPas, woonachtig in Langedijk, met een schoolgaand kind dat het volgende schooljaar zal starten in het voortgezet onderwijs, krijgt,  indien voldaan aan de voorwaarden, een vergoeding voor een computer, printer en toebehoren, en een eenmalige bijdrage voor de internetaansluiting  via de computerregeling. De gemeente Langedijk wil hiermee mogelijk maken dat kinderen goed mee kunnen doen met het onderwijsprogramma. Artikel 4.3 Aanbod voor inwoners van 18 jaar en ouder

In de artikelen 4.3.1 t/m 4.3.3 is het aanbod voor meerderjarigen uiteen gezet.

4.3.1 Sport- en cultuurregeling

Houders van de gratis LangedijkerPas, van 18 jaar en ouder, krijgen, op vertoon van de LangedijkerPas de contributie van sportieve of culturele activiteiten van structurele aard vergoed, tot een bepaald budget. Dit budget is onderdeel van het participatiebudget zoals in artikel 4.3.2., lid 2 genoemd. De activiteiten die onder deze regeling vallen, omvatten een breder spectrum dan de naam doet vermoeden. Hieronder valt bijvoorbeeld de contributie van een sportvereniging, het lesgeld van een cursus maar ook het lidmaatschap van een volkstuin. Dit budget wordt voor hen direct verrekend door de aanbieder van de activiteit die hiervoor een overeenkomst met het college is aangegaan. Het is aan het college om te bepalen met welke aanbieders een overeenkomst wordt aangegaan. Dit hangt onder andere af van de mate waarin de aangeboden activiteit bijdraagt aan het verhogen van de maatschappelijke participatie en de hoeveelheid aanbieders die een soortgelijke activiteit aanbieden. 4.3.2 Vouchers en Korting of speciale aanbiedingen

De houder van een gratis LangedijkerPas kan activiteiten, die daarvoor opengesteld zijn, met een voucher betalen. Op vertoon van de LangedijkerPas kan de houder ook korting krijgen op bijvoorbeeld een bezoek aan musea en tentoonstellingen, het volgen van cursussen en lessen, en de uitleen van dvd en speelgoed. Artikel 4.4 Bevoegdheid college

Omdat er in de toekomst aanleiding kan zijn, de bedragen van de sport- en cultuurregeling, de scholierenregeling of de vouchers te verhogen dan wel te verlagen, is deze bepaling toegevoegd. In principe gaan we uit van de bedragen zoals genoemd in deze verordening, maar het college houdt de bevoegdheid deze te verhogen dan wel te verlagen, wanneer daar naar oordeel van het college reden toe is. Artikel 4.5 Hardheidsclausule

In gevallen die de uitvoering van deze verordening betreffen en waarin deze verordening niet voorziet beslist het college. Artikel 5 Slot- en overgangsbepalingen

Met de inwerkingtreding van deze verordening vervallen de Verordening maatschappelijke participatie schoolgaande kinderen 2012, en de maatschappelijke participatievoorzieningen uit het Verstrekkingenboek bijzondere bijstand 2009. Na vaststelling van deze verordening wordt het bijzondere bijstandsbeleid geactualiseerd.