Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Lansingerland houdende regels omtrent ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Verordening op de ambtelijke bijstand en fractieondersteuning gemeente Lansingerland 2017

Geldend van 23-05-2017 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2017

Intitulé

Verordening op de ambtelijke bijstand en fractieondersteuning gemeente Lansingerland 2017

Paragraaf 1. Ambtelijke bijstand

Artikel 1. Verzoek om informatie

  • 1. Elk raadslid heeft recht op ambtelijke bijstand.

  • 2. Een raadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om:

    • a.

      feitelijke informatie;

    • b.

      inzage in of afschrift van documenten;

    • c.

      bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand.

  • 3. De informatie, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, wordt door de griffier, een medewerker van de griffie of op verzoek van de griffier door een ambtenaar gegeven.

  • 4. Indien een ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, stelt hij de secretaris daarvan in kennis. De secretaris beslist na overleg met de griffier.

  • 5. De bijstand, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, wordt verleend door de griffier of een medewerker van de griffie. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier of een medewerker van de griffie kan worden verleend kan de griffier de secretaris verzoeken één of meer ambtenaren aan te wijzen die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

Artikel 2. Verlenen van ambtelijke bijstand

  • 1. Een ambtenaar verleent op verzoek van de secretaris ambtelijke bijstand aan een raadslid tenzij:

    • a.

      het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de werkzaamheden van de raad;

    • b.

      dit het belang van de gemeente kan schaden.

  • 2. De secretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid geweigerd wordt, na overleg met de griffier.

  • 3. Indien de bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de secretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

  • 4. De secretaris verstrekt de betreffende portefeuillehouder in het college desgewenst een afschrift van het verzoek.

  • 5. Indien (leden van) het college informatie wensen over een verzoek om ambtelijke bijstand of de inhoud van het gegeven advies, wenden zij zich daartoe via de griffie tot het betrokken raadslid.

Artikel 3. Weigering verzoek ambtelijke bijstand

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de secretaris wordt geweigerd kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk op het verzoek.

Artikel 4. Geschil over ambtelijke bijstand

  • 1. Indien een raadslid niet tevreden is over de door een ambtenaar verleende ambtelijke bijstand kan hiervan mededeling worden gedaan aan de secretaris;

  • 2. Indien overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester voorziet zo spoedig mogelijk in de kwestie.

Artikel 5. Hoeveelheid ambtelijke bijstand

Vervallen

Paragraaf 2. Fractieondersteuning

Artikel 6. Recht op financiële vergoeding

  • 1. De fracties als bedoeld in artikel 6 van het Reglement van orde voor de vergaderingen van de raad ontvangen jaarlijks een financiële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie;

  • 2. Deze bijdrage bestaat uit een vast deel van € 750,-- voor elke fractie. Daarnaast ontvangt elke fractie een bedrag van € 300,-- per raadszetel.

Artikel 7. Besteding financiële vergoeding

  • 1. Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken;

  • 2. De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      giften;

    • d.

      uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden toekomen;

    • e.

      algemene opleidingen voor raads- en commissieleden tenzij deze inhoudelijk gerelateerd zijn aan de politieke uitgangspunten van de deelnemers;

    • f.

      verkiezingsactiviteiten.

Artikel 8. Voorschot bijdrage fractieondersteuning

  • 1. De bijdrage voor fractieondersteuning wordt vóór 31 januari van het betreffende kalenderjaar in de vorm van een voorschot op dat kalenderjaar verstrekt;

  • 2. Het voorschot wordt verrekend met teveel ontvangen voorschotten in jaren waarvoor de raad de bedragen heeft vastgesteld.

Artikel 9. Tijdstip verstrekken voorschot in verkiezingsjaar

In afwijking van het bepaalde in artikel 8 wordt in een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden het voorschot vóór 31 januari verstrekt voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden. In de eerste maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt wordt het voorschot verstrekt voor de overige maanden van dat jaar aan de dan zitting hebbende fracties in de gemeenteraad.

Artikel 10. Gevolgen splitsen fractie

  • 1. Bij afsplitsing van een fractie wordt de op grond van artikel 8, tweede lid, vastgestelde bijdrage voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

  • 2. Bij afsplitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschot verrekend overeenkomstig de verdeling die volgt uit het tweede lid.

Artikel 11. Niet-bestede fractiegelden

  • 1. Niet-bestede fractiegelden worden binnen drie maanden na het einde van het kalenderjaar teruggestort aan de gemeente.

  • 2. Onder niet-bestede fractiegelden wordt ook verstaan uitgaven waarvan geen bonnen dan wel betaalbewijzen kunnen worden overlegd.

Artikel 12. Verantwoording en controle

  • 1. De fractie houdt een financiële administratie bij van de uitgaven van de fractiegelden. In deze administratie moet elke uitgave kunnen worden gestaafd aan de hand van een originele bon of betaalbewijs. Alle originele bonnen en betaalbewijzen moeten worden overlegd.

  • 2. Elke fractie legt, binnen drie maanden na het einde van een kalenderjaar, aan de raad verantwoording af over de besteding van de bijdrage voor fractieondersteuning door het publiceren van de eindafrekening op de website van de fractie en op de gemeentelijke website. Deze eindafrekening bestaat uit een overzicht van alle uitgaven en bevat ook de in artikel 12 lid 1 genoemde bonnen en/of betaalbewijzen.

  • 3. Voor de verantwoording wordt gebruik gemaakt van het vaste format in bijlage 1.

  • 4. De jaarlijkse eindafrekening, zoals vermeld in het tweede lid van dit artikel, wordt geplaatst op de lijst van ingekomen stukken van de raad.

  • 5. De raad stelt vast:

    • a.

      of de verantwoording door de fractie heeft plaatsgevonden op de voorgeschreven wijze in deze verordening;

    • b.

      de bedragen van de uitgaven van een fractie die in het vorige kalenderjaar uit de bijdrage bekostigd zijn;

    • c.

      de bedragen van de verrekening tussen de in onderdeel b. genoemde uitgaven en het ontvangen voorschot en, voor zover nodig, de hoogte van de terugvordering van ontvangen voorschotten;

Artikel 13. Toepassing Awb

Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing op de financiële middelen die een fractie ontvangt.

Artikel 14. Overige faciliteiten

  • 1. De gemeente voorziet in een actueel en toegankelijk digitaal raadsinformatiesysteem en vergadersysteem.

  • 2. Elke fractie heeft recht op maximaal 5 (extra) toegangscodes op het raadsinformatiesysteem en het vergadersysteem ten behoeve van het raadplegen van de raads- en commissiestukken.

  • 3. Elk raadslid heeft recht op het maken van fotokopieën ten behoeve van de directe uitvoering van zijn taken als raadslid. Geen fotokopieën worden gemaakt voor partijpolitieke doeleinden.

  • 4. Elke fractie heeft het recht om voor fractievergaderingen en voor vergaderingen, die passen bij de volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol, gebruik te maken van de vergaderfaciliteiten in het gemeentehuis indien deze beschikbaar zijn. De coördinatie voor het gebruik van de vergaderfaciliteiten wordt opgedragen aan de griffier.

  • 5. Elk raadslid en elk lid van een raadscommissie, niet zijnde een lid van de raad, ontvangt een pasje voor de toegang van voor de fracties bestemde ruimten buiten openingstijden van het gemeentehuis.

  • 6. De gemeente stelt zaalruimten en bodes ter beschikking voor bijeenkomsten van de raad en raadscommissies.

Paragraaf 3 Slotbepalingen

Artikel 15. Gevallen waarin de verordening niet voorziet

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de voorzitter van de raad, zo nodig na consultatie van het presidium.

Artikel 16. Overgangsrecht

Niet van toepassing

Artikel 17. Intrekking oude verordening

De Verordening op de ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Lansingerland 2015 wordt ingetrokken.

Artikel 18. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie en werkt terug tot 1 januari 2017.

Artikel 19. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op de ambtelijke bijstand en fractieondersteuning gemeente Lansingerland 2017.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Lansingerland in zijn openbare vergadering van 20 april 2017,
de griffier
drs. Marijke Walhout

Toelichting

Toelichting bij de Modelverordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning (artikel 33 Gemeentewet)