Regeling vervallen per 01-01-2012

Verordening op de heffing en de invordering van begraafrechten

Geldend van 01-01-2012 t/m 31-12-2011

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van begraafrechten

De raad van de gemeente Laren;

 

gelezen het voorstel d.d. 14 oktober 2010 van burgemeester en wethouders;

gelet op de artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

 

BESLUIT:

 

vast te stellen de:

 

"VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN BEGRAAFRECHTEN"

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

a. begraafplaats

de gemeentelijke begraafplaats gelegen aan de Hilversumseweg te Laren.

b. eigen graf

een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

- het doen begraven en begraven houden van lijken;

- het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

- het doen verstrooien van as.

c. algemeen graf

een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken.

d. huurgraf

als "algemeen graf", met dien verstande dat dit graf wordt verhuurd voor de periode van twintig jaren. Deze periode kan telkens worden verlengd met tien jaren.

e. urnenmuur

een muur, beheerd door de gemeente en voorzien van nissen, waar ieder in de gelegenheid wordt gesteld daarin asbussen met of zonder urnen bij te zetten.

f. urnennis

een nis, waarvoor voor bepaalde en onbepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen.

g. urn

een voorwerp ter berging van één of meer asbussen.

h. asbus een bus ter berging van as van een overledene.

i. grafbedekking

een gedenkteken, al of niet gecombineerd met beplanting, op een graf.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam begraafrechten worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door of vanwege de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Belastingjaar

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1 De rechten worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2 Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De rechten genoemd in de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

  • 1 De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 5.3 van de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in 5.3 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 5.3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1 In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990, moeten de rechten worden betaald binnen één maand na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

  • 2 De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van de begraafrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeesters en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en invordering van begraafrechten.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1 De “Verordening Begraafrechten 2010”, vastgesteld in de vergadering van de gemeenteraad van 25 november 2009, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.

  • 2 Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3 De datum van de ingang van de heffing is 1 januari 2011.

  • 4 Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Begraafrechten 2011".

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Laren in zijn openbare vergadering van 15 december 2010.
 
 
 
T.W. Zwemmer                                 drs. E.J. Roest
raadsgriffier                                       voorzitter

Bijlage Bijlagen

Verordening op de heffing en de invordering van begraafrechten 2011 Tarieventabel