Verordening winkeltijden Laren 2014

Geldend van 02-12-2015 t/m heden

Intitulé

Verordening winkeltijden Laren 2014

De raad van de gemeente Laren;

gelezen voorstel 2014/02 d.d. 14 januari 2014 van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 3 van de Winkeltijdenwet;

besluit:

vast te stellen de Verordening winkeltijden Laren 2014.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    feestdagen: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eersteen tweede Kerstdag;

  • -

    winkel: dat wat daaronder wordt verstaan in de Winkeltijdenwet;

  • -

    wet: de Winkeltijdenwet.

Artikel 2. Vrijstellingen voor bepaalde zon- en feestdagen

  • 1. Van de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden zijn elke eerste zondag van de maand van 12.00 uur tot 18.00 uur de winkels vrijgesteld welke niet verder genoemd worden in de artikelen 3 tot en met 11 van de Verordening winkeltijden Laren 2014;

  • 2. Van de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden zijn elke eerste zondag van de maand van 8.00 uur tot 18.00 uur de winkels vrijgesteld die behoren tot de branche/categorie brood- en banketzaken;

  • 3. Van de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden geldt, naast de in artikel 2, eerste en tweede lid van deze verordening genoemde dagen, een vrijstelling op de door burgemeester en wethouders aangewezen zon- of feestdagen. Per kalenderjaar kunnen ten hoogste 8 dagen worden aangewezen.

  • 4. Op de bovengenoemde aangewezen zon- of feestdagen geldt een vrijstelling van het in artikel 2, tweede lid van de wet vervatte verbod ten behoeve van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken.

Artikel 3. Algemene vrijstellingen bepaalde winkels

De in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden, gelden niet ten

aanzien van:

  • a.

    musea;

  • b.

    winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrijedranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksprodukten, middelen tervoorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht;

  • c.

    winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeeldebeelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden ofverkocht dan beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het tehuur aangeboden assortiment.

Artikel 4. (openstelling anders dan voor verkoop)

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden, gelden niet tenaanzien van:

    • a.

      winkels, waarin zich een restaurant of lunchroom bevindt, voor zover het laten betreden van dewinkel noodzakelijk is voor het bezoeken van het restaurant of de lunchroom;

    • b.

      winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk fietsen en bromfietsen plegen te worden verkocht,voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het huren van fietsen enbromfietsen.

  • 2. De in het eerste lid vervatte vrijstellingen gelden niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

Artikel 5. (begraafplaatsen)

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden, gelden niet tenaanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en planten plegen te wordenverkocht en die zijn gelegen op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang vaneen begraafplaats, gedurende de openingstijden van die begraafplaats.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben opde zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen vanbloemen en planten op een begraafplaats dan wel op een afstand van ten hoogste 100 meter vande publieksingang daarvan, gedurende de openingstijden van die begraafplaats.

Artikel 6. (culturele evenementen)

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden, gelden niet tenaanzien van gebouwen, waar voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aardplaatsvinden, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden metaldaar te houden voorstellingen, uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, vanafeen uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloopdaarvan.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben opde zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het ter gelegenheid van voorstellingen,uitvoeringen of evenementen van culturele aard te koop aanbieden en verkopen van goederen, dierechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringen of evenementen, vanaf een uurvoor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloopdaarvan.

Artikel 7. (sportcomplexen)

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden, gelden niet tenaanzien van winkels in of op het terrein van sportcomplexen, waar uitsluitend of hoofdzakelijkgoederen worden verkocht, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten,gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben opde zondag en de feestdagen, gelden niet ten aanzien van het in of op het terrein vansportcomplexen te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houdenmet de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

Artikel 8. (bejaardenoorden)

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden, gelden niet tenaanzien van winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- endrinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en plantenplegen te worden verkocht.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben opde zondag en de feestdagen, gelden in of op het terrein van bejaardenoorden niet ten aanzien vanhet te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen entijdschriften alsmede bloemen en planten.

Artikel 9. (E.H. Communie)

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden, gelden niet tenaanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk foto-artikelen plegen te worden verkocht,voor zover het betreden van die winkel noodzakelijk is voor het vervaardigen van portretfoto's tergelegenheid van de Eerste Heilige Communie.

  • 2. De in het eerste lid vervatte vrijstelling geldt niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

Artikel 10. (Allerheiligen en Allerzielen)

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op dezondag, gelden niet ten aanzien van winkels, waar uitsluitend of hoofdzakelijk bloemen en plantenplegen te worden verkocht, op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben opde zondag, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van bloemen enplanten op de dagen waarop Allerheiligen en Allerzielen worden gevierd.

Artikel 11. (Ramadan)

  • 1. De in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden, geldengedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang niet ten aanzienvan winkels, waar brood en gebak wordt verkocht dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zichaan de Ramadan houden, mits in die winkel dat brood en gebak ook pleegt te worden verkochtbuiten de periode van de Ramadan.

  • 2. De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben opde zondag en de feestdagen, gelden gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergangtot zonsondergang niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van brood en gebakdat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden.

Artikel 12. Individuele ontheffingen zondagavondopenstelling

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerstelid, aanhef onder a en b, van de wet vervatte verboden aan winkels:

    • a.

      die gesloten zijn op de in die verboden bedoelde zon- en feestdagen tussen 00.00 uur en 16:00 uur en;

    • b.

      waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren plegen te worden verkocht, metuitzondering van sterke drank als bedoeld in artikel 1, eerste lid van de Drank- en Horecawet.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen voor ten hoogste 1 winkel ontheffing verlenen tot tenhoogste 20.00 uur.

  • 3. De ontheffing wordt telkens voor de tijd van ten hoogste 3 jaar verleend.

  • 4. De ontheffing kan worden geweigerd als de woon- en leefsituatie of de openbare orde in deomgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling vande winkel op basis van de ontheffing.

Artikel 13. Individuele ontheffingen afzonderlijke situaties

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerstelid, aanhef onder a en b, van de wet vervatte verboden aan winkels, ten behoeve van:

    • a.

      bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen.

  • 2. de in ontheffing kan worden verleend in het geval van: feestelijkheden, bijeenkomsten en beurzen.

Artikel 14. Beslistermijn

  • 1. Burgemeester en wethouders beschikken op een aanvraag om ontheffing binnen 8 weken na dedag waarop de aanvraag is ontvangen.

  • 2. Zij kunnen hun beschikking voor ten hoogste 8 weken verdagen.

Artikel 15. Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belastde door burgemeester en wethouders aangewezen toezichthouders.

Artikel 16. Intrekking oude verordening en overgangsrecht

  • 1. De Verordening winkeltijden Laren, vastgesteld op 25 september 1996 wordt ingetrokken.

  • 2. Een krachtens de Verordening winkeltijden Laren verleende ontheffing geldt als ontheffingverleend krachtens deze verordening. Burgemeester en wethouders kunnen deze ambtshalvevervangen door een ontheffing krachtens deze verordening. Ambtshalve vervanging kan gepaardgaan met een wijziging van beperkingen en voorschriften.

  • 3. Aanvragen om ontheffing die zijn ingediend onder de Verordening winkeltijden Laren maarwaarop nog niet is beschikt bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeldovereenkomstig deze verordening.

Artikel 17. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op ingang van de achtste dag na bekendmaking.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening winkeltijden Laren 2014.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 5 maart 2014.
drs. T.W. Zwemmer
griffier
drs. E.J. Roest
voorzitter